Advertenties
BEDIENING
▷
Akoestisch alarm:
Afhankelijk van de wettelijke bepalingen
wordt het akoestische alarm eventueel on-
derdrukt.
▷
Optisch alarm:
Door knipperen van de alarmlichtinstallatie
en evt. de voorlichten.
Het systeem niet wijzigen om de werking van
de alarminstallatie te garanderen.
Alarminstallatie inschakelen/
uitschakelen
De alarminstallatie wordt uit- of ingeschakeld
zodra het voertuig wordt ontgrendeld of ver-
grendeld.
Portieren openen bij ingeschakelde
alarminstallatie
De alarminstallatie gaat af bij het openen van
een portier, als deze met de geïntegreerde
sleutel via het portierslot is ontgrendeld.
Bagageruimte openen bij een
ingeschakelde alarminstallatie
De bagageruimte kan ook bij een ingescha-
kelde alarminstallatie worden geopend.
Na de sluiting van de bagageruimte wordt de
bagageruimte opnieuw vergrendeld en be-
waakt. De alarmlichtinstallatie knippert bij het
sluiten een keer.
Controlelampje op de binnenspiegel
▷
Controlelampje knippert om de 2 seconden:
94
Openen en sluiten
Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22
De alarminstallatie is ingeschakeld.
▷
Het controlelampje knippert circa 10 secon-
den en gaat daarna elke 2 seconden flitsen:
De interieurbeveiliging en hellingshoeksen-
sor zijn niet actief, omdat de portieren, mo-
torkap of achterklep niet correct gesloten
zijn. Correct gesloten toegangen zijn ge-
blokkeerd.
Wordt de nog geopende toegang gesloten,
dan worden de interieurbeveiliging en hel-
lingshoeksensor ingeschakeld.
▷
Controlelampje dooft na het ontgrendelen:
Aan de auto zijn geen ongeoorloofde han-
delingen uitgevoerd.
▷
Controlelampje blijft na het ontgrendelen zo
lang knipperen tot de rijden-stand-by wordt
ingeschakeld, maximaal echter circa 5 mi-
nuten:
Alarm is geactiveerd.
Hellingshoeksensor
De hellingshoek van de auto wordt bewaakt.
De alarminstallatie reageert bijvoorbeeld bij
een poging van diefstal van de wielen of bij het
wegslepen.
Interieurbeveiliging
Het interieur van het voertuig wordt bewaakt.
De alarminstallatie reageert wanneer bewe-
gingen in het interieur worden herkend.
Voor een optimale werking moeten de ruiten
en het glazen dak gesloten zijn.
Ongewild alarm vermijden
Algemeen
De hellingshoeksensor en de interieurbeveili-
ging kunnen een alarm activeren, hoewel geen
onbevoegde handelingen zijn uitgevoerd.
Mogelijke situaties voor een ongewild alarm:
Advertenties
