Camera voor
De camera voor is een sensor die de
rijstrook signaleert. Als de sensor
bedekt is met sneeuw, regen of
verontreinigingen,
neemt
signaleringsvermogen van de sensor
mogelijk af, waardoor het systeem
mogelijk tijdelijk wordt uitgeschakeld
en tot het moment van uitschakelen
niet goed functioneert. Zorg ervoor
dat de sensor altijd schoon is.
* Raadpleeg "Lane Keeping Assist-
systeem (LKA)" voor opmerkingen
over de sensor van de camera
voor.
Radar achter
De radars achter zijn de sensoren in
de achterbumper voor het signaleren
van de gebieden naast en achter de
auto.
Om het systeem goed te
kunnen laten werken, moet de
achterbumper te allen tijde schoon
zijn.
OPMERKING
•
Het systeem werkt mogelijk
niet
goed
het
achterbumper beschadigd is
of als hij is vervangen of
gerepareerd.
•
Het detectiebereik is deels
afhankelijk van de breedte
van de weg. Als de weg smal
is, kan het systeem mogelijk
andere voertuigen signaleren
op de naastliggende rijstrook.
•
Het systeem wordt mogelijk
uitgeschakeld ten gevolge
van
elektromagnetische
golven.
•
Houd
de
sensoren
schoon.
•
Probeer de sensor NOOIT zelf
te demonteren en stel de
sensor
niet
schokken.
•
Oefen geen onnodige kracht
uit op de radarsensor of de
behuizing van de sensor. Als
de sensor met kracht uit zijn
wanneer
de
juiste positie wordt bewogen,
werkt het systeem mogelijk
niet goed. In dit geval wordt er
mogelijk
w a a r s c h u w i n g s m e l d i n g
weergegeven. Laat de auto
nakijken door een officiële
Hyundai-dealer.
•
Breng
voorwerpen,
bumpersticker
bumperbescherming, aan in
de buurt van de radarsensor.
Breng ook geen lak aan op het
altijd
sensorgedeelte.
kunnen de prestaties van de
sensor
beïnvloed.
bloot
aan
•
Plaats GEEN accessoires of
stickers op de voorruit en
breng geen getinte coating
aan op de voorruit.
geen
geen
vreemde
zoals
een
of
Anders
negatief
worden
5-139
5