Download Print deze pagina

Advertenties

Content
A-Z
HANDLEIDING.
BMW 2 SERIE ACTIVE TOURER.
Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor BMW ACTIVE TOURER 2 2022 Series

  • Pagina 1 Content HANDLEIDING. BMW 2 SERIE ACTIVE TOURER. Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 3 Hoe beter u uw auto kent, des te veiliger en prettiger reist u. Daarom onze aanbeveling: Lees de handleiding, voordat u met uw nieuwe BMW gaat rijden. Maak ook gebruik van de geïntegreerde handleiding in uw auto. U krijgt dan be- langrijke aanwijzingen voor het bedienen van de auto waardoor u de tech- nische voordelen van uw BMW volledig kunt benutten.
  • Pagina 4 Onderweg ......................BEDIENING Cockpit ........................ Sensoren van het voertuig ................Bedrijfstoestand van het voertuig ..............BMW iDrive ......................BMW Remote Software Upgrade ..............Persoonlijke instellingen ................... Openen en sluiten ....................Stoelen, spiegels en stuur ................Kinderen veilig vervoeren ................Rijden ........................
  • Pagina 5 Alles van A tot Z ....................© 2022 Bayerische Motoren Werke Aktiengesellschaft München, Duitsland Nadruk, ook gedeeltelijk, is uitsluitend na schriftelijke toestemming van BMW AG, München toegestaan. nederlands ID8 II/22, - Gedrukt op milieuvriendelijk papier, chloorvrij gebleekt, geschikt voor recycling.
  • Pagina 6 Internet Een overzicht van de auto vindt u in het eerste hoofdstuk. Voertuiginformatie en algemene informatie over BMW, bijv. over de techniek, staan online Geldigheid van de handleiding ter beschikking: www.bmw.com. Productie van het voertuig Geïntegreerde handleiding in de...
  • Pagina 7 Aanwijzingen AANWIJZINGEN Symbolen en weergaven Uitrusting van de auto Deze gebruikershandleiding toont alle serie-, Symbolen in de handleiding land- of speciale opties, die volgens model of in toekomst zullen worden aangeboden. In Sym- Betekenis deze handleiding zijn daarom ook uitvoeringen bool en functies beschreven en afgebeeld die in een Waarschuwingen die u beslist...
  • Pagina 8 Na een software-update van het voertuig, bijv. verkopende BMW AG vestigingen in Duitsland door een Remote Software Upgrade, bevat de in het kader van de kwaliteitsbrief van BMW geïntegreerde handleiding van het voertuig de nog meer prestaties bij de aankoop van meest actuele informatie.
  • Pagina 9 Onderdelen en accessoires Link met personen BMW raadt aan om gebruik te maken van on- derdelen en toebehoren die door BMW zijn Elk voertuig wordt met een eenduidig chassis- vrijgegeven en dus als geschikt worden be- nummer gekenmerkt.
  • Pagina 10 ▷ Informatie over transacties. sten met betrekking tot het voertuig, bijv. ▷ Informatie over fraudegevallen of strafbare BMW ConnectedDrive. handelingen. ▷ De garantie van de productkwaliteit, onder- zoek en ontwikkeling voor nieuwe produc- Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 11 Aanwijzingen AANWIJZINGEN Tijdstip van de gegevensverzameling Interesses Door klanten verstrekte gegevens over interes- De verzameling van persoonlijke gegevens segebieden, bijv. voorkeursproducten, hobby’s kan op de volgende tijdstippen plaatsvinden: en andere persoonlijke voorkeuren. ▷ Bij een directe contactopname met de fa- brikant van het voertuig, bijv.
  • Pagina 12 Ze worden alleen persoonlijke instellingen van deze functies langer dan noodzakelijk opgeslagen wanneer kunnen in een BMW ID of in een profiel in het ze noodzakelijk zijn om de met de klant over- voertuig worden opgeslagen en kunnen indien eengekomen diensten te verlenen.
  • Pagina 13 Aanwijzingen AANWIJZINGEN tuig worden ingebracht, bijv. via een smart- worden uitgelezen. In het kader van service- phone. De ingebrachte gegevens kunnen in en reparatieopdrachten worden de gegevens het voertuig worden verwerkt, bijv. voor het af- via de diagnosecontactdoos met speciale dia- spelen van de persoonlijke lievelingsmuziek.
  • Pagina 14 Deze publicatie van het voertuig en andere systemen mogelijk, bijv. de gegevens in de vereiste omvang gebeurt in met BMW ConnectedDrive. uitzonderlijke gevallen, bijv. voor het oplossen van een misdrijf. Diensten van de fabrikant van de auto...
  • Pagina 15 Diensten van andere aanbieders CarData worden opgevraagd. Het archief geeft Als er online diensten van andere aanbieders informatie over de in het kader van BMW Con- worden gebruikt, vallen die onder de verant- nectedDrive verzonden en opgeslagen gege- woordelijkheid en gegevensbeschermings- en vens.
  • Pagina 16 AANWIJZINGEN Aanwijzingen Wettelijk noodoproepsysteem ▷ Bescherming van persoonlijke gegevens: verordening (EU) 2016/679 van het Euro- pees Parlement en de Raad. Principe ▷ Bescherming van persoonlijke gegevens: Het wettelijk voorgeschreven noodoproepsys- richtlijn 2002/58/EG van het Europees Par- teem eCall maakt handmatige of automatische lement en de Raad.
  • Pagina 17 Aanwijzingen AANWIJZINGEN Rechten door de gegevensverwerking ▷ Een tijdstempel om het tijdstip van het on- geval te bepalen om de inzetplanning van van getroffen personen de reddingsteams te optimaliseren. De door de gegevensverwerking getroffen per- ▷ De rijrichting om bijv. op snelwegen de in- soon, bijv.
  • Pagina 18 AANWIJZINGEN Aanwijzingen Kwaliteitsverbetering Noodoproep, zie pagina 362. De gegevens die tijdens een noodoproep wor- Juridische basis den verzonden, worden ook gebruikt door de De verwerking van persoonlijke gegevens via fabrikant van de auto om de product- en servi- het intelligente noodoproepsysteem voldoet cekwaliteit te verbeteren.
  • Pagina 19 Aanwijzingen AANWIJZINGEN Wettelijk noodoproepsysteem het wettelijke noodoproepsysteem aan de openbare hulpcentrale. De eigenaar van een voertuig dat met een in- Bovendien wordt door het intelligente noodop- telligent noodoproepsysteem en het wettelijke roepsysteem de volgende extra informatie noodoproepsysteem is uitgerust, heeft het doorgegeven aan een noodoproepcentrale in recht om het noodoproepsysteem in plaats dienst van de fabrikant van het voertuig en evt.
  • Pagina 20 AANWIJZINGEN Aanwijzingen Motorruimte Voorruit Het ingekraste chassisnummer bevindt zich in De chassisnummer bevindt zich achter de de motorruimte aan de rechterkant van het voorruit. voertuig. iDrive Typeplaatje rechts Het chassisnummer kan ook via iDrive worden weergegeven. "MENU" "Alle apps" "Mobiele apparaten" "Instellingen"...
  • Pagina 21 Media van de handleiding AANWIJZINGEN Media van de handleiding Uitrusting van de auto Gedrukte handleiding In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, Principe systemen en functies beschreven, die model- De gedrukte gebruiksaanwijzing toont alle se- specifiek en in toekomst worden aangeboden, rie-, landuitvoeringen of speciale opties, die ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen volgens model of in toekomst zullen worden...
  • Pagina 22 AANWIJZINGEN Media van de handleiding Scrollen in de handleiding Naar boven of onder het wissen, tot de vol- gende of vorige gegevens weergegeven wor- den. Contexthulp Algemeen De geïntegreerde handleiding kan vanuit elk menu worden opgeroepen. Afhankelijk van de geselecteerde functie wordt de bijbehorende beschrijving of het hoofdmenu van de geïnte- greerde handleiding weergegeven.
  • Pagina 23 Media van de handleiding AANWIJZINGEN Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 24 KORTE INSTRUCTIE Instappen Instappen Openen en sluiten nieuw indrukken om de andere voertuigtoe- gangen te ontgrendelen. Autosleutel Vergrendelen met de voertuigsleutel Het bestuurdersportier sluiten. De toets van de autosleutel indruk- ken. Alle autotoegangen worden vergrendeld. Toetsen voor centrale vergrendeling Overzicht De toetsen van de autosleutel.
  • Pagina 25 Instappen KORTE INSTRUCTIE Weergaven, Toegang tot de bagageruimte bedieningselementen Bagageruimte openen Rondom het stuurwiel ▷ Voertuig ontgrendelen, aansluitend de toets aan de buitenzijde van de bagage- ruimte indrukken. Lichtschakelaar ▷ De toets van de autosleutel ca. 1 se- 2 Grootlicht, richtingaanwijzers conde ingedrukt houden.
  • Pagina 26 ›Annuleren‹. 4 Automatic Hold 5 Parkeerrem BMW iDrive Principe BMW iDrive is het weergave- en bedienings- concept van het voertuig en omvat talrijke functies. Toetsen op het controledisplay De LED's van de toetsen branden bij de bedie- ning van het Control Display. Bij weergave van het hoofdmenu zijn de LED's uit.
  • Pagina 27 Instellen en bedienen KORTE INSTRUCTIE Instellen en bedienen Stoelen, spiegels en stuur Hoofdsteun instellen Hoogte instellen Handmatig instelbare stoelen ▷ Omlaag: toets, pijl 1, indrukken en hoofd- Lengterichting steun naar beneden schuiven. 2 Dijbeensteun ▷ Omhoog: hoofdsteunen naar boven schui- 3 Zittinghoek ven.
  • Pagina 28 KORTE INSTRUCTIE Instellen en bedienen Overzicht Symbool Betekenis Linkerspiegel selecteren, automa- tische stoeprandfunctie. Rechterspiegel selecteren. Stuurwiel verstellen De geheugentoetsen bevinden zich op de voorportieren. Instelling opslaan Gewenste stand instellen. Toets indrukken. LED brandt. Gewenste toets 1 of 2 indrukken zolang de Hendel volledig naar beneden klappen.
  • Pagina 29 Instellen en bedienen KORTE INSTRUCTIE "Mobiele apparaten" Toets Functie "Nieuw apparaat verbinden" Gekartelde knop draaien: vo- Op de controledisplay worden mobiele tele- lume instellen. foons binnen de reikwijdte weergegeven. Gekartelde knop indrukken: Gewenste mobiele telefoon selecteren. geluidsweergave in-/uitscha- Het weergegeven controlenummer op de kelen.
  • Pagina 30 KORTE INSTRUCTIE Onderweg Onderweg Rijden Steptronic transmissie Keuzehendelstand D, N, R L Rijden-stand-by inschakelen Rijden-stand-by inschakelen Rempedaal intrappen. Start-/stopknop indrukken. ▷ D keuzestand. Rijden-stand-by uitschakelen ▷ N neutraalstand. Bij stilstaand voertuig de parkeerrem aan- ▷ R achteruitversnelling. trekken. ▷ Met schakelpaddle: S sportprogramma. Start-/stopknop indrukken.
  • Pagina 31 Onderweg KORTE INSTRUCTIE Licht en zicht Keuzehendelstand P inschakelen Richtingaanwijzers, grootlicht, lichtsignaal Richtingaanwijzers Toets indrukken. De transmissievergrendeling en de parkeerrem worden ingeschakeld. Parkeerrem ▷ Knipperen: de hefboom over het drukpunt Parkeerrem bedienen heen drukken. ▷ Kort knipperen: de hendel iets naar boven Toets indrukken.
  • Pagina 32 KORTE INSTRUCTIE Onderweg Licht en verlichting Ruitenwisserinstallatie Toetsen in de auto Ruitenwisserinstallatie inschakelen Symbool Functie Menu buitenverlichting Automatische verlichtingsregeling Dimlicht. Licht uit. Mistachterverlichting. De hendel naar boven drukken, tot de gewen- ste instelling bereikt is. ▷ Rustpositie van de wisser: stand 0. ▷...
  • Pagina 33 Onderweg KORTE INSTRUCTIE Regensensor activeren/deactiveren Achterruitenwisser Achterruitenwisser inschakelen Activeren: de hefboom uit de basisstand 0 eenmaal naar boven drukken, pijl 1. De buitenste schakelaar naar boven draaien. Deactiveren: de hefboom terug in de basis- stand 0 drukken. ▷ Rustpositie van de wisser, stand 0. ▷...
  • Pagina 34 KORTE INSTRUCTIE Onderweg Symbool Functie Symbool Functie Maximaal koelen. Ontwasemingsfunctie. Luchtrecirculatiefunctie. Achterruitverwarming. Automatische luchtrecirculatie- regeling. Frisse lucht. Luchthoeveelheid. Luchtverdeling. SYNC-programma. Stoelverwarming. Stuurwielverwarming. De functies kunnen ook spraakgestuurd wor- den bediend, bijv. Temperatuur. Toetsen, automatische airconditioning Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 35 Onderweg KORTE INSTRUCTIE Tussenstop Wielen en banden Gegevens betreffende de Tanken bandenspanning Tankdop Voor het openen van de tankdopklep op de achterste rand drukken, pijl. De tankdop- klep wordt geopend. De bandenspanningsinformatie bevindt zich op het plaatje op de portierstijl van het be- stuurdersportier.
  • Pagina 36 Voorkap openen. Hulp in geval van pech Dop linksom opendraaien. BMW pechhulp "MENU" "Alle apps" "BMW Assistance" Evt. de vermelding van de BMW pechhulp selecteren. Een spraakverbinding wordt opgebouwd. Motorolie bijvullen. ConnectedDrive Dop dichtdraaien. BMW Assistance Voor informatie en ondersteuning met betrek- king tot het voertuig kan contact worden opge- nomen met BMW Assistance.
  • Pagina 37 Teleservices zijn diensten die helpen om de auto mobiel te houden. Teleservices kan de volgende diensten omvat- ten: ▷ BMW pechhulp. ▷ BMW hulp bij verkeersongevallen. ▷ Teleservice Call. ▷ Uw servicepartner. Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 38 BEDIENING Cockpit Cockpit Uitrusting van de auto ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen voertuig aanwezig. Meer informatie: In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, systemen en functies beschreven, die model- Uitrusting van het voertuig, zie pagina 7. specifiek en in toekomst worden aangeboden, Rondom het stuurwiel Veiligheidsschakelaar...
  • Pagina 39 Cockpit BEDIENING Menu Buitenverlichting Audio, zie Handleiding over navi- gatie-, entertainment- en commu- Grootlichtassistent nicatiesysteem Automatisch rijlicht Voice Control, BMW Intelligent Dimlicht Personal Assistant Adaptieve lichtfuncties Telefoon, zie handleiding over na- Mistachterverlichting vigatie-, entertainment- en com- municatiesysteem Gekartelde knop voor het selecte-...
  • Pagina 40 BEDIENING Cockpit Rondom de middenconsole Control Display Parkeerhulpsystemen 2 Klimaatregeling Ontwasemingsfunctie My Modes Achterruitverwarming Menu Voertuiginstellingen Alarmlichtinstallatie Automatic Hold 4 Bedieningselementen voor entertainment- Parkeerrem systeem, zie Handleiding voor navigatie-, entertainment- en communicatiesys- teem 8 Keuzehendel Volume instellen Rijden-stand-by inschakelen/ uitschakelen Zender/nummer vooruit Terug Zender/nummer achteruit...
  • Pagina 41 Cockpit BEDIENING Telefoon Navigatie Rondom de dakhemel Noodoproep, SOS Leeslampjes 2 Glazen dak Menu Interieurverlichting 3 Interieurcamera Afhankelijk van de landuitvoering: Interieurverlichting Controlelampje passagiersair- Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 42 BEDIENING Sensoren van het voertuig Sensoren van het voertuig Uitrusting van de auto Camera's In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, Frontcamera systemen en functies beschreven, die model- specifiek en in toekomst worden aangeboden, ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen voertuig aanwezig.
  • Pagina 43 Sensoren van het voertuig BEDIENING Buitenspiegelcamera’s ▷ Bij dichte mist en hevige regen of sneeuw- val. ▷ Op steile hellingen of afdalingen en in scherpe bochten. ▷ Bij een bedekt gezichtsveld van de camera, bijv. door condens op de voorruit of door een sticker.
  • Pagina 44 BEDIENING Sensoren van het voertuig Radarsensoren zijdelings voor ▷ Bij vervuilde sensoren. ▷ Bij bevroren sensoren. ▷ Bij afgedekte sensoren, bijv. door stickers, folies of een kentekenplaathouder. ▷ Bij foutief uitgelijnde sensoren, bijv. door parkeerschade. ▷ Bij een bedekt straalbereik van de senso- ren, bijv.
  • Pagina 45 Sensoren van het voertuig BEDIENING Ultrasone sensoren achter ▷ Bij vervuilde sensoren. ▷ Bij bedekte sensoren, bijv. door stickers. ▷ Bij foutief uitgelijnde sensoren, bijv. door parkeerschade. ▷ Na ondeskundig uitgevoerde werkzaamhe- den aan de voertuiglak in het bereik van de sensoren.
  • Pagina 46 BEDIENING Sensoren van het voertuig ▷ Bij oneffenheden in het wegdek, bijvoor- beeld verkeersdrempels. ▷ Door sterke uitlaatgassen. ▷ De ultrasoonsensoren houden geen reke- ning met uitstekende ladingen. ▷ Bij scheefzittende afdekking van de trek- haak. Er wordt evt. een Check-Control-melding weer- gegeven wanneer de systeembeperkingen zijn bereikt.
  • Pagina 47 Bedrijfstoestand van het voertuig BEDIENING Bedrijfstoestand van het voertuig Uitrusting van de auto Om ervoor te zorgen dat de auto tegen weg- rollen beveiligd is, het volgende in acht ne- men: In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, ▷ Parkeerrem bedienen. systemen en functies beschreven, die model- specifiek en in toekomst worden aangeboden, ▷...
  • Pagina 48 BEDIENING Bedrijfstoestand van het voertuig In sommige situaties wordt de slaapstand niet automatisch ingesteld, bijv. tijdens een tele- foongesprek of bij een ingeschakeld dimlicht. Ruststand bij het openen van de voorportieren instellen Na een rit kan de slaapstand door het openen van de voorportieren opnieuw tot stand wor- den gebracht.
  • Pagina 49 Bedrijfstoestand van het voertuig BEDIENING Via gekartelde knop sloten ruimten kunnen de uitlaatgassen zich ook buiten de auto ophopen. Er bestaat le- Gekartelde knop in de midden- vensgevaar. De uitlaatpijp vrijhouden en voor console indrukken. Het Control voldoende ventilatie zorgen. Display en het instrumentenpa- neel gaan branden.
  • Pagina 50 BEDIENING Bedrijfstoestand van het voertuig Het starten verloopt korte tijd automatisch en De motor wordt afgezet. De auto gaat naar wordt beëindigd zodra de motor gestart is. de gereedheid. De controle- en waarschuwingslampjes in het instrumentenpaneel branden niet allemaal even lang. Benzinemotor Afhankelijk van de motorisatie is na het starten van de motor is de volledige trekkracht evt.
  • Pagina 51 Meer informatie: Uitrusting van het voertuig, zie pagina 7. Weergave- en bedieningsconcept Principe BMW iDrive is het weergave- en bedienings- Menu concept van het voertuig en omvat talrijke Toegang tot apps en voertuigfuncties. Er functies. kan een filter voor "Alle apps" en "Auto-apps"...
  • Pagina 52 Symbool Betekenis Statusinformatie telefoon Geluidsweergave actief. Symbool Betekenis Geluidsweergave gedeactiveerd. Actieve oproep. Activeringswoord actief. Gegevensoverdracht niet mogelijk. BMW ID of bestuurdersprofiel. Ontvangststerkte. Routebegeleiding actief. SIM-kaart ontbreekt. Snelle toegang. Wireless Charging actief. Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 53 Gewenste functie selecteren. Symbool Betekenis Gewenste functie ingedrukt houden. "Aan snelkoppelingen toevoegen" De functie is geactiveerd. Snelkoppelingen kunnen alleen met een ac- De functie is gedeactiveerd. tieve BMW ID of bestuurdersprofiel worden aangemaakt. Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 54 BEDIENING BMW iDrive Functie uitvoeren Toets Functie Op de controledisplay van boven naar on- Menu Rijinstellingen. deren vegen. Gewenste snelkoppeling aantikken. De functie wordt direct uitgevoerd. Dit betekent Menu buitenverlichting dat bijvoorbeeld bij de selectie van een tele- foonnummer ook de verbinding wordt opge- bouwd.
  • Pagina 55 BMW iDrive BEDIENING Toetsen op het controledisplay "Controledisplay" "Helderheid 's nachts" De LED's van de toetsen branden bij de bedie- ning van het Control Display. Bij weergave van Gewenste instelling doen. het hoofdmenu zijn de LED's uit. Naargelang de lichtverhoudingen kan de rege-...
  • Pagina 56 BMW Intelligent Personal punt als snelkoppeling vastleggen. Assistant Letters en cijfers invoeren Principe Invoeren De BMW Intelligent Personal Assistant is een Eventueel het symbool of het touch- persoonlijke assistent die een natuurlijke Voice screen aantikken. Control van verschillende voertuigfuncties mo- Gewenste letters en cijfers invoeren.
  • Pagina 57 Spraakinvoer inschakelen Persoonlijk activeringswoord Algemeen Naast het vooraf ingestelde activeringswoord De spraakinvoer kan op verschillende manie- kan met een actieve BMW ID of een bestuur- ren geactiveerd worden: dersprofiel een persoonlijk activeringswoord Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 58 "MENU" Er kunnen aanwijzing worden gegeven of vra- "Auto-apps" gen worden gesteld waarbij de Personal As- "Systeeminstellingen" sistant ondersteuning biedt. "Persoonlijke assistent (BMW)" Voertuigstatus en voertuigfuncties "Activeringswoord" "Persoonlijk activeringswoord" ▷ ›Is de bandenspanning nog OK?‹ "Vastleggen"...
  • Pagina 59 Voice Control weergeven. "Persoonlijke assistent (BMW)" ▷ ›Help‹: tips en voorbeeldcommando’s voor "Spreken tijdens spraakweergave" de Voice Control weergeven. ▷ In de widget van de BMW Intelligent Perso- nal Assistant worden verdere voorbeeld- Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 60 "MENU" "Auto-apps" De Personal Assistant kan gewoonten auto- matiseren zoals het automatisch openen van "Systeeminstellingen" ruiten op dezelfde plaats. Hiervoor worden re- "Persoonlijke assistent (BMW)" gels ingesteld die altijd kunnen worden geacti- "Online-spraakverwerking" veerd of gedeactiveerd. Volume aanpassen Gewoonten activeren/deactiveren De volumeregelaar tijdens de gesproken aan- "MENU"...
  • Pagina 61 BMW iDrive BEDIENING Mobile apparaten met de ▷ Driver's Guide App. auto verbinden ▷ Driver's Guide Web. Veiligheidsaanwijzing Principe Er zijn verschillende manieren om mobiele ap- WAARSCHUWING paraten te verbinden met het voertuig. De ver- De bediening van geïntegreerde informatie-...
  • Pagina 62 BEDIENING BMW iDrive Functie Soort verbinding Symbool op de controledisplay Apple CarPlay via iDrive en via Bluetooth en WLAN. spraakbesturing bedienen. Trefwoord: Bluetooth-verbinding en Trefwoord: Apple CarPlay-voorberei- voertuig-WLAN. ding. Android Auto bedienen via iDrive of Bluetooth en WLAN. spraakbesturing. Trefwoord: Bluetooth-verbinding en Trefwoord: Android Auto-voorberei- voertuig-WLAN.
  • Pagina 63 Het zoeken naar een software-upgrade kan al- Algemeen leen bij een ingeschakelde bedrijfsgereedheid plaatsvinden. BMW raadt aan om de Remote Software Up- grade uit te voeren zodra die ter beschikking Automatisch zoeken wordt gesteld. Het voertuig zoekt in de achtergrond regelma- Veiligheidsaanwijzing tig naar updates.
  • Pagina 64 Control Display worden bekeken. Via de BMW app Deze informatie is ook in het ConnectedDrive klantenportaal beschikbaar. In de BMW app wordt, indien een upgrade be- schikbaar is, informatie over de nieuwe soft- Informatie weergeven wareversie weergegeven.
  • Pagina 65 BMW Remote Software Upgrade BEDIENING ▷ De installatie kan ca. 20 tot 30 minuten du- ▷ Aanhangwagen of bagagedrager loskop- ren. pelen. ▷ De installatie kan niet worden afgebroken. ▷ De voertuigsleutel moet zich bij de toe- stemming voor de installatie in het voertuig ▷...
  • Pagina 66 Storing Bij een functiestoring de aanwijzingen op de controledisplay of in de BMW app volgen. Als de functiestoring niet kan worden verhol- pen, contact opnemen met een servicepartner van de fabrikant of een andere gekwalificeerde servicepartner of vakwerkplaats.
  • Pagina 67 Navigatie, bijvoorbeeld opgeslagen be- De auto biedt diverse diensten aan waarbij ge- stemmingen. gevens moeten worden overgedragen aan ▷ Telefoonboek. BMW of aan een serviceprovider. Voor be- ▷ Online gegevens, bijvoorbeeld favorieten, paalde diensten kan de gegevensoverdracht cookies. worden gedeactiveerd.
  • Pagina 68 Als een voertuig door meerdere personen wordt gebruikt, kan elke persoon zijn persoon- Voertuiggegevens resetten lijke instellingen via de BMW ID of via het be- stuurdersprofiel activeren. Alle individuele instellingen kunnen bij uitge- Veel van de in het voertuig opgeslagen instel-...
  • Pagina 69 Persoonlijke instellingen BEDIENING BMW ID toevoegen ▷ In het voertuig is geen BMW ID en geen be- stuurdersprofiel opgeslagen: Er moet een bestaande BMW ID aan het voer- De begroeting is neutraal. Er wordt aange- tuig worden toegevoegd: boden om een BMW ID toe te voegen of Symbool of persoonlijke afbeelding in een bestuurdersprofiel aan te maken.
  • Pagina 70 BMW ID of het bestuurdersprofiel ge- ▷ Met behulp van de PIN kan de BMW ID of activeerd met de volgende prioriteit: het bestuurdersprofiel worden geactiveerd, ▷ De sleutel die het voertuig ontgrendelt, acti-...
  • Pagina 71 Symbool van het gewenste BMW ID of activeerd en gewijzigd. het gewenste bestuurdersprofiel aantikken. Het gastprofiel is automatisch actief in de vol- Als de BMW ID met de BMW Cloud werd ge- gende gevallen: synchroniseerd, blijven de in de BMW Cloud ▷...
  • Pagina 72 Als buiten aan de bestuurderszijde van het voertuig meerdere voertuigsleutels of digi- De geconfigureerde instellingen bij het toevoe- tale sleutels aanwezig zijn waaraan een gen van een BMW ID of het aanmaken van BMW ID of een bestuurdersprofiel is toege- een bestuurdersprofiel kunnen worden gewij- wezen.
  • Pagina 73 Afhankelijk van de uitrusting en de landuitvoe- ring zijn voor de functies van de toetsen ver- Ontgrendelen. schillende instellingen mogelijk. Er kan een BMW ID of een bestuurdersprofiel Vergrendelen. met persoonlijke instellingen aan een voertuig- sleutel worden toegewezen. Voor informatie over de onderhoudsbehoefte Bagageruimte openen/sluiten.
  • Pagina 74 Als aan de verloren voertuigsleutel een BMW ID of een bestuurdersprofiel is toegewezen, moet de verbinding met deze voertuigsleutel worden gewist. De BMW ID of het bestuurder- sprofiel kan vervolgens aan een nieuwe voer- tuigsleutel worden toegewezen. Accubehuizing zijwaarts uit de voertuig- Batterij vervangen sleutel lostrekken.
  • Pagina 75 Openen en sluiten BEDIENING Accubehuizing in de voertuigsleutel plaat- tenaf vergrendelen als zich daarin personen sen. bevinden. Geïntegreerde sleutel verwijderen Toets, pijl 1, ingedrukt houden en de afdek- king, pijl 2, zijdelings uitnemen. Afdekking in de voertuigsleutel plaatsen. Oude accu's door een servicepartner van de fabrikant of een andere gekwa- lificeerde servicepartner of vakwerk- plaats laten afvoeren of op een verzamelpunt...
  • Pagina 76 BEDIENING Openen en sluiten Via het portierslot ontgrendelen Overzicht Met één hand de portiergreep naar buiten trekken en vasthouden. Portierpin voor de handmatige vergrendeling van het bestuurdersportier. Portierslot met de geïntegreerde sleutel linksom ontgrendelen. Auto vergrendelen Bestuurdersportier sluiten. Portierpin in het bestuurdersportier binnen naar beneden drukken.
  • Pagina 77 Openen en sluiten BEDIENING Noodherkenning van de autosleutel ▷ Storing van de verbinding door mobiele te- lefoons of andere elektronische apparaten in de onmiddellijke omgeving van de auto- sleutel. De autosleutel nooit samen met elektroni- sche apparaten transporteren. ▷ Storing van de signaaloverdracht door het opladen van mobiele apparaten, bijvoor- beeld een mobiele telefoon.
  • Pagina 78 Daarnaast worden de volgende functies uitge- dat de portieren via de vergrendelingsknop- voerd: pen of de portieropeners ontgrendeld kun- ▷ Als aan de voertuigsleutel een BMW ID of nen worden. een bestuurdersprofiel werd toegewezen, ▷ De alarminstallatie wordt ingeschakeld. Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 79 In dit geval de rijden-stand-by via de Meer informatie: start-/stopknop uitschakelen. BMW Digital Key, zie pagina 87. Meer informatie: Voorwaarden voor een correcte Instellingen, zie pagina 92. werking Met de voertuigsleutel ▷...
  • Pagina 80 De klep van de tankdop blijft ontgrendeld. aan de buitenhandgrepen kan door vocht of Meer informatie: sneeuw zijn verstoord. BMW Digital Key, zie pagina 87. Bij een storing de auto met de toetsen van de autosleutel of met de geïntegreerde sleutel Gedrag bij het ontgrendelen ontgrendelen en vergrendelen.
  • Pagina 81 Algemeen grendeling en vergrendeling van het voertuig worden gebruikt. De Key Card is beschikbaar met Comfort Ac- cess. Meer informatie: BMW Digital Key, zie pagina 87. Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 82 ▷ De Remote Services van de BMW App bie- den onder andere de mogelijkheid om een voertuig te vergrendelen en te ontgrende- OPMERKING len.
  • Pagina 83 In dit geval kunt u de bagage- ruimte openen met uw smartphone. Meer informatie: ▷ Toets op de bagageruimte indruk- BMW Digital Key, zie pagina 87. ken. ▷ Toets op de bagageruimte indruk- ken. Het voertuig wordt vergrendeld zo- dra de bagageruimte is gesloten.
  • Pagina 84 BEDIENING Openen en sluiten moet het bestuurdersportier gesloten zijn Door de toets in te drukken en ingedrukt te en moet de autosleutel zich buiten de auto houden, wordt de bagageruimte opnieuw binnen het bereik van de bagageruimte be- gesloten. vinden. ▷...
  • Pagina 85 ▷ De contactloze opening en sluiting van de Meer informatie: bagageruimte moet in de instellingen zijn BMW Digital Key, zie pagina 87. geactiveerd. ▷ Voor contactloos openen en sluiten van de Veiligheidsvoorschriften bagageruimte met de digitale sleutel moet...
  • Pagina 86 BEDIENING Openen en sluiten Key Card Voor het openen van de bagageruimte knip- pert de alarmlichtinstallatie. Door de voetbeweging te herhalen, wordt de Principe openingscyclus gestopt. Door de daaropvol- De Key Card maakt het mogelijk om het voer- gende voetbeweging wordt de bagageruimte tuig te ontgrendelen en te vergrendelen en te opnieuw gesloten.
  • Pagina 87 Openen en sluiten BEDIENING Rijden-stand-by inschakelen Als de BMW Digital Key voor het voertuig is geactiveerd, kan in plaats van de voertuigsleu- tel een digitale sleutel worden gebruikt. Een gedeactiveerde Key Card blijft in de lijst met aangemelde digitale sleutels staan.
  • Pagina 88 Voor de vrijschakeling de aanwijzingen in het functies worden ondersteund. menu Digital Key in de BMW App of op de con- troledisplay volgen. Een BMW ID of een bestuurdersprofiel met in- dividuele instellingen kan aan een digitale Digitale sleutel delen sleutel worden toegewezen.
  • Pagina 89 Openen en sluiten BEDIENING Digitale sleutel wissen Functie resetten Voor het resetten van de functie BMW Digital Algemeen Key moet er een gemachtigde voertuigsleutel in het voertuig aanwezig zijn. Gewiste digitale sleutels worden uit de lijst met vrijgeschakelde digitale sleutels verwijderd.
  • Pagina 90 BEDIENING Openen en sluiten Rijden-stand-by inschakelen Storing De herkenning van de digitale sleutel door het Via het smartphone-opbergvak voertuig kan onder andere door de volgende omstandigheden worden verstoord: ▷ De smartphone wordt door een onge- schikte hoes afgeschermd tegen de senso- ren in de auto.
  • Pagina 91 ▷ Als aan de geselecteerde BMW ID geen iDrive. In een BMW ID of in het gastprofiel op- PIN werd toegewezen: toegangsgege- geslagen instellingen kunnen niet worden ge- vens voor het BMW ID invoeren.
  • Pagina 92 BEDIENING Openen en sluiten Instellingen "Ver-/ ontgrendelen" Gewenste instelling selecteren: ▷ "Na einde van de rit ontgrendelen" Algemeen ▷ "Ontgrendelen bij inschakelen P" Afhankelijk van de uitrusting en landuitvoering Na het beëindigen van rijden-stand-by zijn verschillende instellingen voor het openen door het indrukken van de start-/stopknop en sluiten mogelijk.
  • Pagina 93 Openen en sluiten BEDIENING "Portieren en ramen" "Portieren en ramen" "Ver-/ ontgrendelen" "Achterklep" "Spiegels in-/uitkl. ver-/ontgrendel." "Openingshoogte" Houd de achterklep in de gaten en stel de Bagageruimte gewenste openingshoogte in. Bagageruimte en portieren Bagageruimte contactloos openen/ sluiten Er kan worden ingesteld of alleen de bagage- ruimte en of met de bagageruimte ook de por- "MENU"...
  • Pagina 94 BEDIENING Openen en sluiten ▷ Akoestisch alarm: De alarminstallatie is ingeschakeld. Afhankelijk van de wettelijke bepalingen ▷ Het controlelampje knippert circa 10 secon- wordt het akoestische alarm eventueel on- den en gaat daarna elke 2 seconden flitsen: derdrukt. De interieurbeveiliging en hellingshoeksen- ▷...
  • Pagina 95 Algemeen Principe Als een ruit vaak op dezelfde plaats wordt ge- Het sluiten van de ruiten gebeurt via de buiten- opend, kan deze taak door de BMW Intelligent handgreep, zonder bediening van de voertuig- Personal Assistant worden overgenomen. Bij- sleutel.
  • Pagina 96 Afhankelijk van het land is de sluiting van de vensters aan de buitenhandgreep ook voor compatibele smartphones met een digitale sleutel mogelijk. Meer informatie: BMW Digital Key, zie pagina 87. Functievoorwaarden ▷ De voertuigsleutel bij zich dragen, bijv. in de broekzak.
  • Pagina 97 Openen en sluiten BEDIENING De ruit wordt gesloten, zolang de schake- een ruit de sluitkracht een bepaalde laar ingedrukt wordt gehouden. waarde, dan wordt het sluiten onderbroken. ▷ Schakelaar over het drukpunt trek- ken. Schakelaar binnen ca. 4 seconden Het venster wordt automatisch ge- opnieuw over het drukpunt trekken en hou- sloten.
  • Pagina 98 Bij de bediening van het glazen dak kunnen Meer informatie: lichaamsdelen worden ingeklemd. Er bestaat BMW Digital Key, zie pagina 87. kans op letsel. Bij het openen en sluiten erop letten dat het bewegingsgebied van het gla- Functievoorwaarden zen dak vrij is.
  • Pagina 99 Openen en sluiten BEDIENING In het interieur scherm opent zich een stukje. Algemeen ▷ Het geopende glazen dak wordt tot de op- geheven positie gesloten. Het zonne- Het glazen dak en het zonnescherm worden scherm beweegt niet. met dezelfde schakelaar bediend. ▷...
  • Pagina 100 BEDIENING Openen en sluiten Glazen dak en zonnescherm opening of bij het sluiten uit opgeheven positie onderbroken. gezamenlijk openen/sluiten ▷ Schakelaar tweemaal kort na Sluiten zonder inklembescherming uit elkaar door het drukpunt geopende positie heen naar achteren schui- Bij gevaar van buitenaf of wanneer ijsvorming ven.
  • Pagina 101 Openen en sluiten BEDIENING Initialiseren na stroomonderbreking Algemeen Na een stroomonderbreking tijdens het ope- nen of sluiten is het glazen dak mogelijk slechts beperkt te bedienen. In dit geval kan een initialisatie van het systeem helpen. Het systeem kan onder volgende voorwaarden geïnitialiseerd worden: ▷...
  • Pagina 102 BEDIENING Stoelen, spiegels en stuur Stoelen, spiegels en stuur Uitrusting van de auto WAARSCHUWING Als de rugleuning van de stoel te ver naar In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, achteren is gekanteld, is de beschermende systemen en functies beschreven, die model- werking van de veiligheidsgordel niet meer specifiek en in toekomst worden aangeboden, gewaarborgd.
  • Pagina 103 Stoelen, spiegels en stuur BEDIENING Lengterichting instellen Hoogte instellen WAARSCHUWING Een onvergrendelde stoel kan tijdens het rij- den tot onverwachte bewegingen van de stoel leiden. U kunt de controle over de auto verliezen. Er bestaat gevaar voor ongevallen. De stoel na het instellen licht vooruit en ach- teruit bewegen zodat de stoel correct vast- klikt.
  • Pagina 104 Hoogte instellen Stoelpositie automatisch instellen Algemeen De stoelverstelling voor de bestuurdersstoel wordt in de actieve BMW ID of in het actieve bestuurdersprofiel opgeslagen. Als de BMW ID of het bestuurdersprofiel later opnieuw wordt geactiveerd, wordt de opgeslagen positie au- tomatisch ingesteld.
  • Pagina 105 Stoelen, spiegels en stuur BEDIENING Dijbeensteun Menu Stoelmassage Toets indrukken om het menu Stoel- Sportstoel massage direct op het controledisplay op te roepen. Via een selectievakje kan de functie worden gedeactiveerd. Stoelmassage inschakelen/ uitschakelen "MENU" "Auto-apps" Aan de hendel aan de voorzijde van de stoel "Zitcomfort"...
  • Pagina 106 BEDIENING Stoelen, spiegels en stuur Voorstoel kalibreren WAARSCHUWING De schakelaar naar voren gedrukt houden tot de stoel stopt. Bij het neerklappen van de middenarmsteun achterin bestaat inklemgevaar. Er bestaat De schakelaar opnieuw naar voren gedrukt kans op letsel. Bij het neerklappen erop let- houden tot de stoel stopt.
  • Pagina 107 Stoelen, spiegels en stuur BEDIENING Veiligheidsvoorschriften Rugleuninghoek Aan de lus trekken om de rugleuning te ontgrendelen. WAARSCHUWING Als meer dan een persoon van dezelfde gor- del gebruikmaakt, is de beschermende werk- ing van de veiligheidsgordel niet meer ge- waarborgd. Er bestaat kans op letsel of levensgevaar.
  • Pagina 108 BEDIENING Stoelen, spiegels en stuur Veiligheidsgordel sluiten ▷ Gordels of gordelsloten zijn beschadigd, vervuild of op een andere manier gewij- De veiligheidsgordel bij het omdoen lang- zigd. zaam over de schouder en het bekken lei- ▷ Gordelspanners of gordelautomaten zijn den.
  • Pagina 109 Stoelen, spiegels en stuur BEDIENING Veiligheidsgordel openen Afhankelijk van de uitvoering en de landuitvoe- ring kunnen de weergaven verschillen. Veiligheidsgordel vasthouden. Symbool Betekenis Rode toets in het slot indrukken. Met de slotlip, pijl 1, het scheidingsslot, Veiligheidsgordel is niet omge- pijl 2, openen.
  • Pagina 110 BEDIENING Stoelen, spiegels en stuur Afstand instellen WAARSCHUWING De afstand tot het achterhoofd wordt via de Bij het bewegen van de hoofdsteun kunnen hoek van de rugleuning ingesteld. lichaamsdelen worden ingeklemd. Er bestaat De afstand zodanig instellen dat de hoofdsteu- kans op letsel.
  • Pagina 111 Stoelen, spiegels en stuur BEDIENING Hoogte instellen ▷ Gedemonteerde hoofdsteunen voor de rit op alle bezette plaatsen monteren. ▷ De hoofdsteun indien mogelijk zodanig instellen, dat het midden van de hoofd- steun het achterhoofd ongeveer op oog- hoogte ondersteunt. ▷ De afstand zodanig instellen dat de hoofdsteunen zo dicht mogelijk tegen het achterhoofd aanliggen.
  • Pagina 112 Algemeen Rechtse buitenspiegel selecteren. De buitenspiegelinstelling wordt in de actieve BMW ID of in het actieve bestuurdersprofiel opgeslagen. Als de BMW ID of het bestuurder- sprofiel later opnieuw wordt geactiveerd, wordt Buitenspiegels instellen de opgeslagen positie automatisch ingelezen. Toets indrukken.
  • Pagina 113 Stoelen, spiegels en stuur BEDIENING Buitenspiegels inklappen/ Automatische stoeprandfunctie activeren uitklappen Toets indrukken. LED brandt. OPMERKING Keuzehendelstand R inschakelen. Vanwege de breedte van de auto kan deze in wasstraten worden beschadigd. Er bestaat De parkeerfunctie is gedeactiveerd als de con- gevaar voor schade.
  • Pagina 114 BEDIENING Stoelen, spiegels en stuur Overzicht Hendel volledig naar beneden klappen. Het stuurwiel met beide handen vastpak- ken en in lengterichting en hoogte aanpas- sen aan de stoelpositie. Hendel weer terugdrukken. Stuurverwarming inschakelen/ uitschakelen "KLIMAAT MENU" in het midden van de airconditioningslijst aantikken.
  • Pagina 115 Stoelen, spiegels en stuur BEDIENING Stoelverwarming WAARSCHUWING Bij het bewegen van de stoelen bestaat in- Principe klemgevaar. Er bestaat kans op letsel of Het systeem verwarmt indien gewenst de schade. Voor het instellen erop letten dat het stoelen. bewegingsgebied van de stoel vrij is. Algemeen Overzicht Als de rit binnen ongeveer 15 minuten wordt...
  • Pagina 116 BEDIENING Kinderen veilig vervoeren Kinderen veilig vervoeren Uitrusting van de auto WAARSCHUWING Een heet voertuig kan dodelijke gevolgen In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, hebben voor personen, kinderen of dieren. Er systemen en functies beschreven, die model- bestaat kans op letsel of levensgevaar. Kin- specifiek en in toekomst worden aangeboden, deren en dieren niet zonder toezicht in het ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen...
  • Pagina 117 Kinderen veilig vervoeren BEDIENING Montage van Veiligheidsaanwijzing kinderveiligheidssystemen WAARSCHUWING Kinderen kleiner dan 150 cm kunnen de vei- Algemeen ligheidsgordel zonder geschikte aanvullende Bij het selecteren, aanbrengen en gebruiken kinderveiligheidssystemen niet correct dra- van kinderveiligheidssystemen de informatie, gen. De beschermende werking van de vei- bedienings- en veiligheidsaanwijzingen van de ligheidsgordels kan beperkt zijn of wegvallen fabrikant van het kinderveiligheidssysteem op-...
  • Pagina 118 BEDIENING Kinderen veilig vervoeren Naar achteren gerichte vergrendeld zijn. Indien mogelijk de hoofd- steunen in de hoogte aanpassen of verwijde- kinderveiligheidssystemen ren. GEVAAR Voor de montage Niet-uitgeschakelde passagiersairbags kun- nen bij het activeren een kind in een naar Let er voor de montage van kinderveiligheids- achteren gericht kinderveiligheidssysteem systemen op, dat de rugleuningen zijn ver- dodelijk verwonden.
  • Pagina 119 Kinderen veilig vervoeren BEDIENING ISOFIX- of i-Size- Geschikte kinderzitjesbevestigingen ISOFIX- of i-Size- kinderzitjesbevestiging kinderveiligheidssystemen Slechts bepaalde kinderzitjesbevestigingen Algemeen ISOFIX- of i-Size-kinderveiligheidssystemen Bij het selecteren, aanbrengen en gebruiken mogen op de daartoe geschikte zitplaatsen van kinderzitjesbevestiging ISOFIX- of i-Size- worden gebruikt. De betreffende grootteklasse kinderveiligheidssystemen moeten de gege- en groottecategorie wordt op een sticker op vens, bedienings- en veiligheidsaanwijzingen...
  • Pagina 120 BEDIENING Kinderen veilig vervoeren passagiersstoel WAARSCHUWING De bevestigingspunten voor de onderste ver- ankeringen en de bevestigingspunten voor kinderveiligheidssystemen zijn alleen be- doeld voor het aanbrengen van kinderveilig- heidssystemen. Als andere voorwerpen wor- den bevestigd, kunnen de houders of bevestigingspunten beschadigd raken. Er be- staat kans op letsel of schade.
  • Pagina 121 Kinderen veilig vervoeren BEDIENING Achterbank venste bevestigingsriem niet over scherpe randen of gedraaid naar het bovenste beves- tigingspunt wordt geleid. WAARSCHUWING Als de achterbankleuning niet is vergrendeld is de beschermende werking van het kinder- veiligheidssysteem verminderd of volledig af- wezig. In bepaalde situaties, zoals remma- noeuvres of een ongeval, kan de Afhankelijk van de nationale uitvoering zijn er achterbankleuning naar voren klappen.
  • Pagina 122 BEDIENING Kinderen veilig vervoeren Geleiding van de bevestigingsriem 5 Rugleuning 6 Bovenste bevestigingsriem Achterbank Bevestigingspunt op zitplaats achterin Rijrichting 2 Hoofdsteun Rijrichting 3 Haak van bovenste bevestigingsriem 2 Hoofdsteun 4 Bevestigingspunt 3 Haak van bovenste bevestigingsriem 5 Rugleuning 4 Bevestigingspunt 6 Bovenste bevestigingsriem 5 Rugleuning 6 Bovenste bevestigingsriem...
  • Pagina 123 Kinderen veilig vervoeren BEDIENING Passagiersstoel met bevestigingspunt Indien uitgerust met geïntegreerde hoofdsteun: de bovenste bevestigingsriem over de hoofd- Hoofdsteun eventueel naar boven schui- steun leiden. ven. Bovenste bevestigingsriem tussen de be- Geschikte zitplaatsen voor vestigingen van de hoofdsteunen door ha- len.
  • Pagina 124 BEDIENING Kinderen veilig vervoeren Stoel Airbag, Bevestiging passagier 3 a) e, f) e, f) e, f) 4, 6 - b) 5 – c, d) a) De passagiersstoel in de lengterichting aanpassen en, indien nodig, in de hoogste stand zet- ten om een optimaal verloop van de gordel te bereiken. b) Bij gebruik van kinderzitjes op de achterbank eventueel de lengterichting van de voorstoel aanpassen en indien nodig de hoofdsteun van de achterbank aanpassen of verwijderen.
  • Pagina 125 Kinderen veilig vervoeren BEDIENING Sym- Betekenis Sym- Betekenis bool bool Niet geschikt voor kinderveiligheidssys- Geschikt voor kinderzitjesbeves- temen. tiginen ISOFIX. Geschikt voor kinderveiligheidssyste- Geschikt voor ISOFIX- en i-Size- men van de categorie Universeel die kinderveiligheidssystemen. voor gebruik in deze gewichtsgroep zijn goedgekeurd.
  • Pagina 126 BEDIENING Kinderen veilig vervoeren Veiligheidsschakelaar voor achterin Toets van het bestuurdersportier in- drukken. Verschillende functies worden geblok- keerd en kunnen achterin niet worden bediend, bijv. de ruitenheffer. Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 127 Rijden BEDIENING Rijden Uitrusting van de auto uitrolt en bij het vertrekken biedt het onder- steuning. In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, Wegrijden systemen en functies beschreven, die model- Om weg te rijden het rijpedaal intrappen. specifiek en in toekomst worden aangeboden, ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen De parkeerrem wordt automatisch vrijgezet.
  • Pagina 128 BEDIENING Rijden Afzetten van de motor ▷ Hoge buitentemperatuur en airconditioning ingeschakeld. Voorwaarden voor een correcte ▷ Interieur nog niet zoals gewenst verwarmd werking of gekoeld. ▷ Als de ruiten zouden kunnen beslaan wan- De motor wordt tijdens het stilstaan onder de neer de automatische airconditioning is in- volgende omstandigheden automatisch uitge- geschakeld.
  • Pagina 129 Rijden BEDIENING Via keuzehendelstand of rijmodus ▷ Veiligheidheidsgordel bestuurder afgedaan en bestuurdersportier geopend. De Auto Start Stop functie wordt als volgt ge- ▷ De motorkap werd ontgrendeld. deactiveerd: Sommige controlelampjes branden verschil- ▷ Bij keuzehendelstand S. lend lang. ▷ Bij keuzehendelstand L. De motor kan alleen via de start-/stopknop ge- ▷...
  • Pagina 130 BEDIENING Rijden Steptronic transmissie P wordt automatisch ingeschakeld Keuzehendelstand P wordt bijv. in de volgende situaties automatisch ingeschakeld: Principe ▷ Na het uitschakelen van rijden-stand-by, De Steptronic transmissie is de automatische als keuzehendelstand R, D, S of L inge- transmissie van het voertuig. Met schakel- schakeld is.
  • Pagina 131 Rijden BEDIENING het loslaten keert de hendel in de midden- Met ingetrapt rempedaal de rijden-stand- stand terug. by inschakelen. Rempedaal intrappen. Keuzehendelstand N inschakelen. Rijden-stand-by uitschakelen. De gereedheid blijft op deze manier inge- schakeld en een Check-Control-melding wordt weergegeven. De auto kan vrij rollen. De keuzehendelstand P wordt na ca.
  • Pagina 132 BEDIENING Rijden LOW-programma activeren Sportprogramma activeren Keuzehendel uit keuzehendelstand D naar D/L Keuzehendel uit keuzehendelstand D naar D/S trekken. trekken. Op het instrumentenpaneel wordt de inge- Op het instrumentenpaneel wordt de inge- schakelde versnelling weergegeven bijvoor- schakelde versnelling weergegeven bijvoor- beeld L1.
  • Pagina 133 Rijden BEDIENING Keuzehendelstand N inschakelen ▷ Aan de rechter schakelpaddle trekken en vasthouden tot op het instrumentenpaneel Start-/stopknop drie keer indrukken zonder D wordt weergegeven. op de rem te trappen. ▷ Als aanvulling op de getrokken rechtse Rempedaal intrappen. schakelpaddle ook aan de linkse schakel- Keuzehendel in stand N drukken.
  • Pagina 134 BEDIENING Rijden Schakelen Voorwaarden voor een correcte werking Launch Control is beschikbaar als de motor op bedrijfstemperatuur is. De motor is na een on- onderbroken rit van minstens 10 kilometer op bedrijfstemperatuur. Wegrijden met Launch Control Rijden-stand-by inschakelen. Rijmodus activeren: "SPORT". ▷...
  • Pagina 135 Rijden BEDIENING Na het gebruik van Launch Control Weergaven in het instrumentenpaneel Ter ondersteuning van de rijstabiliteit de dyna- mische stabiliteitsregeling zo spoedig mogelijk De geselecteerde rijmodus weer inschakelen. wordt evt. in het instrumenten- paneel weergegeven. My Modes Principe Rijmodi My Modes beïnvloeden de eigenschappen van Toets Rijmodus...
  • Pagina 136 BEDIENING Rijden Veiligheidsvoorschriften Rijmodus voor een verbruiksgeoptimali- seerde afstemming met anticiperende weergave. WAARSCHUWING Efficiëntietrainer, zie pagina 311. Een onbeveiligd voertuig kan vanzelf in be- weging komen en wegrollen. Er bestaat ge- Rijmodus kiezen vaar voor ongevallen. Het voertuig voor het verlaten tegen wegrollen beveiligen.
  • Pagina 137 Rijden BEDIENING Overzicht Bij een stilstaand voertuig worden de parkeer- rem en de transmissievergrendeling ingescha- keld. Toets in de auto Parkeerrem automatisch inschakelen In sommige situaties wordt de parkeerrem au- tomatisch ingeschakeld, bijv. door Automatic Hold. Bovendien kan het systeem zodanig worden ingesteld dat de parkeerrem bij het uitschake- len van de rijden-stand-by automatisch wordt ingeschakeld.
  • Pagina 138 BEDIENING Rijden Automatic Hold Parkeerrem via iDrive bedienen De parkeerrem kan ook via iDrive worden inge- schakeld of losgemaakt. Daarnaast wordt aan- Principe vullende informatie weergegeven. Automatic Hold ondersteunt door automatisch "MENU" vastzetten en losmaken van de rem, bijvoor- beeld bij stilstaand en langzaam rijdend ver- "Auto-apps"...
  • Pagina 139 Rijden BEDIENING Het controlelampje brandt groen. WAARSCHUWING Automatic Hold is gereed voor gebruik. Kinderen of dieren die zonder toezicht in de Bij het opnieuw starten van de auto auto worden achtergelaten kunnen de auto in wordt de laatstgekozen instelling aangehou- beweging zetten en zichzelf of het verkeer in den.
  • Pagina 140 BEDIENING Rijden Kortstondig knipperen Als de auto door Automatic Hold wordt tegen- gehouden, dan voor het uitschakelen tevens De hendel tot door het drukpunt drukken en in- het rempedaal intrappen. gedrukt houden zolang er geknipperd moet worden. Richtingaanwijzers Grootlicht, lichtsignaal Richtingaanwijzers in de buitenspiegel De hendel naar voren drukken of naar ach-...
  • Pagina 141 Rijden BEDIENING Ruitenwisserinstallatie uitschakelen en kort wissen OPMERKING Bij langdurig wissen op een droge ruit kun- nen de wisserbladen vroegtijdig slijten of be- schadigd raken. De wissermotor kan overver- hit raken. Er bestaat gevaar voor schade. De ruitenwissers niet gebruiken als de ruit droog OPMERKING Bij vastgevroren wissers kunnen de wisser- De hefboom naar onder of naar voren drukken.
  • Pagina 142 BEDIENING Rijden Ruitensproeierinstallatie Regensensor activeren Veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING Bij lage temperaturen kan de sproeiervloei- stof op de ruit bevriezen en het zicht beper- ken. Er bestaat gevaar voor ongevallen. Was- straten alleen gebruiken als het bevriezen van de sproeiervloeistof uitgesloten is. Indien De hefboom uit de basisstand 0 eenmaal naar nodig antivries gebruiken.
  • Pagina 143 Rijden BEDIENING Achterruitenwisser Veiligheidsvoorschriften Achterruitenwisser inschakelen WAARSCHUWING Als de wissers zich in beweging zetten wan- neer ze uitgeklapt zijn, kunnen lichaamsdelen worden ingeklemd of delen van de auto wor- den beschadigd. Er bestaat kans op letsel of schade. Erop letten dat het contact is afgezet als de wissers worden opgeklapt en dat de wissers bij het inschakelen zijn neergeklapt.
  • Pagina 144 BEDIENING Rijden Wissers opklappen Gereedheid inschakelen. Ruitenwisserschakelaar naar omlaag ge- drukt houden, tot de wissers ongeveer ver- ticaal staan. Wissers volledig optillen van de voorruit uit- klappen. Wissers inklappen Ruitenwissers volledig tegen voorruit aan- klappen. Gereedheid inschakelen en ruitenwisser opnieuw naar onderen gedrukt houden. De ruitenwissers gaan in de rustpositie en zijn weer gebruiksklaar.
  • Pagina 145 Weergaven BEDIENING Weergaven Uitrusting van de auto Keuzelijsten Efficiëntietrainer In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, 5 Vermogensweergave systemen en functies beschreven, die model- Toerenteller specifiek en in toekomst worden aangeboden, 6 Motortemperatuur ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen voertuig aanwezig.
  • Pagina 146 BEDIENING Weergaven Lay-out configureren In het menu Live Vehicle kunt u kiezen tussen een adaptieve weergave met wisselende in- In de rijmodus Personal Mode kan de lay-out houd en statische inhoud. in het instrumentenpaneel individueel worden geconfigureerd en weergegeven. Adaptieve inhoud De volgende inhoud wordt in wisselende volg- Op de toets op het stuurwiel druk- orde en eventueel afhankelijk van de gekozen...
  • Pagina 147 Weergaven BEDIENING Head-Up Display Overzicht Principe De bestuurder kan deze informatie zo in zich opnemen zonder de blik van de weg af te wen- den. De Head-Up Display projecteert belangrijke in- formatie in het gezichtsveld van de bestuurder, bijv. de snelheid. Het Head-Up Display is ingeschakeld.
  • Pagina 148 BEDIENING Weergaven "Displays" "Displays" "Head-Up Display" "Head-Up Display" "Head-Up Display" Gewenste instelling selecteren. Overzicht Controle- en Op het Head-Up Display wordt de volgende in- waarschuwingslampjes formatie weergegeven: ▷ Snelheid. Principe ▷ Navigatieaanwijzingen. Controle- en waarschuwingslampjes in het in- ▷ Check-Control-meldingen. strumentenpaneel geven de status van be- ▷...
  • Pagina 149 Weergaven BEDIENING Front Collision Warning: voertuig Meer informatie: herkend Airbags, zie pagina 177. Controlelampje brandt: botsinggevaar, bijv. met een voorliggend of tegenlig- Parkeerrem gend voertuig. Een verhoogde aan- Parkeerrem is vastgezet. dacht is nodig. Meer informatie: Controlelampje knippert en er klinkt een ge- Parkeerrem, zie pagina 136.
  • Pagina 150 BEDIENING Weergaven Cruise Control met afstandsregeling Front Collision Warning, zie pagina 183. Controlelampje knippert en er klinkt Front Collision Warning gedeactiveerd een signaal: remmen en evt. uitwijken. Meer informatie: Afhankelijk van de nationale uitvoering: het systeem is gedeactiveerd. Afstandsregeling, zie pagina 225. Meer informatie: Assisted Driving Front Collision Warning, zie pagina 183.
  • Pagina 151 Weergaven BEDIENING Emissiewaarden Snelheid verminderen en voorzichtig stoppen. Heftige rem- en stuurbewegingen vermijden. Storing in werking van de motor. Meer informatie: De auto door een servicepartner van Bandenpechwaarschuwing, zie pagina 332. de fabrikant of een andere gekwalifi- ceerde servicepartner of vakwerkplaats laten controleren.
  • Pagina 152 BEDIENING Weergaven Mistachterverlichting, zie pagina 174. Afhankelijk van de uitrusting en nationale uit- voering: Het systeem kan stuuringreep uitvoeren. Groene lampjes Controlelampje brandt: het systeem is inge- Richtingaanwijzers schakeld. Het voertuig staat op het punt om over de rijbaanbegrenzing te rijden. De richtingaanwijzer is ingeschakeld.
  • Pagina 153 Weergaven BEDIENING Controlelampje knippert: de ingestelde snel- Assisted Driving Plus, zie pagina 234. heidslimiet wordt overschreden. Meer informatie: Blauwe lampjes Handmatige snelheidsbegrenzer, zie pa- gina 220. Grootlicht Het grootlicht is ingeschakeld. Snelheidsregeling Meer informatie: Het systeem is actief. Grootlicht, zie pagina 140. Meer informatie: Snelheidsregeling, zie pagina 222.
  • Pagina 154 BEDIENING Weergaven Algemeen Lane Departure Warning Op het instrumentenpaneel en evt. op het Afhankelijk van de uitrusting en de Head-Up Display wordt een Check-Control- landuitvoering: het systeem is inge- melding weergegeven als een combinatie van schakeld, maar is momenteel niet be- controle- of waarschuwingslampjes en tex- schikbaar.
  • Pagina 155 Weergaven BEDIENING Keuzelijsten Weergave Check-Control Principe Minimaal één Check-Control-melding In het instrumentenpaneel of de Head-Up Dis- wordt weergegeven of is opgeslagen. play kunnen voor bepaalde functies lijsten worden weergegeven en evt. bediend. Tekstmeldingen ▷ Entertainmentbron. ▷ Actuele audiobron. Tekstmeldingen in combinatie met een sym- bool in het instrumentenpaneel geven uitleg ▷...
  • Pagina 156 BEDIENING Weergaven Weergave Bij voertuigen zonder schakelpuntindicator wordt de ingeschakelde versnelling weergege- ven. Voorbeeld Beschrijving In permanente handbediening Optimale versnelling is inge- schakeld. Met schakelpaddles: tijdelijke handbediening. Een voorbeeld: Na het oproepen van de entertainmentbron Met schakelpaddles: sportpro- het tandwieltje naar links of rechts kantelen gramma.
  • Pagina 157 Afhankelijk van de uitrusting en van de motor gereed is voor het automatisch starten van de mo- nationale uitvoering: tor. Via BMW Digital Key vastge- legde beperking van het aan- Meer informatie: drijfvermogen. Bedrijfstoestand van de auto, zie pagina 47.
  • Pagina 158 BEDIENING Weergaven Motortemperatuur Centraal weergavebereik Weergave Algemeen De volgende instellingen kunnen worden gese- ▷ Koude motor: de wijzer be- lecteerd: vindt zich in het blauwe tem- peratuurbereik, bij de aan- ▷ Rustig aanzicht. slag van de ▷ Ritgegevens, zie pagina 159. temperatuurweergave wordt ▷...
  • Pagina 159 Weergaven BEDIENING Ritgegevens Weergave in het instrumentenpaneel Principe Op het instrumentenpaneel kan informatie over het verbruik en het traject worden weer- Waarden met betrekking tot de rit, bijv. het ge- gegeven. middelde verbruik of de dagteller, worden weergegeven. Algemeen De ritgegevens kunnen op het Control Display en op het instrumentenpaneel worden weer- gegeven.
  • Pagina 160 BEDIENING Weergaven Assisted View "Systeeminstellingen" "Periode van ritgegevens" "Waarden" Principe Gewenste instelling selecteren: Met Assisted View kan in het instrumentenpa- ▷ "Vanaf het begin van de rit ( )": de waar- neel in een geanimeerde omgeving van het den worden na ongeveer vier uur dat de voertuig informatie over rijhulpsystemen wor- auto stilstaat, automatisch gereset.
  • Pagina 161 Weergaven BEDIENING Weergave Algemeen De camera bij de binnenspiegel registreert de verkeersborden aan de rand van de weg en de weergaven van matrixborden. Afhankelijk van de landuitvoering wordt reke- ning gehouden met verkeerstekens met extra borden, bijv. bij nat weer, en met voertuigin- terne gegevens vergeleken, bijv.
  • Pagina 162 BEDIENING Weergaven Algemeen hankelijk van de landuitvoering wordt Speed Limit Info permanent in het instrumentenpa- Het systeem houdt rekening met inhaalverbo- neel weergegeven. den en opheffingen die herkenbaar gemaakt zijn door borden. Speed Limit Info weergeven In de volgende situaties vindt er geen weer- "MENU"...
  • Pagina 163 Weergaven BEDIENING Weergave van inhaalverboden systeem de volgende diensten zijn geselec- teerd: Symbool Beschrijving ▷ "Lerende kaart" ▷ "Kaartupdate" Inhaalverbod. Meer informatie: ▷ Speed Limit Assist, zie pagina 236. Inhaalverbod opgeheven. ▷ Gegevensbescherming, zie pagina 67. Instellingen Extra tekens "MENU" "Auto-apps"...
  • Pagina 164 BEDIENING Weergaven Brandstofmeter ▷ Verkeerstekens worden door objecten, stic- kers of verf volledig of gedeeltelijk bedekt. ▷ Verkeerstekens voldoen niet aan de norm. Principe ▷ In gebieden die in het navigatiesysteem Het actuele vulpeil van de brandstoftank wordt niet voorkomen. weergegeven.
  • Pagina 165 Maateenheden instellen ningscontrole, zie pagina 326. "Motoroliepeil": elektronische Afhankelijk van de landuitvoering kunnen de oliemeting, zie pagina 348. maateenheden voor verschillende waarden "AdBlue": BMW diesel met worden ingesteld, bijv. verbruik, afstanden en BluePerformance, zie pa- temperatuur. gina 344. "MENU" "Check-Control": weergave van "Auto-apps"...
  • Pagina 166 BEDIENING Weergaven Voorwaarden voor een correcte ▷ Rijden. werking ▷ Rijtoestand uitrollen: "EFFICIËNT ROLLEN". ▷ De rijmodus Sport Mode moet zijn geselec- ▷ "ACCU WORDT GELADEN" teerd. Met Mild Hybrid-technologie: ▷ Bij Live Vehicle moet de volgende instelling zijn geselecteerd: "Adaptieve inhoud" ▷...
  • Pagina 167 Weergaven BEDIENING Weergaven "Inhoud" "Autostatus" "MENU" "Onderhoudsbehoefte" "Auto-apps" De noodzakelijke omvang van het onder- "Live Vehicle" houd en zo nodig wettelijk voorgeschreven "Inhoud" keuringen worden weergegeven. "Autostatus" Gewenste vermelding selecteren om na- "Onderhoudsbehoefte" dere informatie te laten weergeven. Noodzakelijke omvang van het onderhoud Afspraken invoeren en zo nodig wettelijk voorgeschreven keu- ringen worden weergegeven.
  • Pagina 168 BEDIENING Verlichting Verlichting Uitrusting van de auto Functies via iDrive Symbool Functie In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, systemen en functies beschreven, die model- Automatische verlichtingsregeling specifiek en in toekomst worden aangeboden, ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen voertuig aanwezig.
  • Pagina 169 Verlichting BEDIENING Stadslicht inschakelen keld, bijvoorbeeld in een tunnel, bij schemering of neerslag. "MENU" "Auto-apps" Algemeen "Buiten-verlichting" Een blauwe hemel met laagstaande zon kan "Stadslicht" tot inschakelen van de verlichting leiden. Het controlelampje in het instrumen- Als het dimlicht handmatig wordt uitgescha- tenpaneel gaat branden.
  • Pagina 170 BEDIENING Verlichting Dimlicht uitschakelen Bij het ontgrendelen van het voertuig worden afzonderlijke lichtfuncties inge- Afhankelijk van de landuitvoering kan het dim- schakeld. licht bij lage snelheden worden uitgeschakeld: Begroetingsverlichting inschakelen ▷ Toets ingang lichtschakelaar inge- ▷ Automatisch bij nadering. drukt houden. ▷...
  • Pagina 171 Verlichting BEDIENING Duur instellen Algemeen "MENU" Afhankelijk van de uitvoering bestaan de adaptieve verlichtingsfuncties uit één of meer- "Auto-apps" dere systemen: "Buiten-verlichting" ▷ Variabele lichtverdeling. Evt. "Overige instellingen" ▷ Hoekverlichting. "Coming Home-verlichting" ▷ Rotondeverlichting. Gewenste instelling selecteren. Adaptieve lichtfuncties activeren Dagrijlicht Druk op de toets op het lichtschakel- aarelement.
  • Pagina 172 BEDIENING Verlichting paald snelheidsbereik een hoekverlichting in- ▷ 1/2 = 4 of 5 personen met bagage. geschakeld dat de binnenbocht verlicht. ▷ 2/2 = 1 persoon, bagageruimte vol. Algemeen Adaptieve De hoekverlichting wordt afhankelijk van de koplampverstelling stuuruitslag of evt. richtingaanwijzer automa- tisch ingeschakeld.
  • Pagina 173 Verlichting BEDIENING Meer informatie: Rechts-/linksrijdend verkeer, zie pagina 174. Voorwaarden voor een correcte werking ▷ Automatische verlichtingsregeling is geacti- veerd. ▷ Dimlicht is ingeschakeld. Om de grootlichtassistent opnieuw te active- Grootlichtassistent activeren ren, de schakelaar op de knipperlichthendel naar voor drukken, pijl 1. "MENU"...
  • Pagina 174 BEDIENING Verlichting Slechtweerverlichting activeren/ trein- of scheepsverkeer nabij de weg of bij wildoversteekplaatsen. deactiveren ▷ In scherpe bochten, op steile hellingen, bij De slechtweerverlichting wordt geactiveerd als kruisend verkeer of half verdekt tegemoet- het automatische rijlicht is geactiveerd of als komend verkeer op de snelweg.
  • Pagina 175 Verlichting BEDIENING Helderheid instellen Toets indrukken. "MENU" "Auto-apps" Permanent uitschakelen: toets circa 3 secon- den ingedrukt houden. "Interieurverlichting" De interieurverlichting achterin kan onafhanke- "Cockpit-helderheid 's nachts" lijk worden in- en uitgeschakeld. De toets be- Gewenste instelling selecteren. vindt zich in de dakhemel achterin. Via iDrive: Interieurverlichting "MENU"...
  • Pagina 176 BEDIENING Verlichting Ambiance verlichting activeren/ "Interieurverlichting" deactiveren Evt. "Ambiance" "Lichtenscenering" "MENU" Gewenste instelling selecteren. "Auto-apps" "Interieurverlichting" Gereduceerd bij nachtritten Evt. "Ambiance" De verlichting in het interieur wordt voor be- "Ambianceverlichting" paalde lampen tijdens het rijden in het donker gereduceerd. Ambiance verlichting inschakelen/ uitschakelen "MENU"...
  • Pagina 177 Veiligheid BEDIENING Veiligheid Uitrusting van de auto ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen voertuig aanwezig. Meer informatie: In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, systemen en functies beschreven, die model- Uitrusting van het voertuig, zie pagina 7. specifiek en in toekomst worden aangeboden, Airbags Frontairbag, bestuurder...
  • Pagina 178 BEDIENING Veiligheid Hoofdairbag ▷ Erop letten dat de voorpassagier correct zit, d.w.z. de voeten of benen in de beenruimte De hoofdairbag beschermt het hoofd in geval en niet tegen het dashboard. van een zijdelingse botsing. ▷ Erop letten dat inzittenden het hoofd van de zij-airbag verwijderd houden.
  • Pagina 179 Veiligheid BEDIENING Bedrijfsklare toestand van het Positieverstelling van de voorstoel airbagsysteem Om de nauwkeurigheid van de stoelverstelling te behouden, de elektrische voorstoelen kali- Veiligheidsvoorschriften breren zodra een desbetreffende melding op het Control Display wordt weergegeven. Meer informatie: WAARSCHUWING Stoelen, zie pagina 102. Na het activeren van het airbagsysteem kun- nen de afzonderlijke componenten zeer warm zijn.
  • Pagina 180 BEDIENING Veiligheid Passagiersairbags deactiveren Sleutel insteken en indien nodig aandruk- ken. Ingedrukt houden en tot de aanslag in de stand ON draaien. De sleutel aan de aan- slag verwijderen. Erop letten dat de sleutelschakelaar in de eindstand staat, zodat de airbags geacti- veerd zijn.
  • Pagina 181 Veiligheid BEDIENING Algemeen of demontage en vernietiging van het airbag- systeem door een servicepartner van de fa- De geactiveerde voetgangersbescherming brikant of een andere gekwalificeerde servi- stelt vervormingsruimte onder de motorkap cepartner of vakwerkplaats laten uitvoeren. voor de aansluitende frontale botsing ter be- schikking.
  • Pagina 182 BEDIENING Veiligheid Storing Verkeerssituatie observeren, altijd klaar blij- ven om te sturen en te remmen en in de be- Er wordt een Check-Control-melding treffende situaties acitef ingrijpen. weergegeven. Het systeem is geactiveerd of wordt gestoord. WAARSCHUWING Direct met matige snelheid naar een service- Weergaven en waarschuwingen ontslaan u partner van de fabrikant of een andere gekwa- niet van uw eigen verantwoording.
  • Pagina 183 Veiligheid BEDIENING Grenzen van het systeem Algemeen Het systeem Front Collision Warning omvat af- Veiligheidsaanwijzing hankelijk van de uitvoering de volgende func- ties: ▷ Waarschuwingsfunctie in botsingsituaties, WAARSCHUWING zie pagina 186. Het systeem kan door beperkingen van het ▷ Waarschuwingsfunctie bij tegenliggend ver- systeem niet, te laat, onjuist of ongegrond re- keer, zie pagina 187.
  • Pagina 184 BEDIENING Veiligheid Systeem handmatig uitschakelen WAARSCHUWING Afhankelijk van de nationale uitvoering kan de instelling alleen bij stilstand van het voertuig of Door systeembeperkingen kan bij het aan-/ in het zeer lage snelheidsbereik worden uitge- wegslepen met een geactiveerde Front Colli- voerd.
  • Pagina 185 Veiligheid BEDIENING Weergave in het ▷ Er klinkt een waarschuwingssignaal: instrumentenpaneel Er bestaat botsinggevaar. Onmiddellijk zelf ingrijpen. Afhankelijk van de uitvoering worden in het in- ▷ Automatische remingreep: strumentenpaneel en op de Head-Up Display de volgende symbolen weergegeven: Afhankelijk van de uitvoering en de situatie kan het systeem bij een aanstaande bot- Symbool Betekenis sing bovendien met een automatische re-...
  • Pagina 186 BEDIENING Veiligheid Algemeen Detectievermogen Het detectievermogen van het systeem is be- perkt. Er wordt alleen rekening gehouden met voor- werpen die zich in het detectiegebied van de ingebouwde sensoren bevinden en door het systeem worden herkend. Afhankelijk van de uitvoering wordt het gebied door camera's of radarsensoren bewaakt.
  • Pagina 187 Veiligheid BEDIENING Front Collision Warning, zie pagina 183. Het systeem waarschuwt vanaf ca. 5 km/h voor mogelijk botsinggevaar met voertuigen. Grenzen van het systeem Het moment van deze waarschuwingen kan afhankelijk van de actuele rijsituatie variëren. Algemeen Veiligheidsvoorschriften De grenzen van het systeem in het hoofdstuk De veiligheidsaanwijzingen in het hoofd Front Front Collision Warning in acht nemen.
  • Pagina 188 BEDIENING Veiligheid Waarschuwingsfunctie bij Symbool Betekenis het afslaan met Waarschuwing voor tegenliggend tegenliggend verkeer verkeer bij een herkend voertuig. Algemeen botsinggevaar. Principe Bij het afslaan over de tegenliggende rijstrook bestaat het gevaar voor een ongeval met te- Waarschuwingsfunctie genliggende voertuigen. Het systeem kan hel- pen om dergelijke ongevallen te vermijden.
  • Pagina 189 Veiligheid BEDIENING Weergave in het gelijk botsgevaar met voetgangers en fietsers en remt eventueel zelfstandig. instrumentenpaneel Als een ongeval niet kan worden vermeden, Er wordt een waarschuwingssymbool weerge- helpt het systeem om de botsingsnelheid te geven wanneer een botsing met een herkende verlagen.
  • Pagina 190 BEDIENING Veiligheid Het volgende wordt bijvoorbeeld mogelijker- Op kruispunten en driesprongen wordt de be- wijs niet herkend: stuurder gewaarschuwd bij dreigend botsings- gevaar met kruisend verkeer. ▷ Deels onzichtbare personen of fietsers. Het systeem waarschuwt vanaf ca. 5 km/h ▷ Personen die door hun contour of li- voor mogelijk botsinggevaar met voertuigen.
  • Pagina 191 Veiligheid BEDIENING Detectiegebied nende stuurbewegingen veilig en doelgericht worden aangestuurd. Het volgende wordt bijvoorbeeld mogelijker- wijs niet herkend: Veiligheidsvoorschriften ▷ Kruisende auto’s die bijv. door een gebouw niet zichtbaar zijn. De veiligheidsaanwijzingen in het hoofd Front ▷ Voertuig met ongebruikelijke zijkant. Collision Warning in acht nemen.
  • Pagina 192 BEDIENING Veiligheid Grenzen van het systeem Algemeen Algemeen De grenzen van het systeem in het hoofdstuk Front Collision Warning in acht nemen. Detectiegebied Het volgende wordt bijvoorbeeld mogelijker- wijs niet herkend: ▷ Langzaam voertuig bij het naderen met Twee radarsensoren in de achterbumper be- hoge snelheid.
  • Pagina 193 Veiligheid BEDIENING Weergaven Systeem handmatig inschakelen/ uitschakelen Lampje in buitenspiegel "MENU" "Auto-apps" "Rij-instellingen" "Bestuurdersassistent" "Veiligheid en waarschuwingen" "Uitstapwaarschuwing" "Uit" Uitstapwaarschuwing instellen Het lampje in de buitenspiegel waarschuwt "MENU" voor een mogelijke botsing. "Auto-apps" "Rij-instellingen" Sfeerverlichting "Bestuurdersassistent" Afhankelijk van de uitvoering worden waar- "Veiligheid en waarschuwingen"...
  • Pagina 194 BEDIENING Veiligheid Detectiegebied Waarschuwingen worden in het instrumenten- paneel weergegeven. Bovendien trilt het stuur- Het volgende wordt bijvoorbeeld mogelijker- wiel. De sterkte van de stuurtrillingen kan wor- wijs niet herkend: den ingesteld. ▷ Volledig of gedeeltelijk bedekte objecten. Het systeem waarschuwt niet wanneer voor ▷...
  • Pagina 195 Veiligheid BEDIENING ▷ Camera achter de voorruit. punt staat om de rijstrook te verlaten of over een rijstrookmarkering te rijden. ▷ Frontradarsensor. ▷ "In gevaarlijke situaties" Lane Departure Warning Bij een onderbroken rijstrookmarkering: inschakelen/uitschakelen de waarschuwing en de stuuringreep vinden plaats wanneer wordt herkend dat de rijstrook onbedoeld wordt verla- Systeem automatisch inschakelen ten of wanneer de radarsensoren een...
  • Pagina 196 BEDIENING Veiligheid Weergave in het Assisted View, zie pagina 160. instrumentenpaneel Waarschuwingsfunctie Sym- Betekenis Bij het verlaten van de rijbaan bool Als de auto de rijstrook verlaat en als er een rij- Symbool brandt groen: het systeem baanbegrenzing wordt herkend, trilt het stuur is ingeschakeld.
  • Pagina 197 Veiligheid BEDIENING Grenzen van het systeem moet ingrijpen in de besturing zonder dat de bestuurder tijdens de stuuringreep zelf het stuur overneemt, klinkt een akoestische waar- Algemeen schuwing. Bij de tweede stuuringreep klinkt De grenzen van het systeem in het hoofdstuk een kort waarschuwingsgeluid.
  • Pagina 198 BEDIENING Veiligheid Lane Change Warning inschakelen/ Evt. helpt een automatische stuuringreep om het voertuig in de rijstrook te houden. uitschakelen "MENU" Algemeen "Auto-apps" "Rij-instellingen" "Bestuurdersassistent" "Veiligheid en waarschuwingen" "Lane Change Warning" Gewenste instelling selecteren. Lane Change Warning instellen Radarsensoren bewaken vanaf een minimum- Waarschuwingstijdstip instellen snelheid het gebied achter en naast het voer- "MENU"...
  • Pagina 199 Veiligheid BEDIENING "Bestuurdersassistent" View van het instrumentenpaneel weergege- ven. "Veiligheid en waarschuwingen" Meer informatie: "Lane Change Warning" Assisted View, zie pagina 160. "Stuuringreep" Waarschuwingsfunctie Weergave in het instrumentenpaneel Lampje in buitenspiegel Sym- Betekenis bool Afhankelijk van de uitrusting en na- tionale uitvoering: Symbool brandt groen: het systeem is ingeschakeld.
  • Pagina 200 BEDIENING Veiligheid Stuuringreep ▷ De snelheid van het naderende voertuig is veel hoger dan de eigen snelheid. Afhankelijk van de landuitvoering: wanneer bij ▷ In scherpe bochten of op smalle wegen. snelheden tot 210 km/h niet op de trilling van het stuurwiel wordt gereageerd en over de ▷...
  • Pagina 201 Veiligheid BEDIENING Algemeen ▷ Camera achter de voorruit. ▷ Radarsensoren zijdelings voor. ▷ Radarsensoren zijdelings achter. Side Collision Warning inschakelen/ uitschakelen "MENU" "Auto-apps" "Rij-instellingen" "Bestuurdersassistent" Radarsensoren bewaken vanaf een minimale snelheid tot ca. 210 km/h het gebied naast het "Veiligheid en waarschuwingen" voertuig.
  • Pagina 202 BEDIENING Veiligheid Waarschuwingsfunctie lijke rijbaanbegrenzingen, zoals bijvoor- beeld bij wegwerkzaamheden. Lampje in buitenspiegel ▷ Bij rijstrookbegrenzingen die door sneeuw, ijs, vuil of water zijn bedekt. ▷ Bij rijstrookbegrenzingen die niet wit zijn. ▷ Bij rijstrookbegrenzingen die door objecten zijn bedekt. ▷...
  • Pagina 203 Veiligheid BEDIENING Voorrangswaarschuwing Als er van achteren een voertuig met een over- eenkomstige snelheid nadert, reageert het systeem als volgt: Principe ▷ Eventueel wordt de alarmlichtinstallatie in- De voorrangswaarschuwing helpt in situaties geschakeld. waarbij volgens de verkeersborden of -lichten ▷ Eventueel worden PreCrash-functies opge- voorrang moet worden verleend.
  • Pagina 204 BEDIENING Veiligheid Veiligheidsvoorschriften Waarschuwingsfunctie De veiligheidsaanwijzingen in het hoofdstuk Algemeen Botswaarschuwingssystemen in acht nemen. Het systeem waarschuwt op twee niveaus: Voorwaarden voor een correcte ▷ Voorwaarschuwing: optisch door een sym- werking bool op het instrumentenpaneel. De vooruitliggende voorrangssituatie moet on- ▷...
  • Pagina 205 Veiligheid BEDIENING ▷ Bij te kleine of te grote verkeersborden of Symbool Betekenis verkeerslichten. Stop. ▷ Bij verkeerstekens die niet aan de norm voldoen. ▷ Bij herkenning van verkeersborden die voor Rood licht. een uitkomende of parallelle straat gelden. ▷ Bij landspecifieke bebordingen of tracés.
  • Pagina 206 BEDIENING Veiligheid Voorwaarden voor een correcte ▷ Bij niet-eenduidige markeringen. werking ▷ Bij geheel of deels bedekte of vervuilde ver- keerstekens. De vooruitliggende weg moet eenduidig gesig- ▷ Bij slecht zichtbare of gedraaide verkeers- naliseerd zijn door verkeersborden. tekens. Sensoren ▷...
  • Pagina 207 Veiligheid BEDIENING Afhankelijk van de uitvoering wordt ook de ver- "CROSSING TRAFFIC WARNING" keerssituatie vóór de auto bewaakt. Gewenste instelling selecteren. Het systeem geeft het naderen van andere Crossing Traffic Warning verkeersdeelnemers aan. automatisch inschakelen Bij botsinggevaar bij het achteruitrijden biedt het systeem ondersteuning door een automa- Wanneer het systeem op het Control Display tische remingreep.
  • Pagina 208 BEDIENING Veiligheid Optische waarschuwing Afhankelijk van de uitrusting: weergave in camerabeeld Lampje in buitenspiegel Afhankelijk van de rijrichting wordt in het ca- merabeeld het zicht naar voren of naar ach- Het lampje in de buitenspiegel knippert als de teren weergegeven. achterste sensoren een voertuig herkennen en de eigen auto achteruit beweegt.
  • Pagina 209 Principe moet er ook bij een overdracht van de auto over het systeem worden geïnformeerd. De BMW Drive Recorder slaat korte video-op- namen van de omgeving van de auto op om zo bijv. de verkeerssituaties te documenteren. Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 210 ▷ Opnameduur werd geselecteerd. Bij de activering van de alarminstallatie Diefstalberichten: wordt een bericht naar de BMW app ver- zonden en kan de video van minder kwali- ▷ De diefstalberichten werden in het menu teit op een mobiel apparaat worden ge- Gegevensbeveiliging of in het menu Drive download.
  • Pagina 211 Veiligheid BEDIENING Opnames afspelen en beheren ging aan het voertuig te groot is of als de stroomvoorziening werd onderbroken. Opgeslagen video-opnames kunnen worden De automatische opslag van de opname bij afgespeeld, geëxporteerd en gewist. diefstal vindt alleen bij een geactiveerde dief- Voor de eigen veiligheid wordt de video-op- stalbeveiligingsinstallatie plaats.
  • Pagina 212 BEDIENING Veiligheid Waakzaamheidshulp Aanbeveling voor pauze Pauzeaanbeveling instellen Principe De waakzaamheidshulp wordt elke keer bij het De waakzaamheidshulp kan nalatende op- inschakelen van rijden-stand-by automatisch merkzaamheid of vermoeidheid van de be- geactiveerd en kan daarmee een aanbeveling stuurder bij lange monotone ritten, bijv. snel- voor pauze weergeven.
  • Pagina 213 Veiligheid BEDIENING Grenzen van het systeem Het systeem wordt circa 45 minuten na het af- zetten van de auto teruggezet, bijvoorbeeld bij De werking van de Driver Attention Camera een pauze op een langere snelwegrit. kan bijv. in de volgende situaties beperkt zijn: ▷...
  • Pagina 214 BEDIENING Rijstabiliteitsregelsystemen Rijstabiliteitsregelsystemen Uitrusting van de auto de rem bij een afremming in kritieke situaties nog sneller reageert. In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, Dynamische systemen en functies beschreven, die model- specifiek en in toekomst worden aangeboden, stabiliteitscontrole ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen voertuig aanwezig.
  • Pagina 215 Rijstabiliteitsregelsystemen BEDIENING Bij het wisselen naar een andere rijmodus wordt de dynamische stabiliteitsregeling geac- WAARSCHUWING tiveerd. Bij het rijden met dakbelasting, bijvoorbeeld "SPORT": de laatst ingestelde instelling van de met een dakdrager, kan door het hogere dynamische stabiliteitsregeling blijft in de mo- zwaartepunt in rijkritische situaties de rijvei- dus opgeslagen.
  • Pagina 216 BEDIENING Rijstabiliteitsregelsystemen Overzicht Automatisch wisselen van programma Toets in de auto De verhoogde rijdynamiek wordt bijv. in de vol- gende situaties automatisch gedeactiveerd: ▷ Bij activering van de afstandsregeling. ▷ Bij een remingreep door de rijhulpsyste- men. ▷ Bij bandenpech. Wegrijdondersteuning My Modes Principe...
  • Pagina 217 Rijstabiliteitsregelsystemen BEDIENING xDrive Principe xDrive is het vierwielaandrijvingssysteem van de auto. Door de samenwerking van xDrive en andere onderstelregelsystemen, bijv. de dyna- mische stabiliteitscontrole, worden tractie en rijdynamiek verder geoptimaliseerd. Algemeen xDrive verdeelt de aandrijfkrachten afhankelijk van rijsituatie en gesteldheid van de weg varia- bel over voor- en achteras.
  • Pagina 218 BEDIENING Rijhulpsystemen Rijhulpsystemen Uitrusting van de auto "Bestuurdersassistent" "Veiligheid en waarschuwingen" In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, "Snelheidswaarschuwing" systemen en functies beschreven, die model- "Waarschuwing bij:" specifiek en in toekomst worden aangeboden, Gewenste instelling selecteren. ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen voertuig aanwezig.
  • Pagina 219 Rijhulpsystemen BEDIENING Veiligheidsaanwijzing balk in het instrumentenpaneel het gewen- ste snelheidsregelsysteem wordt weerge- geven. WAARSCHUWING Symbool Snelheidsregelsysteem Het systeem ontlast u niet van persoonlijke verantwoordelijkheid om de verkeerssituatie Handmatige snelheidsbegrenzer. juist in te schatten. Wegens systeembeper- kingen kan het systeem niet in alle verkeers- situaties zelfstandig op gepaste wijze reage- Snelheidsregeling.
  • Pagina 220 BEDIENING Rijhulpsystemen ▷ Bij handmatig remmen. van de km/h-weergave op de snelheids- aanduiding te wijzigen. ▷ Als het rijpedaal volledig wordt ingetrapt. Weergave in het Snelheidsregelsystemen handmatig instrumentenpaneel onderbreken Voor de ingestelde snelheid wordt een markering op de snel- ▷ Toets indrukken.
  • Pagina 221 Rijhulpsystemen BEDIENING beeld bij bergaf rijden, wordt er niet actief af- Toets Functie geremd. Huidige snelheid opslaan. Wanneer Speed Limit Assist niet actief is, kan Speed Limit Assist: voorgestelde de actuele snelheid door een druk op de toets snelheid handmatig overnemen. worden opgeslagen: Snelheid instellen.
  • Pagina 222 BEDIENING Rijhulpsystemen Weergaven in het paalde punten veranderen. Zo kan de versnel- ling naargelang de rijmodus verschillen. instrumentenpaneel Veiligheidsvoorschriften Weergave op snelheidsmeter ▷ Markering groen: systeem is WAARSCHUWING actief. Het systeem ontlast u niet van persoonlijke ▷ Markering grijs: systeem is verantwoordelijkheid om de verkeerssituatie onderbroken.
  • Pagina 223 Rijhulpsystemen BEDIENING Overzicht Bij de inschakeling van de Cruise Control wordt evt. van rijmodus gewisseld. Toetsen op stuurwiel Snelheidsregelsysteem uitschakelen/onderbreken Toets Functie Het snelheidsregelsysteem kan automatisch of Laatst actieve snelheidsregelsysteem handmatig worden uitgeschakeld of onderbro- inschakelen/uitschakelen. ken. Snelheidsregelsystemen onderbre- Meer informatie: ken en voortzetten.
  • Pagina 224 BEDIENING Rijhulpsystemen Weergaven in het De toets tot het drukpunt indrukken en inge- drukt houden: het voertuig versnelt of vertraagt instrumentenpaneel zonder op het rijpedaal te trappen. Na het loslaten van de toets wordt de bereikte Weergave op snelheidsmeter snelheid behouden. Verder drukken dan het ▷...
  • Pagina 225 Rijhulpsystemen BEDIENING Afstandsregeling WAARSCHUWING Een onbeveiligd voertuig kan vanzelf in be- Principe weging komen en wegrollen. Er bestaat ge- Met de afstandsregeling kan naast de snel- vaar voor ongevallen. Het voertuig voor het heidsregeling een afstand tot het voorliggende verlaten tegen wegrollen beveiligen. voertuig worden ingesteld.
  • Pagina 226 BEDIENING Rijhulpsystemen Overzicht Cruise Control met afstandsregeling inschakelen Toetsen op stuurwiel Evt. toets indrukken. Toets Functie Laatst actieve snelheidsregelsysteem Evt. toets zo vaak indrukken tot de inschakelen/uitschakelen. afstandsregeling is geselecteerd. Snelheidsregelsystemen onderbre- De Cruise Control met afstandsregeling is ac- ken en voortzetten. tief.
  • Pagina 227 Rijhulpsystemen BEDIENING ▷ Het systeem herkent al langere tijd geen ven veiligheidsafstand eventueel door rem- objecten, bijv. op weinig bereden trajecten men aanhouden. zonder randbegrenzing. ▷ Het detectiegebied van de radar is ver- Afstand instellen stoord, bijv. door vervuiling of sterke neer- "MENU"...
  • Pagina 228 BEDIENING Rijhulpsystemen Omschakelen tussen Weergave op snelheidsmeter snelheidsregeling met/zonder ▷ Markering groen: systeem is afstandsregeling actief, de markering toont de gewenste snelheid. Veiligheidsaanwijzing ▷ Markering grijs: systeem is onderbroken, de markering toont de opgeslagen snel- WAARSCHUWING heid. Het systeem reageert niet op voorliggend ▷...
  • Pagina 229 Rijhulpsystemen BEDIENING Assisted View in het centrale weergavebereik Bij snelheden onder 80 km/h worden voertui- van het instrumentenpaneel weergegeven. gen op snelwegen alleen met een aangepaste verschilsnelheid ingehaald. Meer informatie: De bestuurder kan door het intrappen van het Assisted View, zie pagina 160. rijpedaal altijd inhalen of accelereren.
  • Pagina 230 BEDIENING Rijhulpsystemen Vertraging Rijden in bochten Het systeem vertraagt niet in de volgende situ- aties: ▷ Bij voetgangers of dergelijke langzame ver- keersdeelnemers. ▷ Afhankelijk van de uitvoering bij rode ver- keerslichten. ▷ Bij kruisend verkeer. ▷ Bij tegemoetkomend verkeer. Als de ingestelde snelheid te hoog is voor een Invoegende voertuigen bocht, wordt de snelheid in de bocht iets ver-...
  • Pagina 231 Rijhulpsystemen BEDIENING ▷ Bij steile hellingen. Sensoren in het stuurwiel herkennen of het stuurwiel wordt aangeraakt. ▷ Voor verhogingen in het wegdek. ▷ Met een zware aanhangwagen. Veiligheidsaanwijzing In deze gevallen het rijpedaal bedienen. Weersomstandigheden WAARSCHUWING Het systeem ontlast u niet van persoonlijke Bij ongunstige weers- of lichtomstandigheden verantwoordelijkheid om de verkeerssituatie kunnen de volgende beperkingen optreden:...
  • Pagina 232 BEDIENING Rijhulpsystemen ▷ Afhankelijk van de uitrusting: Bij ingeschakeld systeem zijn de Front Colli- sion Warning en, afhankelijk van de uitvoering, Radarsensoren zijdelings voor. de Side Collision Warning actief. ▷ Afhankelijk van de uitrusting: Radarsensoren zijdelings achter. Assisted Driving automatisch Meer informatie: onderbreken Sensoren van het voertuig, zie pagina 42.
  • Pagina 233 Rijhulpsystemen BEDIENING Weergaven in het Sym- Beschrijving instrumentenpaneel bool Stuurwielsymbool geel: Sym- Beschrijving Handen bevinden zich niet om het bool stuurwiel. Het systeem is nog Stuurwielsymbool grijs. steeds actief. Systeem in stand-by. Het stuurwiel met de handen vast- grijpen. Stuurwielsymbool grijs: Stuurwielsymbool rood, er klinkt Systeem geactiveerd.
  • Pagina 234 BEDIENING Rijhulpsystemen De weergaven op het stuur kunnen eventueel ▷ Rijden met handschoenen. worden ingeschakeld/uitgeschakeld. ▷ Hoezen om het stuurwiel. "MENU" Smalle rijstroken "Auto-apps" Bij het rijden over smalle rijstroken kan het "Rij-instellingen" systeem niet geactiveerd of zinvol gebruikt "Bestuurdersassistent" worden, bijvoorbeeld in de volgende situaties: "Retourmeldingen op het stuurwiel"...
  • Pagina 235 Rijhulpsystemen BEDIENING Veiligheidsaanwijzing Assisted Driving Plus inschakelen/ uitschakelen "MENU" WAARSCHUWING "Auto-apps" Het systeem ontlast u niet van persoonlijke verantwoordelijkheid om de verkeerssituatie "Rij-instellingen" juist in te schatten. Wegens systeembeper- "Bestuurdersassistent" kingen kan het systeem niet in alle verkeers- "Rijden" situaties zelfstandig op gepaste wijze reage- "Assisted Driving"...
  • Pagina 236 BEDIENING Rijhulpsystemen Weergaven op het stuur Algemeen Als de systemen in het voertuig, bijv. Speed Li- mit Info, een wijziging van de snelheidslimiet herkennen, kan deze nieuwe snelheidswaarde voor volgende systemen worden overgeno- men. ▷ Handmatige snelheidsbegrenzer. ▷ Snelheidsregeling. ▷ Afstandsregeling.
  • Pagina 237 Rijhulpsystemen BEDIENING Overzicht Evt. worden andere anticiperende com- fortfuncties uitgeschakeld. Toetsen op stuurwiel Meer informatie: Speed Limit Info, zie pagina 161. Toets Functie Weergaven in het Voorgestelde snelheid handmatig instrumentenpaneel overnemen. In het instrumentenpaneel wordt een melding Snelheid instellen, zie Snelheidsrege- weergegeven wanneer het systeem en een ling.
  • Pagina 238 BEDIENING Rijhulpsystemen De toets indrukken wanneer het SET- Rekening houden met de systeemgrenzen van symbool wordt weergegeven. Speed Limit Info. Afhankelijk van de landuitvoering zijn aanko- mende snelheidsbegrenzingen evt. niet of Snelheidsaanpassing slechts beperkt voor overname beschikbaar, bijv. bij snelheidsinformatie van het navigatie- Principe systeem.
  • Pagina 239 Rijhulpsystemen BEDIENING Veiligheidsaanwijzing Snelheid automatisch aan het traject aanpassen "MENU" WAARSCHUWING "Auto-apps" Het systeem ontlast u niet van persoonlijke verantwoordelijkheid om de verkeerssituatie "Rij-instellingen" juist in te schatten. Wegens systeembeper- "Bestuurdersassistent" kingen kan het systeem niet in alle verkeers- "Rijden" situaties zelfstandig op gepaste wijze reage- "Bochten- en kruisingsassistent"...
  • Pagina 240 BEDIENING Rijhulpsystemen Algemeen "Stoppen bij verkeerslichten" Gewenste instelling selecteren: Voor de herkenning van rode verkeerslichten wordt de camera bij de binnenspiegel gebruikt. ▷ "Adaptief": herkende verkeerslichten worden indien mogelijk automatisch Het systeem gebruikt evt. ook de Driver Atten- overgenomen. tion Camera en informatie die in het navigatie- systeem is opgeslagen.
  • Pagina 241 Rijhulpsystemen BEDIENING rijstrook naar links of rechts gestuurd om Sym- Betekenis plaats te maken voor reddingsvoertuigen. bool Grijs verkeerslicht: het systeem is Algemeen onderbroken. Het systeem gebruikt de sensoren van Assis- Wanneer het grijze verkeerslicht ted Driving. met een rood kruisje wordt weer- gegeven, kan dit niet voor over- Veiligheidsaanwijzing name worden aangeboden.
  • Pagina 242 BEDIENING Rijhulpsystemen "Rij-instellingen" "Bestuurdersassistent" "Rijden" "Assisted Driving" "Hulpdienstenstrookassistent" Weergaven in het instrumentenpaneel Afhankelijk van de uitrusting en de landuitvoe- ring wordt de informatie van het systeem in Assisted View in het centrale weergavebereik van het instrumentenpaneel weergegeven. Meer informatie: Assisted View, zie pagina 160. Grenzen van het systeem De grenzen van het systeem van Assisted Dri- ving zijn van toepassing.
  • Pagina 243 Parkeren BEDIENING Parkeren Uitrusting van de auto ▷ Parkeerassistent, zie pagina 258. ▷ Achteruitrijhulp, zie pagina 264. In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, ▷ Aanhangwagenassistent, zie pagina 302. systemen en functies beschreven, die model- specifiek en in toekomst worden aangeboden, Veiligheidsaanwijzing ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen voertuig aanwezig.
  • Pagina 244 BEDIENING Parkeren ▷ Ultrasoonsensoren in de bumpers voor/ Afhankelijk van het aanzicht wordt de omge- achter. ving van de auto of een deelgebied weergege- ven. ▷ Ultrasoonsensoren zijdelings. Afhankelijk van de landuitvoering wordt het ▷ Radarsensoren zijdelings voor. automatische of het halfautomatische camera- ▷...
  • Pagina 245 Parkeren BEDIENING Parkeerscherm Status van Park Assistant-systemen 2 Assisted View Functielijst, links 3 Keuzemenu 2 Camerabeeld 3 Selectievenster Weergave op het Control Display 4 Automatisch cameraperspectief 5 Halfautomatisch cameraperspectief Algemeen 6 Flankaanzicht Afhankelijk van de uitrusting en het geacti- 7 Functielijst, rechts veerde Park Assistant-systeem verschilt de weergave op het Control Display.
  • Pagina 246 BEDIENING Parkeren ▷ "Wasstraatscherm" Sym- Betekenis De weergave van de eigen rijstrook kan bool worden ingeschakeld om het inrijden in Het symbool geeft de volgende be- de wasstraat te vereenvoudigen. tekenissen aan: ▷ "Instellingen" Geen zoekopdracht naar aanbie- Er kunnen instellingen in het menu Par- dingen van Park Assistant-syste- keren worden geconfigureerd.
  • Pagina 247 Parkeren BEDIENING "Bestuurdersassistent" Parkeerhulplijnen gebruiken "Parkeren" Auto zodanig opstellen, dat de rode draai- cirkellijnen binnen de begrenzing van de Gewenste instelling selecteren. parkeerplaats vallen. Parkeerhulplijnen Stuurwiel dusdanig draaien dat de groene rijlijn over de betreffende draaicirkellijn ligt. Obstakelmarkering Rijlijnen helpen u om de benodigde ruimte bij het inparkeren en manoeuvreren op een vlakke rijbaan in te schatten.
  • Pagina 248 BEDIENING Parkeren Achteruitrijcamera Grenzen van het systeem Veiligheidsaanwijzing Principe De achteruitrijcamera helpt bij het achter- WAARSCHUWING waarts inparkeren en manoeuvreren. Hiertoe Het systeem kan door beperkingen van het wordt het gebied achter de auto op het Control systeem niet, te laat, onjuist of ongegrond re- Display weergegeven.
  • Pagina 249 Parkeren BEDIENING Automatisch Weergave cameraperspectief Principe Het automatische cameraperspectief toont een stuurhoekafhankelijk aanzicht in de betref- fende rijrichting. Dit perspectief wordt aangepast aan de betref- fende rijsituatie. Ter bescherming van de flanken van de auto Algemeen worden hindernismarkeringen aan de zijkant van de auto weergegeven.
  • Pagina 250 BEDIENING Parkeren Trekhaakaanzicht inschakelen/ Het flankaanzicht kan voor de rechter- of lin- kerzijde van het voertuig worden geselecteerd. uitschakelen De inhoud in het hoofdstuk Parkeerhulpsyste- men in acht nemen. Toets indrukken. "Meer" 3D-aanzicht "Trekhaakscherm" Principe Weergave Bij de selectie van het 3D-aanzicht wordt op het Control Display een cirkelvormige baan weergegeven.
  • Pagina 251 Parkeren BEDIENING Weergave ▷ Achteruitrijcamera. ▷ Afhankelijk van de uitvoering: frontcamera. Panoramaweergave inschakelen/ uitschakelen Toets indrukken. "Panoramascherm" Weergave Om eenvoudiger in een wasstraat te rijden, wordt de eigen rijstrook weergegeven. Panoramaweergave Principe De panoramaweergave zorgt bij onoverzichte- lijke uitritten en kruisingen voor een vroegtijdig overzicht van het kruisende verkeer.
  • Pagina 252 Vanwege technische redenen wordt het ge- Gegevensbescherming, zie pagina 67. bied rond de auto vervormd weergegeven. ▷ De BMW App moet op het mobiele eindap- Ook als de weergave voor de portieropenings- paraat zijn geïnstalleerd. hoek op het Control Display geen andere ob- ▷...
  • Pagina 253 Parkeren BEDIENING Beperkte werking Veiligheidsvoorschriften De werking kan bijvoorbeeld in de volgende si- tuaties niet of slechts beperkt gebruikt worden: WAARSCHUWING ▷ Bij een geopend portier of een geopende Het systeem ontlast u niet van persoonlijke bagageruimte. Donkere oppervlakken in de verantwoordelijkheid om de verkeerssituatie weergave markeren het gebied dat niet juist in te schatten.
  • Pagina 254 BEDIENING Parkeren 4 km/h. De activeringsafstand is afhankelijk Als de afstand tot een herkend object kleiner is van de betreffende situatie. dan ca. 20 cm, klinkt er een continu signaal. Het automatisch inschakelen bij gedetecteerde Als zich gelijktijdig zowel voor als achter de obstakels kan worden in- en uitgeschakeld.
  • Pagina 255 Parkeren BEDIENING weergegeven van zodra het systeem wordt ▷ Grijze markeringen, gearceerd vlak: er wer- geactiveerd. den geen obstakels herkend. Verder verwijderde objecten worden reeds ▷ Geen markeringen, zwart vlak: het gebied weergegeven voor er een signaal klinkt. naast de auto werd nog niet geregistreerd. Het detectiegebied van de sensoren kleurt groen, geel en dan rood als er hindernissen Grenzen van het systeem...
  • Pagina 256 BEDIENING Parkeren Storing Veiligheidsvoorschriften Symbool wordt op de controledisplay weergegeven. WAARSCHUWING Het registratiebereik van de sensoren Het systeem ontlast u niet van persoonlijke wordt op de controledisplay niet weergegeven. verantwoordelijkheid om de verkeerssituatie juist in te schatten. Wegens systeembeper- Er wordt een Check-Control-melding weerge- kingen kan het systeem niet in alle verkeers- geven.
  • Pagina 257 Parkeren BEDIENING Bij de volgende rit is het systeem automatisch tie gereduceerd. Zo kan evt. nog tijdig hand- opnieuw ingeschakeld. matig worden geremd. Bij herkenning van hindernissen achter het Instellingen voertuig remt het systeem. Er kan worden ingesteld welke bereiken op de De inhoud in het hoofdstuk Parkeerhulpsyste- auto door het systeem worden beschermd.
  • Pagina 258 BEDIENING Parkeren Voorwaarden voor een correcte Weergave werking Zodra het systeem een hindernis her- ▷ Bij een stilstaand voertuig wordt keuzehen- kent, wordt een symbool met een over- delstand D, B of R ingeschakeld. eenkomstige melding weergegeven. ▷ Er worden hindernissen in de directe omge- ving voor of achter het voertuig herkend.
  • Pagina 259 Parkeren BEDIENING Parkeermethodes Het systeem ondersteunt de volgende func- ties: Uitparkeren uit dwarse parkeerplekken. Bediening Bij de werking en de bediening van het sys- Achteruit inparkeren parallel aan de rijbaan, teem wordt een onderscheid gemaakt tussen langs inparkeren. de volgende stappen: ▷...
  • Pagina 260 BEDIENING Parkeren Voorwaarden voor een correcte gemanoeuvreerd zodat aansluitend in de ge- wenste richting kan worden gereden. werking Veiligheidsvoorschriften Uitlijning van parkeerplekken ▷ Recht vooruitrijden tot circa 35 km/h. WAARSCHUWING ▷ Maximale afstand tot de rij geparkeerde auto's: 1,5 m. Het systeem ontlast u niet van persoonlijke verantwoordelijkheid om de verkeerssituatie Geschikte parkeerruimte...
  • Pagina 261 Parkeren BEDIENING ject in de omgeving van het voertuig her- Bij de symbolen voor de parkeermethodes kend. voor het uitparkeren verandert de richting van de pijl. ▷ Het voertuig werd handmatig achteruit in- geparkeerd en er worden objecten in de di- Sym- Betekenis recte omgeving van het voertuig herkend.
  • Pagina 262 BEDIENING Parkeren Er klinkt een ononderbroken geluidssignaal De aanwijzingen op de controledisplay of in wanneer de afstand tot een herkend object het instrumentenpaneel volgen. kleiner is dan ca. 20 cm. Met de rem kan de snelheid worden gere- duceerd. Anderen ingrepen leiden tot de Zoeken naar parkeerplaatsen annulering van het systeem.
  • Pagina 263 Parkeren BEDIENING Park Assistant handmatig ▷ Bij te kleine afstanden die door de Park Distance Control worden weergegeven. annuleren ▷ Bij het overschrijden van een maximaal Park Assistent kan op elk gewenst moment aantal inparkeerpogingen of de inparkeer- handmatig worden geannuleerd, bijvoorbeeld: duur.
  • Pagina 264 BEDIENING Parkeren Algemeen ▷ Op een oneffen ondergrond, bijvoorbeeld bij grindwegen. De auto slaat de rijbewegingen van het laatste ▷ Op een gladde ondergrond. traject op. De opgeslagen afstand kan met een geautomatiseerde besturing worden gereden. ▷ Op steile hellingen of afdalingen. Het systeem neemt de besturing over.
  • Pagina 265 Parkeren BEDIENING Voorwaarden voor een correcte een voorwaartse versnelling in te schake- len. werking ▷ Om het traject zonder onderbreking op te Achteruitrijhulp handmatig slaan, voorwaarts rijden. annuleren ▷ Niet sneller dan 35 km/h rijden om het tra- De ondersteuning bij het achteruitrijden van de ject op te slaan.
  • Pagina 266 BEDIENING Parkeren Bij overschrijding van de maximumsnelheid wordt de functie afgebroken. Verschillende invloeden kunnen tot zijdelingse afwijkingen bij het terugrijden op het opgesla- gen traject. Daartoe behoren bijv. de volgende factoren: ▷ Stuurbewegingen bij een stilstaand voer- tuig tijdens de opslag van het traject. ▷...
  • Pagina 267 Rijcomfort BEDIENING Rijcomfort Uitrusting van de auto Aandrijfgeluid In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, Afhankelijk van de uitrusting en de nationale systemen en functies beschreven, die model- uitvoering kunnen de instellingen voor het specifiek en in toekomst worden aangeboden, elektromotorgeluid worden geconfigureerd.
  • Pagina 268 BEDIENING Klimaatregeling Klimaatregeling Uitrusting van de auto Symbool Functie Luchtverdeling. In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, systemen en functies beschreven, die model- specifiek en in toekomst worden aangeboden, SYNC-programma. ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen voertuig aanwezig. Meer informatie: Stoelverwarming, zie pa- Uitrusting van het voertuig, zie pagina 7.
  • Pagina 269 Klimaatregeling BEDIENING Airconditioningssysteem Weergave in de display inschakelen/uitschakelen Airconditioningssysteem inschakelen/uitschakelen "KLIMAAT MENU" "Alle klimatiseringsfuncties" Gewenste instelling selecteren. Het volledige airconditioningssysteem wordt Functiebalk met de laatst ingestelde instellingen in-/uitge- 2 Airconditioningsfuncties, bestuurderszijde schakeld. 3 Airconditioningsfuncties Bij het ingeschakelde airconditioningssysteem kunnen afzonderlijke airconditioningsfuncties 4 Airconditioningsfuncties, passagierszijde worden uitgeschakeld.
  • Pagina 270 BEDIENING Klimaatregeling Weergave Het automatisch programma houdt rekening met de stoelbezetting om een energie-effi- De indicator in de airconditioningslijst geeft in- ciënte regeling te garanderen. formatie over het temperatuurverschil tussen Een condenssensor regelt het programma te- de ingestelde gewenste temperatuur en de gelijkertijd zodanig dat het beslaan van de rui- huidige interieurtemperatuur: ten zoveel mogelijk wordt voorkomen.
  • Pagina 271 Klimaatregeling BEDIENING Maximaal koelen In de automatische luchtrecirculatieregeling wordt afhankelijk van de buitenluchtkwaliteit ofwel buitenlucht aangevoerd ofwel interieur- Principe lucht gecirculeerd. De functie maakt een snelle en intensieve af- Het interieurfilter reinigt de inkomende buiten- koeling van het voertuiginterieur mogelijk. lucht of de gerecirculeerde binnenlucht in de luchtcirculatiemodus.
  • Pagina 272 BEDIENING Klimaatregeling Luchtverdeling Algemeen Voor de verwijdering van ijs en condens wor- den de luchthoeveelheid en de luchttempera- Algemeen tuur automatisch geoptimaliseerd. De luchtverdeling kan naar gelang de behoefte De luchtverdeling wordt op de voorruit en de worden ingesteld. voorste zijruiten uitgelijnd. Bij het beslaan van de ruiten het automatische Luchtverdeling instellen programma inschakelen om de voordelen van...
  • Pagina 273 Klimaatregeling BEDIENING Ventilatie Ventilatie achterin Principe Het ventilatiesysteem biedt individuele instel- mogelijkheden voor een directe of indirecte ventilatie om de luchtbewegingen in het voer- tuig te optimaliseren. Algemeen De ventilatieroosters openen en uitrichten om ▷ Hendel voor aanpassen van de uitstroom- een doeltreffende klimaatregeling te garande- richting, pijlen 1.
  • Pagina 274 BEDIENING Klimaatregeling ▷ Stof en bloesempollen worden uit de inko- zien. Na het starten van de motor of een mende buitenlucht gefilterd. korte rit is het systeem opnieuw beschik- baar. ▷ Uiterst fijne stofdeeltjes worden geredu- ceerd. ▷ Tijd en datum zijn correct ingesteld. ▷...
  • Pagina 275 "Vertrekschema" Gewenste vertrektijd activeren. Met BMW App activeren Afhankelijk van de uitvoering kan met een overeenkomstige BMW app met remotefunctie de ventilatie in stilstand via een vooraf gese- lecteerde vertrektijd of direct worden ingescha- keld. Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 276 BEDIENING Interieuruitrusting Interieuruitrusting Uitrusting van de auto Algemeen Het totale vermogen van alle contactdozen In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, mag 140 watt bij 12 volt niet overschrijden. systemen en functies beschreven, die model- De contactdoos niet met ongeschikte stekkers specifiek en in toekomst worden aangeboden, beschadigen.
  • Pagina 277 Interieuruitrusting BEDIENING Middenconsole voorin In de middenconsole voorin Tussen het smartphone-opbergvak en de be- In de middenconsole bevinden zich twee USB- kerhouders bevindt zich een contactdoos. De aansluitingen. afdekking lostrekken. Eigenschappen: ▷ USB-aansluiting type C. In de bagageruimte ▷ Voor het opladen van mobiele apparaten en voor het overdragen van gegevens.
  • Pagina 278 BEDIENING Interieuruitrusting Bergvak voor draadloos OPMERKING opladen Het bergvak is bestemd voor mobiele tele- foons tot een bepaalde grootte. Het met ge- Principe weld in het bergvak plaatsen kan het bergvak of de mobiele telefoon beschadigen. Er be- Het bergvak voor draadloos opladen maakt staat gevaar voor schade.
  • Pagina 279 Interieuruitrusting BEDIENING Houderbeugel openen/sluiten Het display van de mobiele telefoon wijst omhoog. Laadfunctie inschakelen/ uitschakelen "MENU" "Auto-apps" "Systeeminstellingen" "Bergvak voor Wireless Charging" "Draadloos laden" Om het plaatsen en verwijderen van een mo- biele telefoon te vergemakkelijken, kunt u de Mobiele telefoon aanbrengen/ houderbeugel openen.
  • Pagina 280 WLAN met het voertuig. Er kunnen foto’s worden gemaakt, opge- ▷ De gegevensopslag vindt plaats in het slagen en weergegeven. voertuig en wordt aan de BMW ID of een ▷ Remote Inside View. bestuurdersprofiel toegewezen. Het voertuiginterieur kan via een BMW app Remote Inside View: worden opgenomen.
  • Pagina 281 "Momentopname" Remote Inside View/anti-diefstalrecorder: "Instellingen" ▷ Gegevensbeveiligingsbepalingen aanvaard. Gewenste instelling selecteren. ▷ BMW app is op het mobiele apparaat geïn- Momentopname stalleerd. ▷ BMW app is met de ConnectedDrive ac- Opnamemodus count verbonden. ▷ Het voertuig is geparkeerd en afgesloten.
  • Pagina 282 Media-opnames weergeven en plaats. Via de BMW app wordt een bericht ver- beheren zonden en kan de media-opname op het mo- Opgeslagen media-opnames kunnen in het biele apparaat worden weergegeven.
  • Pagina 283 Opbergvakken BEDIENING Opbergvakken Uitrusting van de auto Dashboardkastje In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, Veiligheidsaanwijzing systemen en functies beschreven, die model- specifiek en in toekomst worden aangeboden, ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen WAARSCHUWING voertuig aanwezig. Het dashboardkastje steekt opengeklapt in Meer informatie: het interieur uit.
  • Pagina 284 BEDIENING Opbergvakken Veiligheidsaanwijzing Middenarmsteun sluiten Deksel dichtklappen. WAARSCHUWING Bekerhouder voorin Breekbare voorwerpen, bijvoorbeeld glazen flessen of drinkglazen, kunnen bijvoorbeeld bij een ongeval, rem of uitwijkmanoeuvre Veiligheidsaanwijzing breken. Er kunnen splinters in het interieur komen. Er bestaat kans op letsel of schade. Gebruik geen breekbare voorwerpen tijdens WAARSCHUWING de rit.
  • Pagina 285 Opbergvakken BEDIENING Bekerhouder achterin Bekerhouder sluiten De middenarmsteun omhoogklappen. Veiligheidsaanwijzingen Kledinghaken WAARSCHUWING Algemeen Ongeschikte verpakkingen in de bekerhou- ders kunnen de bekerhouders beschadigen De kleerhaken bevinden zich in de handgrepen of in het interieur worden geslingerd, bijv. bij achterin. een ongeval, rem- of uitwijkmanoeuvre. Ge- morste vloeistoffen kunnen ervoor zorgen dat Veiligheidsvoorschriften u wordt afgeleid waardoor er een ongeval...
  • Pagina 286 BEDIENING Bagageruimte Bagageruimte Uitrusting van de auto WAARSCHUWING Apparaten die via een kabel met het voertuig In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, zijn verbonden, bijvoorbeeld mobiele tele- systemen en functies beschreven, die model- foons of losse voorwerpen, kunnen tijdens specifiek en in toekomst worden aangeboden, het rijden door het interieur worden geslin- ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen...
  • Pagina 287 Bagageruimte BEDIENING Multifunctionele haak bank de buitenste veiligheidsgordels in het telkens tegenoverliggende slot steken. ▷ Rugleuningen volledig inklappen als dat Algemeen voor het plaatsen van grote bagage nodig In de bagageruimte bevindt zich aan de linker- en rechterkant een multifunctionele haak. ▷...
  • Pagina 288 BEDIENING Bagageruimte Veiligheidsvoorschriften Opbergvak openen WAARSCHUWING Een ondeskundig gebruik van de bagage- ruimtebodem kan bijv. bij rem- en uitwijkma- noeuvres leiden tot gevaar door in het rond vliegende voorwerpen. Er bestaat kans op letsel of schade. ▷ De bagageruimtebodem niet als schei- dingsnet voor de scheiding van de baga- De onderkant van de bagageruimtebodem geruimte en het voertuiginterieur gebrui-...
  • Pagina 289 Bagageruimte BEDIENING Bagageruimtebodem verwijderen Algemeen Zonder Mild Hybrid-technologie: De achterbankleuning is in 3 delen inklapbaar in de verhouding 40-20-40. De zijdelingse Achterste deel van de bagageruimtebodem rugleuningen en het middendeel kunnen af- naar voren omklappen. zonderlijk worden omgeklapt. Bagageruimtebodem licht optillen. De achterbankleuningen kunnen vanuit het Bagageruimtebodem naar achteren uit de achtercompartiment worden neergeklapt.
  • Pagina 290 BEDIENING Bagageruimte Achterbankleuning omklappen OPMERKING Van achterin Bij het neerklappen van de achterbankleun- ing kunnen delen van de auto worden be- schadigd. Er bestaat gevaar voor schade. Bij het neerklappen erop letten dat het bewe- gingsgebied van de achterbankleuning inclu- sief de hoofdsteunen vrij is.
  • Pagina 291 Bagageruimte BEDIENING Bagageruimtescheidingsnet gerd, bijv. bij een ongeval of bij rem- en uit- wijkmanoeuvres. Er bestaat kans op letsel. Apparaten die via een kabel met het voertuig Algemeen zijn verbonden, of losse voorwerpen vastzet- ten. Het bagageruimtescheidingsnet kan op twee verschillende plaatsen in de auto worden be- vestigd.
  • Pagina 292 BEDIENING Bagageruimte haken, pijlen 2. Daarvoor evt. de achter- bankleuning een beetje opheffen. Bij opstaande achterbankleuning Bij rechtopstaande achterbankleuning het kleine bagageruimtescheidingsnet achter de 2e zittingrij monteren. Bagageruimteafdekking verwijderen. De achterste afdekkappen boven bij het dakframe openklappen. De beide bovenste bevestigingspennen van het bagageruimtescheidingsnet steeds tot aan de aanslag in de bevestiging steken, pijl 1, en naar voren schuiven.
  • Pagina 293 Bagageruimte BEDIENING Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 294 RIJTIPS Bij het rijden in acht nemen Bij het rijden in acht nemen Uitrusting van de auto Motor, versnellingsbak en differentieel In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, Tot 2000 km systemen en functies beschreven, die model- specifiek en in toekomst worden aangeboden, Maximale motortoerental en snelheid niet ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen overschrijden:...
  • Pagina 295 Bij het rijden in acht nemen RIJTIPS Praktische tips voor het WAARSCHUWING rijden Als brandbare materialen, bijvoorbeeld bla- deren of gras, met hete onderdelen van het Achterklep sluiten uitlaatsysteem in contact komen, kunnen deze materialen ontbranden. Er bestaat Veiligheidsaanwijzing brandgevaar en kans op letsel. De aange- brachte hitteschilden niet verwijderen of van een bodembeschermingslaag voorzien.
  • Pagina 296 RIJTIPS Bij het rijden in acht nemen Roetfilter reinigen tijdens het rijden Veiligheidsaanwijzing De zelfreinigende werking van het uitlaatgas- partikelfilter geschiedt automatisch. Er zijn OPMERKING geen verdere maatregelen, bijv. een aanpas- Als te snel door hoog water wordt gereden sing van de rijstijl, noodzakelijk. kan het water in de motorruimte, de elektri- sche installatie of in de transmissie binnen- Mobiele communicatieapparatuur in...
  • Pagina 297 Bij het rijden in acht nemen RIJTIPS vloer kunnen worden bevestigd. Geen losse ongevallen. Overmatige belasting van de rem vloermatten gebruiken en nooit meerdere vermijden. vloermatten over elkaar leggen. Erop letten dat voldoende ruimte voor de pedalen aan- wezig is. Erop letten dat de vloermatten weer WAARSCHUWING veilig worden bevestigd nadat deze werden Bij stationair draaiende of afgezette motor...
  • Pagina 298 RIJTIPS Bij het rijden in acht nemen Achterdrager Veiligheidsaanwijzing Principe WAARSCHUWING Bij het rijden met dakbelasting, bijvoorbeeld De kogelkop van de aanhangwagenkoppeling met een dakdrager, kan door het hogere kan als opname voor een achterdrager, bijv. zwaartepunt in rijkritische situaties de rijvei- fietsenrek, worden gebruikt.
  • Pagina 299 Bij het rijden in acht nemen RIJTIPS ▷ Zware lading zo dicht mogelijk bij de kogel- De hogere mechanische en thermische belas- kop plaatsen. ting bij het gebruik op het circuit leidt tot ho- gere slijtage. Deze slijtage wordt niet door de ▷...
  • Pagina 300 RIJTIPS Trekken van een aanhangwagen Trekken van een aanhangwagen Uitrusting van de auto Belading De bagage zo gelijkmatig mogelijk over het In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, laadvlak verdelen. systemen en functies beschreven, die model- De belading zo laag mogelijk en in de nabij- specifiek en in toekomst worden aangeboden, heid van de aanhangwagenassen opbergen.
  • Pagina 301 Trekken van een aanhangwagen RIJTIPS Buitenspiegels Activering aanhangwagenmodus, zie pa- gina 305. De wetgever schrijft twee buitenspiegels voor die de beide achterkanten van de aanhangwa- Veiligheidsvoorschriften gen laten zien. Dergelijke spiegels zijn als ac- cessoires bij een servicepartner van de fabri- kant of een andere gekwalificeerde WAARSCHUWING servicepartner of vakwerkplaats verkrijgbaar.
  • Pagina 302 RIJTIPS Trekken van een aanhangwagen Uitrusting van de auto Om terugrollen bij wegrijden te voorkomen, parkeerrem gebruiken. Dit systeem is mogelijkerwijze in uw voertuig niet aanwezig, bijv. op basis van de gekozen speciale uitvoeringen, de landuitvoeringen of Kort voor het wegrijden aan de de mogelijkheid tot latere vrijschakeling of soft- schakelaar trekken en loslaten.
  • Pagina 303 Bij het achteruitrijden op de omgeving van de aanhangwagenassistent eenvoudiger te het voertuig letten. kunnen bedienen. Bij hindernissen onmiddellijk stoppen en BMW ID of bestuurdersprofiel selecteren. het voertuig zelf overnemen. "MENU" Tijdens het rijden eventueel de knikhoek "Auto-apps" aanpassen om de richting te corrigeren.
  • Pagina 304 RIJTIPS Trekken van een aanhangwagen Aanhangwagenstabilisatier ▷ Bij het vasthouden van het stuur of als er zelf wordt gestuurd. egeling ▷ Bij het overschrijven van de weergave op het Control Display door meldingen. Principe ▷ Bij snelheden boven circa 10 km/h. De aanhangwagenstabilisatieregeling helpt bij Functie voor veilig remmen van het opvangen van de slingerbewegingen van...
  • Pagina 305 Trekken van een aanhangwagen RIJTIPS Activering OPMERKING aanhangwagenmodus De trekhaak is geschikt voor gebruik met een aanhangwagen. Een uitgeklapte kogelkop Algemeen van de trekhaak kan worden vastgedraaid als zonder aanhangwagen of bagagedrager Bij het rijden met een aanhanger of lastdrager wordt gereden.
  • Pagina 306 RIJTIPS Trekken van een aanhangwagen Zo nodig zwenkprocedure bij ingedrukte toets en draaiende motor herhalen. Toets in de bagageruimte indruk- De LED in de toets brandt groen als de kogel- ken. kop een eindstand heeft bereikt. Kogelkop draait naar buiten. LED knippert Als het zwenken herhaaldelijk wordt onderbro- groen.
  • Pagina 307 Trekken van een aanhangwagen RIJTIPS Werking van achterdragers De kogelkop van de aanhangwagenkoppeling kan als opname voor een achterdrager, bijv. fietsenrek, worden gebruikt. Voor de werking van achterdragers de infor- matie met betrekking tot de achterdrager in acht nemen. Meer informatie: Achterdrager, zie pagina 298.
  • Pagina 308 RIJTIPS Brandstof besparen Brandstof besparen Uitrusting van de auto Ruiten en glazen dak sluiten Een geopend glazen dak of geopende ruiten In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, verhogen de luchtweerstand en daardoor het systemen en functies beschreven, die model- brandstofverbruik.
  • Pagina 309 BMW adviseert onderhoudswerk- Afremmen op de motor zaamheden door een BMW servicepartner te laten uitvoeren. Ga bij het naderen van een rood verkeerslicht Daarvoor ook het BMW onderhoudssysteem in van het gaspedaal en laat de auto uitrollen.
  • Pagina 310 RIJTIPS Brandstof besparen Uitrollen ▷ Het systeem herkent een rustige en gelijk- matige rijstijl. ▷ Motor en transmissie op bedrijfstempera- Principe tuur. Het aandrijfsysteem maakt het mogelijk om ▷ Het systeem herkent de overeenkomstige met minimale vertraging efficiënt te rollen in de afstand tot voorliggers.
  • Pagina 311 Brandstof besparen RIJTIPS Rijmodus Efficient Rijmodus Efficient configureren Principe Toets indrukken. "EFFICIENT" De rijmodus Efficient ondersteunt een effi- ciënte rijstijl. "Instellingen" Onder bepaalde omstandigheden wordt in Gewenste instelling selecteren. keuzehendelstand D de motor van de trans- missie ontkoppeld. De auto rolt in dat geval Instellingen terugzetten met stationair lopende motor uit om het ver- bruik te optimaliseren.
  • Pagina 312 RIJTIPS Brandstof besparen Weergave Weergave inefficiënte rijstijl Bij het rijden buiten het efficiënte bereik Vermogensweergave wordt een pijl weergegeven. Bij het activeren van de rijmodus Efficient wis- De weergave verschijnt bijv. in de vol- selt de weergave naar een speciale weergave. gende situaties: ▷...
  • Pagina 313 Brandstof besparen RIJTIPS Efficiëntieanalyse Weergave in het instrumentenpaneel Algemeen In de controledisplay wordt de efficiëntie van de rijstijl geanalyseerd en in drie categorieën weergegeven. De huidige rit wordt geanaly- seerd. Voorwaarden voor een correcte werking De aanwijzing voor een naderend routege- De functie is in de rijmodus Efficient beschik- deelte wordt gegeven als aanbeveling om de baar.
  • Pagina 314 MOBILITEIT Tanken Tanken Uitrusting van de auto Veiligheidsvoorschriften In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, OPMERKING systemen en functies beschreven, die model- Bij een actieradius onder 50 km kan de specifiek en in toekomst worden aangeboden, brandstoftoevoer naar de motor in gevaar ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen komen.
  • Pagina 315 Tanken MOBILITEIT Tankdop tegen de wijzers van de klok in De tankdopklep door een servicepartner van draaien. de fabrikant of een andere gekwalificeerde ser- vicepartner of vakwerkplaats laten ontgrende- len. Tankdop in de houder op de klep aanbren- gen. Sluiten WAARSCHUWING De bevestigingsband van de tankdop kan bij het vastdraaien worden ingeklemd en platge-...
  • Pagina 316 MOBILITEIT Wielen en banden Wielen en banden Uitrusting van de auto Gegevens betreffende de bandenspanning In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, Aan de portierstijl systemen en functies beschreven, die model- specifiek en in toekomst worden aangeboden, ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen voertuig aanwezig.
  • Pagina 317 Wielen en banden MOBILITEIT Voor een correcte weergave moeten de ban- ▷ Een rijafstand van maximaal 2 km werd niet denmaten in het systeem zijn opgesteld en overschreden. voor de gemonteerde banden zijn ingesteld. ▷ Als het voertuig na een rit minstens twee De waarde van de actuele bandenspanning uur niet meer bestuurd werd.
  • Pagina 318 MOBILITEIT Wielen en banden Snelheidsletter indicator voor de slijtage van het bandenprofiel dienen. Aanduiding Maximale snelheid De posities van de slijtagemarkeringen zijn op de zijkant van de band met TWI, Tread Wear tot 160 km/h Indicator, gemarkeerd. tot 170 km/h Onafhankelijk van de slijtagemarkeringen de tot 180 km/h wettelijke voorschriften met betrekking tot de...
  • Pagina 319 Wielen en banden MOBILITEIT voorzichtig naar een servicepartner van de kant of een andere gekwalificeerde service- fabrikant of een andere gekwalificeerde servi- partner of gekwalificeerde werkplaats. cepartner of vakwerkplaats rijden. De auto in- Goedgekeurde wielen en banden dien nodig daarheen laten slepen of trans- porteren.
  • Pagina 320 MOBILITEIT Wielen en banden Winterbanden banden van hetzelfde merk en met hetzelfde profiel worden gemonteerd. Wielen en ban- den gebruiken die door de fabrikant van de Algemeen auto als geschikt zijn aangemerkt voor het betreffende type auto. Na bandenpech moet de oorspronkelijke wiel-bandcombinatie wor- den gemonteerd.
  • Pagina 321 Wielen en banden MOBILITEIT Bandenreparatieset plaats verkrijgbaar. Na het verwisselen de bandenspanning controleren en eventueel cor- rigeren. Principe Banden bewaren Met de bandenreparatieset kan beperkte schade aan een band kortstondig worden af- Bandenspanning gedicht, zodat kan worden doorgereden. De op de zijkant van de band weergegeven Algemeen maximumbandenspanning niet overschrijden.
  • Pagina 322 MOBILITEIT Wielen en banden Fles met afdichtmiddel en vulslang ▷ Stuurvergrendeling laten vastklikken in rechtuitstand van de wielen. ▷ Alle inzittenden laten uitstappen en buiten het gevarengebied brengen, bijvoorbeeld achter de vangrails. ▷ Eventueel gevarendriehoek op de juiste af- stand neerzetten. ▷...
  • Pagina 323 Wielen en banden MOBILITEIT De vulslang met de uitlaat van de fles met bandenafdichtmiddel verbinden en tot de OPMERKING aanslag 90° rechtsom draaien. Als de compressor te lang in werking is kan deze oververhit raken. Er bestaat gevaar voor schade. Compressor niet langer dan 10 minu- ten laten draaien.
  • Pagina 324 MOBILITEIT Wielen en banden Minimale bandenspanning wordt niet Ventieldopje van het wiel losdraaien en het verbindingsstuk van de slang op het ventiel bereikt schroeven. Wanneer een bandenspanning onder 2,5 bar wordt weergegeven, moet onmiddellijk worden gestopt. Contact opnemen met een service- partner van de fabrikant of een andere gekwa- lificeerde servicepartner of vakwerkplaats.
  • Pagina 325 Wielen en banden MOBILITEIT Rit voortzetten WAARSCHUWING Toegestane maximumsnelheid van 80 km/h niet overschrijden. Onvoldoende aangespannen sneeuwkettin- gen kunnen banden en voertuigonderdelen Maximale afstand van 200 km niet overschrij- beschadigen. Er bestaat kans op een ongeval den. of schade. Controleer of de sneeuwkettingen De bandenpechwaarschuwing opnieuw initiali- altijd voldoende aangespannen zijn.
  • Pagina 326 MOBILITEIT Wielen en banden Aanwijzingen van de sneeuwkettingfabrikant Voor de bediening van het systeem ook de in- in acht nemen. formatie en opmerkingen in het hoofdstuk Bandenspanning in acht nemen. Bij uitvoeringen met bandenspanningscon- trole: met sneeuwkettingen geen reset van de Meer informatie: bandenspanningscontrole uitvoeren, omdat dit Bandenspanning, zie pagina 316.
  • Pagina 327 Wielen en banden MOBILITEIT ▷ Na het verwisselen van een band of "Bandenspanningscontrole" wiel. "Bandeninstellingen" ▷ Na een reset, bij banden met speciale "Bandenselectie" vergunning. "Handmatig" ▷ Na wijziging van de bandeninstelling. "Bandtype" ▷ Bij banden met speciale toelating: Bandtype selecteren dat op de achteras is ▷...
  • Pagina 328 MOBILITEIT Wielen en banden Huidige bandentemperatuur Een tot vier wielen geel Afhankelijk van het model worden de huidige Er is sprake van een lekke band of een aan- bandentemperaturen weergegeven. zienlijk spanningsverlies in de aangegeven banden. De huidige bandentemperaturen kunnen door het rijden of de buitentemperatuur veranderen.
  • Pagina 329 Wielen en banden MOBILITEIT Na een succesvol afgesloten reset worden de Maatregel wielen op het Control Display groen weergege- Bandenspanning regelmatig controleren en zo ven en het volgende wordt getoond: "Reset nodig corrigeren. met succes voltooid." Bij te lage bandenspanning De rit kan op ieder gewenst moment worden onderbroken.
  • Pagina 330 MOBILITEIT Wielen en banden Maatregel Sym- Mogelijke oorzaken Snelheid verminderen en voorzichtig stop- bool pen. Heftige rem- en stuurbewegingen ver- De vulling is niet volgens voorschrif- mijden. ten uitgevoerd, bijv. bij onvoldoende Aanwijzing voor de handelwijze bij banden- ingebrachte lucht. pech in acht nemen.
  • Pagina 331 Wielen en banden MOBILITEIT Maatregel De luchtdruk in alle vier banden controle- ren, bijvoorbeeld met de bandenspannings- De snelheid reduceren. Snelheid van meter van een bandenreparatieset. 130 km/h niet meer overschrijden. Bij banden met speciale toelating: als de Bij de eerstvolgende gelegenheid, bijv. op bandenspanning in alle vier de banden in een tankstation, de bandenspanning in alle orde is, dan is voor de bandenspannings-...
  • Pagina 332 MOBILITEIT Wielen en banden Plotseling spanningsverlies waarschuwt wanneer de bandenspanning is gedaald. Ernstige en plotseling optredende beschadi- gingen van een band van buitenaf kunnen Algemeen door het systeem niet vooraf worden aange- kondigd. Het systeem herkent de bandenspanning aan de hand van een toerentalvergelijking tussen Reset niet uitgevoerd de afzonderlijke wielen tijdens het rijden.
  • Pagina 333 Wielen en banden MOBILITEIT Initialisatie noodzakelijk Veiligheidsaanwijzing In de volgende situaties moet er een initialisa- tie worden uitgevoerd: WAARSCHUWING ▷ Na een aanpassing van de bandenspan- Een beschadigde normale band met een ge- ning. ringe bandenspanning of spanningsverlies heeft een negatieve invloed op de rijeigen- ▷...
  • Pagina 334 MOBILITEIT Wielen en banden Veiligheidsvoorschriften met een servicepartner van de fabrikant of een andere gekwalificeerde servicepartner of vakwerkplaats. WAARSCHUWING Bandenpech verhelpen, bijvoorbeeld met De krik is alleen bedoeld voor het kort opkrik- een bandenreparatieset of door het wiel te ken van de auto voor het verwisselen van een vervangen.
  • Pagina 335 Wielen en banden MOBILITEIT Auto tegen wegrollen beveiligen WAARSCHUWING Algemeen Op een zachte, oneffen of gladde onder- grond, bijvoorbeeld sneeuw, ijs, tegels enz. De fabrikant van de auto adviseert om de auto kan de autokrik wegglijden. Er bestaat kans bij het wielen verwisselen bovendien tegen op letsel.
  • Pagina 336 MOBILITEIT Wielen en banden terstuk dat overeenkomt met de codering wor- ▷ Een versnelling inschakelen of de keuze- den geopend. hendelstand P inschakelen. ▷ Zodra de verkeerssituatie het toelaat alle Overzicht inzittenden laten uitstappen en buiten het gevarengebied brengen, bijvoorbeeld ach- De adapter van de wielbouten met slot bevindt ter de vangrails.
  • Pagina 337 Wielen en banden MOBILITEIT Let erop dat de krikvoet verticaal naar bui- Met een hand de krik vasthouden, pijl 1, en ten komt en in een rechte hoek onder het met de andere hand de slinger of de hen- kriksteunpunt staat. del, pijl 2, vastpakken.
  • Pagina 338 MOBILITEIT Wielen en banden Veiligheidsaanwijzingen De overige wielbouten met de hand in- draaien en alle bouten kruiselings goed aandraaien. WAARSCHUWING De slinger van de krik linksom draaien om Het noodwiel heeft speciale afmetingen. Bij de krik in te schuiven en de auto te laten het rijden met een noodwiel kunnen de rij-ei- zakken.
  • Pagina 339 Wielen en banden MOBILITEIT De krik- en gereedschaphouder links naast het noodwiel plaatsen en vastmaken. Bagageruimtebodem plaatsen. Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 340 MOBILITEIT Motorruimte Motorruimte Overzicht Chassisnummer 5 Koelvloeistofexpansiereservoir extra koe- ling 2 Olievulpijp 6 Koelvloeistofreservoir motor 3 Starthulp, accupluspool 7 Vulnippel voor sproeiervloeistof 4 Starthulp, accuminpool Voorkap kant of een andere gekwalificeerde service- partner of vakwerkplaats laten controleren. Veiligheidsvoorschriften WAARSCHUWING WAARSCHUWING In de motorruimte bevinden zich bewegende onderdelen.
  • Pagina 341 Motorruimte MOBILITEIT van bewegende onderdelen verwijderd hou- met een vlotte beweging sluiten. Aandrukken den. vermijden. Voorklep openen WAARSCHUWING Aan de hendel trekken, pijl 1. De motorkap is aan de binnenzijde van uit- De motorkap wordt ontgrendeld. stekende delen voorzien, bijv. vergrende- lingshaken.
  • Pagina 342 MOBILITEIT Bedrijfsstoffen Bedrijfsstoffen Uitrusting van de auto In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, systemen en functies beschreven, die model- specifiek en in toekomst worden aangeboden, ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen voertuig aanwezig. Meer informatie: Uitrusting van het voertuig, zie pagina 7. De motor heeft een pingelregeling.
  • Pagina 343 Bedrijfsstoffen MOBILITEIT OPMERKING Brandstof onder de aangegeven minimum- kwaliteit kan de werking van de motor nade- lig beïnvloeden of tot motorschade leiden. Er bestaat gevaar voor schade. Geen brandstof tanken die niet aan de minimumkwaliteitsver- eisten voldoet. Veiligheidsaanwijzing OPMERKING Verkeerde brandstoffen kunnen het brand- OPMERKING stofsysteem en de motor beschadigen.
  • Pagina 344 "Autostatus" "AdBlue" Principe Bij een laag vulpeil wordt een Check-Control- melding weergegeven. BMW Diesel met BluePerformance verminde- ren de stikstofoxide in de dieseluitlaatgassen, Weergaven in het door het reductiemiddel AdBlue in het uitlaat- instrumentenpaneel systeem te spuiten. In de katalysator vindt een...
  • Pagina 345 AdBlue laten bijvullen Bestanddelen van het reductiemiddel zijn zeer agressief. Er bestaat gevaar voor BMW adviseert het reductiemiddel te laten bij- schade. Contact van reductiemiddel met op- vullen door een servicepartner in het kader van pervlakken van de auto vermijden.
  • Pagina 346 MOBILITEIT Bedrijfsstoffen "Autostatus" Tankdop, zie pagina 314. "AdBlue" Tankdop voor reductiemiddel tegen de klok in draaien en verwijderen. Tank voor reductiemiddel Tankdop in de houder op de klep aanbren- gen. De tankdop voor het reductiemiddel bevindt zich naast de tankdop van de brandstoftank. Reductiemiddel via de pomp bijvullen Algemeen Bij het tanken het vulpistool in de vulhals...
  • Pagina 347 Bedrijfsstoffen MOBILITEIT Motorolie Vullen met verkeerde vloeistof Algemeen Algemeen Als er met een verkeerde vloeistof wordt ge- Het motorolieverbruik is afhankelijk van de vuld, wordt een Check-Control-melding aange- rijstijl en van de gebruiksomstandigheden. geven. Daarom regelmatig, na elke tankbeurt, het mo- Na het vullen met een verkeerde vloeistof con- toroliepeil met een uitvoerige meting controle- tact opnemen met een servicepartner van de...
  • Pagina 348 MOBILITEIT Bedrijfsstoffen Grenzen van het systeem OPMERKING Bij vaak korte ritten of een sportieve rijstijl kan eventueel geen meetwaarde worden bere- Niet tijdig ververste motorolie kan tot een kend. In dit geval wordt de meetwaarde van de verhoogde slijtage van de motor en daarmee laatste voldoende lange rit weergegeven.
  • Pagina 349 Bedrijfsstoffen MOBILITEIT Motorolie bijvullen andere gekwalificeerde servicepartner of vak- werkplaats laten corrigeren. Algemeen Motorolie pas bijvullen als de melding in het in- Overzicht strumentenpaneel verschijnt. De hoeveelheid De vulbuis bevindt zich in de motorruimte. bij te vullen olie wordt in de melding op het Meer informatie: Control Display aangegeven.
  • Pagina 350 De fabrikant ACEA C2. van het voertuig raadt aan om koelvloeistof ACEA C5. met de specificatie BMW LC-18 te gebruiken. Geen toevoegingen met verschillende kleuren Viscositeitsklassen onder elkaar mengen. De mengverhouding 50:50 van water en toevoeging in acht nemen.
  • Pagina 351 Bedrijfsstoffen MOBILITEIT brikant, een andere gekwalificeerde service- Openen, zie pagina 341. partner of vakwerkplaats. Dop van het koelvloeistofreservoir linksom iets opendraaien, zodat de overdruk kan Veiligheidsvoorschriften ontsnappen. Dop van het koelvloeistofreservoir openen. WAARSCHUWING Het koelvloeistofpeil is correct als het zich net onder de Max-markering in de vulbuis Bij hete motor en geopend koelsysteem kan bevindt.
  • Pagina 352 MOBILITEIT Bedrijfsstoffen Sproeiervloeistof OPMERKING Het mengen van verschillende ruitensproei- Algemeen ervloeistofconcentraten of antivries kan tot Alle sproeiers worden met één reservoir ge- schade aan het sproeiersysteem leiden. Er voed. bestaat gevaar voor schade. Verschillende Voor de ruitensproeierinstallatie een mengsel ruitensproeiervloeistofconcentraten of anti- uit leidingwater, reinigingsvloeistofconcentraat vries niet mengen.
  • Pagina 353 Informatie over de onderhoudsbehoefte wordt Uitrusting van het voertuig, zie pagina 7. continu in de autosleutel opgeslagen. De servi- cepartner kan deze gegevens uitlezen en een BMW onderhoudssysteem onderhoudsbeurt voor de auto voorstellen. Daarom de serviceadviseur de autosleutel overhandigen waarmee het laatst werd gere- Het onderhoudssysteem wijst op vereiste on- den.
  • Pagina 354 Veiligheidsaanwijzing worden onderhoudsrelevante gegevens opge- slagen in de auto en op de centrale IT-syste- men van BMW AG, München. OPMERKING De in de elektronische onderhoudsgeschiede- Ondeskundig gebruik van de diagnosecon- nis opgeslagen gegevens kunnen na een wijzi-...
  • Pagina 355 Onderhoud MOBILITEIT Verslechtering van de emissiewaarden. Auto zo spoedig mogelijk laten controleren. Recycling van het voertuig De fabrikant van uw auto adviseert, de auto aan het eind van zijn levenscyclus in te leveren bij een door de fabrikant aangeduid terugna- mepunt.
  • Pagina 356 MOBILITEIT Vervangen van onderdelen Vervangen van onderdelen Uitrusting van de auto OPMERKING Opgeklapte wissers kunnen bij het openen In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, van de voorkap worden ingeklemd. Er be- systemen en functies beschreven, die model- staat gevaar voor schade. Voor het openen specifiek en in toekomst worden aangeboden, van de voorkap erop letten dat de wissers ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen...
  • Pagina 357 Vervangen van onderdelen MOBILITEIT Veiligheidsaanwijzing Nieuwe wisser bevestigen en naar bene- den drukken totdat deze vastklikt in de hou- der. WAARSCHUWING Wissers inklappen. Intensieve helderheid kan het netvlies van de ogen irriteren of beschadigen. Er bestaat Wisserblad achter vervangen kans op letsel. Niet rechtstreeks in de voor- Het wisserblad is aan het einde van de wisse- lichten of andere lichtbronnen kijken.
  • Pagina 358 MOBILITEIT Vervangen van onderdelen accuplusaansluitpunten in de motorruimte aansluiten. WAARSCHUWING Accu's die als ongeschikt zijn bevonden kun- nen systemen beschadigen of ertoe leiden Acculader dat functies niet meer kunnen worden uitge- Speciaal voor de auto ontwikkelde en op het voerd. Er bestaat kans op letsel of schade. boordnet afgestemde acculaders zijn verkrijg- Alleen accu's gebruiken die door de fabrikant baar bij een servicepartner van de fabrikant of...
  • Pagina 359 127. plaatsen in de auto. Gegevens over de zekeringtoewijzing en over Veiligheidsaanwijzing de posities van de zekeringkasten staan online ter beschikking: fusecard.bmw.com. GEVAAR Veiligheidsaanwijzing Door het aanraken van spanningvoerende onderdelen bestaat kans op een elektrische schok. Er bestaat kans op letsel of levensge- WAARSCHUWING vaar.
  • Pagina 360 MOBILITEIT Hulp in geval van pech Hulp in geval van pech Uitrusting van de auto Gevarendriehoek In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, systemen en functies beschreven, die model- specifiek en in toekomst worden aangeboden, ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen voertuig aanwezig.
  • Pagina 361 ▷ Via een oproep met een mobiele telefoon. Na de oproep door de pechhulp van BMW kan ▷ Via de BMW app. de Teleservice Hulp worden gestart. Afhankelijk van de landuitvoering en voertuig- variant kan evt.
  • Pagina 362 Hulp in geval van pech Door het inschakelen van de BMW ongeval- "BMW Assistance" hulp worden gegevens naar BMW verzonden Evt. de vermelding van de BMW hulp bij over de toestand van het voertuig. verkeersongevallen selecteren. Afhankelijk van de landuitvoering en voertuig- Let op de aanwijzingen op het Control Dis- variant kan evt.
  • Pagina 363 Hulp in geval van pech MOBILITEIT Overzicht Indien de omstandigheden dit toelaten, in de auto wachten tot de spraakverbinding tot stand is gekomen. ▷ LED knippert groen als de verbinding met het alarmnummer tot stand is gebracht. Bij een noodoproep worden gegevens naar de openbare alarmcentrale gestuurd, die dienen voor het bepalen van de vereiste reddingsmaatregelen, bijv.
  • Pagina 364 LED rond de knop groen brandt. BMW. ▷ LED brandt groen als de noodoproep geac- Ook als er geen noodoproep via BMW mogelijk tiveerd is. is, kan het zijn dat een noodoproep naar een Als een onderbrekingscontrole op het Con-...
  • Pagina 365 Hulp in geval van pech MOBILITEIT Brandblusser auto zo opbergen dat deze beveiligd zijn en niet in de beenruimte aan bestuurderszijde kunnen komen. Principe Met de brandblusser kunnen voertuigbranden Overzicht worden geblust. De brandblusser bevindt zich in het voertuigin- Algemeen terieur, bijv.
  • Pagina 366 MOBILITEIT Hulp in geval van pech Veiligheidsaanwijzingen Kabel aansluiten Voor aanvang alle niet-benodigde verbuikers, zoals radio, op de voedings- en ontvangerauto GEVAAR uitschakelen. Door het aanraken van spanningvoerende Het deksel van het accuplusaansluitpunt onderdelen bestaat kans op een elektrische openen. schok.
  • Pagina 367 Hulp in geval van pech MOBILITEIT Aan-/wegslepen Takelwagen Veiligheidsaanwijzing WAARSCHUWING Door systeembeperkingen kan bij het aan-/ wegslepen met een geactiveerde Front Colli- sion Warning verkeerd gedrag van de afzon- derlijke functies ontstaan. Er bestaat gevaar voor ongevallen. Voor het aan-/wegslepen De auto door een bergingswagen met een zo- de Front Collision Warning uitschakelen.
  • Pagina 368 MOBILITEIT Hulp in geval van pech Takelwagen vaar voor ongevallen. Let erop dat het totaal- gewicht van de trekkende auto hoger is dan het gewicht van de gesleepte auto. OPMERKING Bij een verkeerde bevestiging van de sleep- stang of de sleepkabel kunnen andere onder- delen van de auto worden beschadigd.
  • Pagina 369 Hulp in geval van pech MOBILITEIT Sleepoog Veiligheidsaanwijzing Algemeen OPMERKING Als het sleepoog niet op de juiste manier wordt gebruikt, ontstaat schade aan de auto of aan het sleepoog. Er bestaat gevaar voor schade. De aanwijzingen voor gebruik van het sleepoog in acht nemen. Schroefdraad voor sleepoog Het schroefbare sleepoog altijd meenemen.
  • Pagina 370 MOBILITEIT Verzorging Verzorging Uitrusting van de auto Stoomreiniger en hogedrukreiniger Veiligheidsaanwijzing In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, systemen en functies beschreven, die model- specifiek en in toekomst worden aangeboden, OPMERKING ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen Bij het reinigen met een hogedrukreiniger voertuig aanwezig.
  • Pagina 371 Vergrendeling van de auto van bui- Algemeen tenaf in keuzehendelstand N is niet mogelijk. Bij de poging om het voertuig te vergrendelen, BMW raadt u aan onderhouds- en reinigings- klinkt een signaal. middelen van BMW te gebruiken. Geschikte verzorgingsmiddelen zijn bij een servicepartner...
  • Pagina 372 MOBILITEIT Verzorging Verzorging van kunstleder het reinigen van auto's zijn bedoeld. Aanwij- zingen op de verpakking in acht nemen. Reinig het kunstleder regelmatig met een vochtige microvezeldoek of zuig het af met een stofzuiger. Autolak Stof en straatvuil schuren anders in de poriën en plooien en leiden tot een sterke slijtage als- Algemeen mede tot een vroegtijdige verharding van het...
  • Pagina 373 Verzorging MOBILITEIT Textielverzorging Wisserbladen Voor de reiniging bij lichte vervuilingen een mi- De ruitenwisserbladen worden gereinigd door crovezeldoek gebruiken. de ruitensproeierinstallatie te gebruiken. De doek met water bevochtigen. Extra handmatige reiniging van de ruitenwis- serbladen vermijden, om te voorkomen dat de Onderhoud van speciale delen kwaliteit van het wissen afneemt.
  • Pagina 374 MOBILITEIT Verzorging Displays/beeldschermen/ gevaar. Voor het reinigen van de veiligheids- gordels alleen mild zeepsop gebruiken. projecteerplaat Vervuilde gordels rollen niet goed op, waar- OPMERKING door de veiligheid nadelig wordt beïnvloed. Chemische reinigers, vocht of vloeistoffen De gordels alleen in ingebouwde toestand met kunnen het oppervlak van displays en beeld- mild zeepsop schoonmaken.
  • Pagina 375 Verzorging MOBILITEIT Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 376 Bovendien kan de hoogte van het voertuig af- del, de uitvoerig of landspecifieke meetmetho- wijken, bijv. op basis van soort banden en be- den verschillen. lading. BMW 2 Serie Active Tourer Breedte met buitenspiegels 2102 Breedte zonder buitenspiegels 1824 Hoogte...
  • Pagina 377 Technische gegevens OPZOEKEN Gewichten 218i Leeggewicht rijklaar, met 75 kg belading, bij 90 % ge- 1545 vulde tank, zonder speciale uitrusting Maximaal toelaatbaar totaalgewicht 2015 Lading Toelaatbare asbelasting voor 1070 Toelaatbare asbelasting achter 1010 Toelaatbare dakbelasting 220i Leeggewicht rijklaar, met 75 kg belading, bij 90 % ge- 1595 vulde tank, zonder speciale uitrusting Maximaal toelaatbaar totaalgewicht...
  • Pagina 378 OPZOEKEN Technische gegevens 223i xDrive Leeggewicht rijklaar, met 75 kg belading, bij 90 % ge- 1690 vulde tank, zonder speciale uitrusting Maximaal toelaatbaar totaalgewicht 2170 Lading Toelaatbare asbelasting voor 1140 Toelaatbare asbelasting achter 1095 Toelaatbare dakbelasting 218d Leeggewicht rijklaar, met 75 kg belading, bij 90 % ge- 1620 vulde tank, zonder speciale uitrusting Maximaal toelaatbaar totaalgewicht...
  • Pagina 379 Technische gegevens OPZOEKEN 218i Toelaatbare asbelasting achter, trekkend voertuig 1111 Toelaatbaar totaalgewicht, trekkend voertuig 2090 220i Aanhangwagengewicht volgens EG-voorschriften. Voor bijzonderheden over mogelijke verho- gingen kunt u contact opnemen met een servicepartner van de fabrikant, een andere gekwalifi- ceerde servicepartner of een vakwerkplaats. Aanhangwagengewicht zonder rem Geremd aanhangwagengewicht bij een helling tot 1300...
  • Pagina 380 OPZOEKEN Technische gegevens 223i xDrive Aanhangwagengewicht volgens EG-voorschriften. Voor bijzonderheden over mogelijke verho- gingen kunt u contact opnemen met een servicepartner van de fabrikant, een andere gekwalifi- ceerde servicepartner of een vakwerkplaats. Aanhangwagengewicht zonder rem Geremd aanhangwagengewicht bij een helling tot 1500 12 % Geremd aanhangwagengewicht bij een helling tot...
  • Pagina 381 Technische gegevens OPZOEKEN Inhouden BMW 2 Serie Active Tourer Brandstoftank, circa Liter Grotere brandstoftank, circa Liter Verdere informatie over de brandstofkwaliteit in acht nemen, zie pagina 342. Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 382 OPZOEKEN Zitplaatsen voor kinderveiligheidssystemen Zitplaatsen voor kinderveiligheidssystemen Uitrusting van de auto Informatie voor fabrikanten van kinderzitjes In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen, systemen en functies beschreven, die model- Algemeen specifiek en in toekomst worden aangeboden, ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen Informatie over de bruikbaarheid van kinder- voertuig aanwezig.
  • Pagina 383 Zitplaatsen voor kinderveiligheidssystemen OPZOEKEN Stoelnummer Positie in de auto Vooraan links Vooraan midden Vooraan rechts 2e stoelenrij links 2e stoelenrij midden 2e stoelenrij rechts 3e stoelenrij links 3e stoelenrij midden 3e stoelenrij rechts Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 384 OPZOEKEN Bijlage Bijlage Algemeen Hier worden eventuele actualiseringen van de handleiding van de auto beschreven. Aanvullingen en wijzigingen na redactiesluiting Na het sluiten van de redactie van de geïnte- greerde handleiding in de auto werd het vol- gende hoofdstuk in de gedrukte handleiding geactualiseerd: ▷...
  • Pagina 385 Bijlage OPZOEKEN Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 386 ABS, zie Antiblokkeersysteem AdBlue bij lage temperaturen Acceleratie-assistent, zie Launch Control AdBlue, laten bijvullen Accessoires en onderdelen AdBlue op minimum Accu, auto AdBlue, zie BMW Diesel met BluePerfor- Accuplusaansluitpunten mance Accu, verwijderen Additieven, oliesoorten Achterbank Adres invoeren, navigatie, zie Handleiding over...
  • Pagina 387 Alles van A tot Z OPZOEKEN Afdalingen Automatic Formation of Emergency Lane Afdichtmiddel, zie Bandenreparatieset Automatic Hold Afmetingen Automatisch cameraperspectief Afslagwaarschuwing, zie Front Collision War- Automatisch dimmen, zie Grootlichtassis- ning tent Afsleepoog Automatische airco achterin Afsluiten, zie Openen en sluiten Automatische start-stop-functie Afstandsbediening audio, zie Handleiding over Automatische tijdinstelling...
  • Pagina 388 Blokkering, ruitbediening, zie Veiligheidsscha- kelaar Bekledingsstofonderhoud Blu-ray, zie Handleiding over navigatie-, enter- Beladingsstand tainment- en communicatiesysteem Belading, technische gegevens BMW diensten, zie Handleiding over naviga- Benodigd onderhoud tie-, entertainment- en communicatiesys- Benodigd onderhoud, zie Condition Based teem Service BMW Diesel met BluePerformance...
  • Pagina 389 Alles van A tot Z OPZOEKEN BMW ongevallenhulp Check-Control BMW pechhulp Chroomachtige oppervlakken, verzorging Boordcomputer, zie Ritgegevens Circuit Boordgereedschap Claxon Boordliteratuur, gedrukt Cockpit Boordmonitor, zie Control Display Collision Warning, zie Front Collision War- Botsinggevaar bij het uitstappen ning Botsingwaarschuwingssystemen Combinatieschakelaar, zie Richtingaanwij-...
  • Pagina 390 Diefstalbeveiliging, zie Alarminstallatie Efficiënt uitrollen, zie Huidige rijtoestand Dieselbrandstof Eigen veiligheid Dieselpartikelfilter, zie Uitlaatgaspartikelfil- Elektrische ruitbediening Elektrisch zwenkbare kogelkop Digitale sleutel, zie BMW Digital Key Elektronische oliemeting Digital Key Elektronisch stabiliteitsprogramma ESP, zie Dijbeensteun Dynamische stabiliteitscontrole Dimlicht, bediening E-mail, zie Handleiding over navigatie-, enter-...
  • Pagina 391 Front Collision Warning Halfautomatisch cameraperspectief Functiestoring, autosleutel Handbediening, versnellingsbak Functietoets, zie Snelheidsregelsystemen Handleidingen, gedrukt Fysische eenheden, zie Maateenheden instel- Handleiding via spraak, BMW Intelligent Per- sonal Assistant Handmatige bediening, luchthoeveelheid Handmatige bediening, luchtverdeling Handmatige bediening, tankdopklep Handrem, zie Parkeerrem Garantie...
  • Pagina 392 Kaartupdate, zie Handleiding over navigatie-, IJzel, zie Buitentemperatuur entertainment- en communicatiesysteem In-/uitschakelen, zie Grootlichtassistent Kalenderdag, zie Datum Individuele instellingen, zie BMW ID Kalibratie van de voorstoelen inductief opladen, smartphone, zie Bergvak Katalysator, zie Heet uitlaatsysteem voor draadloos opladen Kenaf, verzorging...
  • Pagina 393 Alles van A tot Z OPZOEKEN Koelmiddel zie Waarschuwing voor een aanrijding van Koelsysteem opzij Koelvloeistof Launch Control Koelvloeistofpeil Lederonderhoud Koelvloeistoftemperatuur, zie Motortempera- Ledvoorlichten, vervangen, zie Lampen en ver- tuur lichtingen Kofferruimte, zie Bagageruimte Leeftijd van de banden Kogeldruk, technische gegevens Leeggewicht Koplampen vervangen, zie Lampen en verlich- Lendencontour, zie Lendensteun...
  • Pagina 394 Melding van bandenpech, zie Bandenpech- My Modes waarschuwing Melding van bandenpech, zie Bandenspan- ningscontrole Menu's bedienen, zie BMW iDrive Naloop van de ventilator, zie Uitlaatgasparti- Methylester, zie diesel kelfilter Microfilter, zie Interieurfilter Navigatie, zie Handleiding over navigatie-, en-...
  • Pagina 395 Performance Control Openen en sluiten Personal Assistant Openen met de Key Card Personal Mode, zie My Modes Openen met de smartphone, zie BMW Digital Persoonlijke gegevens, wissen Persoonlijke instellingen Openen, zie Openen en sluiten Persoonlijk profiel, zie BMW ID Opmerkingen...
  • Pagina 396 Profiel, banden Reservoir, sproeiervloeistof Reset, bandenspanningscontrole Resetten, bandenspanningscontrole Resetten, voertuiggegevens Reset, voertuiginstellingen Raapoliemethylester RME, zie diesel Restricted Driving, zie BMW Digital Key Radarsensoren, zie Sensoren van het voer- Richtingaanwijzer, controlelampje tuig Richtingaanwijzers, grootlicht, lichtsignaal Radiateurventilator, zie Uitlaatgaspartikelfil- Richtingaanwijzers, lampen vervangen, zie...
  • Pagina 397 Slingeren van de aanhangwagen, zie Aan- Rubber, verzorging hangerstabilisatieregeling Rugleuninghoek Slot, wielbouten Rugleuninghoek, achterstoelen Sluiten met de Key Card Ruitbediening Sluiten met de smartphone, zie BMW Digital Ruitensproeiers Ruitensproeiersysteem, zie Ruitenwisserinstal- Smartphone, bediening via Spraakinvoer latie smartphone opladen, zie Bergvak voor draad- Ruitenwisserinstallatie loos opladen...
  • Pagina 398 Stuurwielpositie, opslaan, zie Memory-func- Sportprogramma, versnellingsbak Spraakbesturing Stuurwiel, toetsen Spraakgestuurd systeem Stuurwielverwarming Spraakherkenning Symbolen en weergaven Spraakinvoer SYNC-programma, airconditioning Spraakinvoer, zie BMW Intelligent Personal Systeemtaal instellen, zie Taal Assistant Sproeiervloeistof Stabiliteitsregelsystemen Stadslicht Taal, instellen Standaarduitrusting, zie Uitrusting van het Tankdop voertuig...
  • Pagina 399 Alles van A tot Z OPZOEKEN Tijd van dag, zie Tijd Uitstapwaarschuwing, zie Uitstapwaarschu- Tijdzone wing Toerenteller Uitvalmelding, zie Check-Control Toeristenfunctie, zie Rechts-/linksrijdend ver- Uitwijkhulp, zie Front Collision Warning keer Ultrasoonsensoren, zie Sensoren van het Toestandweergave, banden voertuig Toets AUTO H, zie Automatic Hold Upgrade, zie Remote Software Upgrade Toets, centrale vergrendeling Urban Cruise Control, zie Verkeerslichtherken-...
  • Pagina 400 Verzorging, Head-Up Display Waarschuwingsfunctie bij spookrijden, zie Verzorging, lichtmetalen velgen Waarschuwing spookrijden video-opname, zie BMW Drive Recorder Waarschuwingsfunctie bij tegenliggend ver- Video, zie Handleiding over navigatie-, enter- keer, zie Front Collision Warning tainment- en communicatiesysteem Waarschuwingslampje bandenpech, zie Ban-...
  • Pagina 401 Zekeringen Water, zie Condenswater bij geparkeerde Zender, AM/FM, zie Handleiding over naviga- auto tie-, entertainment- en communicatiesys- Website, zie Internet teem Weergave- en bedieningsconcept, zie BMW Zij-airbag iDrive Zijdelingse parkeerhulp, flankbescherming, zie Weergave, huidige rijtoestand Zijdelingse parkeerhulp Weergave, iDrive Zomerbanden, profiel...
  • Pagina 402 *BL5A5443800T* 01405A54438 nl Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22...
  • Pagina 404 BMW DRIVER'S GUIDE APP. UW DIGITALE VOERTUIGINFORMATIE. De BMW Driver's Guide app licht de uitrustingen van uw voertuig toe en biedt extra inhoud en functies: Alle informatie rond navigatie, entertainment en communicatie Fotorealistische animaties van verschillende voertuigfuncties Zoeken op trefwoord 360°...