Trap, indien bovenstaande situatie
zich voordoet, het rempedaal in en
deactiveer de EPB met de EPB-
schakelaar.
WAARSCHUWING
•
Breng vóór het verlaten van
de auto of het parkeren de
auto volledig tot stilstand en
blijf het rempedaal ingetrapt
houden. Zet de selectiehendel
in stand P (parkeren), druk de
EPB-schakelaar in en zet de
startknop in stand OFF. Neem
de Smart Key met u mee
wanneer u de auto verlaat.
Indien de selectiehendel niet
goed in stand P (parkeren) is
gezet en de parkeerrem niet
goed geactiveerd is, kan de
auto onbedoeld in beweging
komen waardoor u of anderen
letsel kunnen oplopen.
•
Laat personen die niet bekend
zijn met de auto NOOIT aan de
EPB-schakelaar komen. Als
de EPB per ongeluk wordt
gedeactiveerd, kan er ernstig
letsel ontstaan.
•
Deactiveer de EPB alleen als
u in de auto zit en met uw voet
het
rempedaal
ingetrapt houdt.
AANWIJZING
• Trap niet op het gaspedaal als
de parkeerrem geactiveerd is.
Als u het gaspedaal intrapt
terwijl de EPB geactiveerd is,
klinkt er een waarschuwing en
wordt
er
een
weergegeven. Er kan schade
aan de parkeerrem ontstaan.
• Rijden met een geactiveerde
parkeerrem
kan
leiden
oververhitting
in
remsysteem
en
voortijdige
slijtage van of schade aan
onderdelen van het remsysteem.
Zorg ervoor dat de EPB voor het
wegrijden gedeactiveerd is en
controleer
of
waarschuwingslampje voor de
parkeerrem niet brandt.
i
Informatie
• Er
kan
een
stevig
hoorbaar zijn bij het activeren of
deactiveren van de EPB. Dat is
normaal en geeft aan dat de EPB
goed werkt.
• Informeer, als u uw sleutels afgeeft
aan een parkeerwachter of iemand
die uw auto voor u parkeert, hem of
haar over de bediening van de EPB.
melding
tot
het
het
klikkend
geluid
5
5-39