Overzicht
Toetsen op stuurwiel
Toets Functie
Laatst actieve snelheidsregelsysteem
inschakelen/uitschakelen.
Snelheidsregelsystemen onderbre-
ken en voortzetten.
Gewenst snelheidsregelsysteem se-
lecteren.
Huidige snelheid opslaan.
Speed Limit Assist: voorgestelde
snelheid handmatig overnemen.
Snelheid instellen.
Cruise Control inschakelen
Bij voertuigen met afstandsregeling: de modus
van de Cruise Control op de Cruise Control
zonder afstandsregeling omschakelen.
Meer informatie:
Afstandsregeling, zie pagina 225.
Bij voertuigen zonder afstandsregeling: de
Cruise Control met de toetsen op het stuurwiel
inschakelen.
1.
Evt. toets indrukken.
2.
Evt. toets zo vaak indrukken tot de
Cruise Control is geselecteerd.
De snelheidsregeling is actief. De momenteel
gereden snelheid wordt aangehouden en op-
geslagen als gewenste snelheid.
De controlelampjes op het instrumentenpaneel
branden en de markering op de snelheidsme-
ter wordt op de huidige snelheid gezet.
Online Edition for Part no. 01405A54438 - II/22
Rijhulpsystemen
Bij de inschakeling van de Cruise Control wordt
evt. van rijmodus gewisseld.
Snelheidsregelsysteem
uitschakelen/onderbreken
Het snelheidsregelsysteem kan automatisch of
handmatig worden uitgeschakeld of onderbro-
ken.
Meer informatie:
Snelheidsregelsystemen, zie pagina 218.
Snelheid instellen
Snelheid opslaan/handhaven
Toets in onderbroken toestand indruk-
ken.
Bij ingeschakeld systeem wordt de actuele
snelheid gehandhaafd en als gewenste rijsnel-
heid opgeslagen.
De opgeslagen snelheid wordt op de snel-
heidsmeter weergegeven.
De dynamische stabiliteitscontrole wordt evt.
ingeschakeld.
Wanneer Speed Limit Assist niet actief is, kan
de actuele snelheid ook door een druk op de
toets worden opgeslagen:
Toets indrukken.
Snelheid wijzigen
De overeenkomstige toets zo vaak in-
drukken tot de gewenste snelheid is in-
gesteld.
In actieve toestand wordt de weergegeven
snelheid opgeslagen en bereikt voor zover de
verkeerssituatie dit toelaat.
De maximaal instelbare snelheid hangt af van
de auto.
BEDIENING
223