bestuurder draagt altijd de verantwoorde-
lijkheid voor het besturen van de wagen.
De snelheid en de veiligheidsafstand al-
●
tijd aanpassen aan de voorligger afhanke-
lijk van het zicht, het weer, het wegdek en
het verkeer.
Houd de handen steeds op het stuur en
●
wees klaar om op elk moment zelf te kun-
nen sturen.
Het noodhulpsysteem kan op zich geen
●
ongevallen of ernstige letsels voorkomen.
Als de werking van het noodhulpsysteem
●
verstoord is, bijvoorbeeld omdat de radar
van de automatische afstandsregeling
(ACC) of de camera van de rijstrookassis-
tent (Lane Assist) bedekt of verkeerd afge-
steld is, dan kan het zijn dat het systeem
ongepast ingrijpt in de remmen of de stuur-
inrichting.
Het noodhulpsysteem reageert niet bij
●
personen of dieren, noch bij kruisende wa-
gens of bij een tegemoetkomende wagen
op dezelfde rijstrook.
ATTENTIE
Als het noodhulpsysteem (Emergency As-
sist) op ongepaste wijze ingrijpt, kunnen er
zich ongevallen en ernstige letsels voor-
doen.
Als het noodhulpsysteem niet juist werkt,
●
schakel dan de rijstrookassistent (Lane As-
›››
sist) uit
pag.
281. Op die manier wordt
ook het noodhulpsysteem uitgeschakeld.
Systemen ter ondersteuning van de bestuurder
Laat het systeem door een gespeciali-
●
seerde werkplaats controleren. CUPRA be-
veelt aan om daarvoor een gespecialiseer-
de CUPRA-dealer of een SEAT-dealer te
raadplegen.
Let op
Automatische ingrepen op de remmen
●
door het noodhulpsysteem (Emergency As-
sist) kunnen worden onderbroken door het
gaspedaal of de rem in te trappen, of door
te draaien aan het stuur.
De noodknipperlichten, die automatisch
●
gingen branden, kunnen worden gedoofd
door het gaspedaal of de rem in te trappen,
te draaien aan het stuur of te drukken op
de knop van de noodknipperlichten.
Zo nodig kan het noodhulpsysteem
●
(Emergency Assist) de wagen doen vertra-
gen tot volledige stilstand.
Wanneer het noodhulpsysteem (Emer-
●
gency Assist) wordt geactiveerd, is het en-
kel opnieuw beschikbaar na uitschakelen
en weer inschakelen van het contact.
Dodehoekhulp (BSD) met uit-
parkeerhulp (RCTA)*
Inleiding tot thema
De dodehoekhulp (BSD) helpt om de ver-
keerssituatie te detecteren aan de achter-
kant van de wagen.
De ingebouwde uitparkeerhulp (RCTA) helpt
de bestuurder om naar achteren een schui-
ne parkeerplek te verlaten en te manoeuvre-
ren.
De dodehoekhulp is ontwikkeld voor het rij-
den op verhard wegdek.
ATTENTIE
De intelligente technologie in de dode-
hoekhulp (BSD) met inbegrepen uitpar-
keerhulp (RCTA) kan de limieten opgelegd
door de natuurkundige wetten niet over-
winnen en werkt enkel binnen de eigen
grenzen van het systeem. Indien de dode-
hoekhulp of uitparkeerhulp op nalatige of
onbedoelde wijze wordt gebruikt, kunnen
ongevallen en ernstige letsels optreden.
Ondanks het systeem moet de bestuurder
te allen tijde opmerkzaam blijven.
De snelheid en de veiligheidsafstand al-
●
tijd aanpassen aan de voorligger afhanke-
lijk van het zicht, het weer, het wegdek en
het verkeer.
»
287