BEDIENING
Weergaven in het
instrumentenpaneel
Weergave op snelheidsmeter
▷
Markering groen: systeem is
actief.
▷
Markering grijs: systeem is
onderbroken.
▷
Geen markering: systeem is
uitgeschakeld.
Controlelampje
▷
Controlelampje brandt: het systeem
is ingeschakeld.
▷
Controlelampje knippert: de inge-
stelde snelheidslimiet wordt over-
schreden.
▷
Controlelampje grijs: het systeem is onder-
broken.
Weergaven in het Head-Up Display
Afhankelijk van de uitvoering kan bepaalde in-
formatie van het systeem ook in de Head-Up
Display worden weergegeven.
Snelheidsregeling
Principe
Met de actieve Cruise Control kan via de toet-
sen op het stuurwiel een gewenste snelheid
worden ingesteld. De gewenste snelheid wordt
door het systeem aangehouden. Bovendien
accelereert het systeem automatisch en remt
het evt. automatisch.
Algemeen
Het systeem kan vanaf 30 km/h worden geac-
tiveerd.
Afhankelijk van de voertuiginstelling kan de ka-
rakteristiek van de snelheidsregeling op be-
222
Rijhulpsystemen
Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22
paalde punten veranderen. Zo kan de versnel-
ling naargelang de rijmodus verschillen.
Veiligheidsvoorschriften
WAARSCHUWING
Het systeem ontlast u niet van persoonlijke
verantwoordelijkheid om de verkeerssituatie
juist in te schatten. Wegens systeembeper-
kingen kan het systeem niet in alle verkeers-
situaties zelfstandig op gepaste wijze reage-
ren. Er bestaat gevaar voor ongevallen.
Rijstijl aan de verkeerssituatie aanpassen.
Verkeerssituatie observeren, altijd klaar blij-
ven om te sturen en te remmen en in de be-
treffende situaties acitef ingrijpen.
WAARSCHUWING
Het gebruik van het systeem kan in de vol-
gende situaties tot een verhoogd gevaar voor
ongevallen leiden, bijv.:
▷ Bij bochtig wegverloop.
▷ Bij druk verkeer.
▷ Bij gladheid op de weg, mist, sneeuw,
regen of losse ondergrond.
Er bestaat kans op een ongeval of schade.
Het systeem alleen gebruiken als het rijden
met constante snelheid mogelijk is.
WAARSCHUWING
De ingestelde snelheid kan abusievelijk ver-
keerd ingesteld of opgeroepen worden. Er
bestaat gevaar voor ongevallen. Ingestelde
snelheid aan de verkeerssituatie aanpassen.
Verkeerssituatie observeren en in de betref-
fende situaties actief ingrijpen.