Rijstatus
Tijdens het rijden met volgafstand‐
regeling
OPMERKING
Als een voorliggend voertuig wordt bespeurd tijdens het rijden met constante snelheid,
wordt de voorliggend-voertuig indicatie getoond en wordt de volgafstandregeling
uitgevoerd. Wanneer een voorliggend voertuig niet langer wordt bespeurd, wordt de
voorliggend-voertuig indicatie uitgeschakeld en schakelt het systeem terug naar rijden
met constante snelheid.
De laagst mogelijke snelheid die met MRCC met Stop & Go-functie kan worden ingesteld,
is 30 km/h.
Volgafstandregeling is niet mogelijk als het voorliggende voertuig sneller rijdt dan de
ingestelde snelheid van uw auto. Stel het systeem af op de gewenste rijsnelheid met behulp
van het gaspedaal.
Instellen van de afstand tussen voertuigen tijdens volgafstandregeling
De afstand tussen voertuigen kan ingesteld worden op 4 niveaus; lang, midden, kort en
extreem korte afstand.
De afstand tussen voertuigen wordt korter ingesteld door de CANCEL schakelaar omlaag te
duwen. De afstand tussen voertuigen wordt langer ingesteld door de CANCEL schakelaar
omhoog te duwen.
Richtlijn voor afstand tussen
voertuigen
(bij een rijsnelheid van 80 km/h)
Lang (ongeveer 50 m)
Indicatie op multi-informatiedis‐
play
Indicatie op multi-informatiedis‐
play
Tijdens het rijden
i-ACTIVSENSE
Indicatie op Active Driving Dis‐
play
Indicatie op Active Driving Dis‐
*1
play
4-161