Onderhoud
AANWIJZING
Het gebruik van andere dan de
voorgeschreven
vloeistof
storingen en defecten in de
transmissie veroorzaken.
Gebruik alleen de voorgeschreven
automatische-transmissievloei-
stof.
(Zie "Aanbevolen smeermiddelen
en hoeveelheden" in hoofdstuk 8.)
Remleidingen en -slangen
Controleer
visueel
op
bevestiging,
schaafplekken,
scheurtjes, veroudering en lekkage.
Vervang verouderde of beschadigde
onderdelen direct.
Rem-/Koppelingsvloeistof
(indien van toepassing)
Controleer het vloeistofniveau in het
rem-/koppelingsvloeistofreservoir.
Het vloeistofniveau dient zich tussen
de merktekens MIN en MAX aan de
zijkant van het reservoir te bevinden.
Gebruik
uitsluitend
voorgeschreven
hydraulische
remvloeistof (DOT3 of DOT4).
7-12
Parkeerrem
Controleer het parkeerremsysteem
inclusief het parkeerrempedaal (of
kan
parkeerremhendel) en de kabels.
Schijfremmen, remblokken,
remklauwen en remschijven
Controleer
de
overmatige slijtage, de schijfremmen
op slingering en slijtage en de
remklauwen op vloeistoflekkage.
Zie de website van HYUNDAI voor
meer informatie over het controleren
juiste
van
de
remvoeringen.
(http://service.hyundai-motor.com)
Bevestigingsbouten
wielophanging
Controleer of de bouten van de
wielophanging goed vastzitten en
niet beschadigd zijn. Draai ze met
het voorgeschreven aanhaalmoment
vast.
de
Stuurhuis, stuurstangen
en stofhoezen/
onderste fuseekogel
Breng de auto tot stilstand, zet de
motor
overmatige speling in het stuurwiel.
Controleer de stuurstangen op
knikken
remblokken
op
Controleer
fuseekogel
scheurtjes
Vervang beschadigde onderdelen.
Aandrijfassen en
remblokken
en
aandrijfashoezen
Controleer
hoezen en klemmen op scheurtjes,
veroudering
Vervang beschadigde onderdelen en
breng indien nodig nieuw vet aan.
Koudemiddel airconditioning/
aircocompressor
Controleer
aansluitingen van de airconditioning
op lekkage en beschadigingen.
uit
en
controleer
op
of
beschadigingen.
de
stofhoezen
en
op
veroudering,
of
beschadigingen.
de
aandrijfassen,
of
beschadigingen.
de
leidingen
en
-