MOBILITEIT
Bedrijfsstoffen
Uitrusting van de auto
In dit hoofdstuk zijn daarom ook uitvoeringen,
systemen en functies beschreven, die model-
specifiek en in toekomst worden aangeboden,
ook al zijn niet alle uitrustingen in het eigen
voertuig aanwezig.
Meer informatie:
Uitrusting van het voertuig, zie pagina 7.
Brandstofkwaliteit
Algemeen
Afhankelijk van de regio wordt bij diverse tank-
stations brandstof verkocht die is aangepast
aan het winter- of zomerseizoen. Brandstof
die in de winter wordt aangeboden, vereen-
voudigt bijvoorbeeld de koude start.
Benzine
Algemeen
De benzine moet voor een optimaal brandstof-
verbruik zwavelvrij of zo mogelijk zwavelarm
zijn.
Brandstoffen die bij de brandstofpomp als me-
taalhoudend zijn aangegeven, mogen niet
worden gebruikt.
Er kunnen brandstoffen met een maximaal
ethanolgehalte van 25 %, bijvoorbeeld E10 of
E25, worden getankt.
Om nominale waarden voor rijprestaties en
verbruik te bereiken, houdt u rekening met de
aangegeven benzinekwaliteit in de verkoopdo-
cumentatie.
342
Bedrijfsstoffen
Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22
De motor heeft een pingelregeling. Vandaar
dat verschillende benzinekwaliteiten kunnen
worden getankt.
Het gebruik van brandstof met een minimum-
kwaliteit heeft geen invloed op de levensduur
van de motor.
Veiligheidsvoorschriften
OPMERKING
Al kleine hoeveelheden van de verkeerde
brandstof of verkeerde brandstofadditieven
kunnen het brandstofsysteem en de motor
beschadigen. Bovendien wordt de katalysa-
tor blijvend beschadigd. Er bestaat gevaar
voor schade. Bij benzinemotoren het vol-
gende niet tanken of aan de brandstof toe-
voegen:
▷ Loodhoudende benzine.
▷ Metaalachtige toevoegingen, bijvoor-
beeld mangaan of ijzer.
Na het tanken van de verkeerde brandstof
niet de start-/stopknop indrukken. Contact
opnemen met een servicepartner van de fa-
brikant of een andere gekwalificeerde servi-
cepartner of vakwerkplaats.