12.4 Data-interfaces instellen
Voor het instellen van de data-interfaces moet de softkey
RS 232- / RS 422 - INSTELLEN ingedrukt worden. De TNC toont het
beeldschermmenu, waarin de volgende instellingen moeten
worden ingegeven:
RS-232-interface instellen
Werkstand en baudrates worden voor de RS-232-interface links op
het beeldscherm ingegeven.
RS-422-interface instellen
Werkstand en baudrates worden voor de RS-422-interface rechts op
het beeldscherm ingegeven.
WERKSTAND van het externe apparaat kiezen
In de werkstanden FE2 en EXT kunnen de functies „alle
programma's inlezen" , „aangeboden programma
inlezen" en „directory inlezen" niet gebruikt worden.
BAUDRATE instellen
De BAUDRATE (data-overdrachtssnelheid) kan tussen 110 en
115.200 Baud gekozen worden.
Extern apparaat
HEIDENHAIN diskette-eenheden
FE 401 B
FE 401 vanaf progr.nr. 230 626 03
HEIDENHAIN diskette-eenheid
FE 401 t/m prog. nr. 230 626 02
PC met HEIDENHAIN overdrachts-
software TNCremo
Randapparatuur b.v. printer, lezer,
Ponsapparaat, PC zonder TNCremo
PC met HEIDENHAIN-software
TNCremo voor afstandsbediening
van de TNC
300
Werkstand
Symbool
FE1
FE1
FE2
FE1
EXT1, EXT2
LSV2
12 MOD-functies