Rijden met uw auto
Op hellingen
• Bewegende auto's op uw rijstrook
worden bij het hellingop of hellingaf
rijden mogelijk niet door het Smart
Cruise Control-systeem herkend.
Uw auto accelereert dan wellicht
naar de ingestelde snelheid. Ook
neemt de rijsnelheid snel af
wanneer de voorligger plotseling
wordt herkend.
• Selecteer
op
hellingen
geschikte ingestelde snelheid en
trap indien nodig het rempedaal of
gaspedaal in.
5-206
Wisselen van rijstrook
OTM058118
• Een
auto
aangrenzende rijstrook invoegt,
kan pas door de sensor worden
herkend wanneer hij zich binnen
het detectiebereik van de sensor
bevindt.
• De radar signaleert mogelijk niet
direct dat een auto plotseling
invoegt. Let altijd op het verkeer en
de
de weg- en rijomstandigheden.
• Wanneer een langzamer voertuig
invoegt,
neemt
mogelijk af om de afstand tot de
voorligger aan te houden.
• Wanneer een sneller voertuig
invoegt,
accelereert
mogelijk tot de ingestelde snelheid.
Herkennen van voertuigen
OTM058074
die
vanuit
een
Sommige voertuigen in uw rijstrook
kunnen niet door de sensor worden
herkend:
- Smalle
motorfietsen of fietsen
- Voertuigen die naar een zijde
overhellen
- Langzaam rijdende of plotseling
afremmende voertuigen
- Stilstaande voertuigen
- Voertuigen
uw
snelheid
achterzijde,
zonder belading
uw
auto
OTM058128
voertuigen,
zoals
met
een
smalle
zoals
aanhangers