204 Rijden en parkeren
1
Groothoekweergave vóór
2
Top View met beeld van de frontcamera
3
Top View met beeld van de zijcamera in de
buitenspiegels
4
Groothoekweergave achter
5
Top View met beeld van de achteruitrijca‐
mera
6
Top View met aanhangerweergave (indien
aanhangwagenvoorziening gemonteerd)
Top View
1
Rijstrook bij actuele stuurwielverdraaiing
2
Gele waarschuwingsmelding van de PARK‐
TRONIC-parkeerassistent: Obstakels op een
afstand van circa (1,0 m of minder)
3
Eigen auto van bovenaf
Wanneer de afstand tot een obstakel afneemt,
verandert de kleur van de waarschuwingsmel‐
ding 2. Vanaf een afstand van circa 0,6 m
wordt de waarschuwingsmelding oranje weerge‐
geven. Vanaf een afstand van circa 0,3 m wordt
de waarschuwingsmelding rood weergegeven.
Wanneer de PARKTRONIC-parkeerassistent
gereed voor gebruik is en geen objecten worden
herkend, worden de segmenten van de waar‐
schuwingsmelding grijs afgebeeld.
%
Als het volledige systeem uitvalt. worden de
segmenten van de waarschuwingsmelding
rood afgebeeld. Het controlelampje in de
toets van de PARKTRONIC gaat branden en
op het multifunctioneel display verschijnt het
symbool é.
Als het systeem achter uitvalt,
worden de achterste segmenten bij het
R
achteruitrijden rood afgebeeld
worden de achterste segmenten bij het
R
vooruitrijden uitgeschakeld
Als de PARKTRONIC-parkeerassistent uitge‐
schakeld is, wordt de waarschuwingsmelding
ook uitgeschakeld.