Tijdens het rijden
Schakelaars en regelaars
OPMERKING
De functie van de vertrekverlichting kan
in- of uitgeschakeld worden.
Zie de sectie Instellingen in het MZD
Connect instructieboekje.
Wanneer de vergrendeltoets van de
zender wordt ingedrukt en de auto het
zendersignaal ontvangt, gaan de
koplampen uit.
Wanneer de koplampschakelaar naar de
stand
wordt gedraaid, gaan de
koplampen uit.
▼ Koplamphoogteverstelling
De hoek van de lichtbundel van de
koplampen verandert naargelang het aantal
passagiers in de auto en het gewicht van
de lading in de bagageruimte.
Bij inschakeling van de koplampen wordt
de hoek van de koplampen automatisch
afgesteld.
Systeemdefecten of bedrijfstoestanden
worden aangeduid door een
waarschuwing.
Zie Waarschuwingsindicatie/
waarschuwingslampje LED-koplampen op
pagina 7-54.
▼ Dagverlichting
In bepaalde landen is het vereist dat
rijdende voertuigen overdag met
ingeschakelde verlichting (dagverlichting)
rijden.
De dagverlichting gaat automatisch aan.
4-66
Mistachterlicht
▼ Mistachterlicht
Het mistachterlicht kan worden gebruikt
wanneer het contact op ON staat.
Het mistachterlicht zorgt er voor dat uw
auto beter gezien wordt.
Voor het inschakelen van het
mistachterlicht dienen de koplampen
ingeschakeld te zijn.
Voor het inschakelen van het
mistachterlicht, de mistlichtschakelaar
naar de
stand draaien (de
mistlichtschakelaar keert automatisch naar
zijn oorspronkelijke stand terug).
1. Mistlichtschakelaar
Het indicatielampje mistachterlicht in de
instrumentengroep gaat branden wanneer
het mistachterlicht is ingeschakeld.
Voor het uitschakelen van het
mistachterlicht, een van onderstaande
stappen uitvoeren:
Draai de mistlichtschakelaar nogmaals
naar de stand
keert automatisch naar zijn
oorspronkelijke stand terug).
(de mistlichtschakelaar