Rijden met uw auto
•
Deactiveer
de
parkeerrem
alleen als u in de auto zit en
met uw voet het rempedaal
stevig ingetrapt houdt.
AANWIJZING
• Trap niet op het gaspedaal als
de parkeerrem geactiveerd is.
Als u het gaspedaal intrapt
terwijl
de
parkeerrem
geactiveerd is, klinkt er een
waarschuwing. Er kan schade
aan de parkeerrem ontstaan.
• Rijden met een geactiveerde
parkeerrem
kan
leiden
oververhitting
in
remsysteem
en
voortijdige
slijtage van of schade aan
onderdelen van het remsysteem.
Zorg ervoor dat de parkeerrem
voor
het
gedeactiveerd is en controleer
voordat
u
wegrijdt
waarschuwingslampje van het
remsysteem niet brandt.
5-36
Dit lampje gaat branden wanneer het
contact in stand START of ON wordt
gezet
en
geactiveerd.
Zorg ervoor dat de parkeerrem voor
het wegrijden vrij is en controleer of
het waarschuwingslampje van het
remsysteem niet brandt.
Als het waarschuwingslampje van
tot
het remsysteem blijft branden nadat
het
de parkeerrem gedeactiveerd is en
de motor draait, kan er een storing in
het remsysteem zijn. Laat dit direct
controleren.
wegrijden
Breng de auto indien mogelijk direct
tot stilstand. Als dat niet mogelijk is,
of
het
rijdt dan erg voorzichtig door naar
een plaats waar u wel kunt stoppen.
Controleer
of
het
waarschuwingslampje
van het remsysteem
functioneert door het
contact in stand ON te
zetten (start de motor
niet).
de
parkeerrem
is
Elektronische parkeerrem
(EPB) (indien van toepassing)
Activeren van de parkeerrem
Activeren van de EPB
(elektronische parkeerrem):
1. Trap het rempedaal in.
2. Trek de EPB-schakelaar omhoog.
Controleer
of
waarschuwingslampje
parkeerrem gaat branden.
OTM058016L
het
voor
de