BEDIENING
▷
Op een oneffen ondergrond, bijvoorbeeld
bij grindwegen.
▷
Op een gladde ondergrond.
▷
Op steile hellingen of afdalingen.
▷
Bij opeengehoopte bladeren of sneeuw op
de parkeerplaats.
▷
Bij veranderingen in een reeds opgemeten
parkeerruimte.
▷
Bij greppels of afgronden, bijvoorbeeld een
havenkant.
▷
Er kunnen eventueel parkeerruimten wor-
den herkend, die daartoe niet geschikt zijn,
of geschikte parkeerruimten worden niet
herkend.
Storing
Er wordt een Check-Control-melding weerge-
geven.
De parkeerassistent is uitgevallen. Het sys-
teem door een servicepartner van de fabrikant
of een andere gekwalificeerde servicepartner
of vakwerkplaats laten controleren.
Achteruitrijhulp
Principe
De achteruitrijhulp biedt ondersteuning bij het
achteruitrijden, bijv. bij het rijden uit nauwe of
onoverzichtelijke parkeerplaatsen of straten.
Uitrusting van de auto
Dit systeem is mogelijkerwijze in uw voertuig
niet aanwezig, bijv. op basis van de gekozen
speciale uitvoeringen, de landuitvoeringen of
de mogelijkheid tot latere vrijschakeling of soft-
ware-update. Dat geldt ook voor aparte func-
ties en systemen.
Meer informatie:
Uitrusting van het voertuig, zie pagina 7.
264
Parkeren
Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22
Algemeen
De auto slaat de rijbewegingen van het laatste
traject op. De opgeslagen afstand kan met een
geautomatiseerde besturing worden gereden.
Het systeem neemt de besturing over. De re-
geling van de snelheid met het rijpedaal en de
rem moet zelf worden uitgevoerd.
Er wordt maximaal 50 m opgeslagen.
De inhoud in het hoofdstuk Parkeerhulpsyste-
men in acht nemen.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Het systeem ontlast u niet van persoonlijke
verantwoordelijkheid om de verkeerssituatie
juist in te schatten. Wegens systeembeper-
kingen kan het systeem niet in alle verkeers-
situaties zelfstandig op gepaste wijze reage-
ren. Er bestaat gevaar voor ongevallen.
Rijstijl aan de verkeerssituatie aanpassen.
Verkeerssituatie observeren, altijd klaar blij-
ven om te sturen en te remmen en in de be-
treffende situaties acitef ingrijpen.
WAARSCHUWING
Bij gebruik van de trekhaak kan het hulpsys-
teem vanwege afgedekte sensoren niet cor-
rect reageren. Er bestaat kans op een onge-
val of schade. Bij het rijden met een
aanhangwagen of bij gebruik van de trek-
haak, bijvoorbeeld voor een fietsendrager, de
hulpsystemen niet gebruiken.
OPMERKING
Het systeem kan tegen of over stoepranden
sturen. Er bestaat gevaar voor schade. Ver-
keerssituatie observeren en in de betreffende
situaties actief ingrijpen.