Samenvatting van Inhoud voor Hyundai Santa FE 2019
Pagina 1
Onderhoud Specificaties Alle informatie in dit instructieboekje was actueel ten tijde van publicatie. Door HYUNDAI's streven naar een doorlopende verbetering van haar producten behouden wij ons tussentijdse wijzigingen voor. Dit instructieboekje is van toepassing op alle uitvoeringen van dit model en bevat beschrijvingen van en uitleg over opties en de standaarduitrusting.
Pagina 2
WAARSCHUWING: AANPASSINGEN AAN UW HYUNDAI Er mogen geen aanpassingen aan uw HYUNDAI worden gedaan. Aanpassingen kunnen de prestaties, veiligheid of levensduur van uw HYUNDAI in negatieve zin beïnvloeden en kunnen daarnaast in strijd zijn met de bepalingen van de beperkte garantie. Bepaalde aanpassingen kunnen tevens in strijd zijn met de regelgeving van het betreffende ministerie en andere overheidsinstanties in uw land.
Pagina 3
WAARSCHUWING M.B.T. VEILIGHEID EN SCHADE AAN DE AUTO In dit instructieboekje vindt u informatie onder de koppen GEVAAR, WAARSCHUWING, OPMERKING en AANWIJZING. Deze koppen geven het volgende aan: GEVAAR OPMERKING GEVAAR verwijst naar een gevaarlijke OPMERKING verwijst naar situatie die, indien niet vermeden, gevaarlijke situatie die, indien niet ernstig letsel tot gevolg zal hebben.
Pagina 4
VOORWOORD Gefeliciteerd en hartelijk dank voor het kiezen van een HYUNDAI. We zijn blij om u te verwelkomen bij het groeiende aantal vooraanstaande mensen die HYUNDAI rijden. We zijn zeer trots op de geavanceerde techniek en de hoogwaardige constructie van elke HYUNDAI die we maken.
Pagina 5
Inleiding VEILIGHEIDSMELDINGEN GEBRUIK VAN DIT INSTRUCTIEBOEKJE In dit instructieboekje worden de Uw veiligheid en de veiligheid van anderen is zeer belangrijk. In dit koppen GEVAAR, Wij willen u helpen om het meeste instructieboekje vindt veel WAARSCHUWING, OPMERKING, rijplezier van uw auto te krijgen. Het veiligheidsvoorzorgsmaatregelen en AANWIJZING instructieboekje kan daar op vele...
Pagina 6
Inleiding VEREISTE BRANDSTOF Brandstoflabel Dieselmotor WAARSCHUWING Voor optimale prestaties raden we u Benzinemotor aan diesel te gebruiken die voldoet Voor optimale prestaties raden we u WAARSCHUWING verwijst naar aan de specificaties zoals vermeld aan loodvrije benzine te gebruiken een gevaarlijke situatie die, brandstoflabel die voldoet aan de specificaties indien niet vermeden, ernstig...
Pagina 7
Benzine die alcohol en bougies tegengegaan. brandstoftank (we raden u aan methanol bevat een officiële HYUNDAI-dealer te In sommige landen is naast benzine raadplegen voor meer ook gasohol verkrijgbaar. Dit is een informatie).
Pagina 8
Overige brandstoffen Gebruik van MTBE vallen mogelijk niet onder Het gebruik van brandstofadditieven HYUNDAI adviseert geen gebruik te fabrieksgarantie wanneer als: maken van brandstof die meer dan veroorzaakt worden door het gebruik 15,0 volumeprocent MTBE (Methyl - Brandstofadditieven met siliconen...
Pagina 9
Inleiding Gebruik geen methanol Uw officiële HYUNDAI-dealer kan u de Dieselmotor additieven leveren en kan tevens Uw auto is niet geschikt voor het Dieselbrandstof informatie verstrekken over het gebruik gebruik methanol (methyl- Gebruik voor de dieselmotor alleen daarvan. Gebruik nooit meerdere alcohol).
Pagina 10
Inleiding Zorg ervoor dat de brandstoftank niet Biodiesel OPMERKING leeg raakt. Als de motor door Indien uw auto aan de EN 14214- brandstoftekort afslaat, moeten de norm of vergelijkbaar voldoet, mag Dieselbrandstof (indien brandstofcircuits volledig worden bij het benzinestation verkrijgbare voorzien roetfilter ontlucht voordat de motor weer kan...
Pagina 11
Inleiding INSTRUCTIES VOOR HET AANPASSINGEN AAN DE RIJDEN MET DE AUTO AUTO OPMERKING Een onjuiste bediening van de auto • Er mogen geen aanpassingen aan deze auto worden gedaan. Door kan ertoe leiden dat u de macht over • Gebruik nooit brandstof, het stuur kwijtraakt, dat u betrokken...
Pagina 12
GEBRUIKTE AUTO'S U kunt door het opvolgen van een paar eenvoudige aanwijzingen (EUROPA) gedurende de eerste 1.000 km de HYUNDAI stimuleert prestaties, het brandstofverbruik en milieuvriendelijke afvoer voor auto's de levensduur van uw auto in einde positieve zin beïnvloeden. levenscyclus zijn gekomen en biedt •...
Pagina 13
Uw auto in één oogopslag Veiligheidssysteem van uw auto Handige voorzieningen in uw auto Multimediasysteem INHOUDSOPGAVE Rijden met uw auto Wat te doen in een noodgeval Onderhoud Specificaties en consumenteninformatie Index...
Pagina 14
Uw auto in één oogopslag Overzicht exterieur (I) ..........1-2 Overzicht exterieur (II) .........1-3 Interieur, overzicht ..........1-4 Dashboard, oversicht..........1-5 Motorruimte............1-6...
Pagina 15
Uw auto in één oogopslag OVERZICHT EXTERIEUR (I) ■ Vooraanzicht 1. Motorkap..........3-54 2. Koplamp ........3-127, 7-64 3. Banden en wielen......7-33, 8-4 4. Buitenspiegels ........3-38 5. Schuifdak..........3-48 6. Voorruitenwisserbladen ....3-144, 7-26 7. Ruiten .............3-42 8. Parking Distance Warning systeem (achteruit/vooruit)........3-155 De werkelijke vorm kan verschillen van de afbeelding.
Pagina 16
OVERZICHT EXTERIEUR (II) ■ Achteraanzicht 1. Portier ............ 3-15 2. Tankdopklep..........3-68 3. Achterlichtunit .........7-64 4. Achterklep..........3-55 5. Derde remlicht ........7-75 6. Achterruitenwisser.......3-144, 7-28 7. Parking Distance Warning systeem (achteruit) ..........3-151 8. Antenne ............4-2 9. Rear View Monitor ........3-149 De werkelijke vorm kan verschillen van de afbeelding. OTM018002L...
Pagina 17
Uw auto in één oogopslag INTERIEUR, OVERZICHT 1. Portiergreep binnenzijde....3-16 2. Schakelaar centrale vergrendeling ..3-17 3. Schakelaars ruitbediening ....3-42 4. Blokkeertoets ruitbediening ....3-45 Elektronisch kinderslotsysteem ..3-20 5. Inklappen buitenspiegels ....3-40 6. Buitenspiegelbediening ....3-39 7. Koplampverstelling ......3-136 8. Bedieningstoets dashboardverlichting ......3-72 9.
Pagina 20
■ Benzine (Lambda 3,5 MPI) 1. Koelvloeistofreservoir......7-16 2. Vuldop motorolie .........7-14 3. Rem-/koppelingsvloeistofreservoir..7-19 4. Luchtfilter ..........7-22 5. Zekeringkast ........7-46 6. Accupool [+] ........7-29 7. Accupool [-].........7-29 8. Motorkoelvloeistofreservoirdop...7-16 9. Peilstok motorolie........7-13 10. Ruitensproeiervloeistofreservoir ..7-20 De motorruimte van de auto kan afwijken van de afbeelding. OTM078001L...
Pagina 21
Uw auto in één oogopslag ■ Diesel (R 2,0/2,2) 1. Koelvloeistofreservoir......7-16 2. Ruitensproeiervloeistofreservoir ..7-20 3. Motorkoelvloeistofreservoirdop...7-16 4. Zekeringkast ........7-46 5. Peilstok motorolie........7-14 6. Vuldop motorolie .........7-15 7. Rem-/koppelingsvloeistofreservoir..7-19 8. Luchtfilter ..........7-22 9. Accupool [+] ........7-29 10. Accupool [-]........7-29 The actual engine compartment in the vehicle may differ from the illustration. OTM078020...
Pagina 22
Veiligheidssysteem van uw auto In dit hoofdstuk krijgt u belangrijke informatie over hoe u uzelf en uw passagiers kunt beschermen. U krijgt uitleg over het correcte gebruik van de stoelen en veiligheidsgordels en over de werking van de airbags. Bovendien geeft dit hoofdstuk informatie over het op de juiste wijze vervoeren van baby's en kinderen in de auto.
Pagina 23
Veiligheidssysteem van uw auto BELANGRIJKE VEILIGHEIDSVOORZORGSMAATREGELEN In dit hoofdstuk en in deze handleiding Gebruik voor alle kinderen Afleiding van de bestuurder vindt talrijke veiligheidsvoor- de juiste veiligheidssystemen Afleiding van de bestuurder vormt zorgsmaatregelen en -aanbevelingen. een ernstige bedreiging voor de Alle kinderen onder de 13 jaar moeten De veiligheidsvoorzorgsmaatregelen in veiligheid, vooral bij onervaren...
Pagina 24
• Uw mobiele apparatuur ALLEEN te Pas uw snelheid aan Houd uw auto in een veilige gebruiken als dit wettelijk is conditie Een te hoge snelheid speelt een toegestaan en de omstandigheden belangrijke aanrijdingen Een klapband of een mechanisch veilig gebruik mogelijk maken. waarbij gewonden en doden vallen.
Pagina 26
Airbags Veiligheids- • Houd het stuurwiel vast op 9 en voorzorgsmaatregelen kunt voorzorgsmaatregelen 3 uur, zodat de kans op letsel nemen om de kans op letsel door Het zo afstellen van de stoelen dat aan uw armen en handen tot een zich opblazende airbag te de bestuurder en de passagiers in een minimum beperkt wordt.
Pagina 27
Veiligheidssysteem van uw auto Veiligheidsgordels Voorstoelen • Zet de rugleuning altijd zo Doe bij elke rit voor het wegrijden De voorstoel kan worden afgesteld veel mogelijk rechtop en eerst de veiligheidsgordel om. met de bedieningshendel (of knop) draag het heupgedeelte van of -schakelaars aan de buitenzijde De inzittenden moeten altijd rechtop de veiligheidsgordel strak...
Pagina 28
Handmatige verstelling • Zorg ervoor dat de rugleuning OPMERKING altijd in de normale positie kan worden gezet en niets de juiste Om letsel te voorkomen: vergrendeling • Verstel uw stoel niet als u de rugleuning hindert. veiligheidsgordel omgedaan • Leg geen aansteker op de vloer hebt.
Pagina 29
Veiligheidssysteem van uw auto Verstellen van de rugleuning De veiligheidsgordel moet strak over uw heupen en borst lopen voor een Het tijdens het rijden zitten op een maximale effectiviteit. stoel met een rugleuning die te ver rugleuning te ver achterover staat, achterover staat kan gevaarlijk zijn.
Pagina 30
Elektrische verstelling (indien van toepassing) WAARSCHUWING Laat kinderen NOOIT alleen achter in de auto. De elektrisch verstelbare stoelen kunnen ook bediend worden als het contact uit staat. OTM038005 OTM038006 AANWIJZING Afstellen van de zittinghoogte Lendensteun (bestuurdersstoel) (indien van toepassing) (indien van toepassing) Om beschadiging van de stoelen te voorkomen: Om de zittinghoogte te wijzigen:...
Pagina 31
Veiligheidssysteem van uw auto OTM038002 OTM038008 OTM038007 Verstellen in voor-/achterwaartse Hellingshoek rugleuning Zittingverlenging (bestuurdersstoel, richting indien van toepassing) Stel de rugleuning als volgt af: Verstel de stoel als volgt naar voren Om het voorste gedeelte van de 1. Druk op de voor- of achterzijde of naar achteren: zitting naar voren te verstellen: van de bedieningsschakelaar.
Pagina 32
Om het voorste gedeelte van de De veiligheidsgordel moet strak over WAARSCHUWING zitting naar achteren te verstellen: uw heupen en borst lopen voor een maximale effectiviteit. 1. Druk op de achterzijde van de Rijd NOOIT met een rugleuning rugleuning te ver achterover staat, bedieningsschakelaar die te ver achterover staat.
Pagina 33
Veiligheidssysteem van uw auto OTM038009 OTM038010 OTM038086 Zittinghoogte Lendensteun (bestuurdersstoel, Bediening voorpassagiersstoel (indien van toepassing) indien van toepassing) (indien van toepassing) Om de zittinghoogte te wijzigen: • De lendensteun worden achterpassagier afgesteld door op de schakelaar schakelaars gebruiken om de positie 1.
Pagina 34
Obergvak in rugleuning • Verstelling hellingshoek Achterstoelen rugleuning: Afstellen van de achterbank Druk op de schakelaar (3) om de rugleuning voorpassagiersstoel naar voren te verplaatsen. Druk op de schakelaar (4) om de rugleuning voorpassagiersstoel naar achteren te verplaatsen. OTM038020 OTM038021 rugleuning beide voorstoelen...
Pagina 35
Veiligheidssysteem van uw auto Stel de stoel af voordat u gaat rijden Walk-in-stoel (stoel 2 zitrij, en controleer of de stoel goed indien van toepassing) vergrendeld is door te proberen deze handmatig naar voren of achteren te schuiven. Als de stoel beweegt, dan is hij niet goed vergrendeld.
Pagina 36
■ Type B WAARSCHUWING WAARSCHUWING Gebruik de walk-in-functie niet als de auto rijdt of als er mensen op de 2 zitrij zitten omdat hierdoor stoel plotseling in beweging kan komen, waardoor de passagier letsel kan oplopen. OTM038028 Bereiken van de 3 zitrij: OTM038089 1.
Pagina 37
Veiligheidssysteem van uw auto Neerklappen van de ■ 2 Neerklappen van de rugleuning zitrij achter: achterstoelen 1. Zet rugleuning De rugleuningen achter kunnen voorstoel zo veel mogelijk rechtop. worden neergeklapt om het vervoer van langere voorwerpen mogelijk te 2. Zet de hoofdsteunen achter in de maken of de bagageruimte te laagste positie.
Pagina 38
■ 2 Controleer na het rechtop zetten Druk de rugleuning stevig naar zitrij van de rugleuning altijd of de achteren totdat deze vastklikt. rugleuning goed vergrendeld is Zorg ervoor dat de rugleuning door tegen de bovenzijde van de vergrendeld is. rugleuning te drukken.
Pagina 39
Veiligheidssysteem van uw auto WAARSCHUWING WAARSCHUWING Zorg ervoor, indien Plaats geen voorwerpen op de rugleuning achter weer rechtop achterstoelen om te voorkomen zet, dat u deze vasthoudt en dat deze bij een aanrijding gaan rustig omhoog klapt. Controleer schuiven en de inzittenden rugleuning goed raken en zo ernstig letsel...
Pagina 40
Neerklappen van stoel op 2 WAARSCHUWING OPMERKING zitrij (van buitenaf) (indien van toepassing) • Wees voorzichtig Neerklappen achterstoel plaatsen van bagage op de Klap de achterstoelen (2 en 3 achterbank om schade aan zitrij) niet neer als er mensen of het interieur te voorkomen.
Pagina 41
Veiligheidssysteem van uw auto Armsteun Rear Occupant Alert-systeem Hoofdsteun (2e zitrij) De hoofdsteunen voor en achter zijn Deze functie waarschuwt verstelbaar. hoofdsteunen bestuurder wanneer deze de auto vergroten het comfort voor de verlaat terwijl er nog passagiers op inzittenden, maar belangrijker is dat de 2e zitrij zitten.
Pagina 42
Hoofdsteunen voorstoelen AANWIJZING • Sla, beschadiging voorkomen, NOOIT tegen hoofdsteun en trek er niet aan. OPMERKING Wanneer er geen inzittenden aanwezig zijn OLF034072N achterstoelen, Stel de hoofdsteun zo af dat hoofdsteunen in de laagste het midden van de hoofdsteun stand. De hoofdsteunen van de zich dezelfde hoogte...
Pagina 43
Veiligheidssysteem van uw auto OTM038012 OTM038011 OLF034015 Afstellen van de hoogte Verstellen in voor-/achterwaartse AANWIJZING richting (indien van toepassing) De hoofdsteun hoger afstellen: Wanneer u de rugleuning naar De hoofdsteun kan in drie standen 1. Trek hem omhoog om hem in de voren klapt terwijl de hoofdsteun naar wens naar voren worden gewenste positie (1) te zetten.
Pagina 44
■ Type A ■ Type A 2. Trek hoofdsteun mogelijk omhoog. 3. Zet de rugleuning (4) rechtop met de knop of de schakelaar voor de rugleuningverstelling (3). WAARSCHUWING Laat tijdens het rijden NOOIT iemand zitten in een stoel waarvan hoofdsteun verwijderd is.
Pagina 45
Veiligheidssysteem van uw auto Hoofdsteunen achterstoelen 3. Stel de hoofdsteun vervolgens af OPMERKING op de gewenste hoogte. en 3 zitrij) 4. Zet de rugleuning (4) rechtop met • Stel de hoofdsteunen zo af dat de hendel of de schakelaar voor midden de rugleuningverstelling (3).
Pagina 46
Stoelverwarming en stoelventilatiesysteem Stoelverwarming (indien van toepassing) Met de stoelverwarming kunnen de stoelen bij lage buitentemperaturen worden verwarmd. WAARSCHUWING stoelverwarming OTM038023 OTM038024 ERNSTIGE BRANDWONDEN Afstellen van de hoogte Verwijderen en plaatsen veroorzaken, zelfs lage De hoofdsteun hoger afstellen: Verwijderen van de hoofdsteun: temperaturen, 1.
Pagina 47
Veiligheidssysteem van uw auto ■ Voorstoel AANWIJZING • Kinderen, ouderen, gehandi- capten en ziekenhuispatiënten. beschadiging • Mensen met een gevoelige stoelverwarming en stoelen te huid gemakkelijk voorkomen: verbranden. • Gebruik voor het reinigen van de • Vermoeide personen. stoelen geen oplosmiddel, zoals thinner, benzeen, alcohol of •...
Pagina 48
Laat de toetsen in stand UIT staan • Automatische temperatuurregeling Informatie als de stoelverwarming niet gebruikt stoelverwarming begint Als de toetsen voor de stoelverwar- hoeft te worden. automatisch de temperatuur van ming in stand AAN staan, wordt de • Handmatige temperatuurregeling de stoel te regelen om verbranding stoelverwarming automatisch in- of door een te hoge temperatuur te...
Pagina 49
We adviseren u de gedurende langere tijd gebruikt (indien van toepassing). auto te laten controleren door wordt terwijl het verwarmings- en een officiële HYUNDAI-dealer als ventilatiesysteem uitgeschakeld dat geen verbetering brengt. is, kan er een defect ontstaan aan het stoelventilatiesysteem.
Pagina 50
VEILIGHEIDSGORDELS In dit hoofdstuk wordt beschreven • Vervoer nooit meerdere WAARSCHUWING hoe de veiligheidsgordels op de kinderen op één stoel of juiste manier gebruikt worden. vastgezet één ALLE inzittenden moeten de Verder worden er zaken behandeld veiligheidsgordel. veiligheidsgordel dragen als de die achterwege moeten worden auto in beweging is.
Pagina 51
Veiligheidssysteem van uw auto Waarschuwingslampje • Maak de veiligheidsgordel WAARSCHUWING veiligheidsgordel tijdens het rijden NOOIT los. Hierdoor kunt u de controle Waarschuwingssysteem Beschadigde veiligheidsgordels over auto verliezen, veiligheidsgordels en gordelmechanismen zullen waardoor er een ongeval kan niet goed werken. Vervang een ■...
Pagina 52
Wanneer de veiligheidsgordel niet is Als u gaat rijden terwijl u de vastgemaakt als het contact in stand veiligheidsgordel niet hebt ON wordt gezet of wanneer hij wordt vastgemaakt of de veiligheidsgordel losgemaakt nadat het contact in losmaakt terwijl u rijdt met een stand gezet, snelheid lager dan 20 km/h, blijft het...
Pagina 53
Veiligheidssysteem van uw auto Als u gaat rijden terwijl u de Informatie veiligheidsgordel niet hebt • Ook niemand vastgemaakt of de veiligheidsgordel voorpassagiersstoel zit, zal het losmaakt terwijl u rijdt met een waarschuwingslampje snelheid lager dan 20 km/h, blijft het veiligheidsgordel gedurende d e s b e t r e f f e n d e...
Pagina 54
Waarschuwing Als u rijdt met een snelheid van meer WAARSCHUWING km/h terwijl veiligheidsgordel middelste veiligheidsgordel achter niet passagier achter Het rijden in een verkeerde vastgemaakt (indien van toepassing) zitpositie heeft een nadelige veiligheidsgordel achter wordt Telkens als het contact in de stand invloed op de werking van de losgemaakt terwijl u rijdt met een wordt...
Pagina 55
Veiligheidssysteem van uw auto Veiligheidsgordels AANWIJZING Driepuntsgordel Als u de gordel niet gemakkelijk uit de blokkeerautomaat kunt trekken, trekt u de gordel eerst aan en laat u hem daarna oprollen. Na het loslaten kunt u de gordel gemakkelijk uittrekken. OHSS038102L U moet het (1) heupgedeelte over uw heup dragen...
Pagina 56
Hoogteverstelling • Plaats het heupgedeelte van U kunt de hoogte van het bovenste de veiligheidsgordel zo laag bevestigingspunt mogelijk over uw heupen en schoudergordel in vier standen niet over uw middel, zodat de afstellen voor maximaal comfort en gordel strak aanligt. Hierdoor een maximale veiligheid.
Pagina 57
Veiligheidssysteem van uw auto Middelste veiligheidsgordel ■ Voorstoel achter (driepuntsgordel middelste zitplaats achter) OTM038040 OHSS038103 Verhoog of verlaag het bovenste Losmaken van de veiligheidsgordel: bevestigingspunt Druk op de ontgrendelknop (1) van veiligheidsgordel tot de juiste hoogte. de gordelsluiting. OTM038041 Trek het bovenste bevestigingspunt Als de gordel losgemaakt is, moet hij 1.
Pagina 58
Opbergen van ■ 2 zitrij WAARSCHUWING veiligheidsgordels achter Zorg ervoor dat de metalen ■ 2 zitrij gesp altijd in de gordelsluiting is gestoken. Informatie niet lukt veiligheidsgordel blokkeerautomaat te trekken, trek OTM038026 dan krachtig aan de gordel en laat ■ 3 zitrij (indien van toepassing) deze vervolgens los.
Pagina 59
Veiligheidssysteem van uw auto Gordelspanner veiligheidsgordel Trek, nadat de veiligheidsgordel is Wanneer plotseling wordt afgeremd vastgemaakt, de band strak door of wanneer de inzittende te snel hem richting de blokkeerautomaat te voorover probeert te buigen, wordt bewegen. de gordel door de blokkeerautomaat vergrendeld.
Pagina 60
Daarom adviseren aanrijding van opzij. vervangen. Laat dit over aan we u het systeem te laten een officiële HYUNDAI-dealer. repareren door een officiële • Stel de veiligheidsgordels niet HYUNDAI-dealer. bloot aan schokken.
Pagina 61
Hyundai-dealer. OTM038100L Het veiligheidsgordelsysteem met gordelspanner bestaat hoofdzakelijk uit de volgende onderdelen. De plaats hiervan wordt...
Pagina 62
Kinderen en het gebruik Extra voorzorgsmaatregelen Informatie veiligheidsgordel van veiligheidsgordels • Zowel de veiligheidsgordel met Baby's en kleine kinderen Gebruik van veiligheidsgordels gordelspanner voor de bestuurder bij zwangerschap In de meeste landen zijn regels over als die voor de voorpassagier kan bij het vervoer van kinderen opgesteld bepaalde frontale aanrijdingen en Ook bij zwangerschap moet de...
Pagina 63
Veiligheidssysteem van uw auto Kleine kinderen zijn bij een ongeval Grotere kinderen WAARSCHUWING het best beschermd als ze goed Kinderen jonger dan 13 jaar en vastgezet achterstoel kinderen die te groot zijn voor een Zet een baby of kind ALTIJD op vervoerd worden in een wettelijk zittingverhoging moeten altijd op een de juiste wijze vast in een...
Pagina 64
Gehandicapten en het gebruik Zet de rugleuning niet Probeer het kind verder naar het midden plaats te laten nemen van veiligheidsgordels horizontaal wanneer het schoudergedeelte over Ook gehandicapten die in de auto Het tijdens het rijden zitten op een de hals of het gezicht van het kind vervoerd worden, moeten...
Pagina 65
De veiligheidsgordels moeten in hun geheel worden vervangen als de auto bij een aanrijding betrokken is geweest. Dat is ook het geval als de veiligheidsgordels niet zichtbaar beschadigd zijn. We adviseren u contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. 2-44...
Pagina 66
Volgens ongevallenstatistieken lopen • Laat een HYUNDAI-dealer na kinderen minder risico in een een ongeval het kinderzitje, de kinderzitje op een achterstoel dan in veiligheidsgordels, de ISOFIX- een kinderzitje op de voorstoel.
Pagina 67
Veiligheidssysteem van uw auto Soorten kinderzitjes Kiezen van een kinderzitje (CRS) Er zijn in grote lijnen drie soorten kinderzitjes: zitjes waarbij het kind kiezen met het gezicht naar achteren kinderzitje altijd het volgende: gericht zit, zitjes waarbij het kind met •...
Pagina 68
Kinderen jonger dan 1 jaar moeten Zittingverhogingen altijd worden vervoerd in een Een zittingverhoging is een zitje dat kinderzitje waarbij het kind met het ervoor zorgt dat de veiligheidsgordel gezicht naar achteren gericht zit. Er van de auto beter aansluit. Bij bestaan verschillende soorten...
Pagina 69
Veiligheidssysteem van uw auto Plaatsen van een kinderzitje Nadat u een goede kinderzitje heb Verstel de hellingshoek van de gekozen voor kind rugleuning en/of schuif de stoel (CRS) gecontroleerd hebt naar voren of achteren om ervoor kinderzitje goed past goed op de te zorgen dat het kinderzitje zo WAARSCHUWING zitplaats, moeten deze drie stappen...
Pagina 70
ISOFIX-bevestigingspunten en Om het ISOFIX-systeem van uw auto te kunnen gebruiken moet u Top Tether-bevestigingspunt over een kinderzitje met ISOFIX- (ISOFIX-bevestigingssysteem) bevestigingspunten beschikken. voor kinderzitjes Aanwijzingen voor de bevestiging Het kinderzitje wordt tijdens het van het kinderzitje aan de ISOFIX- rijden ongeval bevestigingspunten worden door de...
Pagina 71
Veiligheidssysteem van uw auto ■ Voorpassagiersstoel ISOFIX-bevestigingspunten WAARSCHUWING bevinden zich tussen de rugleuning en de zitting van de buitenste Probeer geen ISOFIX-kinderzitje zitplaatsen links en rechts achter, te plaatsen op de middelste zoals aangegeven door zitplaats achter. Deze zitplaats is symbolen.
Pagina 72
Vastzetten van een kinderzitje • Bevestig NOOIT meer dan één WAARSCHUWING met het ISOFIX- kinderzitje één paar bevestigingssysteem bevestigingspunten. Hierdoor Neem bij het gebruik van het Plaatsen van een i-Size of ISOFIX- zouden ISOFIX-systeem altijd kinderzitje op een van de buitenste bevestigingspunten van de volgende voorzorgsmaat-...
Pagina 73
Veiligheidssysteem van uw auto Vastzetten van een kinderzitje • Type B met behulp van het Top Tether- bevestigingssysteem ■ Voorpassagiersstoel OTM038032L OTM038047 De Top Tether-bevestigingspunten 1. Voer de Top Tether-riem van het voor kinderzitjes bevinden zich aan kinderzitje over de rugleuning. de achterzijde van de rugleuningen Volg de aanwijzingen van de OTM038093L...
Pagina 74
Geschiktheid van elke • WAARSCHUWING De bevestigingspunten zijn stoelpositie voor met de alleen berekend veiligheidsgordel vast te belasting erop wordt Neem bij het aanbrengen van de zetten kinderzitjes en ISOFIX- uitgeoefend door een juist Tether-riem altijd kinderzitjes, overeenkomstig gemonteerd kinderzitje. volgende voorzorgsmaatregelen de VN-voorschriften (Europa) in acht:...
Pagina 75
Veiligheidssysteem van uw auto Positie Categorieën kinderzitjes Opmerkingen F : Met het gezicht naar voren Universele, met gordel vast te zetten kinderzitjes F, R F, R F, R F, R F, R F, R R: Met het gezicht naar achter i-Size kinderzitjes F, R F, R...
Pagina 76
WAARSCHUWING Zitplaatsnummer Positie in de auto • Gebruik nooit een kinderzitje Links voor waarbij het kind met het Midden voor gezicht naar achteren gericht op de voorstoel zit, tenzij de Rechts voor voorpassagiersairbag 2e zitrij links uitgeschakeld. 2e zitrij midden •...
Pagina 77
Veiligheidssysteem van uw auto Vastzetten van een kinderzitje Aanbevolen kinderzitjes (Europa) met een driepuntsgordel Als het ISOFIX-bevestigingssysteem Type ECE-R44/R129 Gewichtsgroep Naam Fabrikant bevestiging Goedkeuringsnr.: niet wordt gebruikt, moet een kinderzitje altijd Cabriofix & heupgedeelte Groep 0+ Maxi Cosi ISOFIX E4 04443907 Familyfix driepuntsgordel worden vastgezet op ISOFIX en...
Pagina 78
OLMB033044 ODH033063 OLMB033046 2. Zet gesp vast 3. Beperk zo veel mogelijk de Plaatsen van een kinderzitje met een driepuntsgordel gordelsluiting. Controleer of een speling van de gordel door tegen klikkend geluid hoorbaar is. het kinderzitje te drukken terwijl u Volg voor het plaatsen van een schoudergordel door...
Pagina 79
Veiligheidssysteem van uw auto Wanneer de fabrikant van het kinderzitje het gebruik van een Top Tether-bevestigingspunt adviseert in combinatie met de driepuntsgordel, ga dan naar pagina 2-52. Druk de ontgrendelknop op de gordelsluiting haal driepuntsgordel uit het kinderzitje en laat de gordel volledig oprollen als u het kinderzitje wilt verwijderen.
Pagina 80
AIRBAG - AANVULLEND VEILIGHEIDSSYSTEEM 1. Bestuurdersairbag 2. Voorpassagiersairbag 3. Zijairbag* 4. Curtain airbag* 5. ON/OFF-schakelaar voorpassagiersairbag* *: indien van toepassing Het werkelijke aantal airbags kan afwijken van de afbeelding. OTM038049L 2-59...
Pagina 81
Veiligheidssysteem van uw auto Auto's zijn voorzien WAARSCHUWING airbagsysteem voor bestuurdersstoel VEILIGHEIDSVOORZORGSMAATREGELEN voorpassagiersstoel. MET BETREKKING TOT AIRBAGS De frontairbags zijn ontworpen als Iedere keer, bij iedere reis en voor iedereen! Zelfs als de auto is aanvulling voorzien van airbags, kunt u bij een aanrijding ernstig gewond raken driepuntsveiligheidsgordels.
Pagina 82
Waar zitten de airbags? Uw auto is uitgerust met een WAARSCHUWING aanvullend veiligheidssysteem Bestuurdersairbag (SRS) en driepuntsgordels voor de en voorpassagiersairbag Om de kans op ernstig letsel bestuurder en de voorpassagier. door zich opblazende ■ Bestuurdersairbag Het aanvullend veiligheidssysteem airbag voor beperken, bestaat uit airbags die zich bevinden...
Pagina 83
Veiligheidssysteem van uw auto • Er mogen geen voorwerpen (zoals een beschermhoes, een houder voor een mobiele telefoon, een bekerhouder, luchtverfrisser stickers) op of in de buurt van de airbagmodules op het stuurwiel, op het dashboard, op de voorruit of op het dashboardpaneel boven het dashboardkastje worden...
Pagina 84
• Laat in dat geval de ON/OFF- Informatie schakelaar voor voorpassagiersairbag en het Het controlelampje voorpassagiers- airbagsysteem spoedig airbag ON/OFF brandt gedurende mogelijk controleren door een ongeveer 4 seconden nadat het contact officiële HYUNDAI-dealer. in stand ON is gezet. 2-63...
Pagina 85
Veiligheidssysteem van uw auto Zijairbags Beide voorstoelen van uw auto zijn WAARSCHUWING uitgerust met een zijairbag. Het doel (indien van toepassing) van de airbag is om de bestuurder en Om de kans op ernstig letsel de voorpassagier een aanvullende door zich opblazende bescherming te bieden naast de...
Pagina 86
• Plaats geen voorwerpen op de laat systeem airbag of tussen de airbag en controleren door een officiële uzelf. Bevestig geen HYUNDAI-dealer. voorwerpen rond de gedeelten waar de geactiveerde airbags uit komen, zoals het portier, de zijruit voor- OTM038058 achterstijl.
Pagina 87
Veiligheidssysteem van uw auto Ze zijn ontworpen om bij bepaalde Hoe werkt het airbagsysteem? • Plaats kinderzitjes op de aanrijdingen van opzij het hoofd van juiste manier de inzittenden op de zitplaatsen voor mogelijk portier en op de buitenste zitplaatsen achter vandaan.
Pagina 88
• Het lampje gaat branden tijdens het rijden. • Het lampje knippert als de motor draait. We adviseren u het aanvullend veiligheidssysteem snel mogelijk door officiële HYUNDAI-dealer laten controleren als een van deze omstandigheden zich voordoet. 2-67...
Pagina 89
Veiligheidssysteem van uw auto Tijdens een gemiddelde of zware • Er is geen bepaalde snelheid • Naast het opblazen tijdens een frontale aanrijding detecteren de waarbij airbags worden ernstige aanrijding opzij sensoren auto snel geactiveerd. Of de airbags worden worden bij auto's met een rollover- decelereert.
Pagina 90
Het snel opblazen van een airbag ■ ■ Bestuurdersairbag (1) Bestuurdersairbag (2) echter letsel zoals schaafwonden in het gezicht, blauwe plekken en botbreuken veroorzaken, omdat de snelheid waarmee airbags worden opgeblazen tot gevolg heeft dat de airbags met veel kracht uitzetten. •...
Pagina 91
Veiligheidssysteem van uw auto ■ Wat gebeurt er als een airbag Bestuurdersairbag (3) WAARSCHUWING geactiveerd wordt? Nadat een airbag vóór of een Voorkom voorwerpen zijairbag is opgeblazen, loopt hij zeer gevaarlijke projectielen worden snel leeg. Het activeren van een wanneer de passagiersairbag airbag verhindert de bestuurder niet wordt opgeblazen: door de voorruit te kijken of te sturen.
Pagina 92
Raadpleeg een arts als de Plaats nooit een kinderzitje op de officiële HYUNDAI-dealer. symptomen aanhouden. Airbags zijn ontworpen voor voorpassagiersstoel, tenzij de airbag is uitgeschakeld. eenmalig gebruik.
Pagina 93
• Laat alle reparaties buurt waarbij de airbag geen aanvullende airbags door een officiële airbagsensoren. bescherming biedt. Voorbeelden HYUNDAI-dealer uitvoeren. inbouwpositie of -hoek van de hiervoor zijn aanrijdingen airbagsensoren wordt achteren, tweede en volgende stoten gewijzigd, kan dit ertoe leiden...
Pagina 94
1. Airbagmodule/Rollover-sensor* 2. Airbagsensor voor 3. Druksensor opzij (voor)* 4. Zijairbagsensor* 5. Zijairbagsensor* * : indien van toepassing OTM038060/OTM038061/OTM038062/OTM038063/OTM038064/OTM038065 2-73...
Pagina 95
Veiligheidssysteem van uw auto Voorwaarden voor activeren De bestuurders- en voorpassagiers- airbag zijn weliswaar ontworpen om airbags bij frontale aanrijdingen te worden opgeblazen, ze kunnen ook bij andere aanrijdingen, waarbij een bepaalde vertraging lengterichting wordt waargenomen door de sensoren voor, worden opgeblazen.
Pagina 96
Voorwaarden voor niet-activeren van de airbags OTM038070 OTM038071 De frontairbags zijn niet ontworpen frontairbags worden om te worden geactiveerd bij zijdelingse aanrijdingen soms niet OTM038069 aanrijdingen van achter, omdat de geactiveerd. De inzittenden bewegen Bij bepaalde aanrijdingen met lage inzittenden dan door de botskracht altijd in de richting van de aanrijding, snelheden worden de airbags niet naar achteren worden gedrukt.
Pagina 97
Veiligheidssysteem van uw auto OTL035069 OTM038072 OTL035068 Bij een aanrijding op een helling of Net voor een aanrijding remmen Als de auto over de kop slaat, bieden onder een hoek kan de kracht van de bestuurders vaak sterk af. Door zo airbags vóór geen...
Pagina 98
HYUNDAI-dealer. Een onjuiste behandeling aanvullend veiligheidssysteem kan leiden tot ernstig letsel. 2-77...
Pagina 99
Modificeer de voorstoelen niet. dat invloed hebben op de werking op met een officiële HYUNDAI- Modificatie van de voorstoelen kan van het airbagsysteem van uw auto. dealer. Het niet opvolgen van de werking van de sensoren van het...
Pagina 100
Waarschuwingslabels airbags OTM038075L De waarschuwingslabels van de airbags zijn bedoeld passagiers te waarschuwen voor de mogelijke gevaren airbagsysteem. Lees alle informatie over de airbags van uw auto in dit instructieboekje. 2-79...
Pagina 101
Kenmerken van uw auto Toegang tot uw auto ..........3-4 Stuurwiel ...............3-31 Afstandsbediening.............3-4 Elektrische stuurbekrachtiging (EPS) ......3-31 Smart Key................3-8 In hoogte en lengte verstelbare stuurkolom....3-32 Startblokkeersysteem ............3-14 Stuurwielverwarming............3-33 Claxon ................3-33 Sloten..............3-15 Spiegels ..............3-34 Portiersloten van buitenaf vergrendelen/ ontgrendelen ..............3-15 Binnenspiegel ..............3-34 Portiersloten van binnenuit vergrendelen/ Buitenspiegel ..............3-38 ontgrendelen ..............3-16...
Pagina 102
Instrumentenpaneel ..........3-71 Rijhulpsysteem ...........3-149 Bediening instrumentenpaneel ........3-72 Rear View Monitor (Type A) ........3-149 Meters en tellers.............3-72 Rear View Monitor (Type B) ........3-150 Waarschuwingslampje gladheid........3-76 Parking Distance Warning-systeem (achteruit)..3-151 Schakelindicator transmissie ........3-77 Parking Distance Warning-systeem Waarschuwings- en controlelampjes......3-79 (achteruit/vooruit) ............3-155 Meldingen LCD-display..........3-97 Surround View Monitor..........3-159 LCD-display ............3-106 Parkeerhulp (Fileparkeren,...
Pagina 103
Automatisch verwarmings- Opbergvak ............3-211 en ventilatiesysteem..........3-194 Opbergvak middenconsole..........3-211 Automatische verwarming en airconditioning ..3-195 Dashboardkastje ............3-212 Handmatig bediende verwarming en Koelbox ................3-212 airconditioning ...............3-195 Opbergvak voor zonnebril ..........3-213 Airconditioning 3 zitrij..........3-201 Opbergvak...............3-213 Werking systeem............3-201 Opbergvak bagageruimte..........3-214 Onderhoud van het systeem........3-203 Overige voorzieningen ........3-215 Voorruit ontdooien en ontwasemen ....3-206 Asbak ................3-215 Verwarmings- en ventilatiesysteem,...
Pagina 104
→ On door unlock OPDE046001 [Bij ontgrendelen van deuren]" afstandsbediening geselecteerd is in de modus HYUNDAI kunt u gebruiken om de Gebruikersinstellingen portieren (en de achterklep) te LCD-display. Zie "LCD-display" vergrendelen of ontgrendelen en in dit hoofdstuk voor meer zelfs om de motor te starten.
Pagina 105
Ontgrendelen Ontgrendelen van de achterklep Starten Ontgrendelen: Ontgrendelen : Zie voor meer informatie "Contactslot" in hoofdstuk 5. 1. Druk op de ontgrendeltoets voor 1. Houd de ontgrendeltoets voor de de portieren (2) op de afstands- achterklep bediening. afstandsbediening langer dan 1 AANWIJZING seconde ingedrukt.
Pagina 106
Kenmerken van uw auto Mechanische sleutel Voorzorgsmaatregelen met AANWIJZING betrekking tot de Klap de sleutel niet in zonder de afstandsbediening ontgrendelknop ingedrukt In de volgende gevallen werkt de houden. Hierdoor kan de sleutel afstandsbediening niet : beschadigd raken. • Als de sleutel in het contactslot is gestoken.
Pagina 107
Als de portiervergrendeling officiële HYUNDAI-dealer. afstandsbediening door Wanneer de afstandsbediening zich wijzigingen of aanpassingen waarvoor in de buurt van uw mobiele telefoon...
Pagina 108
OPDE046044 Vergrendelen : onjuist afgevoerde batterij kan schadelijk zijn De Smart Key van uw HYUNDAI 1. Sluit alle portieren, de motorkap voor het milieu en voor de kunt u gebruiken om de portieren (en en de achterklep. gezondheid. Voer de batterij de achterklep) te vergrendelen of 2.
Pagina 109
Ontgrendelen 3. De alarmknipperlichten Als u op de toets op de buiten- knipperen. Verder klappen de portiergreep drukt, zullen in de Ontgrendelen : buitenspiegels onderstaande gevallen de portieren 1. Zorg ervoor dat u de Smart Key bij → "Convenience [Handig] niet worden vergrendeld en zal de u hebt.
Pagina 110
Kenmerken van uw auto AANWIJZING Informatie Informatie Beschadiging van de Smart Key • De toets op de portiergreep werkt • Met de ontgrendeltoets voor de voorkomen : alleen als de Smart Key zich binnen achterklep (3) wordt de achterklep een afstand van 0,7 - 1 m van de alleen ontgrendeld.
Pagina 111
• De Smart Key bevindt zich in de resterende sleutel onmiddellijk naar buurt van een zender (bijvoorbeeld een officiële HYUNDAI-dealer te van een radiozender of een brengen of, indien nodig, de auto te luchthaven), waardoor de normale laten wegslepen.
Pagina 112
Kenmerken van uw auto Vervangen van de batterij Wanneer de Smart Key zich in de Informatie buurt van uw mobiele telefoon Wijzigingen of aanpassingen die niet bevindt, kan het signaal van de expliciet zijn goedgekeurd door de Smart Key worden geblokkeerd door garantieverstrekker kunnen ertoe de normale werkingssignalen van uw leiden dat de gebruiker niet meer...
Pagina 113
Smart niet goed werkt, mechanische sleutel bij u. De adviseren we u contact op te nemen Smart Key kan alleen worden met een officiële HYUNDAI-dealer. gebruikt om de motor te starten en de portiersloten te bedienen. Informatie Ontgrendelen: onjuist afgevoerde...
Pagina 114
De transponder in uw sleutel is raden we u aan contact op te nemen uw auto tegen diefstal. Als een een belangrijk onderdeel van het met een HYUNDAI-dealer. onjuist gecodeerde sleutel (of ander startblokkeersysteem. Probeer geen wijzigingen aan te apparaat) wordt gebruikt, wordt het...
Pagina 115
SLOTEN Afstandsbediening Portiersloten van buitenaf Draai sleutel richting achterzijde van de auto om te vergrendelen/ontgrendelen ontgrendelen en richting de voorzijde Mechanische sleutel van de auto om te vergrendelen. ■ Afstandsbediening Trek eerst aan de buitenportiergreep (1) en druk de haak (2) aan de binnenzijde buitenportiergreep mechanische sleutel.
Pagina 116
Kenmerken van uw auto Smart Key Druk, portieren Portiersloten van binnenuit ontgrendelen, op de toets op de vergrendelen/ontgrendelen buitenportiergreep terwijl u de Smart Met de vergrendelknop Key bij u draagt of druk op de ontgrendeltoets voor de portieren op de Smart Key. Trek na het ontgrendelen aan de portiergreep om het portier te openen.
Pagina 117
Met de schakelaar centrale • De voorportieren kunnen niet Als op het gedeelte ( ) (2) van de worden vergrendeld als de sleutel vergrendeling/ontgrendeling schakelaar wordt gedrukt, worden contact alle portieren ontgrendeld. voorportier geopend is. • Als de Smart Key zich in de auto WAARSCHUWING bevindt en een portier is geopend, kunnen...
Pagina 118
Kenmerken van uw auto WAARSCHUWING WAARSCHUWING WAARSCHUWING Laat kinderen en huisdieren Als u de auto niet vergrendeld Het openen van een portier als nooit zonder toezicht achter in achterlaat, kan iemand zich in iemand of iets de auto nadert, de auto. Een afgesloten auto uw auto verstoppen en u of schade letsel...
Pagina 119
Supervergrendeling Kenmerken van de WAARSCHUWING (indien van toepassing) automatische portiervergrendeling/ Sommige auto's zijn uitgerust met Vergrendel de portieren niet -ontgrendeling s u p e r v e r g r e n d e l i n g . met de afstandsbediening of de Supervergrendeling voorkomt dat Portierontgrendelsysteem Smart Key als zich nog iemand...
Pagina 120
Kenmerken van uw auto Elektronisch kinderslotsysteem Kindersloten achterportieren Steek kleine platte schroevendraaier of iets dergelijks (indien van toepassing) (indien van toepassing) (1) in de uitsparing en draai het kinderslot in de stand vergrendeld om het slot te vergrendelen zoals in de afbeelding is aangegeven.
Pagina 121
In dat geval adviseren we u de stilgezet kunnen de passagiers achter de auto te laten controleren door achterportierruit ook niet openen 2. Wanneer achteren een officiële Hyundai-dealer. of sluiten. Zie "Ruiten" in dit naderende auto wordt hoofdstuk voor meer informatie. gesignaleerd nadat de auto is...
Pagina 122
Kenmerken van uw auto waarschuwingsmelding - De bovenstaande functies 2 en 3 - Wanneer de accu verwijderd of "Check surroundings then try worden geactiveerd wanneer u leeg is geweest toen het kinderslot again [Controleer omgeving vóór "Driver Assistance was vergrendeld en de voeding [Bestuurdershulp] →...
Pagina 123
• Het Safe Exit Assist-systeem OPMERKING WAARSCHUWING (SEA) werkt niet als er zich een storing voordoet in het • • Het Safe Exit Assist-systeem Het systeem signaleert niet Blind-Spot Collision Warning- (SEA) werkt mogelijk niet alle obstakels die de portieren systeem (BCW), bijvoorbeeld: normaal als zich achter uw van de auto naderen.
Pagina 124
Kenmerken van uw auto Rear Occupant Alert-systeem - Ontgrendel het portier met de OPMERKING afstandsbediening of de Smart (ROA) Key om de waarschuwing uit te Het Rear Occupant Alert-systeem ■ Instrumentenpaneel schakelen. (ROA) helpt te voorkomen dat er - Het systeem kan tot 24 uur nadat achterpassagiers auto portier...
Pagina 125
Hyundai- vrijwel niet wordt bewogen. opgestapeld, kan het systeem dealer. - De achterpassagier wordt het obstakel mogelijk niet bedekt door een voorwerp, signaleren.
Pagina 126
Kenmerken van uw auto ANTIDIEFSTALSYSTEEM Dit systeem helpt uw auto en De alarmknipperlichten knipperen en Informatie waardevolle spullen te beschermen. de zoemer klinkt eenmaal om aan te • Vergrendel de portieren pas als alle claxon klinkt geven systeem inzittenden de auto hebben verlaten. alarmknipperlichten knipperen ingeschakeld.
Pagina 127
OJC040170 Informatie Op auto's die zijn uitgerust met een antidiefstalsysteem is een sticker aangebracht met de volgende tekst : 1. WAARSCHUWING 2. VEILIGHEIDSSYSTEEM 3-27...
Pagina 128
Het systeem geeft met twee controleren door officiële piepjes aan dat de instellingen - Helderheid dashboardverlichting Hyundai-dealer. met succes in het geheugen zijn - Stand en helderheid head-up opgeslagen. display (HUD) (indien 5.
Pagina 129
Oproepen standen uit het • Als de geheugeninstellingen "2" • Verlaten van de auto: geheugen worden opgeroepen, wordt het De bestuurdersstoel beweegt naar aanpassen van de in het geheugen achteren en het stuurwiel beweegt 1. Schakel naar stand P (parkeren) opgeslagen instellingen tijdelijk omhoog als het bestuurdersportier met de startknop in stand ON.
Pagina 130
Kenmerken van uw auto - Instapfunctie stoel: "Convenience Resetten geheugen Initialisatie in werking: [Handig] → Seat Easy Access bestuurdersstoel 1. De initialisatie begint als het alarm → [Entree instellingen stoel] klinkt. geheugen Off/Normal/Extended [Uit/ bestuurdersstoel niet goed werkt, 2. De stoel rugleuning Normaal/Lang]"...
Pagina 131
Zo wordt het sturen zwaarder houden. Breng uw auto naar een zelfdiagnose voltooid is, gaat het wanneer de rijsnelheid toeneemt en officiële HYUNDAI-dealer en laat draaien aan het stuur weer net zo lichter wanneer de snelheid afneemt. het systeem zo snel mogelijk licht als anders.
Pagina 132
Kenmerken van uw auto • Als u bij stilstaande auto het In hoogte en lengte stuurwiel continu van aanslag tot verstelbare stuurkolom aanslag draait, neemt de benodigde stuurkracht toe. Dit duidt niet op WAARSCHUWING een storing. Na verloop van tijd wordt de benodigde stuurkracht Stel het stuurwiel nooit af weer normaal.
Pagina 133
Stuurwielverwarming Claxon Informatie (indien van toepassing) De stuurwielverwarming zal ongeveer 30 minuten na het inschakelen automatisch worden uitgeschakeld. AANWIJZING Plaats geen hoes of accessoire op stuurwiel. hoes accessoire kan de stuurwiel- verwarming beschadigen. OTM048408 OTM048010 Druk op het gedeelte van het Wanneer het contact in stand ON stuurwiel bij het claxonsymbool om te claxonneren.
Pagina 134
Kenmerken van uw auto SPIEGELS Binnenspiegel met dag- Binnenspiegel WAARSCHUWING /nachtstand Stel voor het rijden de binnenspiegel (indien van toepassing) zo af dat u in het midden van de Verstel spiegel NOOIT spiegel het midden van de achterruit tijdens het rijden. Hierdoor kunt ziet.
Pagina 135
Elektrochromatische spiegel AANWIJZING (ECM) (indien van toepassing) Gebruik voor het reinigen van de elektrochromatische binnen- spiegel een papieren doekje of spiegel voorkomt 's nachts of als er vergelijkbaar materiaal weinig licht automatisch vochtig gemaakt verblinding door de koplampen van glasreiniger. Spuit niet direct achteropkomend verkeer.
Pagina 136
Kenmerken van uw auto Elektrochromatische Als de functie automatisch dimmen 2. Kalibratieprocedure binnenspiegel binnenspiegel (ECM - Electric Houd de toets 6 tot max. 8 s ingeschakeld met de toets ECM aan/ chromic mirror) met kompas ingedrukt. Als het geheugen van het uit, wordt het spiegelglas, afhankelijk (indien van toepassing) kompas gewist is, verschijnt er een...
Pagina 137
3. Instellen van de kompaszone 3. Druk op de toets totdat het nieuwe Asia zonenummer op het display wordt 1. Zoek op de zonekaart uw actuele weergegeven. Zodra u de toets locatie en het desbetreffende loslaat, toont het display binnen zonenummer op.
Pagina 138
Gebruik bij het veranderen adviseren wij u het te laten rijstrook daarom nakijken door een officiële binnenspiegel en kijk opzij om HYUNDAI-dealer. OTM048015 de werkelijke afstand tot het 3. In tunnels of op steile hellingen Stel de spiegels af voordat u gaat achteropkomende...
Pagina 139
Afstellen van de buitenspiegels AANWIJZING AANWIJZING • Gebruik geen krabber om de • De spiegels stoppen spiegel ijsvrij te maken, anders beweging maximale kan het spiegelglas beschadigd stelhoek bereikt is. De stelmotor raken. blijft echter draaien zolang de schakelaar ingedrukt blijft. Houd •...
Pagina 140
Kenmerken van uw auto Inklappen buitenspiegel - De spiegels worden uitgeklapt wanneer de portieren worden vergrendeld ontgrendeld met de toets op de buitenportiergreep. • Als "Convenience [Handig] → Welcome mirror/light [Welkom spiegel/licht] → On door unlock [Bij ontgrendelen van deuren]" en →...
Pagina 141
Parkeerhulp bij achteruit Het al dan niet bewegen van de AANWIJZING spiegels is afhankelijk van de stand inparkeren elektrisch bedienbare van de buitenspiegelschakelaar (1): (indien van toepassing) buitenspiegel werkt zelfs als het Links/rechts : Als de schakelaar L contact in stand OFF staat. Stel, (links) of R (rechts) is om te voorkomen dat de accu g e s e l e c t e e r d ,...
Pagina 142
Kenmerken van uw auto RUITEN Elektrisch bedienbare ruiten (indien van toepassing) (1) Schakelaar ruitbediening bestuurdersportier (2) Schakelaar ruitbediening voorpassagiersportier (3) Schakelaar ruitbediening achterportier (links)* (4) Schakelaar ruitbediening achterportier (rechts)* (5) Ruiten openen en sluiten (6) Elektrisch bedienbare ruit* (7) Blokkeerschakelaar ruitbediening * : indien van toepassing OTM048020...
Pagina 143
Ruiten openen en sluiten Om de ruiten te kunnen sluiten of Informatie openen, moet het contact in stand • In een koud en nat klimaat werken ON staan. Ieder portier is voorzien de elektrisch bedienbare ruiten schakelaar voor mogelijk niet door bediening van de desbetreffende bevriezingsverschijnselen.
Pagina 144
5 controleren door officiële seconden nadat de ruit automatisch HYUNDAI-dealer. naar beneden is gegaan door de klembeveiliging, klembeveiliging niet werken. 3-44...
Pagina 145
Blokkeerschakelaar Als de blokkeerschakelaar van de Informatie ruitbediening is ingedrukt: ruitbediening klembeveiliging voor • Kunnen alle elektrisch bedienbare portierruit werkt alleen als de ruiten worden bediend met de automatische sluitfunctie wordt hoofdschakelaar in het bestuur- gebruikt door de schakelaar omhoog dersportier.
Pagina 146
Kenmerken van uw auto AANWIJZING • Laat een kind NOOIT zonder WAARSCHUWING toezicht achter in de auto. Ook • Open of sluit telkens maar één zeer jonge kinderen kunnen Laat kinderen niet met de ruit tegelijk. Anders kan de ongeluk auto ruitbediening spelen.
Pagina 147
Functie op afstand sluiten Informatie van de ruiten • De functie op afstand sluiten van de (indien van toepassing) ruiten kan plotseling stoppen als u wegloopt van uw auto tijdens het gebruik van de functie. Blijf in de directe nabijheid van uw auto en houd de beweging van de ruiten in de gaten.
Pagina 148
Kenmerken van uw auto PANORAMISCH SCHUIF-/KANTELDAK (INDIEN VAN TOEPASSING) Indien uw auto is uitgerust met een Informatie WAARSCHUWING schuif-/kanteldak, kunt u het schuif- • In een koud en nat klimaat werkt /kanteldak met behulp van de hendel • Verstel het schuif-/kanteldak het schuif-/kanteldak mogelijk niet in de dakconsole openschuiven of zonnescherm...
Pagina 149
Zonnescherm Open-/dichtschuiven van het • Een panoramadak is gemaakt schuif-/kanteldak van glas en kan daarom bij ongeval breken. Inzittenden die niet op de juiste wijze worden beschermd (door bijvoorbeeld veiligheidsgordel, baby-/kinderzitje enz.), kunnen door het gebroken glas van een ruit of het panoramadak naar buiten...
Pagina 150
Kenmerken van uw auto Als het zonnescherm geopend is Als het zonnescherm geopend is Kantelen van het schuif- / kanteldak Als u de bedieningshendel van het Als u de hendel van het schuifdak schuif-/kanteldak naar achteren omhoog drukt, kantelt het glaspaneel trekt, wordt het glaspaneel geheel open.
Pagina 151
Klembeveiliging Het schuif-/kanteldak sluiten WAARSCHUWING (indien van toepassing) Kleine voorwerpen die klem kunnen komen te zitten tussen het glaspaneel van het schuifdak en de sponning worden mogelijk niet gesignaleerd door klembeveiliging. In dat geval zal het glaspaneel van het schuifdak het voorwerp niet signaleren en niet in tegengestelde richting bewegen.
Pagina 152
Hierna is het schuifdak gereset. schuifdak is niet op de juiste manier bediend Neem voor meer informatie contact op met een officiële Hyundai-dealer. Voer de volgende stappen uit om het schuifdak te resetten: Informatie 1. Start de motor en sluit het...
Pagina 153
Waarschuwing geopend • Als de bestuurder de motor uitschakelt en het portier opent schuif- /kanteldak wanneer het schuifdak niet volledig (indien van toepassing) gesloten, wordt waarschuwing geopend schuifdak op het LCD-display weergegeven tot het portier wordt gesloten of tot het schuifdak volledig is gesloten. Sluit het schuif-/kanteldak goed wanneer u de auto verlaat.
Pagina 154
Kenmerken van uw auto EXTERIEUR Motorkap sluiten Motorkap 1. Controleer de volgende punten Motorkap openen alvorens de motorkap te sluiten : • Of alle vuldoppen correct zijn teruggeplaatst. • Of er geen handschoenen, doeken of andere brandbare materialen in de motorruimte zijn achtergebleven.
Pagina 155
Achterklep 2. Houd de ontgrendeltoets voor de • Controleer altijd nogmaals of achterklep Achterklep openen motorkap goed afstandsbediening of de Smart vergrendeld alvorens met de Key ingedrukt. Druk op de toets op auto gaan rijden. de achterklepgreep en open de Controleer of er geen waar- achterklep.
Pagina 156
Kenmerken van uw auto Achterklep sluiten WAARSCHUWING WAARSCHUWING Houd de achterklep tijdens het rijden altijd volledig gesloten. (gedeeltelijk) geopende achterklep wordt gereden, kunnen schadelijke uitlaatgassen, koolmonoxide (CO) bevatten, in het interieur binnendringen. Informatie OHYK047009 OTM048031 Sluit de achterklep altijd voordat u Raak het onderdeel dat de Laat de achterklep zakken en druk gaat rijden, om schade aan de...
Pagina 157
Noodontgrendeling achterklep WAARSCHUWING WAARSCHUWING • Vervoer NOOIT personen in de • Zorg ervoor dat u weet waar bagageruimte van de auto. Als deze ontgrendelhendel zich de achterklep gedeeltelijk of bevindt, zodat u zich in volledig gesloten is en de noodgevallen kunt bevrijden persoon niet uit de bagageruimte.
Pagina 158
Kenmerken van uw auto Elektrisch bedienbare • De toets elektrisch WAARSCHUWING bedienbare achterklep wordt achterklep ingedrukt wanneer het contact in (indien van toepassing) Laat kinderen en huisdieren stand staat Toets elektrisch bedienbare nooit zonder toezicht achter selectiehendel stand achterklep auto. kunnen (parkeren) (auto met automatische elektrische...
Pagina 159
Achterklep openen OPMERKING Sluit of open de elektrisch bedienbare achterklep niet met de hand. Hierdoor kan de elektrisch bedienbare achter- klep beschadigd raken. Oefen geen overmatige kracht uit als het noodzakelijk is de elektrisch bedienbare achterklep hand- matig te openen of te sluiten OTM048035 omdat accu...
Pagina 160
Kenmerken van uw auto Achterklep sluiten OTM048034 OTM048036 • Druk toets • Druk gedurende ongeveer OTM048035 achterklepgreep terwijl u de Smart seconde op de toets elektrisch • Druk gedurende ongeveer Key bij u draagt. bedienbare achterklep sluiten seconde op de toets elektrisch terwijl de achterklep open is.
Pagina 161
1 minuut reparaties aan uit. We adviseren u niet. contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. • Bedien de achterklep niet als de auto is opgekrikt om een wiel te verwisselen of de auto te repareren. Hierdoor...
Pagina 162
Kenmerken van uw auto Klembeveiliging Als de weerstand echter beperkt is WAARSCHUWING door bijvoorbeeld een klein of zacht voorwerp, of de klep bijna dicht is, Steek nooit voorwerpen of wordt de extra weerstand mogelijk lichaamsdelen in de opening niet opgemerkt van de elektrische bedienbare bewegingsrichting niet...
Pagina 163
3 uitvoeren bovenstaande ingesteld op "Fast" [Snel]. seconden ingedrukt. procedure, adviseren we u contact 3. Sluit de achterklep handmatig Zie "LCD-display" in dit hoofdstuk op te nemen met een officiële nadat de zoemer heeft geklonken. HYUNDAI-dealer. voor meer informatie. 3-63...
Pagina 164
Kenmerken van uw auto Noodontgrendeling achterklep De achterklep zal opengaan tot de WAARSCHUWING hoogte die de bestuurder heeft ingesteld. • Zorg ervoor dat u weet waar deze ontgrendelknop zich WAARSCHUWING bevindt, zodat u zich in noodgevallen kunt bevrijden geopende uit de bagageruimte. achterklep rijdt, worden...
Pagina 165
Gebruik van de Smart Tailgate- Smart Tailgate 1. Instelling (intelligente achterklep) functie Ga, om de Smart Tailgate te (indien van toepassing) activeren, naar Modus De achterklep kan worden geopend gebruikersinstellingen en selecteer zonder hem aan te raken als aan Smart Tailgate op het LCD-display. alle onderstaande voorwaarden is voldaan.
Pagina 166
Kenmerken van uw auto Uitschakelen van de Smart 3. Automatisch openen Anders kan de achterklep per Tailgatefunctie met de Smart De alarmknipperlichten knipperen en ongeluk opengaan. de zoemer klinkt tweemaal en • Bewaar de Smart Key buiten vervolgens gaat achterklep bereik kinderen.
Pagina 167
Detectiezone Informatie Informatie • Als u op ontgrendelknop (2) drukt, • Onder de volgende omstandigheden wordt de Smart Tailgate-functie werkt de Smart Tailgate-functie tijdelijk gedeactiveerd. niet: vervolgens binnen 30 seconden geen - De Smart Key bevindt zich in de enkel portier opent, wordt de Smart buurt van een andere zender Tailgate-functie weer geactiveerd.
Pagina 168
Kenmerken van uw auto Tankdopklep ■ Benzine 3. Draai de tankdop (2) linksom om hem te verwijderen. U hoort Openen van de tankdopklep mogelijk sissend geluid doordat de druk in de tank gelijk wordt. 4. Plaats de dop op de tankdopklep. Informatie Tik zachtjes op de tankdopklep of druk er voorzichtig tegenaan als deze...
Pagina 169
Sluiten van de tankdopklep • Stap niet in de auto nadat u WAARSCHUWING 1. Plaats de dop terug en draai hem begonnen bent met tanken. U rechtsom totdat hij eenmaal klikt. kunt statisch geladen raken Benzine is licht ontvlambaar en door het aanraken van of 2.
Pagina 170
Verwijder de tankdop altijd uitsluitend originele tanken, dient u met de blote voorzichtig en langzaam. Als HYUNDAI dop of een andere, hand contact te houden met er brandstof naar buiten komt voor uw auto geschikte dop. Een de auto tot het tanken is...
Pagina 171
INSTRUMENTENPANEEL ■ Type A 1. Vermogensmeter 2. Snelheidsmeter 3. Ladingstoestandmeter 4. Brandstofmeter 5. Waarschuwings- en controlelampjes 6. LCD-display (inclusief tripcomputer) ■ Type B Het werkelijke instrumentenpaneel kan afwijken van de afbeelding. Zie "Meters en tellers" in dit hoofdstuk voor meer informatie. OTM048100L/OTM048101L 3-71...
Pagina 172
Kenmerken van uw auto Bediening instrumentenpaneel Meters en tellers WAARSCHUWING Dashboardverlichting Snelheidsmeter ■ Type A (km/h, MPH) Stel het instrumentenpaneel nooit af tijdens het rijden. Hierdoor kunt u de controle over de auto verliezen waardoor een ongeluk met ernstig letsel of schade aan de auto het gevolg kan zijn.
Pagina 173
Toerenteller Koelvloeistoftemperatuurmeter Gebruik de toerenteller om de juiste schakelmomenten te kiezen en ■ Benzine (Type A, Type B) ■ Type A voorkom dat de motor zwaar moet trekken hoge motortoerentallen draait. AANWIJZING Zorg ervoor motor- toerental niet toeneemt tot in het rode gebied.
Pagina 174
Kenmerken van uw auto Brandstofmeter AANWIJZING Informatie ■ Type A Als de naald van de meter buiten • De inhoud van de brandstoftank het normale bereik komt en in staat in hoofdstuk 8. richting stand • De brandstofmeter is daarnaast beweegt, duidt over- uitgerust met een waarschuwings-...
Pagina 175
Kilometerteller De buitentemperatuur op het display AANWIJZING wijzigt mogelijk niet direct zoals een ■ Type A ■ Type B Vermijd rijden met een extreem gewone thermometer, dit om de laag brandstofniveau. Wanneer bestuurder niet af te leiden. de brandstof opraakt, kan de De eenheid van de temperatuur kan motor overslaan, waardoor de als volgt van °C in °F worden...
Pagina 176
Kenmerken van uw auto Actieradius Waarschuwingslampje Informatie gladheid ■ Type A ■ Type B • Als de auto niet op een horizontaal (indien van toepassing) vlak staat of nadat de accupolen losgenomen zijn geweest, kan het gebeuren dat de functie actieradius niet goed werkt.
Pagina 177
Schakelindicator transmissie Bijvoorbeeld Informatie : Geeft aan dat opschakelen Schakelindicator transmissie Als het waarschuwingslampje voor naar de 3 versnelling wenselijk (indien van toepassing) een glad wegdek gaat branden tijdens is (de selectiehendel staat in de ■ Type A ■ Type B het rijden, moet u met meer aandacht of 1 versnelling).
Pagina 178
Kenmerken van uw auto Schakelindicator Schakelindicator Automatische Automatische transmissie transmissie (indien van toepassing) (Europa, indien van toepassing) ■ Type A ■ Type B ■ Type A ■ Type B OIK047141 Pop-up schakelindicator (indien van toepassing) Wanneer de selectiehendel in een OIG046112/OTM048114 OPDE046142/OTM048169L andere stand wordt gezet (P/R/N/D),...
Pagina 179
In dat geval adviseren we u de : Geeft aan dat terugschakelen auto te laten controleren door een naar de 3 versnelling wenselijk officiële HYUNDAI-dealer. is (de selectiehendel staat in de of 6 versnelling). Waarschuwingslampje veiligheidsgordel Als het systeem niet goed werkt, wordt de indicator niet weergegeven.
Pagina 180
In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. 3-80...
Pagina 181
In dat geval adviseren we u de Wij adviseren u uw auto zo snel officiële HYUNDAI-dealer. auto te laten controleren door een mogelijk te laten controleren officiële HYUNDAI-dealer. door een officiële HYUNDAI- dealer. 3-81...
Pagina 182
In dat geval adviseren we u de snel mogelijk te laten controleren door in het AUTO HOLD-systeem. auto te laten controleren door een een officiële HYUNDAI-dealer. officiële HYUNDAI-dealer. In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer.
Pagina 183
In dat geval adviseren we u de elektronische stuurbekrachtiging. auto te laten controleren door een OPMERKING In dat geval adviseren we u de officiële HYUNDAI-dealer. auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. Dieselmotor met roetfilter AANWIJZING (indien van toepassing)
Pagina 184
1. Rijd voorzichtig naar de kant van uitlaatgasemissies. HYUNDAI-dealer. de weg en breng de auto op een In dat geval adviseren we u het veilige plaats tot stilstand. Als u blijft doorrijden terwijl het...
Pagina 185
3. Start de motor weer. Zet de Neem zo snel mogelijk contact op motor direct weer uit als het met een officiële HYUNDAI-dealer waarschuwingslampje blijft en laat uw auto daar controleren branden. In dat geval advi-...
Pagina 186
Kenmerken van uw auto Waarschuwingslampje Hoofdwaarschuwings Waarschuwingslampje te hoge snelheid lampje lage bandenspanning km/h (indien van toepassing) (indien van toepassing) Dit controlelampje gaat branden : Dit lampje gaat branden: Dit lampje knippert: • In het geval van een storing in de •...
Pagina 187
• Als u blijft rijden met een brandend waarschuwingslampje, kunnen bepaalde motoron- derdelen (inspuitventiel, common rail, hogedrukbrandstofpomp) beschadigd raken. In dat geval adviseren we u de auto zo snel mogelijk te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. 3-87...
Pagina 188
(op dat moment wordt op roetfiltersysteem te laten controleren display door een officiële HYUNDAI-dealer. w a a r s c h u w i n g s m e l d i n g weergegeven), raden we u aan het...
Pagina 189
In dat geval adviseren we u de auto beschadigd raken • Als het ureumreservoir bijna leeg te laten controleren door een officiële brandstofverbruik toenemen. is. Als het ureumreservoir bijna HYUNDAI-dealer. leeg is: • Vul zo snel mogelijk brandstof bij. Controlelampje Informatie voorgloeien voor...
Pagina 190
In dat geval adviseren we u de In het geval van een storing in het auto te laten controleren door een auto te laten controleren door een AFS: officiële Hyundai-dealer. officiële HYUNDAI-dealer. 1. Rijd voorzichtig naar dichtstbijzijnde veilige plaats en breng uw auto tot stilstand.
Pagina 191
(ISG)" in hoofdstuk 5 voor meer informatie. In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. Informatie Als de motor automatisch wordt gestart door het ISG-systeem, gaat een aantal waarschuwingslampjes (ABS, ESC, ESC OFF, EPS of parkeerrem) mogelijk een paar seconden branden.
Pagina 192
5). we u uw auto te laten controleren niet starten. • In het geval van een storing in het door een officiële HYUNDAI-dealer. startblokkeersysteem. In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer.
Pagina 193
Controlelampje High Beam Assist Controlelampje dimlicht (HBA) Controlelampje verlichting AAN (indien van toepassing) (indien van toepassing) Dit lampje gaat branden: Dit lampje gaat branden: • Als de parkeerverlichting of het Dit waarschuwingslampje gaat dim-/grootlicht wordt ingeschakeld. • Als het dimlicht wordt ingescha- branden: keld.
Pagina 194
In dat geval adviseren we u de auto uit. snelheidsbegrenzer te laten controleren door een officiële • Als u de stand 4WD LOCK Hyundai-dealer. (indien van toepassing) selecteert door de toets 4WD LOCK in te drukken. Dit controlelampje gaat branden :...
Pagina 195
5 voor meer informatie. • In het geval van een storing in het DBC-systeem. In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële Hyundai-dealer. voor meer informatie "Downhill Brake Control (DBC)" in hoofdstuk 5.
Pagina 196
In dat geval adviseren we u de auto waarschuwingszoemer 1 keer. in het Lane Keeping Assist- te laten controleren door een officiële systeem. Hyundai-dealer. Informatie In dat geval adviseren we u uw auto Zie "Forward Collision-Avoidance Als het waarschuwingslampje voor te laten controleren door een officiële...
Pagina 197
Press START button while Check Steering Wheel Lock Meldingen LCD-display turning wheel System [Controleer Systeem Shift to P [Schakel naar P] [Druk op STARTknop tijd. Stuurwielslot] (auto's met Smart Key-systeem draaien stuurw.] (Smart Key-systeem) en Automatische transmissie) (auto's met Smart Key-systeem) Deze waarschuwingsmelding wordt Deze waarschuwingsmelding wordt weergegeven als het stuurwiel niet...
Pagina 198
HYUNDAI-dealer. waarschuwingsmelding Key not in vehicle detected [Sleutel niet gevonden] wordt weergegeven. [Sleutel niet in het voertuig]...
Pagina 199
Shift to P or N to start engine Portier, motorkap, achterklep OPMERKING [Schakel naar P of N voor open starten] (auto's met Smart Key- Controleer, voordat gaat systeem en Automatische rijden, portieren/ transmissie) motorkap/achterklep geheel Deze waarschuwingsmelding wordt gesloten zijn. Controleer of er weergegeven als u probeert de geen waarschuwingslampje...
Pagina 200
Kenmerken van uw auto Schuifdak open Ruit open Verlichtingsmodus (indien van toepassing) (indien van toepassing) ■ Type A ■ Type B OIK047145L/OIK047163L OTM048118 OTM048166 Dit controlelampje geeft aan welke verlichtingsmodus er is geselecteerd Deze waarschuwing wordt weerge- Deze waarschuwing wordt geven als u de motor uitschakelt weergegeven motor...
Pagina 201
Ruitenwisser Low Pressure [Lage spanning] Heated Steering Wheel turned (indien van toepassing) off [Verwarmd stuur uit] ■ Voor (Type A, Type B) (indien van toepassing) Deze waarschuwingsmelding wordt weergegeven wanneer u de stuur- wielverwarming inschakelt. Zie "Stuurwielverwarming" in dit hoofdstuk voor meer informatie. Low washer fluid [Laag sproeivloeistof niveau] (indien van toepassing)
Pagina 202
Gebruik alleen de voorgeschreven laten kijken door een officiële motorolie. (Zie "Aanbevolen Hyundai-dealer. smeermiddelen en hoeveelheden" in Zelfs als deze melding niet wordt hoofdstuk 8.) weergegeven als de motor is Vul niet te veel motorolie bij. Zorg...
Pagina 203
Verder wordt er, als een specifieke is geraakt en schade kan oplopen. adviseren u de auto te laten nakijken lamp (richtingaanwijzer, enz.) niet door een officiële Hyundai-dealer. werkt, een waarschuwingsmelding Zie "Oververhitting" in hoofdstuk weergegeven voor die specifieke 6 wanneer de motor oververhit Zie "High Beam Assist (HBA)"...
Pagina 204
(LKA). We adviseren u de met het Forward Collision Warning- auto te laten controleren door een auto te laten controleren door een systeem (FCW). We adviseren u de officiële Hyundai-dealer. officiële Hyundai-dealer. auto te laten controleren door een officiële Hyundai-dealer. Zie "Driver Attention Warning- Zie "Lane Keeping Assist-systeem...
Pagina 205
Laat in dit geval het roetfilter- of Hyundai-dealer. benzineroetfiltersysteem controleren voor meer informatie voor meer informatie door een officiële Hyundai-dealer. "Waarschuwingsmelding laag "Waarschuwingsmelding laag ureumniveau" in hoofdstuk 7. DPF: Roetfilter ureumniveau" in hoofdstuk 7. GPF: Benzineroetfilter Zie "Waarschuwingslampjes" in...
Pagina 206
Kenmerken van uw auto LCD-DISPLAY Bediening LCD-display De instellingen van het LCD-display kunnen worden gewijzigd met de bedieningstoetsen. ■ Type A : Toets MODE voor selecteren van modi : Toets MOVE voor het wijzigen van functies (3) OK : Toets SELECTEREN/ RES- ETTEN voor het instellen of resetten van de geselec- teerde functie...
Pagina 207
Modi LCD-display Modi Symbool Toelichting Deze modus geeft rij-informatie zoals de dagteller, het brandstofverbruik, enz. weer. Tripcomputer Zie "Tripcomputer" in dit hoofdstuk voor meer informatie. Turn-by-turn (TBT) In deze modus wordt de status van het navigatiesysteem weergegeven. In deze modus wordt de status weergegeven van: - Lane Keeping Assist-systeem (LKA) - Driver Attention Warning-systeem (DAW) - Bandenspanning...
Pagina 208
Kenmerken van uw auto Shift to P to edit settings/ Quick guide [Snelmenu] Tripcomputer-modus (help, indien van toepassing) Engage parking brake to edit settings [Instellen aanpassen na Deze modus biedt korte schakelen naar P/Inst. handleidingen voor de systemen in Aanpassen na inschakelen de modus Gebruikersinstellingen.
Pagina 209
Turn By Turn-modus (TBT) Assistentiemodus OTM048125L Tire Pressure [Bandenspanning] OPDE046147 OTM048124 In deze modus wordt informatie In deze modus wordt de status van SCC/LKA/DAW weergegeven met betrekking tot het het navigatiesysteem weergegeven. In deze modus wordt de status van bandenspanningscontrolesysteem de Smart Cruise Control (SCC), (TPMS).
Pagina 210
Kenmerken van uw auto Waarschuwingsmeldingmodus Modus Gebruikersinstellingen Als een van de onderstaande deze modus kunt situaties zich voordoet, worden er op instellingen met betrekking tot het het LCD-display gedurende enkele instrumentenpaneel, de portieren, seconden waarschuwingsmeldingen de verlichting, enz. wijzigen. weergegeven. 1.
Pagina 211
1. Head-up display [Head-Up Display] Onderwerp Toelichting Enable Head-up display Als dit item wordt aangevinkt, wordt het head-up display geactiveerd. [Head-Up Display] Display Height [Display Hoogte] Om de hoogte van het weergegeven beeld in te stellen. Rotation [Rotatie] Om de hoek van het weergegeven beeld in te stellen. Brightness [Helderheid] Om de helderheid van het weergegeven beeld in te stellen.
Pagina 212
Kenmerken van uw auto 2. Driver Assistance [Bestuurdershulp] Onderwerp Toelichting • Fast/Normal/Slow [Snel/Normaal/Traag] Instellen van de gevoeligheid van de Smart Cruise Control. SCC response [SCC-reactie] Zie "Smart Cruise Control met Stop & Go" in hoofdstuk 5 voor meer informatie. • Leading vehicle departure alert [Waarschuwing vertrek voorliggend voertuig] In- en uitschakelen van Leading Vehicle Departure Alert.
Pagina 213
2. Driver Assistance [Bestuurdershulp] Onderwerp Toelichting Instellen van de Lane Keeping Assist-functie (LKA). - LKA (Lane Keeping Assist) [LKA (Hulp bij rijbaan aanhouden)] - LDW (Lane Departure Warning) [LDW (Waarschuwing bij rijbaanwissel)] Lane safety [Rijbaanveiligheid] - Off [Uit] Zie "Lane Keeping Assist-systeem (LKA)" in hoofdstuk 5 voor meer informatie. Instellen van de Forward Collision-Avoidance Assist-functie.
Pagina 214
Kenmerken van uw auto 3. Door [Deur] Onderwerp Toelichting • Disable [Uitschakelen] : De automatische portiervergrendeling wordt uitgeschakeld. • Enable on Speed [Inschakel. op snelh.] : Alle portieren worden automatisch vergrendeld zodra de rijsnelheid hoger wordt dan 15 km/h (9,3 mph). Auto Lock [Automatisch Vergrendelen] •...
Pagina 215
4. Lights [Lichten] Onderwerp Toelichting • Off [Uit] : De functie one-touch richtingaanwijzer wordt uitgeschakeld. • 3, 5, 7 Flashes [3, 5, 7 keer knipperen] : De richtingaanwijzers knipperen 3, 5 of 7 keer wanneer de One Touch Turn Signal combischakelaar iets omhoog of omlaag wordt bewogen.
Pagina 216
Kenmerken van uw auto 6. Convenience [Handig] Onderwerp Toelichting • Off [Uit] : De instapfunctie van de stoel is gedeactiveerd. • Normal/Extended [Normaal/Lang] : Wanneer u de motor uitzet, gaat de bestuurdersstoel automatisch Seat Easy Access een stukje (Normal) of stuk (Extended) naar achteren om u op een comfortabele manier in en uit de [Entree instellingen stoel] auto te laten stappen.
Pagina 217
Resetten van het onderhoudsinterval. Informatie Neem contact op met een officiele Hyundai-dealer om het serviceintervalmenu te gebruiken. Als het service-intervalmenu geactiveerd is en het tijdstip en de afstand ingesteld zijn, worden er meldingen weergegeven in de volgende situaties, elke keer als het contact in stand ON gezet wordt.
Pagina 218
Kenmerken van uw auto 8. Other features [Overige Functies] Onderwerp Toelichting • Off [Uit] : Het gemiddelde brandstofverbruik wordt niet automatisch gereset na het tanken. • After Ignition [Na het starten] : Het gemiddelde brandstofverbruik wordt automatisch gereset als de motor ten minste 4 uur uit is geweest. Fuel Economy Auto Reset [Reset verbruik] •...
Pagina 219
TRIPCOMPUTER tripcomputer voorziet Modi tripcomputer bestuurder via een display van informatie over de rit. Brandstofverbruik • Gemiddeld brandstofverbruik • Actueel brandstofverbruik Informatie ↕ Bepaalde rij-informatie die door de tripcomputer is opgeslagen (bijvoor- Cumulatieve informatie beeld de gemiddelde rijsnelheid), • Dagteller wordt gereset als de accu wordt •...
Pagina 220
Kenmerken van uw auto Brandstofverbruik Handmatig resetten Informatie gemiddelde Er moet minimaal 300 m met de auto brandstofverbruik handmatig gereden zijn nadat het contact AAN wissen moet de toets [OK] op het gezet is voordat het gemiddelde stuurwiel langer dan 1 seconde brandstofverbruik opnieuw wordt worden ingedrukt...
Pagina 221
Display cumulatieve informatie Display Rij-info De cumulatieve ritinformatie loopt door motor draait ■ Type A ■ Type B ■ Type A ■ Type B (bijvoorbeeld als u in de file staat of wacht bij een verkeerslicht). Informatie Er moet minimaal 300 m met de auto gereden zijn nadat het contact AAN gezet is voordat het gemiddelde brandstofverbruik opnieuw wordt...
Pagina 222
Kenmerken van uw auto Digitale snelheidsmeter Smart shift Houd, terwijl Rij-info wordt weergegeven, de toets OK ingedrukt om de informatie handmatig te resetten. De gereden afstand, het gemiddelde brandstofverbruik en de totale reisduur worden gelijktijdig gereset. De ritinformatie loopt door als de motor draait (bijvoorbeeld als u in de file staat...
Pagina 223
Tijd dat de motor automatisch Ureumniveaumeter (dieselmotor, is afgezet geweest indien van toepassing) (indien van toepassing) OTM048163L OTL045191L In deze modus wordt de resterende hoeveelheid ureumoplossing in het In deze modus wordt de tijd ureumreservoir weergegeven. weergegeven motor automatisch door het Idle Stop & Go- systeem is afgezet geweest.
Pagina 224
Kenmerken van uw auto HEAD-UP DISPLAY (HUD) (INDIEN VAN TOEPASSING) Voorzorgsmaatregelen bij het WAARSCHUWING gebruik van het head-up display In de volgende situaties kan het • Zorg ervoor dat de voorruit moeilijk zijn de informatie op het geen getint glas heeft en head-up display af te lezen.
Pagina 225
Head-up display AAN/UIT Informatie head-up display OPMERKING Wanneer de voorruit van auto's met een head-up display wordt vervangen, vervang deze dan door voorruit ontworpen voor gebruik van een head-up display. Anders worden de beelden mogelijk dubbel weergegeven op de voorruit. OIK047152N OTM048418L Selecteer 'Head-Up Display' in de...
Pagina 226
Kenmerken van uw auto Instellingen head-up display 8. Waarschuwingslampjes (laag brandstofniveau) U kunt de instellingen van het head- 9. Informatie audio/video up display als volgt op het LCD- display wijzigen. • Enable Head-up display Informatie [Head-Up Display] Als u de informatie van de Turn-by- •...
Pagina 227
VERLICHTING Verlichting buitenzijde Draai, om de verlichting te bedienen, de knop op het uiteinde van de Bediening verlichting combischakelaar naar een van de ■ Type A volgende standen: (1) Positie O (uit) (2) Stand automatische verlichting (indien van toepassing) (3) Stand parkeerlicht (4) Stand dimlicht OTM048073 Stand automatische verlichting...
Pagina 228
Kenmerken van uw auto AANWIJZING • Dek de sensor (1) op het dashboard niet af en mors er ook niets op. • Reinig de sensor niet met een ruitenreiniger. Deze laat een dunne laag achter op de sensor, waardoor deze niet meer goed werkt.
Pagina 229
Werking grootlicht High Beam Assist (HBA) (indien van toepassing) OAE046455L OAE046453L Trek de hendel naar u toe om een Druk de hendel van u af om het lichtsignaal geven OPDE046057 grootlicht in te schakelen. De hendel grootlicht en laat hem vervolgens los. De High Beam Assist (HBA) is een keert terug in zijn oorspronkelijke Het grootlicht blijft branden zolang u...
Pagina 230
Kenmerken van uw auto Werking 3) Wanneer u de lichtschakelaar In de volgende gevallen wordt, naar u toe beweegt terwijl het wanneer de High Beam Assist (HBA) 1. Zet de lichtschakelaar in de stand grootlicht door de High Beam werking grootlicht AUTO.
Pagina 231
We adviseren u het systeem te laten ingeschakeld zijn, enz. of spiegel aanwezig is. controleren door officiële Hyundai-dealer. • Wanneer de wegomstandig- heden slecht zijn, bijvoor- beeld doordat de weg nat is of bedekt is met sneeuw. 3-131...
Pagina 232
Hyundai- • Wanneer de verlichting van dealer. tegemoetkomend • Zorg ervoor dat er geen water...
Pagina 233
Richtingaanwijzers Mistlampen voor Functie one-touch passeerknipperlicht (indien van toepassing) Beweeg de hendel iets en laat hem dan weer los om de functie one- touch passeerknipperlicht in te schakelen. De richtingaanwijzers knipperen 3, 5 of 7 keer. kunt functie one-touch passeerknipperlicht in-/uitschakelen of het aantal keren knipperen selecteren (3, 5 of 7) met de modus Gebruikersinstellingen...
Pagina 234
Kenmerken van uw auto Voer een van de onderstaande AANWIJZING handelingen De mistlampen gebruiken zeer mistachterlicht uit te schakelen: veel stroom. Gebruik • Schakel de parkeerlichtschakelaar mistlampen alleen bij slecht zicht. uit. • Draai de lichtschakelaar nogmaals Mistachterlicht in de stand mistachterlicht. (indien van toepassing) •...
Pagina 235
Energiebesparingsfunctie Follow me home-functie AANWIJZING (indien van toepassing) Deze functie voorkomt dat de accu Wanneer bestuurder ontladen raakt. Het systeem schakelt Als u het contact in stand ACC of voertuig via een ander portier dan automatisch de parkeerlichten uit ingeschakelde het bestuurdersportier verlaat, wanneer de bestuurder de motor koplampen, blijven de koplampen...
Pagina 236
Kenmerken van uw auto Wisselen tussen links en rechts Koplampverstelling Hieronder staan voorbeelden van de juiste afstelling van de schakelaar rijdend verkeer (indien van toepassing) voor verschillende belastingen. Stel (indien van toepassing) bij een andere mate van belasting De dimlichtbundel is asymmetrisch. hieronder vermeld Als u naar een land gaat waar het...
Pagina 237
WAARSCHUWING maar werkt koplamphoogteregeling nog steeds. We adviseren u het systeem te laten controleren door een officiële Hyundai-dealer als de functie niet goed werkt. Probeer OTM048073 bedrading niet zelf Het Adaptive Front Lighting System controleren of vervangen.
Pagina 238
[Bij aankomst Hyundai-dealer. vergrendeld, gaan bestuurder]" zijn geselecteerd in instapverlichting de modus Gebruikersinstellingen portiergreepverlichting gedurende op het LCD-display, gaat de ongeveer 15 seconden branden verlichting branden wanneer de wanneer het onderstaande wordt persoon die de Smart Key bij zich gedaan.
Pagina 239
Interieurverlichting kunt Interieurverlichting welkomstverlichtingsfunctie in- of Wanneer schakelaar AANWIJZING uitschakelen modus interieurverlichting in stand DOOR Gebruikersinstellingen op het LCD- Laat de interieurverlichting niet te staat en alle portieren (en de display. lang branden als de motor niet achterklep) zijn gesloten draait, anders accu...
Pagina 240
Kenmerken van uw auto Verlichting voor Kaartleeslampje voor ( Verlichting voorportier ( Druk op een van deze schakelaars ■ Type A (zonder schuifdak) om het kaartleeslampje in of uit te De interieurverlichting voor en achter schakelen. Dit lampje heeft een gaat branden wanneer de voor- of gerichte lichtbundel waarmee de achterportieren worden geopend...
Pagina 241
Interieurverlichting achter Bagageruimteverlichting Schakelaar interieurverlichting achter : ■ Type A Druk op deze schakelaar om de interieurverlichting in en uit te schakelen. AANWIJZING Laat de verlichting niet gedurende langere tijd aan staan als de motor is uitgeschakeld. OTM048076 OTM048079 ■ Type B De bagageruimteverlichting gaat branden zodra...
Pagina 242
Kenmerken van uw auto Verlichting make-upspiegel Verlichting dashboardkastje AANWIJZING (indien van toepassing) Zet de schakelaar altijd in stand uit als de verlichting van de makeupspiegel niet wordt gebruikt. Als de zonneklep wordt teruggeklapt terwijl het lampje nog brandt, kan de accu ontladen raken en de zonneklep bescha- digd worden.
Pagina 243
Instapverlichting Begeleidingsverlichting Wanneer de startknop in stand OFF staat en het bestuurdersportier wordt geopend, gaat de instapverlichting gedurende 30 seconden branden. Als het bestuurdersportier binnen 30 seconden wordt gesloten, dooft de instapverlichting na 15 seconden. Als het bestuurdersportier wordt gesloten en vergrendeld, dooft de instapverlichting direct.
Pagina 244
Kenmerken van uw auto RUITENWISSERS EN RUITENSPROEIERS A : Regeling wissersnelheid (voor) ■ Ruitenwissers/-sproeiers voor ■ Ruitenwisser/-sproeier achter · / MIST - Enkele wisbeweging • Type A • Type A · O / OFF – Uit · --- / INT – Intervalstand AUTO* –...
Pagina 245
Automatische regeling (AUTO) Ruitenwissers voor Informatie (indien van toepassing) De werking is als volgt als het Maak de voorruit vrij van sneeuw en contact in stand ON staat. De regensensor bovenaan op de ijs alvorens de ruitenwissers te voorruit registreert de hoeveelheid /MIST : MIST: Druk voor een gebruiken of ontdooi de voorruit regen en schakelt de ruitenwissers...
Pagina 246
Kenmerken van uw auto Ruitensproeiers voorruit AANWIJZING WAARSCHUWING ■ Type A • Zet de schakelaar tijdens het wassen van de auto in stand O Als de motor draait en de (OFF) om te voorkomen dat de schakelaar voor ruitenwissers voor in stand ruitenwissers automatisch AUTO...
Pagina 247
ruitensproeiers Schakelaar achterruitenwisser OPMERKING ruitenwissers blijven werken tot u de en -sproeier hendel loslaat. (indien van toepassing) • Gebruik de ruitensproeiers Als de ruitensproeiers niet werken, niet wanneer het reservoir ■ Type A moet u mogelijk ruitensproeiervloeistof leeg is, om beschadiging van bijvullen.
Pagina 248
Kenmerken van uw auto Automatische ruitenwisser schakelaar voor ■ Type A achterruitenwisser -sproeier achter (indien van toepassing) bevindt zich aan het uiteinde van de De achterruitenwisser wordt inges- ruitenwisser- en sproeierschakelaar. chakeld als de auto achteruit rijdt Zet de schakelaar in de gewenste terwijl de ruitenwissers voor AAN zijn stand om de achterruitenwisser en - als deze functie geselecteerd is op...
Pagina 249
RIJHULPSYSTEEM Rear View Monitor (Type A) Dit is een aanvullend systeem dat de • Wees extra voorzichtig als u ruimte achter de auto weergeeft (indien van toepassing) dicht langs voorwerpen of binnenspiegel personen, in het bijzonder navigatiescherm terwijl kinderen, rijdt. achteruitrijdt.
Pagina 250
Kenmerken van uw auto Rear View Monitor (Type B) Het systeem wordt geactiveerd als: WAARSCHUWING (indien van toepassing) • De motor draait • De selectiehendel in stand D • Rear View Monitor- (rijden) of stand N (neutraal) staat systeem is een aanvullend en u de knop (1) indrukt r i j b e g e l e i d i n g s s y s t e e m .
Pagina 251
Werking van het Parking Parking Distance Warning- WAARSCHUWING systeem (achteruit) Distance Warning-systeem (achteruit) (indien van toepassing) • Kijk voordat u achteruitrijdt Werking ALTIJD om u heen om te controleren of de omgeving • Het systeem wordt ingeschakeld als de achteruitversnelling wordt vrij objecten ingeschakeld en het contact in...
Pagina 252
Als een voorwerp zich 60 - 30 cm van de achterbumper bevindt: HYUNDAI-dealer. Zoemer klinkt vaker • Als geen waarschuwingsgeluid hoort of als de zoemer met tussenpozen...
Pagina 253
Het Parking Distance Warning- Druk op de toets om het Parking De werking van het Parking Distance Warning-systeem systeem (achteruit) Distance Warning-systeem (achteruit) uit te schakelen. Het uitschakelen (achteruit) wordt in de volgende controlelampje in de toets gaat omstandigheden mogelijk (indien van toepassing) branden.
Pagina 254
Kenmerken van uw auto Voorzorgsmaatregelen Parking Het sensorbereik neemt in de • Druk, kras of stoot niet met harde voorwerpen tegen de sensor. volgende gevallen mogelijk af: Distance Warning-systeem Anders kan het oppervlak van de (achteruit) • Bij extreem hoge of lage buiten- sensor beschadigd raken.
Pagina 255
Parking Distance Warning- Het Parking Distance Warning- WAARSCHUWING systeem (achteruit/vooruit) systeem (achteruit/vooruit) waarschuwt de bestuurder tijdens (indien van toepassing) • Kijk voordat u achteruitrijdt het rijden met een signaal zodra de ■ Sensor voor ALTIJD om u heen om te afstand tussen de auto en een controleren of de omgeving obstakel voor de auto minder dan...
Pagina 256
Kenmerken van uw auto Werking van het Parking Werking Distance Warning-systeem • Het systeem wordt ingeschakeld (achteruit/vooruit) door de toets voor het Parking Distance Warning-systeem ■ Type A (achteruit/vooruit) in te drukken terwijl de motor draait. • Wanneer u de selectiehendel in stand R (achteruit) zet, gaat automatisch het controlelampje op de toets van het Parking Distance...
Pagina 257
R (achteruit) • Bij zware regenval of opspattend zet, zit er mogelijk een storing in het Parking Distance Warning-systeem water. (achteruit/vooruit). In dat geval adviseren we u om uw auto zo snel mogelijk te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. 3-157...
Pagina 258
Kenmerken van uw auto • Door afstandsbedieningen • Voorwerpen die kleiner zijn dan WAARSCHUWING mobiele telefoons in de buurt van 30 cm worden mogelijk niet of niet de sensoren. goed geregistreerd. Wees alert. Schade auto • Als de sensor is bedekt met •...
Pagina 259
15 km/h. controleren door officiële Het systeem wordt niet automatisch Hyundai-dealer. opnieuw ingeschakeld, ook niet als OTM048052 de rijsnelheid weer lager wordt dan Raadpleeg het afzonderlijk met uw Het Surround View Monitor-systeem 15 km/h.
Pagina 260
Kenmerken van uw auto Rear View Monitor Het systeem wordt geactiveerd als: OPMERKING (indien van toepassing) • De motor draait • De rijsnelheid hoger is dan 15 km/h en u op de SVM-knop (1, (1) Camera voor controlelampje AAN) drukt (2) Camera links/ •...
Pagina 261
- Als het beeld achter de auto AAN Informatie WAARSCHUWING was, wijzigt het scherm naar het • Als de rijsnelheid hoger is dan 15 scherm parkeerhulpsysteem. • Rear View Monitor- km/h - Als het scherm (boven, breed voor, systeem is een aanvullend - blijft het beeld achter de auto rechts voor en links voor) van r i j b e g e l e i d i n g s s y s t e e m .
Pagina 262
Kenmerken van uw auto PARKEERHULP (FILEPARKEREN, ACHTERUIT INPARKEREN) (INDIEN VAN TOEPASSING) ■ ■ Fileparkeren Wegrijden na fileparkeren OPMERKING • auto stopt niet voor voetgangers of objecten die hij tegenkomt, de bestuurder moet dus zelf goed opletten bij het manoeuvreren. • Gebruik het systeem alleen op parkeerterreinen en -plaatsen.
Pagina 263
Het systeem werkt mogelijk niet goed wielen uitgelijnd moeten worden. We adviseren u de auto te laten controleren door een officiële Hyundai-dealer. • Als u een andere banden- of velgmaat gebruikt dan de door HYUNDAI-dealer aanbevolen maat, werkt het systeem mogelijk niet goed.
Pagina 264
Kenmerken van uw auto ■ Rechterzijde ■ Linkerzijde • Op gladde of oneffen wegen Gevallen waarbij het systeem - Achteruit inparkeren - Achteruit inparkeren niet werkt • Als er grote voertuigen, zoals een vrachtwagen, Gebruik het Parking Assist-systeem parkeerplaats staan nooit onder onderstaande...
Pagina 265
2. Parkeren in de sneeuw 3. Parkeren smalle WAARSCHUWING parkeerplaats Gebruik het Parking Assist- systeem onder de volgende omstandigheden niet, omdat dit anders onbedoelde gevolgen kan hebben, met een ongeval tot gevolg. 1. Parkeren op een helling OTM048061L OTM048062 Sneeuw kan de werking van de sensor negatief beïnvloeden of Mogelijk zoekt het systeem niet het systeem wordt mogelijk...
Pagina 266
Kenmerken van uw auto 4. Bij schuin inparkeren 5. Parkeren op een oneffen weg 6. Parkeren achter vrachtwagen OTM048064L OTM048063 OTM048065L systeem dient Wanneer auto hulpmiddel bij fileparkeren of oneffen weg wordt geparkeerd, zich ongeval achteruit inparkeren. moet de bestuurder de pedalen voordoen wanneer u achter een (koppeling, gaspedaal...
Pagina 267
Hoe het systeem werkt 7. Als er zich een object op de 8. Verlaten (Parkeermodus) parkeerplaats bevindt parkeerplaats naast een muur 1. Schakel Parking Assist- systeem in. De selectiehendel moet in stand D (rijden) worden gezet. 2. Selecteer parkeermodus - Als parkeermodus geselecteerd selectiehendel...
Pagina 268
Kenmerken van uw auto 1. Activeer het Parking Assist- • Druk de toets van het Parking OPMERKING Assist-systeem (het systeem controlelampje in de toets gaat • ■ Type A Controleer voordat branden). systeem inschakelt of het • Het Parking Assist-systeem wordt systeem kan worden gebruikt.
Pagina 269
2. Selecteer parkeermodus 3. Zoek een parkeerplaats • Selecteer de modus fileparkeren of achteruit inparkeren door de toets van het Parking Assist-systeem in te drukken terwijl de selectiehendel in stand D (rijden) staat en het rempedaal wordt ingetrapt. • Wanneer Parking Assist- systeem wordt ingeschakeld, wordt...
Pagina 270
Kenmerken van uw auto • Rijd langzaam naar voren en houd OPMERKING OPMERKING daarbij een afstand aan van ongeveer 50 ~ 150 cm tot • • Schakel Wanneer naar geparkeerde auto's. De sensoren alarmknipperlichten parkeerplaats zoekt, wordt er opzij zoeken naar wanneer zich in de buurt van door het systeem mogelijk...
Pagina 271
In bovenstaande gevallen zoekt OPMERKING het systeem mogelijk niet naar een parkeerplaats hoewel de Blijf het systeem gebruiken parkeerplaats wel aanwezig is. nadat u een parkeerplaats hebt Ook kan het systeem naar een gevonden en de omgeving hebt parkeerplaats zoeken die niet gecontroleerd.
Pagina 272
Kenmerken van uw auto 4. Herkennen van parkeerplaats 5. Zoeken voltooid Rijd langzaam vooruit. Vervolgens verschijnt de melding "Shift to R" [Schakel naar R]. OTM058080L/OTM058079L OTM048141L/OTM048142L OTM058082L/OTM058081L OTM048143L/OTM048144L Als een parkeerplaats is gevonden, Wanneer u naar voren rijdt om een verschijnt leeg zoals...
Pagina 273
6. Bedien het stuurwiel Breng de auto tot stilstand en zet de WAARSCHUWING selectiehendel in stand R (achteruit). Houd uw handen niet binnen AANWIJZING stuurwiel wanneer automatisch wordt bediend. • Rijd altijd langzaam en bedien het rempedaal. • Als de parkeerplaats te klein is, Informatie wordt het systeem mogelijk uitgeschakeld...
Pagina 274
Kenmerken van uw auto ■ Handgeschakelde transmissie • Rijd nooit te hard bij het OPMERKING parkeren van de auto. Rijd altijd voorzichtig • Als u de gegeven instructies onverwachte en plotselinge niet opvolgt, wordt de auto situaties te voorkomen. mogelijk niet geparkeerd. echter waarschuwingssignaal Het systeem tijdens het parkeren...
Pagina 275
7. Parking Assist-systeem Extra aanwijzingen AANWIJZING voltooid (meldingen) Controleer altijd de omgeving voordat u het rempedaal loslaat WAARSCHUWING Let bij het parkeren altijd op andere voertuigen voetgangers. OTM048146L OTM048160L Voltooi het parkeren van uw auto volgens de instructies op het LCD- display.
Pagina 276
Parking • Als zich alleen in het Parking Assist-systeem. ESC wordt uitgeschakeld. Assist-systeem problemen voordoen, werkt Parking Distance Warning-systeem. Laat wanneer zich problemen voordoen, we adviseren u het systeem te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. 3-176...
Pagina 277
1. Schakel het Parking Assist- Werking van het systeem OPMERKING (wegrijmodus) systeem in 1. Schakel Parking Assist- • ■ Type A Controleer voordat systeem in systeem inschakelt of de omstandigheden geschikt zijn Handgeschakelde transmissie voor gebruik van het systeem. De selectiehendel moet in stand P •...
Pagina 278
Kenmerken van uw auto 2. Selecteer modus wegrijden • Druk de toets van het Parking • De modus links fileparkeren wordt Assist-systeem (het automatisch geselecteerd na fileparkeren controlelampje in de toets gaat wanneer Parking Assist- branden). systeem wordt ingeschakeld. • Het Parking Distance Warning- •...
Pagina 279
3. Controleer de omgeving • Wanneer tijdens het wegrijden uit Informatie een parkeerplaats een obstakel • Als tijdens het controleren van de wordt gesignaleerd dat een ongeval omgeving de auto (of object) voor of kan veroorzaken, wordt het systeem achter de auto te dichtbij staat, mogelijk uitgeschakeld.
Pagina 280
Kenmerken van uw auto 4. Bediening van het stuurwiel WAARSCHUWING Houd uw handen niet tussen de spaken stuurwiel wanneer dit automatisch wordt bediend. Het systeem tijdens het parkeren uitschakelen Druk op de toets van het Parking OTM048151L Assist-systeem Parking • Bovenstaande melding verschijnt Distance Warning-systeem terwijl OTM048172L als de selectiehendel in stand D...
Pagina 281
5. Wegrijden voltooid Extra aanwijzingen AANWIJZING (meldingen) • Draai tijdens het verlaten van de parkeerplaats het stuurwiel zo veel mogelijk in de richting van het wegrijden en rijd langzaam door rempedaal trappen. • Controleer altijd de omgeving voordat u met uw auto rijdt als het parkeerhulpsysteem een waarschuwingssignaal geeft...
Pagina 282
Ook gaat het controlelampje in de toets niet branden en klinkt een piepsignaal. • Als zich een probleem voordoet uitsluitend slimme parkeerhulp, zal de parkeerhulp in werking treden. Laat bij problemen het systeem controleren door officiële HYUNDAI-dealer. 3-182...
Pagina 283
ONTWASEMING Buitenspiegelverwarming Achterruitverwarming AANWIJZING (indien van toepassing) achterruit- Gebruik om beschadiging van de De buitenspiegelverwarming wordt verwarming ontdoet de verwarmingsdraden te voorkomen gelijktijdig met de achterruitver- achterruit rijp, nooit scherpe voorwerpen of warming ingeschakeld. condens en ijs als de reinigingsmiddelen motor is gestart.
Pagina 284
Kenmerken van uw auto HANDBEDIEND VERWARMINGS- EN VENTILATIESYSTEEM (INDIEN VAN TOEPASSING) ■ Type A 1. Aanjagerknop 2. Temperatuurregelknop ■ Type B 3. Luchtcirculatietoets 4. Toets voorruitontwaseming 5. Toets achterruitverwarming 6. Toets A/C* 7. Luchttoevoertoets 8. Toets A/C 3 zitrij* 9. Aanjagerknop airconditioning 3 zitrij* ■...
Pagina 285
Toets luchtcirculatie (3) Verwarming en airconditioning 1. Start de motor. 2. Zet de luchtcirculatietoets in de gewenste stand. Kies voor effectieve verwarming en koeling: - Verwarmen: - Koelen: 3. Stel de temperatuur in op de gewenste waarde. 4. Schakel de stand BUITENLUCHT in met de luchttoevoertoets.
Pagina 286
Kenmerken van uw auto Stand FLOOR/DEFROST (A, C, D, E, F, G) Stand FACE (B, D, E) De meeste lucht stroomt naar de De lucht stroomt naar de romp en voetenruimte en de voorruit en een naar het hoofd. Daarnaast kan klein gedeelte stroomt door de iedere uitstroomopening versteld zijruitontwaseming.
Pagina 287
■ Voor Als u de hendel voor het verstellen Stand RECIRCULATIE van de openingen geheel naar links stand beweegt, worden RECIRCULATIE wordt uitstroomopeningen gesloten. lucht passagierscompartimen door systeem Temperatuurregelknop (2) gerecirculeerd Door de knop naar rechts te draaien, afhankelijk wordt de temperatuur verhoogd. gekozen functie, Door de knop naar links te draaien,...
Pagina 288
Kenmerken van uw auto Aanjagerknop (1) Informatie WAARSCHUWING Draai de knop naar rechts om de We raden u aan het systeem in de aanjagersnelheid en de luchtstroom • Langdurig recirculeren kan stand BUITENLUCHT te gebruiken. te verhogen. Draai de knop naar leiden tot een verhoogde Door langdurig gebruik van de links om de aanjagersnelheid en de...
Pagina 289
Verwarmen Airconditioning 3e zitrij 2. Om het airconditioningsysteem van de 3e zitrij uit te schakelen, (indien van toepassing) 1. Zet de luchtcirculatietoets in stand druk u op de toets ON/OFF voor de airconditioning van de 3e zitrij. 2. Schakel de stand BUITENLUCHT Deze bevindt zich...
Pagina 290
Kenmerken van uw auto Airconditioning Tips voor het gebruik AANWIJZING • Om te voorkomen dat stof of HYUNDAI airconditioningssystemen • Onderhoud aircon- onaangename geuren zijn gevuld met koudemiddel R-134a ditioning dient alleen te worden interieur van de auto terecht- of R-1234yf.
Pagina 291
Aanwijzingen voor gebruik • Als u de airconditioning overmatig AANWIJZING gebruikt, kan door het tempe- airconditioning • Houd temperatuurmeter ratuurverschil tussen de buiten- • Open de ruiten een tijdje wanneer nauwlettend gaten lucht en de voorruit de voorruit de auto tijdens warm weer in de wanneer airconditioning plotseling beslaan, waardoor het...
Pagina 292
We adviseren u het systeem te laten airconditioningsysteem. controleren door officiële Daarom adviseren we u het systeem Hyundai-dealer als de luchtop- te laten controleren door een officiële brengst plotseling afneemt. HYUNDAI-dealer als het systeem niet normaal werkt. AANWIJZING WAARSCHUWING...
Pagina 293
• Type B hoeveelheid olie koudemiddel worden gebruikt. Anders kan schade aan de auto en persoonlijk letsel ontstaan. adviseren aircon- ditioningssysteem te laten onder- houden door een officiële HYUNDAI- dealer. ODH043366 De werkelijke koudemiddelsticker kan afwijken van de afbeelding. 3-193...
Pagina 294
Kenmerken van uw auto AUTOMATISCH VERWARMINGS- EN VENTILATIESYSTEEM (INDIEN VAN TOEPASSING) ■ Type A 1. Temperatuurregelknop bestuurderszijde 2. Temperatuurregelknop passagierszijde 3. Toets AUTO (automatische regeling) 4. Toets SYNC 5. Toets OFF ■ Type B 6. Toets A/C 7. Toets voorruitontwaseming 8.
Pagina 295
Automatische verwarming en Druk op een van de volgende toetsen om de automatische werking airconditioning uit te schakelen: Het automatisch verwarmings- en - Luchtcirculatietoets ventilatiesysteem wordt bediend door de gewenste temperatuur in te - Toets voorruitontwaseming (Druk stellen. de toets nogmaals in om de voorruitontwasemingsfunctie 1.
Pagina 296
Kenmerken van uw auto Luchtcirculatie (9) Wanneer u in de automatische stand op één van de toetsen, behalve AUTO, drukt, blijven de overige functies automatisch werken. 1.Start de motor. 2.Zet de luchtcirculatietoets in de gewenste stand. Kies voor effectieve verwarming en koeling: - Verwarmen: - Koelen: 3.Stel de temperatuur in op de...
Pagina 297
Stand FLOOR/DEFROST ■ Voor (A, C, D, E, F, G) Stand FACE (B, D, E) De meeste lucht stroomt naar de De lucht stroomt naar de romp en voetenruimte en de voorruit en een naar het hoofd. Daarnaast kan klein gedeelte stroomt door de iedere uitstroomopening versteld zijruitontwaseming.
Pagina 298
Kenmerken van uw auto Temperatuurregeling (1, 2) Als u de hendel voor het verstellen van de openingen geheel naar links ■ Bestuurderszijde ■ Passagierszijde beweegt, worden uitstroomopeningen gesloten. OTM048319 Dezelfde temperatuur instellen voor OTM048317 bestuurder en passagier Door de knop naar rechts te draaien, •...
Pagina 299
De temperatuur afzonderlijk De eenheid voor temperatuur wijzigt Stand BUITENLUCHT op zowel het LCD-display in het instellen voor bestuurder en ■ Type A stand instrumentenpaneel passagier BUITENLUCHT stroomt scherm van het verwarmings- en Druk opnieuw op de toets SYNC om de lucht van buitenaf in ventilatiesysteem.
Pagina 300
Kenmerken van uw auto Aanjagerschakelaar (8) Stand OFF (5) WAARSCHUWING De aanjagersnelheid kan worden Druk op toets OFF voorin om het ingesteld op de gewenste snelheid verwarmings- en ventilatiesysteem • Langdurig recirculeren kan door op de aanjagertoets te drukken. uit te schakelen. Het is in dat geval leiden tot een verhoogde steeds mogelijk...
Pagina 301
2. Om het airconditioningsysteem Werking systeem Airconditioning 3 zitrij van de 3 zitrij uit te schakelen, (indien van toepassing) Ventilatie druk u op de toets ON/OFF voor 1. Zet de luchtcirculatietoets in stand de airconditioning van de 3 zitrij. Deze bevindt zich bedieningspaneel...
Pagina 302
Kenmerken van uw auto Airconditioning Tips voor het gebruik AANWIJZING • Om te voorkomen dat stof of HYUNDAI airconditioningssystemen • Onderhoud aircon- onaangename geuren zijn gevuld met koudemiddel R-134a ditioning dient alleen te worden interieur auto of R-1234yf. uitgevoerd door geautoriseerd terechtkomen, kan de schakelaar 1.
Pagina 303
Aanwijzingen voor gebruik Onderhoud van het systeem AANWIJZING airconditioning Interieurfilter • Houd temperatuurmeter • Open de ruiten een tijdje wanneer de nauwlettend gaten auto tijdens warm weer in de volle wanneer airconditioning zon geparkeerd is geweest, zodat de wordt gebruikt als u lange warme lucht naar buiten kan.
Pagina 304
We adviseren u het systeem te laten uitgevoerd door geschoolde en HYUNDAI-dealer als het systeem controleren door officiële gecertificeerde technici. Het is niet normaal werkt. Hyundai-dealer belangrijk dat het juiste type en luchtopbrengst plotseling afneemt.
Pagina 305
• Type B de juiste hoeveelheid olie en koudemiddel worden gebruikt. Anders kan schade aan de auto en persoonlijk letsel ontstaan. adviseren aircon- ditioningssysteem laten onderhouden door een officiële HYUNDAI-dealer. ODH043366 De werkelijke koudemiddelsticker kan afwijken van de afbeelding. 3-205...
Pagina 306
Kenmerken van uw auto VOORRUIT ONTDOOIEN EN ONTWASEMEN • Zet de temperatuurregelknop in de Informatie WAARSCHUWING hoogste stand en de aanjagerknop Als de motortemperatuur na het op de hoogste snelheid om de Voorruitverwarming starten nog laag is, moet de motor voorruit maximaal te ontwasemen.
Pagina 307
Buitenzijde voorruit ontdooien Verwarmings- en 4. De stand BUITENLUCHT wordt automatisch geselecteerd. Boven- ventilatiesysteem, dien wordt airconditioning handbediend (indien van toepassing) auto- Binnenzijde voorruit matisch ingeschakeld als de stand ontwasemen geselecteerd is. Als de airconditioning en de stand BUITENLUCHT niet automatisch worden ingeschakeld, druk dan op de desbetreffende toetsen.
Pagina 308
Kenmerken van uw auto Buitenzijde voorruit ontdooien Automatisch verwarmings- en 4. Op basis van de omgevings- temperatuur zal de airconditioning ventilatiesysteem automatisch worden ingeschakeld Binnenzijde voorruit en zullen de stand BUITEN- ontwasemen LUCHT hogere aanjagersnelheid worden geko- zen. Als de airconditioning, de stand BUITENLUCHT hogere aanjagersnelheid niet automatisch...
Pagina 309
Automatisch ontwasemings- Houd toets voor AANWIJZING voorruitontwaseming gedurende 3 systeem Verwijder de behuizing van de seconden ingedrukt (alleen voor verwarmings- en sensor boven aan de voorruit aan automatische ontwasemingssysteem ventilatiesysteem, indien van bestuurderszijde niet. uit te schakelen of in te stellen. Het toepassing) symbool wordt...
Pagina 310
Kenmerken van uw auto EXTRA VOORZIENINGEN VERWARMINGS- EN VENTILATIESYSTEEM Automatische ventilatie Luchtcirculatie (indien van toepassing) (indien van toepassing) Om de luchtkwaliteit in het interieur te Wanneer de verwarming of de verbeteren en beslaan van de voorruit airconditioningssysteem te verminderen, wordt de stand ingeschakeld terwijl het schuifdak is RECIRCULATIE na ongeveer 5 - 30 geopend, wordt automatisch de...
Pagina 311
OPBERGVAK Opbergvak middenconsole WAARSCHUWING WAARSCHUWING Bewaar nooit aanstekers of Houd deksels andere brandbare of explosieve opbergvakken tijdens het rijden materialen in de auto. Deze ALTIJD goed gesloten. kunnen ontploffen of vlam voorwerpen in uw auto hebben vatten wanneer auto dezelfde snelheid als uw auto. gedurende lange tijd...
Pagina 312
Kenmerken van uw auto Dashboardkastje Koelbox AANWIJZING (indien van toepassing) Als voorwerpen in de koelbox de ventilatie blokkeren, wordt de efficiëntie van het koelen van de koelbox verminderd. OTM048082 OTM048435L De klep van het dashboardkastje kan met de mechanische sleutel (1) U kunt blikjes frisdrank en andere worden vergrendeld en ontgrendeld.
Pagina 313
Opbergvak voor zonnebril Sluiten : Opbergvak (indien van toepassing) Duw het opbergvak weer dicht. Controleer of het opbergvak voor de zonnebril goed dicht zit alvorens te gaan rijden. WAARSCHUWING • Bewaar geen andere voorwerpen dan een zonnebril opbergvak. Andere voorwerpen kunnen bij een aanrijding of een noodstop uit OTM048422 opbergvak...
Pagina 314
Kenmerken van uw auto Opbergvak bagageruimte kunt o.a. een verbandtrommel, (indien van toepassing) gevarendriehoek (vak voor) en ■ Type A gereedschap opbergen, zodat u hier gemakkelijk bij kunt. • Pak handgreep bovenzijde van het deksel vast en trek het deksel omhoog. OTM048085 ■...
Pagina 315
OVERIGE VOORZIENINGEN Asbak (indien van toepassing) Bekerhouder ■ 3e zitrij (indien van toepassing) Voor ■ Type A OTM048087 In de bekerhouders kunnen bekers OPDE046419 blikjes frisdrank worden OTM048086 Open het deksel om de asbak te geplaatst. ■ Type B gebruiken. Schoonmaken van de asbak: Het plastic bakje kan worden verwijderd door het op te tillen nadat...
Pagina 316
Kenmerken van uw auto Achter (indien van toepassing) WAARSCHUWING WAARSCHUWING Plaats blikjes en flessen niet in • Vermijd abrupt gas geven en direct zonlicht en laat ze niet remmen als u de bekerhouder achter in een warme auto. Ze gebruikt, morsen kunnen exploderen.
Pagina 317
Zonneklep 12V-aansluiting Informatie (indien van toepassing) Sluit het afdekkapje van de make- ■ Voor upspiegel goed en klap de zonneklep omhoog na gebruik. WAARSCHUWING Belemmer, voor eigen veiligheid, zicht niet wanneer zonneklep gebruikt. OTM048089 AANWIJZING OTM048090 Trek de zonneklep omlaag om deze ■...
Pagina 318
Kenmerken van uw auto Deze apparaten mogen niet meer • Sommige elektronische AANWIJZING dan 180 W afnemen als de motor apparaten Om beschadiging van de 12V- draait. Vaansluiting worden aansluitingen te voorkomen: aangesloten, kunnen storingen veroorzaken. problemen • Gebruik de 12 V-aansluiting WAARSCHUWING kunnen variëren van een slechte alleen als de motor draait en...
Pagina 319
USB-lader De elektrische apparaten kunnen AC-omvormer worden opgeladen als het contact of (indien van toepassing) (indien van toepassing) de startknop in stand ACC, ON of ■ Voor START staat. De oplaadstatus van de accu kan worden gecontroleerd elektrische apparaat. Neem de USB-kabel na gebruik los van de USB-aansluiting.
Pagina 320
Kenmerken van uw auto AANWIJZING WAARSCHUWING • Om te voorkomen dat de accu Om de kans op ernstig letsel te ontladen raakt, dient u de AC- beperken: omvormer niet te gebruiken als de motor niet draait. • Gebruik geen elektrische apparaten die brandwonden •...
Pagina 321
Opladen van een mobiele • Sluit geen defecte elektrische Draadloos laadsysteem mobiele accessoires of apparaten aan. telefoon (indien van toepassing) telefoon Anders kunnen Het draadloze laadsysteem voor omvormer en de elektrische mobiele telefoons kan alleen mobiele systemen auto telefoons die compatibel zijn met de beschadigd raken.
Pagina 322
Kenmerken van uw auto 3. U kunt de functie voor draadloos Bij bepaalde mobiele telefoons wordt • Bij sommige mobiele telefoon laden in- en uitschakelen in de melding mogelijk niet gaat controlelampje modus Gebruikersinstellingen in weergegeven. mogelijk niet groen branden, instrumentenpaneel.
Pagina 323
Auto's met audiosysteem • Als de mobiele telefoon niet Jashaak volledig contact maakt met de (indien van toepassing) Selecteer de toets [SETUP/CLOCK] draadloze lader, is draadloos van het audiosysteem ➟ Selecteer laden wellicht niet mogelijk. [Date/Time] [datum/tijd]. • Bepaalde magnetische items •...
Pagina 324
Neem het volgende in acht bij HYUNDAI alleen vloermatten het plaatsen van vloermatten in Hang hier geen andere van HYUNDAI te plaatsen die de auto. voorwerpen dan kleding aan. ontworpen zijn voor gebruik in Plaats ook geen zware, scherpe • Controleer of de vloermatten uw auto.
Pagina 325
Bagagenet (houder) adviseren voor Rolhoes bagageruimte aanschaffen van een bagagenet (indien van toepassing) ■ Type A contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. OPMERKING beschadiging goederen auto voorkomen, moet vervoer kwetsbare volumineuze lading bagageruimte nodige OTM048098 voorzichtigheid in acht worden ■...
Pagina 326
Kenmerken van uw auto Gebruiken van de rolhoes Verwijderen van de rolhoes Als de rolhoes niet in gebruik is: 1. Trek de rolhoes naar achteren en 1. Duw de geleidepen naar binnen. omhoog om hem los te maken van 2. Houd de geleidepen ingedrukt en de geleiders.
Pagina 327
Verwijderen van de rolhoes van Rolgordijn opzij WAARSCHUWING het opbergvak in de (indien van toepassing) bagageruimte • Plaats geen voorwerpen op de rolhoes. Dergelijke voorwerpen kunnen bij een ongeval of remmen door de auto geslingerd worden en inzittenden verwonden. • Laat tijdens rijden...
Pagina 328
Kenmerken van uw auto EXTERIEUR Roof rack AANWIJZING Vermijd plotseling wegrijden (indien van toepassing) of remmen, scherpe bochten, • Neem juiste abrupte manoeuvres of hoge voorzorgsmaatregelen om te snelheden waardoor u de voorkomen dat lading op het macht over het stuur kunt roof rack het dak beschadigt.
Pagina 329
Multimediasysteem Multimediasysteem ..........4-2 AUX-, USB- en iPod ® -aansluiting........4-2 Antenne ................4-2 Audiobediening op stuurwiel ..........4-3 Bluetooth ® Wireless Technology handsfree ....4-4 Audio/Video/Navigatiesysteem (AVN) ......4-4 Uitleg werking autoradio ..........4-5 Audio (Zonder touchscreen) ........4-8 Radio...................4-15 Mediaspeler ..............4-18 Bluetooth................4-27 Setup (Instellen)...............4-40 Systeemstatusiconen............4-43 Specificaties audiosysteem ........4-44 Handelsmerken.............4-45 Conformiteitsverklaring ........4-46 CE RED voor EU ..............4-46...
Pagina 330
Multimediasysteem MULTIMEDIASYSTEEM AUX-, USB- en iPod ® -aansluiting Antenne Informatie Dakantenne • Als u achteraf HID-koplampen monteert, treden mogelijk storingen op in het audiosysteem en de elektronische onderdelen van uw auto. • Voorkom chemicaliën parfum, cosmetische oliën, zonnebrandcrème, handenreiniger en luchtverfrisser in aanraking komen met onderdelen van het interieur, omdat ze beschadiging of verkleuring kunnen veroorzaken.
Pagina 331
VOLUME (VOL + / -) (1) • Bij het terugplaatsen van de Audiobediening op stuurwiel antenne is het voor een goede (indien van toepassing) • Druk de VOLUME-schakelaar naar ontvangst van belang dat de boven om het volume te verhogen. ■...
Pagina 332
Multimediasysteem Bluetooth Als de schakelaar SEEK/PRESET ® Wireless (1) Toets bellen/beantwoorden naar boven of beneden wordt Technology handsfree (2) Toets gesprek beëindigen gedrukt, werkt hij in de volgende (3) Microfoon modi. Radiomodus • Audio: Zie voor meer informatie Werkt als schakelaar UP/DOWN AUDIO in dit hoofdstuk.
Pagina 333
AM-(MW-, LW-) ontvangst Uitleg werking autoradio Als een krachtig radiosignaal uw auto bereikt, zorgt de moderne FM-ontvangst techniek van uw audiosysteem voor hoge kwaliteit geluidsweergave. sommige gevallen is het door uw auto ontvangen signaal echter niet krachtig en helder. Dit kan worden veroorzaakt door bijvoorbeeld de afstand tot de radiozender, andere...
Pagina 334
Multimediasysteem FM-radiozender JBM004 OJF045311L OJF045310L • Fading: Naarmate uw auto verder • Wisseling van zenders: Bij het van de radiozender vandaan rijdt, FM-radiozenders worden met een zwakker worden van het FM-signaal wordt het signaal zwakker en hoge frequentie uitgezonden en is het mogelijk dat het signaal van begint het geluid af te nemen.
Pagina 335
SIG, Inc. en elk gebruik kan dit het elektrische systeem in deze omstandigheden voorbij zijn. de auto storen en een veilige hiervan door HYUNDAI bediening van de auto nadelig toegestaan onder licentie. Een mobiele telefoon of een beïnvloeden. Andere handelsmerken...
Pagina 336
Multimediasysteem AUDIO (Zonder touchscreen) Lay-out systeem - bedieningspaneel ■ Type A ■ Type B (Met Bluetooth Wireless Technology) ® (1) Toets SEEK/TRACK (3) Toets MEDIA (4) Toets PHONE • Wijzigen zender/het • Indrukken om content van een externe • Indrukken om via Bluetooth verbinding muziekstuk/het bestand (behalve voor mediaspeler af te spelen.
Pagina 337
■ Type A ■ Type B (Met Bluetooth ® Wireless Technology) (7) Toets PRESET (10) Toets BACK (12) Knop TUNE/FILE/ENTER • Indrukken terwijl u naar de radio luistert • Indrukken om terug te keren naar het • Draaien terwijl u naar de radio luistert om naar de vorige of volgende pagina vorige scherm.
Pagina 338
Multimediasysteem Lay-out systeem - (2) Toets MODE (5) Toets bellen/beantwoorden afstandsbediening op het • Indrukken om te wisselen tussen • Indrukken Bluetooth stuurwiel de radio- en mediamodus. verbinding te maken met een mobiele telefoon. • Ingedrukt houden om het systeem in of uit te schakelen.
Pagina 339
WAARSCHUWING WAARSCHUWING • Kijk tijdens het rijden niet op het scherm. Wanneer u tijdens - Met betrekking tot rijden - Omgaan met het systeem het rijden wordt afgeleid, kan • Bedien systeem niet • Demonteer het systeem niet dit tot een ongeval leiden. Zet tijdens het rijden.
Pagina 340
Multimediasysteem AANWIJZING Informatie • Raak tijdens onweer bliksem de antenne niet aan, - Omgaan met het systeem • Als problemen omdat dit kan leiden tot een systeem ondervindt, neem dan • Oefen geen overmatige kracht uit op elektrische schok. contact op met uw leverancier of systeem.
Pagina 341
Het systeem in- of Informatie WAARSCHUWING uitschakelen U kunt het systeem inschakelen Start de motor om het systeem in te wanneer het contact in stand ACC of • Sommige functies worden schakelen. ON staat. Wanneer het systeem tijdens rijden • Indien u het systeem tijdens het gedurende een langere tijd wordt veiligheidsredenen mogelijk rijden niet wilt gebruiken, kunt u...
Pagina 342
Multimediasysteem De instellingen wijzigen De basishandelingen leren Ongenummerde items kennen Draai de knop [TUNE] om het Draai de knop [TUNE] om de waarde gewenste item te selecteren en druk te wijzigen en druk vervolgens de U kunt een item selecteren of de vervolgens de knop in.
Pagina 343
RADIO De radio inschakelen • Sound Settings Druk op de toets [MENU] op het (geluidsinstellingen) bedieningspaneel om toegang te Druk op de toets [RADIO] op het geluidsinstellingen krijgen tot de volgende menu-opties: bedieningspaneel. systeem aan de persoonlijke • List (lijst) : Weergeven van alle voorkeur aanpassen.
Pagina 344
Multimediasysteem DAB/FM-modus (met DAB) • Region (regio) : Het automatisch Zoeken naar beschikbare schakelen tussen regionale radiozenders zenders in- of uitschakelen. kunt gedurende paar • Sound Settings seconden naar elke radiozender (geluidsinstellingen) luisteren om de ontvangst te testen geluidsinstellingen gewenste zender systeem aan de persoonlijke selecteren.
Pagina 345
Radiozenders zoeken Radiozenders opslaan Luisteren naar opgeslagen radiozenders Druk op de toets [∨ SEEK ∧] op het U kunt uw favoriete radiozenders 1. Controleer het voorkeuzenummer bedieningspaneel om de vorige of opslaan en ernaar luisteren door voor de radiozender waarnaar u volgende beschikbare radiozender te deze voorkeuzelijst...
Pagina 346
Multimediasysteem MEDIASPELER Anders geluid Gebruik van de mediaspeler AANWIJZING vervormen U kunt muziek afspelen vanaf • Wanneer u een Apple-apparaat systeemstoring ontstaan. verscheidene externe mediaspelers, aansluit, begint het afspelen niet • Wanneer de equalizerfunctie van zoals USB-geheugen, automatisch. Druk op de toets het aangesloten apparaat en de smartphone of iPod.
Pagina 347
• Wanneer het Apple-apparaat of Gebruik van de USB-modus AUX-apparaat U kunt mediabestanden afspelen aangesloten op de aansluiting vanaf draagbare spelers, zoals een voor de voeding, kan er ruis USB-geheugen MP3-speler. optreden als er muziek van het Controleer de bestandsspecificaties externe apparaat wordt...
Pagina 348
Multimediasysteem Terugspoelen/vooruitspoelen In willekeurige volgorde AANWIJZING afspelen Houd de toets [∨ TRACK ∧] op het • Draai de knop [FILE] op het bedieningspaneel ingedrukt. Druk op de toets [2] op het bedieningspaneel bedieningspaneel. Telkens als u op • U kunt omhoog-/ gewenste muziekstuk te vinden de toets drukt, wordt de modus in...
Pagina 349
• Een USB-apparaat wordt AANWIJZING Informatie mogelijk niet herkend, • Gebruik geen verlengsnoer om • Start de motor van uw auto voordat afhankelijk van de staat ervan. USB-geheugen u een USB-apparaat op uw systeem • Sommige USB-apparaten zijn sluiten, maar sluit aansluit.
Pagina 350
Multimediasysteem Terugspoelen/vooruitspoelen Gebruik van de iPod-modus Houd de toets [∨ TRACK ∧] op het U kunt luisteren naar muziek die op bedieningspaneel ingedrukt. uw Apple-apparaat, zoals een iPod of een iPhone, is opgeslagen. • U kunt omhoog- /omlaagschakelaar 1. Sluit uw Apple-apparaat met de bij stuurwiel ingedrukt houden.
Pagina 351
Het vorige of volgende Afspelen herhalen Zoeken naar muziekbestanden muziekstuk afspelen in een lijst met bestanden Druk op de toets [1] op het 1. Druk op de toets [3] op het Druk tweemaal toets bedieningspaneel. Telkens als u op bedieningspaneel om List (lijst) [∨...
Pagina 352
Multimediasysteem Aanwijzingen met betrekking tot • Steek de USB-stekker volledig in • Wanneer u uw apparaat aansluit de USB-aansluiting. Anders treedt tijdens het downloaden van of het het aansluiten van Apple-apparaten er mogelijk een communicatiefout synchroniseren met iTunes, kan er •...
Pagina 353
• Afhankelijk van de eigenschappen Aanwijzingen met betrekking tot • Wanneer u tijdens het afspelen via een iPhone belt of wordt gebeld, van uw Apple-apparaat kunnen er het afspelen van muziek op Apple- blijft muziek mogelijk bestanden worden overgeslagen apparaten gepauzeerd nadat u het gesprek of onjuist worden afgespeeld.
Pagina 354
Multimediasysteem Gebruik van de AUX-modus Druk op de toets [MENU] op het • Als AUX-kabel systeem is aangesloten zonder bedieningspaneel om toegang te U kunt via de luidsprekers van uw dat er een extern apparaat is krijgen tot de volgende menu-opties: auto naar audio luisteren door aangesloten, is er mogelijk een •...
Pagina 355
BLUETOOTH Verbinding maken met 1. Schakel Bluetooth uit en weer AANWIJZING in op het apparaat. Maak Bluetooth-apparaten • Op uw systeem kunt u alleen de vervolgens opnieuw Bluetooth draadloze Bluetooth-handsfree- verbinding met het apparaat. netwerktechnologie voor korte audiofuncties gebruiken. Sluit 2.
Pagina 356
Multimediasysteem Apparaten koppelen met uw 2. Activeer Bluetooth • Als het 6-cijferige wachtwoord Bluetooth-apparaat waar scherm systeem verbinding mee wilt maken, zoek Bluetooth-apparaat wordt Bluetooth-verbindingen: koppel eerst het systeem van uw auto en weergegeven, controleer dan of uw apparaat met uw systeem om het het Bluetooth-wachtwoord dat selecteer dit.
Pagina 357
Verbinding maken met een • Wanneer apparaat AANWIJZING Bluetooth met het systeem is gekoppeld apparaat • De schermafbeelding in dit verbonden, kunt u geen andere Maak, om een Bluetooth-apparaat instructieboekje apparaten met het systeem systeem gebruiken, voorbeeld. Controleer koppelen. verbinding met het gekoppelde scherm van uw systeem voor de •...
Pagina 358
Multimediasysteem De verbinding met een apparaat Gekoppelde apparaten 3. Draai knop [TUNE] Connect (verbinding maken) te verbreken verwijderen selecteren en druk vervolgens de Als u het gebruik van een Bluetooth- koppeling knop in. apparaat wilt beëindigen Bluetooth-apparaat ongedaan wilt verbinding wilt maken met een ander maken of als u verbinding wilt maken AANWIJZING apparaat,...
Pagina 359
Gebruik van een Bluetooth- Druk op de toets [MENU] op het AANWIJZING audioapparaat bedieningspaneel om toegang te • Wanneer gekoppeld krijgen tot de volgende menu-opties: U kunt via de luidsprekers van uw apparaat verwijdert, worden ook • Connections (verbindingen) : auto luisteren naar muziek die op uw de in het systeem opgeslagen Stel de Bluetooth-verbinding in.
Pagina 360
Multimediasysteem Het vorige of volgende Afspelen herhalen AANWIJZING muziekstuk afspelen Druk op de toets [1] op het • Afhankelijk van het Bluetooth- Druk tweemaal toets bedieningspaneel. Telkens als u op apparaat dat of de mobiele [∨ TRACK] op het bedieningspaneel de toets drukt, wordt de modus telefoon die is aangesloten of de om het vorige muziekstuk af te...
Pagina 361
• Als een telefoon met Bluetooth- • De afspeellijstfunctie wordt niet WAARSCHUWING ondersteuning wordt gebruikt ondersteund in de Bluetooth- om muziek af te spelen en deze audiomodus. • Zet uw auto op een veilige een oproep ontvangt of als u zelf •...
Pagina 362
Multimediasysteem • Afhankelijk van de verbonden Bellen AANWIJZING mobiele telefoon, kunnen het Als uw mobiele telefoon met het • U hebt geen toegang tot het volume en de geluidskwaliteit systeem is verbonden, kunt u telefoonscherm wanneer van de Bluetooth-handsfree- iemand bellen door een naam te geen verbinding is met een functie verschillen.
Pagina 363
3. Selecteer een telefoonnummer. Gebruik van de lijst met favorieten AANWIJZING • Selecteer Favorites 1. Druk vanaf het telefoonscherm op • U kunt maximaal 20 favorieten (favorieten) toets Favorites registreren voor elk apparaat. telefoonnummer te selecteren in (favorieten) te selecteren. •...
Pagina 364
Multimediasysteem • Er is toestemming nodig om uw Gebruik van uw • Dialled calls (gebelde nummers): Bekijk alleen oproepgeschiedenis oproepgeschiedenis gebelde nummers. mobiele telefoon te downloaden. 1. Druk vanaf het telefoonscherm op Wanneer u gegevens probeert te de toets [2] om Call history •...
Pagina 365
• Contacten die zowel op de Gebruik van de lijst met contacten AANWIJZING telefoon als op de SIM-kaart zijn 1. Druk vanaf het telefoonscherm op • Er kunnen alleen contacten opgeslagen, worden toets Contacts worden gedownload van het gedownload. sommige (contacten) te selecteren.
Pagina 366
Multimediasysteem Oproepen beantwoorden • Bij het downloaden van uw Druk op de toets [2] op het contacten worden eventuele bedieningspaneel Reject Wanneer u wordt gebeld, verschijnt oude gegevens verwijderd. (weigeren) te selecteren en de er een pop-upvenster op het scherm oproep te weigeren.
Pagina 367
Gebruik van opties tijdens een Druk op de toets [2] op het • U kunt tijdens een Bluetooth- telefoongesprek niet telefoongesprek bedieningspaneel overschakelen naar (beëindigen) te selecteren en het Tijdens een telefoongesprek ziet u willekeurig ander scherm, zoals gesprek te beëindigen. het onderstaande belscherm.
Pagina 368
Multimediasysteem Setup (Instellen) Display • Scroll text (Text Scroll) (door Geluid tekst scrollen) (indien U kunt de instellingen met betrekking U kunt de instellingen met betrekking toepassing) Wanneer tot het display van het systeem tot geluid, zoals de locatie waar het informatietekst te lang is om in één wijzigen.
Pagina 369
• Rear parking sensors prioritized Date/Time (datum/tijd) Bluetooth (Back-up Warning Priority) U kunt de datum en de tijd die op het kunt instellingen voor (prioriteit aan parkeersensoren display van het systeem worden Bluetooth-verbindingen wijzigen. achter (prioriteit waarschuwing weergegeven wijzigen. Druk op de toets [SETUP/CLOCK] achteruitrijden)) : Hiermee kunt u Druk op de toets [SETUP/CLOCK] [4] op het bedieningspaneel om...
Pagina 370
Multimediasysteem • Bluetooth voice guidance Systeem (Bluetooth-stembegeleiding) U kunt de weergavetaal wijzigen of (indien van toepassing) : Schakel de systeeminstellingen initialiseren. de stembegeleiding in of uit voor Druk op de toets [SETUP/CLOCK] Bluetooth-koppeling, [5] op het bedieningspaneel om verbinding en -fouten. System (systeem) te selecteren.
Pagina 371
SYSTEEMSTATUSICONEN Bluetooth Signaalsterkte Statusiconen verschijnen aan de bovenzijde van het scherm om de Icoon Beschrijving Icoon Beschrijving actuele systeemstatus weer geven. Status van de batterij van het Signaalsterkte van de mobiele aangesloten Bluetooth-apparaat Maak uzelf vertrouwd met de telefoon die via Bluetooth is verbonden statusiconen verschijnen...
Pagina 372
Multimediasysteem SPECIFICATIES AUDIOSYSTEEM • Samplefrequentie AANWIJZING - MPEG1: 44.100/48.000/32.000 Hz Ondersteunde audio-indelingen • Bestanden die niet in een - MPEG2 22.050/24.000/16.000 Hz • Audiobestandsspecificatie ondersteund formaat zijn, - MPEG2.5: 11.025/12.000/8.000 Hz worden mogelijk niet herkend of - WAVeform-audioformaat afgespeeld of informatie erover, - WMA: 32.000/44.100/48.000 Hz - MPEG1/2/2.5 Audio Layer3 zoals de bestandsnaam, wordt...
Pagina 373
• Als een applicatieprogramma op van Bluetooth SIG, Inc. en elk Ondersteunde USB-geheugens een USB-geheugen is geladen, gebruik hiervan door Hyundai is • Byte/sector: 64 kbyte of minder worden bijbehorende toegestaan onder licentie. • Formaatsysteem: FAT12/16/32...
Pagina 374
Multimediasysteem CONFORMITEITSVERKLARING CE RED voor EU 4-46...
Pagina 375
Rijden met uw auto Vóór het rijden............5-5 Hill-start Assist Control (HAC) ........5-54 Noodstopsignaal (Emergency Stop Signal-ESS) ..5-54 Voor het instappen ............5-5 Downhill Brake Control (DBC) ........5-55 Vóór het starten..............5-5 Goede remgewoonten............5-57 Contact ..............5-7 Vierwielaandrijving (4WD)........5-58 Contactslot ................5-7 Rijden met vierwielaandrijving ........5-60 Toets Engine Start/Stop..........5-12 Voorzorgsmaatregelen bij een noodgeval Banden.5-64 Handgeschakelde transmissie ......5-21...
Pagina 376
Forward collision-avoidance assist (FCA) - Rear cross-traffic collision warning-systeem Type met sensorfusie (RCCW)/Rear cross-traffic collision-avoidance (radar voor + camera voor) (voor europa) ..5-93 assist-systeem (RCCA)........5-146 Systeeminstelling en -activering.........5-93 Beschrijving systeem ...........5-146 FCA-waarschuwingsmelding en systeemregeling...5-95 Systeeminstelling en -activering ......5-147 FCA-sensor...............5-98 Waarschuwingsmelding en systeemregeling..5-149 Storing in het systeem ..........5-101 Lane keeping assist-systeem (LKA) ....5-158 Beperkingen van het systeem ........5-103...
Pagina 377
Intelligent speed limit warning (ISLW) Rijden onder speciale rijomstandigheden..5-212 -systeem .............5-176 Rijden onder moeilijke omstandigheden....5-212 Systeeminstelling en -activering ......5-177 Op eigen kracht lostrekken van de auto ....5-212 Display ................5-178 Vloeiend nemen van bochten ........5-213 Beperkingen van het systeem ........5-182 Rijden in het donker ............5-213 Aandachtspunten voor de bestuurder.....5-184 Rijden in de regen ............5-214 Doorwaden van water ..........5-215...
Pagina 378
Het uitlaatsysteem moet elke keer dat de auto op de brug staat voor olieverversen of voor andere reparaties worden gecontroleerd. Laat uw auto controleren door een officiële HYUNDAI-dealer als u merkt dat het geluid van de uitlaat verandert of als u over iets heen gereden bent dat de onderzijde van de auto heeft geraakt.
Pagina 379
VÓÓR HET RIJDEN Voor het instappen Vóór het starten WAARSCHUWING • Zorg ervoor alle ruiten, • Controleer of de motorkap, de buitenspiegel(s) en lampen schoon achterklep en de portieren goed Om de kans op ERNSTIG en onbedekt zijn. gesloten en vergrendeld zijn. LETSEL te beperken, moeten de volgende voorzorgsmaatregelen •...
Pagina 380
Rijden met uw auto De kans op een ernstig ongeval WAARSCHUWING is vele malen groter als u gaat rijden onder invloed van alcohol Ga NOOIT rijden als u onder of drugs. Ga niet rijden als u invloed bent van drank of gedronken heeft of drugs heeft drugs.
Pagina 381
CONTACT Contactslot Als u dat wel doet, wordt de WAARSCHUWING (indien van toepassing) motor uitgezet, waardoor de stuur- en rembekrachtiging Om de kans op ERNSTIG wegvallen. Hierdoor kunt u de LETSEL te beperken, moeten de START controle over de besturing volgende voorzorgsmaatregelen verliezen neemt...
Pagina 382
Rijden met uw auto Standen contact Stand Actie Opmerkingen contact Om het contact in stand LOCK te zetten, moet de sleutel in stand ACC worden ingedrukt en vervolgens naar stand LOCK worden gedraaid. Als het contact in stand LOCK staat, kan de contactsleutel worden LOCK verwijderd.
Pagina 383
Starten van de motor Starten van de benzinemotor Auto met Automatische transmissie: Auto handgeschakelde 1. Controleer of de parkeerrem is WAARSCHUWING transmissie: geactiveerd. 1. Controleer of de parkeerrem is 2. Zorg ervoor dat de selectiehendel • Draag altijd geschikte geactiveerd. in stand P (parkeren) staat.
Pagina 384
Rijden met uw auto Starten van de dieselmotor AANWIJZING Informatie Om de dieselmotor te starten bij Om schade aan de auto te • Breng motor niet koude motor moet deze voorkomen: bedrijfstemperatuur door voorgegloeid worden voordat de stationair te laten draaien. •...
Pagina 385
Auto met automatische transmissie: Starten en afzetten van een motor AANWIJZING met turbo en intercooler 1. Controleer of de parkeerrem is Om schade aan de auto te geactiveerd. 1. Laat de motor niet met een te voorkomen: hoog toerental draaien 2.
Pagina 386
Rijden met uw auto Toets Engine Start/Stop WAARSCHUWING WAARSCHUWING (indien van toepassing) Uitzetten van de motor in een • Druk NOOIT op de startknop noodgeval: terwijl auto rijdt, uitgezonderd Houd de startknop gedurende noodgeval. Als u dat wel doet, langer dan twee seconden wordt motor uitgezet,...
Pagina 387
Standen startknop - Auto met handgeschakelde transmissie Stand startknop Actie Opmerkingen Breng om de motor uit te schakelen de Als het stuurwiel niet correct vergrendeld is auto tot stilstand en druk op de startknop. wanneer u het bestuurdersportier opent, zal er een waarschuwingszoemer klinken.
Pagina 388
Rijden met uw auto - Auto met handgeschakelde transmissie Stand startknop Actie Opmerkingen Druk op de startknop terwijl het contact in Laat de startknop niet in stand ON staan als de stand ACC staat zonder het motor niet loopt, om te voorkomen dat de accu koppelingspedaal in te trappen.
Pagina 389
Standen startknop - Auto met Automatischetransmissie Stand startknop Actie Opmerkingen Zet de motor uit door op de startknop Als het stuurwiel niet correct vergrendeld is terwijl de selectiehendel in stand P wanneer u het bestuurdersportier opent, zal er een (parkeren) staat. waarschuwingszoemer klinken.
Pagina 390
Rijden met uw auto - Auto met Automatischetransmissie Stand startknop Actie Opmerkingen Druk de toets Engine Start/Stop als deze Laat de startknop niet in stand ON staan als de in stand ACC staat in zonder het motor niet loopt, om te voorkomen dat de accu rempedaal in te trappen.
Pagina 391
Starten van de motor Starten van de benzinemotor Informatie Auto handgeschakelde • De motor zal starten wanneer u op WAARSCHUWING transmissie: de startknop drukt, maar alleen 1. Zorg ervoor dat u de Smart Key wanneer de Smart Key zich in de •...
Pagina 392
Rijden met uw auto Auto met Automatische transmissie: Starten van de dieselmotor Informatie 1. Zorg ervoor dat u de Smart Key Om de dieselmotor te starten bij • Breng motor niet altijd bij u hebt. koude motor moet deze bedrijfstemperatuur door voorgegloeid worden voordat de 2.
Pagina 393
Auto met automatische transmissie: Starten en afzetten van een motor AANWIJZING met turbo en intercooler 1. Zorg ervoor dat u de Smart Key Om schade aan de auto te altijd bij u hebt. 1. Laat de motor niet met een te voorkomen: hoog toerental...
Pagina 394
Rijden met uw auto AANWIJZING Om schade aan de auto te voorkomen: Druk de toets Engine Start/Stop nooit langer dan 10 seconden behalve wanneer remlichtzekering is doorgebrand. Wanneer de remlichtzekering is doorgebrand, kunt u de motor niet normaal starten. Vervang zekering door een nieuwe.
Pagina 395
HANDGESCHAKELDE TRANSMISSIE (INDIEN VAN TOEPASSING) Bediening handgeschakelde Breng de auto volledig tot stilstand alvorens stand R (achteruit) in te transmissie schakelen, zet de selectiehendel in De handgeschakelde transmissie de vrijstand en schakel vervolgens heeft zes versnellingen vooruit. Alle stand R (achteruit) in. vooruitversnellingen zijn volledig gesynchroniseerd zodat het op- en Als u compleet stilstaat en de 1e...
Pagina 396
Rijden met uw auto Bedienen van de koppeling AANWIJZING WAARSCHUWING Het koppelingspedaal moet geheel Om onnodige slijtage of schade worden ingetrapt omdat: • aan de koppeling te voorkomen: Als de auto niet is voorzien - Starten van de motor van een contactslot, komt hij •...
Pagina 397
Terugschakelen Goede rijgewoonten AANWIJZING Schakel in druk verkeer of bij het • Laat de auto nooit in zijn vrij een Om schade aan de motor, de oprijden van een steile helling terug helling af rijden. Dit is bijzonder koppeling en de transmissie te om overbelasting van de motor te gevaarlijk.
Pagina 398
WAARSCHUWING • HYUNDAI adviseert u om u • Pas uw snelheid aan voordat altijd aan de aangegeven u een bocht aansnijdt of gaat Rem op een glad wegdek niet snelheidslimieten te houden.
Pagina 399
AUTOMATISCHE TRANSMISSIE (INDIEN VAN TOEPASSING) De schakelstandindicator in het instrumentenpaneel geeft, als het Selectiehendel contact in stand ON staat, aan in welke stand de selectiehendel staat. Schakelknop WAARSCHUWING Om de kans op ernstig letsel of dodelijk ongeval beperken: • Controleer ALTIJD omgeving rond de auto op de aanwezigheid van anderen, in...
Pagina 400
Rijden met uw auto Stand R (achteruit) • Rem op een glad wegdek niet WAARSCHUWING Gebruik deze stand om achteruit te snel motor rijden. (schakelen vanuit een hoge • Wanneer u tijdens het rijden naar een lage versnelling). stand P (parkeren) inschakelt, Anders kan de auto in een slip AANWIJZING kunt u de controle over de...
Pagina 401
Stand N (neutraal) Stand D (rijden) SPORT-modus De wielen en de transmissie zijn niet Dit is de normale rijstand. De ingeschakeld. transmissie schakelt automatisch tussen de zes versnellingen vooruit Gebruik stand N (neutraal) als u de voor laag mogelijk auto opnieuw moet starten nadat hij brandstofverbruik optimale is afgeslagen of als u stil moet staan...
Pagina 402
Rijden met uw auto Schakelblokkeersysteem In de SPORT-modus kunt u de voor • Als het motortoerental het rode rijomstandigheden geschikte gebied nadert, schakelt Voor veiligheid heeft versnelling inschakelen door de transmissie automatisch op. automatische transmissie selectiehendel naar achteren en • Als de bestuurder de selectiehendel schakelblokkeersysteem naar voren te bewegen.
Pagina 403
7. Trap het rempedaal in en start selectiehendel in stand P (parkeren) vervolgens de motor. staat. We adviseren u het systeem direct te laten controleren door een officiële Hyundai-dealer schakelblokkering ongedaan hebt OTM058007L moeten maken. 1. Zet contact stand LOCK/OFF.
Pagina 404
Rijden met uw auto Parkeren Goede rijgewoonten Verlaag de snelheid voordat u naar een lagere versnelling schakelt als Breng de auto volledig tot stilstand • Houd het gaspedaal nooit ingetrapt u rijdt in de SPORT-modus. Anders en blijf het rempedaal ingetrapt als de selectiehendel van stand P wordt de lagere versnelling wellicht houden.
Pagina 405
• Hyundai adviseert u om u altijd aan de aangegeven • Pas uw snelheid aan voordat OTM058130L snelheidslimieten te houden.
Pagina 406
Rijden met uw auto Als de selectiehendel in stand D Als de selectiehendel in de staat sportstand staat De shift paddles kunnen worden Trek eenmaal aan de shift paddle [+] bediend wanneer de rijsnelheid of [-] om een versnelling op of terug hoger is dan 10 km/h.
Pagina 407
REMSYSTEEM Rembekrachtiging • WAARSCHUWING Als de remmen nat zijn, remt auto voorzien de auto minder dan normaal bekrachtigde remmen en kan de auto naar één kant Neem volgende normaal gebruik automatisch trekken tijdens het remmen. voorzorgsmaatregelen: afgesteld worden. Door het rempedaal licht in te •...
Pagina 408
Rijden met uw auto Remblokslijtage-indicatoren Parkeerrem Wanneer de remblokken vóór of achter versleten zijn, hoort u als waarschuwing een piepend geluid van de remmen. Dit geluid kan af en toe hoorbaar zijn of op het moment dat u het rempedaal intrapt. onder sommige rijomstandigheden of bij sommige...
Pagina 409
We adviseren u het systeem te om te voorkomen dat de auto zakken. laten controleren door een officiële wegrolt wanneer u op een HYUNDAI-dealer, als de parkeerrem helling parkeert. niet of niet helemaal in de vrijstand • Laat kinderen en personen die terugkeert.
Pagina 410
Rijden met uw auto Controleer Elektronische parkeerrem • Deactiveer parkeerrem waarschuwingslampje (EPB) (indien van toepassing) alleen als u in de auto zit en van het remsysteem met uw voet het rempedaal Activeren van de parkeerrem functioneert door het stevig ingetrapt houdt. contact in stand ON te zetten (start de motor niet).
Pagina 411
Deactiveren van de parkeerrem De EPB wordt tevens automatisch Automatisch deactiveren van de geactiveerd als de [AUTO HOLD]- EPB (elektronische parkeerrem): schakelaar aan is wanneer de motor • Selectiehendel stand uitgezet wordt. Als u de EPB- (parkeren) schakelaar indrukt binnen 1 seconde Trap bij draaiende motor het nadat de motor is uitgezet, wordt de rempedaal...
Pagina 412
• Uit veiligheidsoverwegingen kunt u worden: de EPB activeren, ook al staat de We raden we u aan uw auto naar startknop in stand OFF, maar in dat een officiële Hyundai-dealer te laten geval kunt niet brengen met een auto-ambulance en deactiveren.
Pagina 413
Trap, indien bovenstaande situatie Informatie • Deactiveer de EPB alleen als zich voordoet, het rempedaal in en u in de auto zit en met uw voet • Er klikkend geluid deactiveer de EPB met de EPB- rempedaal stevig hoorbaar zijn bij het activeren of schakelaar.
Pagina 414
EPB. Als dit gebeurt, adviseren we u het systeem te laten controleren door een officiële Hyundai-dealer. Het storingscontrolelampje EPB kan gaan branden als het controlelampje ESC gaat branden om aan te geven dat het ESC niet goed werkt, maar dat duidt niet op een probleem met de EPB.
Pagina 415
Hyundai-dealer te laten brengen met waarschuwingslampje voor de een autoambulance en het systeem EPB brandt. Herhaal dit nog een na te laten kijken.
Pagina 416
Rijden met uw auto Activeren: AUTO HOLD-FUNCTIE (indien van toepassing) Deze functie bedient, indien ingeschakeld, het remsysteem als de selectiehendel in stand D (rijden), stand (achteruit), stand (neutraal) of in de SPORT-modus staat en het rempedaal wordt gebruikt om de auto tot stilstand te brengen.
Pagina 417
Uitschakelen: Deactiveren: WAARSCHUWING Als u het gaspedaal intrapt met de selectiehendel in R (achteruit), D Druk ALTIJD met uw voet het (rijden) of in de SPORT-modus, rempedaal in om de Auto Hold- wordt Auto Hold-functie functie uit te schakelen, om automatisch uitgeschakeld en begint onverwacht en plotseling in de auto te rijden.
Pagina 418
- De motorkap wordt geopend met adviseren u contact op te nemen • Als de Auto Hold-functie in werking de selectiehendel in stand D met een officiële Hyundai-dealer. is, kunt u mechanische geluiden horen. (rijden) Dat zijn normale bedieningsgeluiden. - De achterklep wordt geopend met...
Pagina 419
Waarschuwingsmeldingen OIK057079L OIK057080L AUTO HOLD deactivating. Press Press brake pedal to deactivate OIK057077L brake pedal [Autohold wordt AUTO HOLD [Duw op remped. Parking brake automatically locked uitgeschak. Druk op rempedaal] voor deactivatie van AUTO HOLD] [Parkeerrem automatisch in Als de overgang van de Auto Hold- Als u het rempedaal niet intrapt werking] functie naar de EPB niet op de juiste...
Pagina 420
Rijden met uw auto Druk in dat geval op de [AUTO Antiblokkeersysteem (ABS) HOLD]-schakelaar nadat bestuurdersportier, de motorkap of WAARSCHUWING de achterklep gesloten zijn en de veiligheidsgordel vastgemaakt is. Een antiblokkeersysteem (ABS) of elektronische stabiliteits- regeling (ESC) geen ongelukken voorkomen die het gevolg zijn gevaarlijk...
Pagina 421
“pompend” gaan remmen. Trap het beperken adviseren we u zo snel steeds terechtkomen op de rijbaan rempedaal zo hard mogelijk in. mogelijk contact op te nemen met voor tegemoetkomend verkeer of een officiële HYUNDAI-dealer. naast de weg. 5-47...
Pagina 422
Anders is er mogelijk een storing wegomstandigheden. in het ABS. We adviseren u zo snel mogelijk contact op te nemen met een officiële HYUNDAI-dealer. OTM058021 ■ Type B Informatie Als u de auto met een hulpaccu...
Pagina 423
Bediening • Als geactiveerd WAARSCHUWING reageert de motor mogelijk niet voertuigstabiliteitsregeleing zo op het gaspedaal als onder (ESC) Rijd niet harder dan de toestand normale omstandigheden. Voertuigstabiliteitsregeling (ESC) van de weg toelaat en neem • Als de cruise control ingeschakeld ingeschakeld bochten niet met een te hoge is op het moment dat de ESC...
Pagina 424
In deze status wordt zowel de maat hebben. Rijd nooit met de een officiële HYUNDAI-dealer. antidoorslipregelingsfunctie van de auto wanneer er banden en velgen ESC (motormanagement) als de met een verschillende maat zijn remregelfunctie gemonteerd.
Pagina 425
Voertuigstabiliteitsregeling Vehicle Stability Management AANWIJZING (ESC) uitschakelen (VSM) (indien van toepassing) Om schade aan de transmissie te Tijdens het rijden Het Vehicle Stability Management voorkomen: (VSM) is een functie van het ESC- De ESC OFF-modus mag alleen kort • Laat het/de wiel(en) van een as systeem (elektronische worden gebruikt om weg te rijden als...
Pagina 426
Rijden met uw auto VSM uitschakelen In werking WAARSCHUWING Als u het rempedaal intrapt onder VSM AAN-conditie omstandigheden waarbij de ESC Het VSM werkt als: Neem de volgende voorzorgs- geactiveerd kan worden kunt u maatregelen bij het gebruik van • De elektronische stabiliteits- geluiden horen van het remsysteem...
Pagina 427
Zodra de stabiliteit van slingeren gebeurt meestal bij hogere controleren door een officiële de combinatie is hersteld, stopt de rijsnelheden, maar het risico is het HYUNDAI-dealer. werking van de Trailer Stability grootst bij zijwind, windstoten en/of Assist. onjuiste belading.
Pagina 428
Rijden met uw auto Hill-start Assist Control (HAC) Noodstopsignaal Informatie (indien van toepassing) (Emergency Stop Signal-ESS) • De HAC werkt niet wanneer de (indien van toepassing) De Hill-start Assist Control (HAC) selectiehendel in stand P (parkeren) voorkomt dat de auto achteruit rolt bij Het Emergency Stop Signal-systeem of stand N (neutraal) staat.
Pagina 429
De alarmknipperlichten gaan UIT: Downhill Brake Control (DBC) Het systeem vermindert de snelheid tot lager dan 8 km/h (auto's met (indien van toepassing) • Als auto gedurende Automatische transmissie) of tot 8 bepaalde periode met lage snelheid ■ Type A km/h (auto's met handgeschakelde rijdt.
Pagina 430
Rijden met uw auto Werking DBC AANWIJZING • De standaardinstelling voor de Modus Controlelampje Beschrijving DBC is UIT als het contact in Druk op de toets DBC als de rijsnelheid lager is dan 40 stand ON wordt gezet. km/h. Het DBC-systeem wordt ingeschakeld in de •...
Pagina 431
LOCK/OFF. controleren door een officiële afslaan als het DBC-systeem Wanneer auto wordt Hyundai-dealer. geactiveerd wordt. geparkeerd en de parkeerrem • De DBC werkt niet wanneer: niet niet goed wordt geactiveerd, auto - De selectiehendel in stand P...
Pagina 432
HYUNDAI-dealer voor hulp. Laat tijdens het rijden uw voet NIET op het rempedaal rusten. Zelfs een...
Pagina 433
Vierwielaandrijving is handig als AANWIJZING • De kans dat de auto over de extra tractie noodzakelijk wanneer kop slaat wanneer u de macht • Rijd niet in water dat hoger staat gereden wordt bijvoorbeeld over het stuur verliest, is veel dan de onderzijde van de auto.
Pagina 434
Als het waarschuwingslampje 4WD ( ) in het instrumentenpaneel blijft branden, is er mogelijk een storing aanwezig in het 4WD-systeem. Als het waarschuwingslampje 4WD ( ) brandt adviseren we u de auto zo spoedig mogelijk te laten nakijken door een officiële Hyundai-dealer. 5-60...
Pagina 435
Veilig rijden met Rijden in zand of modder OPMERKING vierwielaandrijving • Rijd met een lage en constante snelheid. Vóór het rijden Zorg er als u op normale wegen • Gebruik indien nodig • Verzeker u er van dat alle rijdt voor dat de 4WD LOCK- sneeuwkettingen bij het rijden in passagiers veiligheidsgordels...
Pagina 436
Rijden met uw auto WAARSCHUWING OPMERKING Plaats antislipmateriaal onder Wees buitengewoon voorzichtig de aangedreven wielen om voor bij het op- of afrijden van steile tractie te zorgen als de auto hellingen. De auto kan kantelen vast is komen te zitten in afhankelijk sneeuw, zand of modder OF hellingspercentage, het terrein...
Pagina 437
• Houd het stuurwiel stevig vast WAARSCHUWING OPMERKING wanneer u op onverhard terrein rijdt. Rijd niet dwars op een steile Rijd altijd langzaam door water. helling. Een kleine wijziging in snel rijdt WAARSCHUWING de stuurwielhoek kan de auto opspattend water destabiliseren en als de auto motorruimte terechtkomen,...
Pagina 438
"Slepen" banden van hetzelfde merk. Als u de hoofdstuk 6 voor meer informatie. auto voor rijden op onverhard terrein 2. Plaats de voorwielen op de voorziet van een niet door Hyundai testbank voor de snelheidsmeting, aanbevolen banden- zoals aangegeven...
Pagina 439
Verkleinen van de kans op Vanwege dit risico, raden wij de OPMERKING bestuurder en passagiers sterk aan over de kop slaan om hun veiligheidsgordel vast te Dit type personenauto, dat geschikt • Activeer tijdens het uitvoeren maken. De kans dat een persoon die is voor meerdere doeleinden, wordt deze test...
Pagina 440
Zorg • SUV's hebben bij een ongeval voor terreinrijden toch voorziet ervoor dat alle inzittenden een grotere kans op over de van een niet door HYUNDAI hun veiligheidsgordel goed kop slaan dan andere typen aanbevolen banden- dragen. personenauto's.
Pagina 441
ISG-systeem te laten controleren gedraaid (auto met Automatische- een lage accuspanning. Dat wijst door een officiële Hyundai-dealer. transmissie). echter niet op een storing in het ISG- - De auto rijdt op een steile helling systeem.
Pagina 442
Rijden met uw auto Automatisch uitzetten Wanneer systeem wordt Het Auto Stop-controlelampje ( gedeactiveerd: in het instrumentenpaneel brandt Om de motor uit te zetten wanneer groen als de motor uit wordt gezet. deze stationair draait ■ Type A Auto met handgeschakelde trans- missie Informatie 1.
Pagina 443
Auto Automaitsche- Auto Automaitsche- transmissie transmissie Trap het rempedaal in terwijl de • Laat het rempedaal los. selectiehendel in stand P (parkeren) • Als Auto Hold-functie of N (neutraal) staat. ingeschakeld, start de motor niet Start de auto, voor uw eigen wanneer u het rempedaal loslaat.
Pagina 444
Rijden met uw auto - De achterruitverwarming In de volgende gevallen wordt het ingeschakeld. automatisch starten tijdelijk uitgeschakeld. - Het vacuüm in de rembekrachtiger is laag. - De accuspanning is laag. - De rijsnelheid wordt hoger dan km/h. (auto Automatischetransmissie) - De rijsnelheid wordt hoger dan 2 km/h.
Pagina 445
2. Als het controlelampje in de toets ISG OFF blijft branden, adviseren we u contact op te nemen met een officiël HYUNDAI-dealer. WAARSCHUWING Als de motor in de Auto Stop- modus staat, kan de motor mogelijk...
Pagina 446
Laat de motor gedurende 4 uur UIT uitsluitend originele staan en probeer daarna 3 tot 4 HYUNDAI ISG-accu. Als u dat keer de motor te starten om de niet doet, werkt het ISG-systeem accusensor te reactiveren. mogelijk niet goed.
Pagina 447
FLEX-STUURWIEL (INDIEN VAN TOEPASSING) Normale modus OTM058137L OTM058135L flex-stuurwiel regelt Wanneer de stuurmodustoets wordt OTM058136L stuurkracht afhankelijk ingedrukt, verschijnt De normale modus biedt een middel- voorkeur van de bestuurder of de geselecteerde stuurmodus op het matige stuurbekrachtiging. rijomstandigheden. LCD-display. U kunt de gewenste stuurmodus Als de stuurmodustoets binnen 4 selecteren door de stuurmodustoets seconden opnieuw wordt ingedrukt,...
Pagina 448
Rijden met uw auto Sportmodus OPMERKING • Voor uw veiligheid zal de weergave op het LCD-display wel veranderen, maar zal de benodigde stuurkracht niet meteen veranderen wanneer u tijdens het draaien aan het stuur op de stuurmodustoets drukt. Na het draaien aan het stuur benodigde stuurkracht...
Pagina 449
RIJMODUSREGELSYSTEEM (INDIEN VAN TOEPASSING) SMART-modus ■ Type A • SMART-modus: In de SMART- modus wordt de rijmodus (ECO ↔ ↔ COMFORT SPORT) automatisch aangepast aan de rijstijl van de bestuurder. • COMFORT-modus: COMFORT-modus is het rijgedrag soepel en comfortabel. • SPORT-modus: De SPORT-modus zorgt voor een sportief, maar stabiel rijgedrag.
Pagina 450
Rijden met uw auto SMART-modus Informatie selecteert juiste SMART • Als u rustig met de auto rijdt in de modus ECO, SMART-modus, wordt de rijmodus COMFORT en SPORT gewijzigd naar de ECO-modus om door de rijstijl van de bestuurder te brandstof besparen.
Pagina 451
Verschillende rijomstandigheden • De rijmodus wijzigt automatisch Beperkingen van de SMART-modus naar de SMART SPORT-modus waarmee u te maken kunt krijgen De werking van de SMART-modus als u abrupt accelereert of het in de SMART-modus kan in de volgende situaties beperkt stuurwiel veelvuldig verdraait (uw •...
Pagina 452
Rijden met uw auto ECO-modus • De transmissieolietemperatuur is • Als de motor opnieuw gestart of extreem laag of extreem hoog: wordt, wordt de rijmodus weer de Als de ECO-modus is De SMART-modus kan actief zijn COMFORT-modus. Als de SPORT- ingesteld, wordt onder...
Pagina 453
Als de ECO-modus geactiveerd is: Beperking van werking ECO- modus: • Is de acceleratiereactie mogelijk enigszins beperkt Indien onderstaande situaties zich gaspedaal geleidelijk wordt voordoen terwijl de ECO-modus in ingetrapt. werking is, wordt de werking van het systeem beperkt, hoewel dit niet aan •...
Pagina 454
Rijden met uw auto FORWARD COLLISION-AVOIDANCE ASSIST (FCA) - TYPE MET CAMERA (INDIEN VAN TOEPASSING) Forward Collision-Avoidance Systeeminstelling en WAARSCHUWING Assist-systeem (FCA) is ontworpen -activering door middel Systeeminstelling Neem bij het gebruik van de cameraherkenning de voorligger te Forward Collision-Avoidance •...
Pagina 455
ESC (Electronic waarschuwingsactiver ingstijd Stability Control) is uitgeschakeld. mogelijk niet snel wanneer uw Als het waarschuwingslampje AAN voorligger plotseling stopt. blijft terwijl de FCA geactiveerd is, adviseren we u het systeem te laten nakijken door een officiële Hyundai- dealer. 5-81...
Pagina 456
Rijden met uw auto Voorwaarden voor activeren FCA-waarschuwingsmelding WAARSCHUWING en systeemregeling De FCA kan worden geactiveerd als FCA is geselecteerd in het LCD- geeft • Breng de auto op een veilige display en als aan de volgende waarschuwingsmeldingen plaats volledig tot stilstand voorwaarden is voldaan.
Pagina 457
Collision Warning Emergency braking - Als u "Warning only [Alleen waarschuwing]"" selecteert, [Botsing waarsch.] [Noodremmen] wordt de FCA geactiveerd en (Eerste waarschuwing) (Tweede waarschuwing) worden alleen waarschuwingsalarmen gegeven overeenkomstig het risico op een aanrijding. Dan moet u zelf het remsysteem bedienen omdat het FCA-systeem het remsysteem niet aanstuurt.
Pagina 458
Rijden met uw auto FCA-sensor WAARSCHUWING OPMERKING • Het FCA-systeem werkt binnen De bestuurder dient altijd bepaalde parameters, zoals de uiterst voorzichtig te zijn bij afstand tot de voorligger of het bedienen van de auto, voetganger, de snelheid van de ongeacht of het FCA-systeem voorligger en de rijsnelheid.
Pagina 459
Informatie zorgvuldigheid dat de camera in We adviseren u het systeem te laten OTM058142L aanraking komt met water. controleren door een officiële Hyundai- • Probeer de camera NOOIT zelf te Forward Collision-Avoidance Assist dealer als: demonteren en stel de camera (FCA) system disabled.
Pagina 460
) branden en verschijnt er het rempedaal in om de gedurende enkele seconden een rijsnelheid te verlagen. waarschuwingsmelding. Nadat de melding is verdwenen, gaat het hoofdwaarschuwingslampje ( branden. In dat geval adviseren we u de auto te laten controleren door een officiële HYUNDAI-dealer. 5-86...
Pagina 461
• • • In bepaalde gevallen en onder Als zich een storing voordoet FCA-systeem wordt bepaalde rijomstandigheden in het FCA-systeem, wordt de mogelijk niet geactiveerd kan het FCA-systeem mogelijk Forward Collision-Avoidance vanwege de wegcondities, waarschuwingsalarm Assist niet geactiveerd, ook al slecht weer, produceren en het remsysteem...
Pagina 462
Rijden met uw auto Signaleren van voertuigen Beperkingen van het systeem • Het FCA-systeem signaleert De werking van de sensor wordt Het Forward Collision-Avoidance voetgangers voor de auto mogelijk in de volgende gevallen Assist (FCA)-systeem is ontworpen niet. beperkt: om de voorligger op de weg in de •...
Pagina 463
• Er valt door een middenberm, • De voorligger is te smal om te • Het blikveld voor wordt gehinderd worden gesignaleerd (bijvoorbeeld door de schittering van de zon of bomen, enz. een schaduw over de een motorfiets, enz.) koplampen weg.
Pagina 464
Rijden met uw auto Ook wordt in bepaalde gevallen op een bochtige weg de voorligger mogelijk niet gesignaleerd door het cameraherkenningssysteem voor. Bewaar in deze gevallen altijd voldoende afstand tot de voorligger, zodat u de auto veilig tot stilstand kunt brengen en trap indien nodig het rempedaal in om de rijsnelheid te verlagen.
Pagina 465
OTM058002 OTM058074 OTM058119 - Rijden op een helling - Wisselen van rijstrook Wanneer u in langzaam rijdend en stilstaand verkeer rijdt en een De prestaties van de FCA nemen af bij Wanneer een voorligger van rijstrook voorligger de rijstrook verlaat, wordt het op- of afrijden van een helling wisselt, wordt de auto mogelijk niet uw nieuwe voorligger mogelijk niet...
Pagina 466
Het gebruik van het FCA- laten controleren door een systeem tijdens het slepen officiële Hyundai-dealer. kan de veiligheid van uw auto of de auto die wordt gesleept negatief beïnvloeden. OTM058001 Informatie •...
Pagina 467
FORWARD COLLISION-AVOIDANCE ASSIST (FCA) - TYPE MET SENSORFUSIE (RADAR VOOR + CAMERA VOOR) (INDIEN VAN TOEPASSING, VOOR EUROPA) Het Forward Collision-Avoidance Systeeminstelling en WAARSCHUWING Assist-systeem (FCA) is ontworpen -activering om door middel van radarsignalen Systeeminstelling Neem bij het gebruik van de en cameraherkenning de voorligger Forward Collision-Avoidance...
Pagina 468
Stability Control) is uitgeschakeld. waarschuwingsactiveringstijd Als het waarschuwingslampje AAN mogelijk niet snel wanneer uw blijft terwijl de FCA geactiveerd is, voorligger plotseling stopt. adviseren we u het systeem te laten nakijken door een officiële Hyundai- dealer. 5-94...
Pagina 469
Voorwaarden voor activeren FCA-waarschuwingsmelding WAARSCHUWING en systeemregeling De FCA kan worden geactiveerd als FCA is geselecteerd in het LCD- geeft • Breng de auto op een veilige display en als aan de volgende waarschuwingsmeldingen plaats volledig tot stilstand voorwaarden is voldaan. w a a r s c h u w i n g s a l a r m e n voordat u de schakelaar op het overeenkomstig het risico op een...
Pagina 470
Rijden met uw auto Collision Warning Emergency braking - Als "Warning only [Alleen waarschuwing]" selecteert, wordt [Botsing waarsch.] [Noodremmen] de FCA geactiveerd en worden er (Eerste waarschuwing) (Tweede waarschuwing) alleen waarschuwingsalarmen gegeven overeenkomstig het risico op een aanrijding. Dan moet u zelf het remsysteem bedienen omdat het FCA-systeem het remsysteem niet aanstuurt.
Pagina 471
- Als "Warning only [Alleen WAARSCHUWING OPMERKING waarschuwing]" selecteert, wordt de FCA geactiveerd en worden er bestuurder dient altijd Het FCA-systeem werkt binnen alleen waarschuwingsalarmen uiterst voorzichtig te zijn bij het bepaalde parameters, zoals de gegeven overeenkomstig het risico bedienen van de auto, ongeacht afstand tot de voorligger, een op een aanrijding.
Pagina 472
FCA-systeem mogelijk niet goed. We adviseren u de AANWIJZING auto te laten nakijken door een • Breng geen kentekenplaat- officiële HYUNDAI-dealer. houder of vreemde voorwerpen, • Gebruik alleen originele zoals een bumpersticker of onderdelen bumperbescherming, aan in de...
Pagina 473
Informatie waarschuwingslampje • Plaats GEEN accessoires of We adviseren u het systeem te laten stickers op de voorruit en breng controleren door een officiële Hyundai- geen getinte coating aan op de dealer als: voorruit. • De voorruit is vervangen. • Plaats...
Pagina 474
Rijden met uw auto Verwijder het eventueel aanwezige Verwijder het eventueel aanwezige vuil, sneeuw e.d en reinig de vuil, sneeuw of verontreinigingen en behuizing van de lens van de reinig de camera voor voordat u het radarsensor voordat u het FCA- FCA-systeem gebruikt.
Pagina 475
FCA-systeem, werkt het hoofdwaarschuwingslampje ( remsysteem in basis normaal. branden. In dat geval adviseren we De remregelfunctie voor het u de auto te laten controleren door vermijden van een aanrijding een officiële HYUNDAI-dealer. wordt echter niet geactiveerd. 5-101...
Pagina 476
Rijden met uw auto • • • Als zich een storing voordoet Inzittenden kunnen letsel Wanneer de bestuurder de in het FCA-systeem, wordt de oplopen als de auto plotseling zijkant van een geparkeerde Forward Collision-Avoidance stopt doordat FCA- auto (bijvoorbeeld in een Assist niet geactiveerd, ook al systeem geactiveerd is.
Pagina 477
Signaleren van voertuigen • De voorligger is te breed om door Beperkingen van het systeem het cameraherkenningssysteem te De werking van de sensor wordt Het Forward Collision-Avoidance worden gesignaleerd (bijvoorbeeld mogelijk in de volgende gevallen Assist-systeem (FCA) is ontworpen de aanhanger van een trekker, beperkt: om de voorligger of voetgangers of enz.)
Pagina 478
Rijden met uw auto • De auto rijdt door een tolpoort. • De voorruit is beslagen; een helder zicht op de weg is niet mogelijk • De voorruit is beslagen; een helder zicht op de weg is niet mogelijk. • De voorligger rijdt onregelmatig •...
Pagina 479
Ook wordt in bepaalde gevallen op een bochtige weg de voorligger mogelijk niet gesignaleerd door de radarsensor voor cameraherkenningssysteem. Bewaar in deze gevallen altijd voldoende afstand tot de voorligger, zodat u de auto veilig tot stilstand kunt brengen en trap indien nodig het rempedaal in om de rijsnelheid te verlagen.
Pagina 480
Rijden met uw auto OTM058074 OTM058119 OTM058001 - Wisselen van rijstrook Wanneer u in langzaam rijdend en - Uw voorligger signaleren stilstaand verkeer rijdt en een Wanneer een voorligger van rijstrook Als uw voorligger een grote, naar voorligger de rijstrook verlaat, wordt wisselt, wordt de auto mogelijk niet achteren uitstekende lading heeft of uw nieuwe voorligger mogelijk niet...
Pagina 481
Signaleren van voetgangers of • Het blikveld voor wordt gehinderd • Het is moeilijk om de voetganger of fietser signaleren door de schittering van de zon. fietsers (indien van toepassing) onderscheiden andere • De voorruit is beslagen; een helder De werking van de sensor wordt objecten in de buurt, bijvoorbeeld zicht op de weg is niet mogelijk.
Pagina 482
Hyundai- bodemvrijheid heeft dan uw dealer. auto. • FCA-systeem ontworpen om de voorligger Informatie te signaleren en in de gaten te...
Pagina 483
BLIND-SPOT COLLISION WARNING (INDIEN VAN TOEPASSING) Beschrijving systeem 1) Dode hoek 2) Nadert met hoge snelheid Blind-Spot Collision Warning (BCW) Het Blind-Spot Collision Warning- systeem (BCW) maakt gebruik van radarsensoren in de achterbumper om de situatie in de gaten te houden en de bestuurder te waarschuwen wanneer een voertuig nadert in de dode hoek.
Pagina 484
Rijden met uw auto Systeeminstelling en - ■ Type A WAARSCHUWING activering Systeeminstelling • Houd tijdens het rijden altijd de wegomstandigheden in de • De bestuurder kan de systemen gaten wees alert activeren door het contact in stand onverwachte situaties, zelfs ON te zetten en "User Settings →...
Pagina 485
• Als u op de toets BCW drukt terwijl • Als de motor uit en weer aan wordt • Dit zijn de opties voor Blind-Spot "Warning only [Alleen gezet, blijft het systeem in de Collision Warning: waarschuwing]" is geselecteerd, vorige stand staan. - "Normal"...
Pagina 486
Rijden met uw auto Werking • De bestuurder kan in de op het Waarschuwingsmelding en LCD-display systeemregeling Het systeem gaat naar de stand waarschuwingsvolume gereed wanneer aan de volgende Blind-Spot Collision Warning- Blind-Spot Collision Warning voorwaarden wordt voldaan: systeem (BCW) instellen door "User...
Pagina 487
■ Links ■ Rechts WAARSCHUWING • Het waarschuwingslampje in buitenspiegel gaat branden wanneer er door het systeem achteropkomend verkeer wordt gesignaleerd. Vertrouw niet alleen op het waarschuwingslampje maar houd ook de omgeving rond de auto goed in de gaten, om OTM058034 OTM058035 aanrijdingen te voorkomen.
Pagina 488
Rijden met uw auto Detectiesensor OPMERKING OPMERKING ■ Radar achter • • De bestuurder dient altijd Het systeem werkt mogelijk uiterst voorzichtig te zijn bij niet goed wanneer het bedienen van de auto, achterbumper beschadigd is ongeacht of als hij is vervangen of waarschuwingslampje in de gerepareerd.
Pagina 489
Laat de auto nakijken door een officiële - Druk BCW-knop (het OIK057092L Hyundai-dealer. controlelampje in de knop dooft) Blind-Spot Collision Warning • Breng geen vreemde - Deactiveer het RCCW-systeem (BCW) system disabled. Radar...
Pagina 490
Warning (BCW) system is geplaatst, wordt bedekt door een Laat uw auto nakijken door een [Check waarsch.- systeem voor object, zoals een bumpersticker, officiële Hyundai-dealer als het dodehoekbotsing] bumperbeschermer, systeem nog steeds niet normaal Als er een probleem in het BCW- fietsendrager, enz.
Pagina 491
• Er wordt gereden op een nat • Als er zich kleine objecten binnen • De temperatuur achterbumper is (te) hoog. wegdek. het detectiebereik bevinden, zoals winkelwagen • Er wordt gereden op een weg waar • Als de sensoren geblokkeerd wandelwagen.
Pagina 492
Rijden met uw auto OTM058109 OTM058110 OTM058111 • Rijden in bochten De BCW- systemen werken mogelijk • Rijden op een punt waar wegen niet goed tijdens het rijden op een splitsen/bij elkaar komen De BCW- systemen werken mogelijk bochtige weg. In bepaalde gevallen niet goed tijdens het rijden op een De BCW- systemen werken mogelijk herkent het systeem mogelijk een...
Pagina 493
OTM058112 OTM058113 OTM058114L • Rijden op een helling • Rijden op een plaats waar de [A] : geluidsscherm, [B] : vangrail hoogte rijstroken • Rijden op een plaats waar zich De BCW- systemen werken mogelijk verschillend is constructies naast niet goed tijdens het rijden op een bevinden helling.
Pagina 494
Rijden met uw auto REAR CROSS-TRAFFIC COLLISION WARNING-SYSTEEM (RCCW) (INDIEN VAN TOEPASSING) Beschrijving systeem • Rear Cross-Traffic WAARSCHUWING Rear Cross-Traffic Collision Collision Warning-systeem en Warning-systeem (RCCW) Rear Cross-Traffic Collision- • Houd tijdens het rijden altijd Avoidance Assist-systeem de wegomstandigheden in de zijn geen vervanging voor een gaten wees...
Pagina 495
Systeeminstelling en - • Als het systeem voor de eerste - "Normal" [Normaal]: keer wordt ingeschakeld en als de activering Bij deze keuze wordt Rear Cross- motor uit en vervolgens weer aan Traffic Collision Warning op de Systeeminstelling wordt gezet, brandt er gedurende 3 standaardwijze geactiveerd.
Pagina 496
Rijden met uw auto Werking bestuurder Het detectiebereik van het systeem waarschuwingsvolume van de Rear is ongeveer 0,5 m - 20 m. Een Inschakelen: Cross-Traffic Collision Warning naderende auto wordt gesignaleerd naar "User Settings instellen door "User Settings als de rijsnelheid ervan tussen 8 →...
Pagina 497
Als het voertuig dat door de Waarschuwingsmelding en systeemregeling sensoren is gesignaleerd uw auto Rear Cross-Traffic Collision Warning-systeem (RCCW) vanaf links of rechts achter nadert, ■ Links ■ Rechts klinkt de waarschuwingszoemer, knippert het waarschuwingslampje in de buitenspiegel en verschijnt er een melding in het LCD-display.
Pagina 498
Rijden met uw auto • volume • Let altijd zeer goed op tijdens OPMERKING audiosysteem van de auto het rijden. Het Rear Cross- hoog zijn Traffic Collision Warning- • Als aan de werkingscondities waarschuwingssignalen van systeem werkt mogelijk niet voor het Rear Cross-Traffic het systeem mogelijk niet goed werkt...
Pagina 499
In dit geval wordt er mogelijk geen w a a r s c h u w i n g s m e l d i n g weergegeven. Laat de auto nakijken door een officiële Hyundai-dealer. 5-125...
Pagina 500
Laat uw auto nakijken door een weergegeven en gaat het lampje in - Eén of beide sensor(en) op de officiële Hyundai-dealer als het de schakelaar uit. Het systeem wordt achterbumper geblokkeerd is/zijn systeem nog steeds niet normaal automatisch uitgeschakeld.
Pagina 501
Beperkingen van het systeem • De sensoren worden geblokkeerd • Er is een groot voertuig in de buurt, door andere voertuigen, wanden of zoals een bus of vrachtwagen. De bestuurder dient in onderstaande pilaren rond de parkeerplaats. • Als het andere voertuig zeer dicht situaties voorzichtig te zijn omdat het •...
Pagina 502
Rijden met uw auto • Het rempedaal wordt ingetrapt. • De (Electronic Stability Control) is geactiveerd. • Er is een storing in de ESC (Electronic Stability Control). • De bandenspanning is laag of een band is beschadigd. • Er is aan de remmen gewerkt. •...
Pagina 503
OTM058104L OTM058105 OTM058106L [A] : Auto • Als de auto zich op/dichtbij een [A] : Structuur, [B] : Muur helling bevindt • Als de auto diagonaal geparkeerd • Inparkeren in het parkeervak waar een constructie aanwezig is Het systeem werkt mogelijk niet goed als de auto zich op/dichtbij een Het systeem werkt mogelijk niet Het systeem werkt mogelijk niet...
Pagina 504
Rijden met uw auto OTM058107 • Als de auto achteruit ingeparkeerd wordt Als de auto achteruit ingeparkeerd wordt en de sensor een andere auto in het achterste gedeelte van het parkeervak signaleert, kan het systeem waarschuwen remsysteem activeren. Let altijd op het parkeervak bij het inparkeren.
Pagina 505
BLIND-SPOT COLLISION WARNING/BLIND-SPOT COLLISION-AVOIDANCE ASSIST (INDIEN VAN TOEPASSING) Beschrijving systeem 1) Dode hoek 2) Nadert met hoge snelheid Blind-Spot Collision Warning (BCW) Het Blind-Spot Collision Warning- systeem (BCW) maakt gebruik van radarsensoren in de achterbumper om de situatie in de gaten te houden en de bestuurder te waarschuwen wanneer een voertuig nadert in de dode hoek.
Pagina 506
Rijden met uw auto Blind-Spot Collision-Avoidance Rijd altijd veilig en wees WAARSCHUWING Assist (BCA) voorzichtig bij het wisselen rijstrook • Houd tijdens het rijden altijd achteruitrijden. Blind- de wegomstandigheden in de Spot Collision Warning- gaten wees alert systeem (BCW) en het Blind- onverwachte situaties, zelfs Spot Collision-Avoidance...
Pagina 507
Systeeminstelling en - - Het BCW gaat aan en is klaar om ■ Type A geactiveerd worden activering "Warning only [Alleen Systeeminstelling waarschuwing]" wordt • De bestuurder kan de systemen geselecteerd. Vervolgens klinkt er activeren door het contact in stand een waarschuwingssignaal als ON te zetten en "User Settings een voertuig de dode hoek van...
Pagina 508
Rijden met uw auto • Als u op de toets BCW/BCA drukt • Als de motor uit en weer aan wordt • Dit zijn de opties voor Blind-Spot terwijl "Active assist" [Actieve hulp] gezet, blijft het systeem in de Collision Warning: "Warning only"...
Pagina 509
Werking • Selecteer "Warning only" • De bestuurder kan in de "User Settings [Gebruikersinst.]" op het [Alleen waarschuwing] Het systeem gaat naar de stand LCD-display gereed wanneer "Active" assist 1) Het Blind-Spot Collision Warning- waarschuwingsvolume systeem wordt geactiveerd als [Actieve hulp] of "Warning only" Blind-Spot Collision Warning...
Pagina 510
Rijden met uw auto Waarschuwingsmelding en ■ Links ■ Rechts systeemregeling Blind-Spot Collision Warning- systeem (BCW) ■ Links ■ Rechts OTM058034 OTM058035 [A] : Waarschuwingssignaal Tweede waarschuwing Er klinkt in de volgende gevallen een waarschuwingszoemer om de bestuurder te waarschuwen: OTM058033 1.
Pagina 511
Blind-Spot Collision-Avoidance WAARSCHUWING OPMERKING Assist-systeem (BCA) • • Het waarschuwingslampje in De bestuurder dient altijd buitenspiegel gaat uiterst voorzichtig te zijn bij branden wanneer er door het het bedienen van de auto, systeem achteropkomend ongeacht verkeer wordt gesignaleerd. waarschuwingslampje in de buitenspiegel brandt of een Vertrouw niet alleen op het alarm klinkt.
Pagina 512
Rijden met uw auto Detectiesensor Het Blind-Spot Collision-Avoidance WAARSCHUWING Assist-systeem (BCA) wordt (camera en radar) automatisch geactiveerd als: • ■ Camera voor bestuurder - Het voertuig op een bepaalde verantwoordelijk voor een afstand rijdt juiste bediening - De richting van het voertuig is stuurwiel.
Pagina 513
Laat de auto van de weg. Als de weg smal dat de sensor altijd schoon is. nakijken door een officiële is, kan het systeem mogelijk * Raadpleeg "Lane Keeping Assist- Hyundai-dealer. andere voertuigen signaleren systeem (LKA)" voor opmerkingen • Breng geen vreemde op de naastliggende rijstrook.
Pagina 514
Rijden met uw auto Als een van deze omstandigheden • Voorkom met de grootste zich voordoet, dooft het lampje in de zorgvuldigheid BCW-schakelaar wordt camerasensor in aanraking systeem automatisch uitgeschakeld. komt met water. • Plaats GEEN reflecterende Schakel het BCW-, BCA- en RCCW- objecten (bijv.
Pagina 515
Warning (BCW) system Avoidance Assist (BCA) system Laat uw auto nakijken door een [Check waarsch.- systeem voor [Check systeem voor dodehoek- officiële Hyundai-dealer als het dodehoekbotsing] botsing (BCA)] systeem nog steeds niet normaal Als er een probleem in het BCW- Als er een probleem in het BCA- werkt.
Pagina 516
Rijden met uw auto Beperkingen van het systeem • De temperatuur • Er wordt gereden op een nat achterbumper is (te) hoog. wegdek. De bestuurder dient in onderstaande • Er wordt gereden op een weg waar situaties voorzichtig te zijn omdat het •...
Pagina 517
• De auto rijdt op een ondergrond • Als er zich kleine objecten binnen het detectiebereik bevinden, zoals die glad is door sneeuw, water of winkelwagen ijs. wandelwagen. • De Lane Keeping Assist (LKA) of • Bij een auto met een geringe Lane Departure Warning (LDW) hoogte, zoals een sportauto.
Pagina 518
Rijden met uw auto OTM058110 OTM058111 OTM058112 De BCW- en BCA-systemen werken • Rijden op een punt waar wegen • Rijden op een helling mogelijk niet goed tijdens het rijden splitsen/bij elkaar komen De BCW- en BCA-systemen werken op een bochtige weg. In bepaalde De BCW- en BCA-systemen werken mogelijk niet goed tijdens het rijden gevallen...
Pagina 519
OTM058113 OTM058114L • Rijden op een plaats waar de [A] : geluidsscherm, [B] : vangrail hoogte rijstroken • Rijden op een plaats waar zich verschillend is constructies naast bevinden De BCW- en BCA-systemen werken mogelijk niet goed tijdens het rijden De BCW- en BCA-systemen werken op een plaats waar de hoogte van de mogelijk niet goed tijdens het rijden...
Pagina 520
Rijden met uw auto REAR CROSS-TRAFFIC COLLISION WARNING-SYSTEEM (RCCW)/REAR CROSS-TRAFFIC COLLISION-AVOIDANCE ASSIST-SY Y STEEM (RCCA) (INDIEN VAN TOEPASSING) Beschrijving systeem Rear Cross-Traffic Collision- WAARSCHUWING Avoidance Assist-systeem Rear Cross-Traffic Collision (RCCA) Warning-systeem (RCCW) • Houd tijdens het rijden altijd Het Rear Cross-Traffic Collision- de wegomstandigheden in de Avoidance Assist-systeem (RCCA) gaten...
Pagina 521
Systeeminstelling en - De bestuurder kan in de "User • Rear Cross-Traffic Settings [Gebruikersinst.]" op het activering Collision Warning-systeem en LCD-scherm de waarschuwingstijd Rear Cross-Traffic Collision- Systeeminstelling instellen door "User Settings Avoidance Assist-systeem → • De bestuurder kan de systemen [Gebruikersinst.] Driver zijn geen vervanging voor een...
Pagina 522
Rijden met uw auto Werking - "Later" [Later]: Het detectiebereik van het systeem is ongeveer 0,5 m - 20 m. Een Selecteer deze waarschuwingstijd Inschakelen: naderende auto wordt gesignaleerd als er weinig verkeer is en u met lage naar "User Settings als de rijsnelheid ervan tussen 8 snelheid rijdt.
Pagina 523
Als het voertuig dat door de Waarschuwingsmelding en systeemregeling sensoren is gesignaleerd uw auto Rear Cross-Traffic Collision Warning-systeem (RCCW) vanaf links of rechts achter nadert, ■ Links ■ Rechts klinkt de waarschuwingszoemer, knippert het waarschuwingslampje in de buitenspiegel en verschijnt er een melding in het LCD-display.
Pagina 524
Rijden met uw auto Als er een kans op een aanrijding Rear Cross-Traffic Collision-Avoidance-systeem (RCCA) wordt gesignaleerd terwijl de RCCW ■ Links ■ Rechts is geactiveerd, wordt het remsysteem geactiveerd. Het instrumentenpaneel zal de bestuurder informeren dat het remsysteem is geactiveerd. Als het Rear View Monitor-systeem...
Pagina 525
Het remsysteem wordt mogelijk niet • volume OPMERKING juist geactiveerd vanwege de status audiosysteem van de auto van de ESC (Electronic Stability hoog zijn • Als aan de werkingscondities Control). waarschuwingssignalen van voor het Rear Cross-Traffic Dezelfde waarschuwingsmelding het systeem mogelijk niet Collision Warning-systeem wordt...
Pagina 526
In dit geval wordt er wegomstandigheden. mogelijk geen w a a r s c h u w i n g s m e l d i n g weergegeven. Laat de auto nakijken door een officiële Hyundai-dealer. 5-152...
Pagina 527
• Deze waarschuwingsmelding kan werken. verschijnen als: Laat uw auto nakijken door een - Eén of beide sensor(en) op de officiële Hyundai-dealer als het achterbumper geblokkeerd is/zijn systeem nog steeds niet normaal door vuil of sneeuw o.i.d. werkt. - Er wordt op het platteland...
Pagina 528
RCCA ook niet. We adviseren u de abnormale bandenspanning, enz. auto te laten controleren door een • Er wordt gereden op een weg waar • De temperatuur officiële Hyundai-dealer. de vangrail of de muur dubbel is achterbumper is (te) hoog. uitgevoerd. 5-154...
Pagina 529
• Het rempedaal wordt ingetrapt. • Er is een groot voertuig in de buurt, zoals een bus of vrachtwagen. • De (Electronic Stability Control) is geactiveerd. • Als het andere voertuig zeer dicht nadert. • Er is een storing in de ESC (Electronic Stability Control).
Pagina 530
Rijden met uw auto OTM058103 OTM058104L OTM058105 • Als de auto is geparkeerd in een [A] : Auto • Als de auto zich op/dichtbij een complexe parkeeromgeving helling bevindt • Als de auto diagonaal geparkeerd Het systeem werkt mogelijk niet Het systeem werkt mogelijk niet goed als de auto is geparkeerd in goed als de auto zich op/dichtbij een...
Pagina 531
OTM058106L OTM058107 [A] : Structuur, [B] : Muur • Als de auto achteruit ingeparkeerd wordt • Inparkeren in het parkeervak waar een constructie aanwezig is Als de auto achteruit ingeparkeerd wordt en de sensor een andere auto Het systeem werkt mogelijk niet in het achterste gedeelte van het goed bij het inparkeren in een parkeervak signaleert, kan het...
Pagina 532
(of de weg) dreigt stuurwiel mede wordt bediend systeem te laten controleren te verlaten, wordt de bestuurder door het systeem. door een officiële Hyundai- zichtbaar hoorbaar dealer. • Het LKA-systeem voorkomt...
Pagina 533
• • • systeem herkent waarschuwingssignaal stuurwiel wordt niet rijstrookmarkeringen LKA-systeem continu bediend; rijbaanranden) via een camera mogelijk niet hoorbaar als het rijsnelheid te hoog is wanneer en bedient het stuurwiel. Als geluidsvolume u van rijstrook wisselt, wordt de rijstrookmarkeringen (of audiosysteem te hoog is de auto mogelijk niet door het rijbaanranden)
Pagina 534
Rijden met uw auto Werking LKA Druk met het contact in stand ON op De kleur van het controlelampje is de toets van het LKA-systeem op het afhankelijk van de status van het ■ Type A dashboard, links van het stuurwiel. LKA-systeem.
Pagina 535
Activeren van het LKA-systeem • Wanneer, nadat ■ ■ Rijstrookmarkering Rijstrookmarkering niet gesignaleerd gesignaleerd geactiveerd, rijstrookmarkering (of rijbaanrand) wordt gesignaleerd, de rijsnelheid hoger is dan 60 km/h en aan alle voorwaarden voor activering wordt voldaan, gaat LKA- controlelampje groen branden en wordt het stuurwiel bediend.
Pagina 536
Rijden met uw auto ■ Lane Keeping Assist-systeem is ingeschakeld • Als de rijsnelheid hoger is dan 60 ■ ■ Rijstrookmarkering Rijstrookmarkering links gesignaleerd rechts gesignaleerd km/h en de toets van het LKA- systeem is ingedrukt, is het systeem ingeschakeld. Als uw auto de rijstrook verlaat, werkt het LKA- systeem als volgt: OTM058066L/OTM058067L...
Pagina 537
Wanneer de rijstrookmarkering (of WAARSCHUWING rijbaanrand) wordt gesignaleerd en aan alle voorwaarden voor activering De waarschuwingsmelding kan van het LKA-systeem wordt voldaan, later worden weergegeven, dat verandert het controlelampje van het afhankelijk LKA-systeem van wit naar groen. Dit wegcondities. Houd geeft aan dat het LKA-systeem zich stuurwiel daarom tijdens het status...
Pagina 538
Rijden met uw auto Als de bestuurder echter zijn handen Waarschuwingslampje en weer op het stuurwiel heeft gelegd, -melding wordt het stuurwiel weer door het Check LKA system systeem bediend. [Check systeem Hulp bij rijbaan aanhouden] WAARSCHUWING • bestuurder zelf verantwoordelijk voor een nauwkeurige besturing.
Pagina 539
• Het stuurwiel wordt niet bediend Is het probleem niet opgelost, dan als u de rijstrookmarkering (of raden we u aan het systeem door rijbaanrand) snel overschrijdt. een officiële HYUNDAI-dealer na te • Het stuurwiel wordt niet bediend laten kijken. wanneer u plotseling remt. 5-165...
Pagina 540
Rijden met uw auto • De rijstrookmarkering is zeer breed Als externe condities wijzigen Als de rijstrook- en wegcondities slecht zijn of smal. • De helderheid van het omgevings- • De rijstrook (of weg) is zeer breed licht verandert plotseling, bijvoor- •...
Pagina 541
Lane Departure Warning (LDW) • De weg heeft een oneffen wegdek. Wijzigen functie LKA-systeem [LDW (Waarschuwing bij • U rijdt op een steile helling, over De bestuurder kan overschakelen rijbaanwissel)] een heuvel of op een bochtige van het LKA-systeem naar het Lane weg.
Pagina 542
Rijden met uw auto DRIVER ATTENTION WARNING-SYSTEEM (DAW) (INDIEN VAN TOEPASSING) Weergave van aandachtsniveau Het Driver Attention Warning-systeem • De bestuurder kan de modus (DAW) geeft weer of de bestuurder Driver Attention Warning-systeem bestuurder moe is of niet oplet. (DAW) selecteren. ■...
Pagina 543
Neem een pauze ■ Onoplettend rijgedrag • Het niveau wordt lager als de bestuurder gedurende bepaalde periode geen pauze neemt. • Het niveau wordt hoger als de bestuurder gedurende bepaalde periode oplettend rijdt. • Als de bestuurder het systeem inschakelt tijdens rijden, worden "'Last Break time [Vor.
Pagina 544
In dat geval • Het Driver Attention Warning- km/h of hoger dan 180 km/h. adviseren we u de auto te laten systeem (DAW) gaat weer werken controleren door officiële als de bestuurder weer gaat rijden. Hyundai-dealer. 5-170...
Pagina 545
Let te allen tijde voorruit. officiële Hyundai-dealer. op de wegomstandigheden. • Plaats GEEN reflecterende • Het systeem kan een pauze objecten (bijv. papier, voorstellen naar aanleiding spiegel) op het dashboard.
Pagina 546
Rijden met uw auto • De auto rijdt op een slechte OPMERKING weg. Het Driver Attention Warning- • auto rijdt systeem (DAW) werkt mogelijk slingerende weg. niet goed en waarschuwt in • De auto rijdt door een gebied beperkte mate onder waarin het hard waait.
Pagina 547
SNELHEIDSBEGRENZINGSSYSTEEM (INDIEN VAN TOEPASSING) Schakelaar snelheidsbegrenzer Bediening snelheidsbegrenzer : Wijzigt de modus tussen cruise control-systeem en U kunt de snelheidslimiet instellen ■ Type A Speed Limit Control- wanneer u een bepaalde snelheid systeem. niet wilt overschrijden. Systeem off Wanneer ingestelde Cruise Control / Smart Cruise Control snelheidslimiet overschrijdt, treedt...
Pagina 548
Rijden met uw auto Snelheidslimiet instellen • Beweeg de selectieschakelaar omhoog (RES+) of omlaag (SET-) en houd hem vast. De snelheid wordt met 5 km/h verhoogd of verlaagd. De ingestelde snelheidslimiet wordt weergegeven instrumentenpaneel. Als u harder wilt rijden dan de ingestelde snelheidslimiet en u het OTM058145L gaspedaal minder dan ongeveer...
Pagina 549
U kunt de snelheidsbegrenzer op een van de volgende manieren uitschakelen: OTM058037L • Druk op de toets • Als u eenmaal op de toets O (Cancel) drukt, wordt de ingestelde snelheidslimiet geannuleerd, maar wordt systeem niet uitgeschakeld. Beweeg selectieschakelaar +RES of SET- op uw stuurwiel naar de gewenste snelheid als u de snelheidslimiet wilt hervatten.
Pagina 550
OTM058029 overschrijden gezet, ga dan met uw auto De ISLW geeft informatie over de snelheidslimiet. naar een officiële Hyundai- snelheidslimiet en het inhaalverbod dealer om te laten controleren • Plaats geen accessoires en op de huidige weg en details over de of het systeem gekalibreerd stickers.
Pagina 551
Systeeminstelling controleren door officiële waarschuwt voor een inhaalverbod Hyundai-dealer als: • De bestuurder kan de Speed Limit als uw voertuig de desbetreffende Warning activeren door "User verkeersborden passeert. • De voorruit vervangen is. Settings [Gebruikersinst.] → Driver • Als het contact in stand ON staat •...
Pagina 552
Rijden met uw auto Display Informatie Weergave in instrumentenpaneel De informatie over de snelheidslimiet in het instrumentenpaneel kan anders zijn dan die op het navigatiescherm. Controleer in dat geval de eenheid voor de snelheid die ingesteld is in het navigatiesysteem. OTM048177L instrumentenpaneel geeft...
Pagina 553
■ Geen betrouwbare informatie over ■ Geen informatie over inhaalverboden snelheidslimieten OTM048178L WTL-220 WTL-222/WTL-221 Als de ISLW het verkeersbord met • Het symbool wordt • Het symbool wordt de omstandigheden herkent dan weergegeven weergegeven wordt symbool instrumentenpaneel instrumentenpaneel verkeersbord onderaan of links van navigatiescherm als de ISLW geen navigatiescherm als de ISLW een snelheidslimiet...
Pagina 554
Rijden met uw auto Speciaal display voor ISLW ■ Onbeperkte snelheid (alleen in Duitsland) ■ Einde snelheidsbeperking WUM-205 WUM-207/WUM-208 • Het symbool 'einde beperking' • Na het passeren van het bord OTM048179L wordt weergegeven "einde snelheidsbeperking" 1. Snelheidslimiet en inhaalverbod instrumentenpaneel op wegen in verstrekt de Intelligent Speed Limit op de huidige weg...
Pagina 555
❈ Lege ISLW uitschakelen ruimte: overige Information verkeersborden omstandigheden voor omstandigheden (tijd, enz.) snelheidslimiet en het inhaalverbod ISLW detecteert kunnen afwijken verkeersbord snelheidslimiet en het inhaalverbod op omstandigheden met de camera de huidige weg. voor en controleert de sensor of weergave de systemen die ingeschakeld zijn omstandigheden...
Pagina 556
We adviseren u het systeem te laten ISLW systeem werkt niet zolang het controleren door officiële object niet verwijderd is. Controleer HYUNDAI-dealer. de voorruit rondom de camera. Als het probleem blijft bestaan wanneer het object verwijderd is, adviseren systeem laten...
Pagina 557
• Er is een probleem met het GPS. • Het is donker. Als externe factoren van invloed zijn • Er is veel omgevingslicht rond het • Als de ISLW de status van de auto zoals de buitentemperatuur niet op verkeersbord. •...
Pagina 558
Rijden met uw auto Als het zicht naar voren slecht is Aandachtspunten voor de bestuurder • De weersomstandigheden zijn slecht, bijvoorbeeld regen, sneeuw De ISLW assisteert de bestuurder en mist. mogelijk niet en werkt mogelijk niet goed. • De voorruit is ter hoogte van de camera vuil, bevroren of er is rijp •...
Pagina 559
CRUISE CONTROL (INDIEN VAN TOEPASSING) Werking cruise control - Bij rijden tijdens grote WAARSCHUWING verkeersdrukte of bij rijden met wisselende snelheden. Neem volgende voorzorgsmaatregelen: - Op gladde (natte, met ijs of sneeuw bedekte) wegen. • Stel de rijsnelheid altijd lager toegestane - Op heuvelachtige...
Pagina 560
Rijden met uw auto Informatie Informatie • Tijdens de normale werking van de cruise control zal deze na ongeveer 3 seconden in werking treden wanneer de toets SET wordt ingedrukt opnieuw wordt ingedrukt nadat geremd is. Deze vertraging is normaal. •...
Pagina 561
Rijsnelheid instellen: Verhogen van de cruise control-snelheid OTM058038 3. Beweeg de selectieschakelaar OTM058037 omlaag (SET-) en laat hem los. De OTM058039 ingestelde snelheid in het LCD- 1. Druk op de toets (CRUISE) op • Beweeg de selectieschakelaar display gaat branden. stuurwiel cruise omhoog (RES+), houd hem vast...
Pagina 562
Rijden met uw auto Verlagen van de • Beweeg de selectieschakelaar • Trap licht op het rempedaal. omhoog (RES+) en houd hem Beweeg de selectieschakelaar cruise control-snelheid vast. De ingestelde snelheid van omlaag (SET-) als de auto de uw auto neemt met 10 km/h toe. gewenste snelheid heeft bereikt.
Pagina 563
De cruise control wordt • Toets (CRUISE) indrukken. Het Informatie uitgeschakeld als: controlelampje (CRUISE) en Door bovenstaande handelingen wordt controlelampje de werking van de cruise control ingestelde snelheid zullen UIT onderbroken (de ingestelde snelheid gaan. op het instrumentenpaneel gaat uit), •...
Pagina 564
Rijden met uw auto Terugkeren naar ingestelde Uitschakelen van de cruise - Als bij ingeschakelde Cruise Control één keer op de toets wordt rijsnelheid control gedrukt, wordt de Cruise Control uitgeschakeld en wordt de Speed Limit Control ingeschakeld. - Als Cruise Control uitgeschakeld is en de Speed...
Pagina 565
SMART CRUISE CONTROL MET STOP & GO-SYSTEEM (INDIEN VAN TOEPASSING) Het Smart Cruise Control-systeem Schakelaar Smart Cruise past de rijsnelheid automatisch aan Control om de door u geprogrammeerde snelheid en afstand tot de voorligger aan te houden, zonder dat u het gaspedaal of het rempedaal hoeft in te trappen.
Pagina 566
Rijden met uw auto Snelheid Smart Cruise Control 2. Accelereer gewenste Informatie snelheid. Instellen van de snelheid van de De snelheid van de Smart Cruise Smart Cruise Control Control kan als volgt worden ingesteld: • 30 km/h - 180 km/h: wanneer er geen voorliggers zijn •...
Pagina 567
Verhogen van de ingestelde Informatie snelheid van de Smart Cruise • De rijsnelheid neemt mogelijk af Control wanneer u hellingop rijdt en neemt mogelijk toe wanneer u hellingaf rijdt. • Als u de cruise control-snelheid instelt terwijl er een auto voor u rijdt en uw rijsnelheid 0 - 30 km/h is, kan de snelheid worden ingesteld tot 30 km/h.
Pagina 568
Rijden met uw auto Verlagen van de ingestelde • Beweeg de selectieschakelaar • Beweeg selectieschakelaar omhoog (RES+) en houd hem omlaag (SET-) en houd hem vast. snelheid van de Smart Cruise vast. De ingestelde snelheid van De ingestelde snelheid van uw auto Control uw auto neemt met 10 km/h toe.
Pagina 569
Tijdelijk accelereren met De Smart Cruise Control wordt Automatisch uitschakelen ingeschakelde Smart Cruise tijdelijk uitgeschakeld wanneer: • Het bestuurdersportier wordt Control geopend. Trap het gaspedaal in als u tijdelijk • De transmissie wordt in stand N sneller wilt gaan rijden terwijl de (neutraal), R (achteruit) of P Smart Cruise...
Pagina 570
Smart Cruise Control cancelled laten nakijken door een officiële terwijl er een auto ver voor de auto [SCC geannuleerd] Hyundai-dealer. stilstaat. Als het systeem wordt uitgeschakeld, • De Forward Collision-Avoidance klinkt de waarschuwingszoemer en Assist (FCA) is geactiveerd.
Pagina 571
Hervatten van de ingestelde Uitschakelen van de cruise • Indrukken van de toets snelheid van de Smart Cruise control (indien uitgerust met Speed Limit Control Control). controlelampje CRUISE zal uitgaan. De rijsnelheid wordt automatisch hervat wanneer - Als bij ingeschakelde Smart selectieschakelaar omhoog (RES+) Cruise Control één keer op de of omlaag (SET-) wordt bewogen.
Pagina 572
Rijden met uw auto • - Als wordt gereden terwijl het WAARSCHUWING Gebruik de Smart Cruise zicht beperkt Control nooit wanneer niet (bijvoorbeeld bij slecht weer, veilig met een constante Neem volgende zoals mist, sneeuw, regen of snelheid kan worden gereden: voorzorgsmaatregelen: zandstormen) •...
Pagina 573
Wanneer de rijstrook voor u vrij Afstand tot voorligger Smart Als u bijvoorbeeld 90 km/h rijdt, blijft de afstand als volgt: Cruise Control Instellen afstand tot voorligger To set Vehicle-to-Vehicle Afstand 4 - ongeveer 52,5 m Distance Afstand 3 - ongeveer 40 m Afstand 2 - ongeveer 32,5 m Afstand 1 - ongeveer 25 m Informatie...
Pagina 574
Rijden met uw auto Wanneer zich in uw rijstrook • WAARSCHUWING altijd een auto voor u bevindt: rijomstandigheden, wanneer waarschuwingsmelding niet verschijnt waarschuwingszoemer niet klinkt, om gevaarlijke situaties te voorkomen. Distance 4 Distance 3 • volume audiosysteem van de auto hoog zijn waarschuwingssignalen van...
Pagina 575
In verkeer • Als u de tuimelschakelaar van de OPMERKING Smart Cruise Control (RES+ of SET-) bedient terwijl de Auto Hold- functie en de Advanced Smart Cruise Control in werking zijn, wordt Auto Hold-functie uitgeschakeld, ongeacht of het gaspedaal wordt bediend. De auto begint te rijden.
Pagina 576
Rijden met uw auto Waarschuwingsmelding Sensor om de afstand tot de Het Smart Cruise Control-systeem wordt mogelijk niet goed geactiveerd voorligger te signaleren wanneer de radar volledig vervuild is of als er objecten niet worden gesignaleerd nadat het contact in stand ON is gezet (bijvoorbeeld op een open terrein).
Pagina 577
Hyundai-dealer. officiële Hyundai-dealer. • Gebruik alleen originele Hyundai-onderdelen om een beschadigde sensor behuizing van de sensor te repareren of te vervangen. Breng geen verf aan op de behuizing van de sensor. 5-203...
Pagina 578
Rijden met uw auto Instellen van de gevoeligheid - "Fast" [Snel]: Overschakelen naar de cruise van de Smart Cruise Control control-modus De volgsnelheid om de ingestelde afstand voorligger De bestuurder kan ervoor kiezen om behouden is hoger dan de normale alleen conventionele cruise...
Pagina 579
In bochten WAARSCHUWING Wanneer u de cruise control- modus gebruikt, moet u zelf de afstand andere auto's instellen door het intrappen van het rempedaal. Het systeem past de afstand tot voorliggers niet automatisch aan. OTM058073 Beperkingen van het systeem rijsnelheid wordt mogelijk OTM058117...
Pagina 580
Rijden met uw auto Op hellingen Wisselen van rijstrook Herkennen van voertuigen OTM058118 OTM058074 OTM058128 • Bewegende auto's op uw rijstrook • Een auto vanuit Sommige voertuigen in uw rijstrook worden bij het hellingop of hellingaf aangrenzende rijstrook invoegt, kunnen niet door de sensor worden rijden mogelijk niet door het Smart kan pas door de sensor worden herkend:...
Pagina 581
Een voorligger kan in de volgende gevallen niet goed door de sensor worden herkend: - Wanneer de auto aan de voorzijde omhoog wijst als gevolg van overbelading van de bagageruimte - Terwijl het stuurwiel wordt bediend - Wanneer u naar een zijde van de rijstrook rijdt - Wanneer u op een smalle rijstrook of in bochten rijdt...
Pagina 582
Rijden met uw auto • Houd een veilige afstand aan overeenkomstig wegomstandigheden en de rijsnelheid. Als de afstand tot de voorligger tijdens het rijden met hoge snelheden te klein wordt, kan een ernstige aanrijding het gevolg zijn. • Zorg voldoende remafstand hebt decelereer indien nodig door...
Pagina 583
AANWIJZING • Voorliggers die regelmatig van rijstrook wisselen zorgen Het Smart Cruise Control-systeem mogelijk voor een vertraging werkt mogelijk tijdelijk niet door: in de reactie van het systeem • Elektrische interferentie of zorgen er mogelijk voor dat • Een gewijzigde wielophanging het systeem op een voertuig reageert dat eigenlijk in een •...
Pagina 584
Rijden met uw auto LEADING VEHICLE DEPARTURE ALERT (INDIEN VAN TOEPASSING) Werking Wanneer de auto stilstaat en het Systeeminstelling en werking Smart Cruise Control-systeem Systeeminstelling (SCC) in werking is, waarschuwt het Als u, wanneer de motor AAN is, op Leading Vehicle Departure Alert- instrumentenpaneel "User systeem de bestuurder als de...
Pagina 585
Activeren van systeem WAARSCHUWING Controleer altijd de omgeving voor auto wegomstandigheden voordat u wegrijdt. OTM058091L Als de bestuurder gedurende een bepaalde tijd na het wegrijden van voorligger geen actie onderneemt, wordt de melding weergegeven instrumentenpaneel. Als er een voorligger is, rijdt de auto automatisch weg als het gaspedaal wordt ingetrapt of als de schakelaar [RES +] of [SET -] wordt bediend.
Pagina 586
Rijden met uw auto RIJDEN ONDER SPECIALE RIJOMSTANDIGHEDEN Rijden onder moeilijke Op eigen kracht lostrekken WAARSCHUWING omstandigheden van de auto Neem onderstaande voorzorgsmaat- Verdraai eerst het stuurwiel een glad wegdek regelen als er sprake is van aantal keren naar rechts en naar terugschakelen gevaarlijke omstandigheden, zoals links om de voorwielen vrij te maken...
Pagina 587
Vloeiend nemen van bochten Informatie WAARSCHUWING Pas uw snelheid zo aan dat u in Het ESC-systeem (indien van toe- bochten niet hoeft te remmen of te Als de auto vast is komen te passing) moet worden uitgeschakeld schakelen, vooral zitten en de wielen hevig alvorens te proberen de auto door wegdek.
Pagina 588
Rijden met uw auto Aquaplaning • Kijk niet rechtstreeks • Zorg ervoor banden koplampen van tegemoetkomende voldoende profiel hebben. Als er voldoende water op het auto's. U kunt daardoor tijdelijk Wanneer banden niet wegdek ligt en u hard genoeg rijdt, verblind raken en het duurt enkele voldoende profiel hebben, kunnen kan het contact tussen uw auto en...
Pagina 589
Doorwaden van water Verkleinen van de kans op Informatie over de kop slaan Vermijd het doorwaden van water Breng de banden nooit op een hogere tenzij u er zeker van bent dat het Uw type personenauto, dat geschikt spanning dan de maximale spanning water niet hoger komt dan de is voor meerdere doeleinden, wordt voor...
Pagina 590
Rijden met uw auto Er zijn stappen die een bestuurder WAARSCHUWING WAARSCHUWING kan nemen om de kans op over de kop slaan te verkleinen. Probeer slaat significant De kans dat een persoon die scherpe bochten en plotselinge eerder over de kop dan een zijn of haar veiligheidsgordel manoeuvres te vermijden, laad geen ander type auto.
Pagina 591
RIJDEN IN DE WINTER Winterbanden De slechtere weersomstandigheden Sneeuw en ijs in de winter leiden tot meer slijtage Houd voldoende afstand tot uw banden andere WAARSCHUWING voorligger. problemen. Om problemen bij het Trap het rempedaal met beleid in. rijden in de winter tot een minimum De maat en het type van de Rijden hoge...
Pagina 592
Rijden met uw auto Sneeuwkettingen Gebruik, indien sneeuwkettingen WAARSCHUWING moeten worden gebruikt, originele HYUNDAI-onderdelen en lees voor Het rijgedrag van de auto kan montage eerst door het gebruik van kettingen sneeuwkettingen geleverde negatief beïnvloed worden: montage-instructies. Schade aan uw •...
Pagina 593
Aanbrengen van sneeuwkettingen AANWIJZING Informatie Volg voor het plaatsen van de Bij gebruik van sneeuwkettingen: • Breng de sneeuwkettingen aan op sneeuwkettingen de aanwijzingen de voorwielen. Het monteren van • Kettingen die een verkeerde van de fabrikant en trek de kettingen sneeuwkettingen zorgt wel voor een maat hebben of niet goed zo strak mogelijk aan.
Pagina 594
Zie hoofdstuk 8 spuiten met een goedgekeurde verwachten winterse temperaturen. voor meer informatie. Neem contact slotontdooier. Als een slot inwendig op met een officiële HYUNDAI- bevroren is, kunt u het proberen te dealer als u niet weet welk type ontdooien verwarmde winterolie u moet gebruiken.
Pagina 595
Ruitensproeierantivries is verkrijgbaar kan ontstaan valt niet onder de Controleer regelmatig de onderzijde bij een officiële HYUNDAI-dealer en fabrieksgarantie. van de auto om er zeker van te zijn meeste automaterialenzaken. dat de voorwielen en onderdelen van...
Pagina 596
Vraag een officiële met een aanhanger. over de auto verliezen. Als de HYUNDAI-dealer meer aanhanger bijvoorbeeld informatie voordat zwaar beladen is, kunnen de aanhanger gaat rijden.
Pagina 597
HYUNDAI-dealer over voor dat het maximale draagver- benodigde zaken zoals mogen van de banden wordt trekhaak, enz.
Pagina 598
Rijden met uw auto Aanhangergewicht Kogeldruk WAARSCHUWING Neem volgende voorzorgsmaatregelen: • Zorg ervoor dat de aanhanger aan de voorzijde altijd zwaarder is dan aan de achterzijde. De verhouding tussen de belading voor en achter dient ongeveer 60/40 te zijn. • Belaad de aanhanger niet Maximale Maximaal toelaatbaar...
Pagina 599
Maximaal gewicht en maximale kogeldruk bij het rijden met een aanhanger Benzine motor Benzine motor Diesel motor (2,4L GDI) (2,4L MPI) (2,0L, 2.2L) Onderdeel Ongeremd 750 (1653) 750 (1653) 750 (1653) 750 (1653) 750 (1653) Maximaal aanhangergewicht kg (lbs.) Geremd 2000 (4409) 2000 (4409) 2000 (4409)
Pagina 600
Monteer nooit een trekhaak los trekhaak bevinden zich op de bumper. Gebruik alleen een bodemplaat achter de achterwielen. trekhaak die op het chassis moet worden bevestigd. • Een HYUNDAI trekhaak verkrijgbaar officiële HYUNDAI-dealer. 5-226...
Pagina 601
Remsysteem aanhanger Afstand Rijden met een aanhanger Controleer of uw aanhanger voldoet Houd tenminste tweemaal zo veel Voor het rijden met een aanhanger is aan de wettelijke voorschriften als afstand als tijdens het rijden zonder enige ervaring vereist. Ga, voordat u uw aanhanger is uitgerust met een aanhanger.
Pagina 602
Neem voor assistentie contact groene pijlen Rijd in stand D (rijden) wanneer de instrumentenpaneel knipperen. De op met een offici ële HYUNDAI- richtingaanwijzers van de aanhanger auto uitgerust dealer. dienen gelijktijdig mee te knipperen. Automatischetransmissie en u met...
Pagina 603
• Als uw auto een aanhanger Op dat moment wordt een waar- AANWIJZING trekt, kan de rijsnelheid veel schuwingsmelding weergegeven Om oververhitting van de motor lager zijn dan die van de andere in het LCD-display en is het en/of transmissie te voorkomen: weggebruikers, met name als u rijgedrag mogelijk niet soepel.
Pagina 604
Rijden met uw auto Parkeren op een helling 5. Start de auto, houd de rem WAARSCHUWING ingetrapt, schakel in de vrijstand, Als u een aanhanger achter de auto zet de parkeerrem los en laat het hebt gekoppeld is het niet verstandig Om ernstig letsel te voorkomen: rempedaal langzaam opkomen tot om uw auto op een helling te...
Pagina 605
Wegrijden vanuit stilstand op Onderhoud bij het rijden met AANWIJZING een helling een aanhanger Om schade aan de auto te 1. Zet de selectiehendel in stand P Uw auto heeft vaker onderhoud voorkomen: (parkeren, Automatische- nodig wanneer u regelmatig met een •...
Pagina 606
Rijden met uw auto MASSA VAN DE AUTO Twee labels op de dorpel van het GAW (maximale asbelasting) Overbeladen bestuurdersportier geven aan voor Dit is het totaalgewicht op elke as welke belading uw auto ontworpen WAARSCHUWING (voor en achter) - opgebouwd uit het informatielabel rijklaar gewicht...
Pagina 607
Wat te doen in een noodgeval Alarmknipperlichten..........6-2 Lekke band (met reservewiel) ......6-16 Krik en gereedschap ............6-16 Wat te doen in een noodgeval tijdens het Verwijderen en opbergen van het reservewiel ..6-17 rijden................6-2 Wielen verwisseln ............6-19 Als de motor afslaat tijdens het rijden .......6-2 Kriklabel................6-26 Als de motor afslaat op een kruising of splitsing ..6-2 EG-conformiteitsverklaring voor krik......6-27...
Pagina 608
HYUNDAI-dealer als de motor niet waarschuwen extra start. voorzichtigheid in acht te nemen bij het naderen, inhalen of passeren Als de motor afslaat op een van uw auto.
Pagina 609
ALS DE MOTOR NIET GESTART KAN WORDEN Als u tijdens het rijden een • Druk, als de auto tot stilstand is gekomen, de schakelaar van de lekke band krijgt Als de motor niet of langzaam alarmknipperlichten in, zet de ronddraait Als tijdens het rijden een band selectiehendel stand...
Pagina 610
Wij adviseren u een officiële HYUNDAI-dealer. in de accucellen. Dit met klem om een monteur of de kan ontploffen als er wegenwacht te raadplegen als u...
Pagina 611
Startprocedure met behulp van AANWIJZING • Bij het optillen van een accu een hulpaccu met een kunststof behuizing Om schade aan uw auto te 1. Plaats de auto's zo dicht bij elkaar kan door de druk accuzuur voorkomen: dat de startkabels de afstand naar buiten komen.
Pagina 612
5. Sluit het andere uiteinde van de van uw auto (1). controleren door officiële startkabel aan op de rode, HYUNDAI-dealer als de oorzaak van positieve pool de lege accu niet duidelijk is. accu/hulpstartaansluiting van de andere auto (2). 6. Sluit de tweede startkabel aan op...
Pagina 613
Laat de koelvloeistof lekt en neem contact verwijderen. motor draaien geen op met een officiële HYUNDAI- koelvloeistof of stoom te zien is en dealer. controleer of de koelventilator draait. Zet de motor uit als de koelventilator niet draait.
Pagina 614
• Wanneer de motor oververhit oververhitting. We adviseren u raakt door weinig contact op te nemen met een koelvloeistof officiële HYUNDAI-dealer als de plotseling bijvullen motor opnieuw oververhit raakt. koelvloeistof scheuren in de motor veroorzaken. koelvloeistof langzaam en in kleine hoeveelheden bij om...
Pagina 615
CONTROLESYSTEEM LAGE BANDENSPANNING (TPMS) (INDIEN VAN TOEPASSING) (2) Waarschuwingslampje positie Controleer de bandenspanning lage bandenspanning aanduiding bandenspanning (aangegeven op LCD-display) OTM068003 OTM048125L • U kunt bandenspanning controleren in de assistentiemodus op het instrumentenpaneel. Zie “Instellingen LCD-display” in hoofdstuk 3. • De bandenspanning wordt na enkele minuten rijden...
Pagina 616
Wat te doen in een noodgeval • De weergegeven waarden voor de Bandenspanningscontrolesyst Voor extra beveiliging is uw auto bandenspanning verschillen uitgerust mogelijk bandenspanningscontrolesysteem bandenspanningsmeter gemeten (TPMS) dat ervoor zorgt dat een WAARSCHUWING waarden. waarschuwingslampje lage bandenspanning gaat branden • U kunt de eenheid waarin de Een te hoge of een te lage wanneer de bandenspanning van bandenspanning...
Pagina 617
In de volgende situaties raden we juiste spanning zijn, ook al is de bandenspanning u aan het systeem door een bandenspanning nog niet zo laag dat officiële HYUNDAI-dealer na te waarschuwingslampje lage laten kijken. Waarschuwings- bandenspanning gaat branden.
Pagina 618
Wat te doen in een noodgeval Wanneer deze AANWIJZING WAARSCHUWING waarschuwingslampjes gaat Het reservewiel is niet uitgerust branden, verminder Schade door lage met een bandenspanningssensor. onmiddellijksnelheid, vermijd scherp bandenspanning aansnijden bochten anticipeer op een langere remweg. OPMERKING Een te lage bandenspanning Zet de auto zo snel mogelijk stil en zorgt ervoor...
Pagina 619
We raden u aan het systeem door Wij raden u aan uitsluitend een zendstations, militaire een officiële HYUNDAI-dealer na te door Hyundai goedgekeurd installaties, luchthavens, laten kijken om het probleem te laten bandenreparatiemiddel zendmasten, enz. Dit kan de vaststellen.
Pagina 620
HYUNDAI-dealer te laten bandenspanning te meten. Houd er veroorzaakt door externe nakijken. rekening mee dat een band die warm factoren, zoals spijkers en...
Pagina 621
TPMS vervalt mogelijk door een officiële HYUNDAI- de garantie voor dat deel van de dealer. auto. • Als u universele wielen onder uw auto monteert, moet u...
Pagina 622
Wat te doen in een noodgeval LEKKE BAND (MET RESERVEWIEL, INDIEN VAN TOEPASSING) Krik en gereedschap WAARSCHUWING WAARSCHUWING Het verwisselen van een band Wees voorzichtig omdat de kan gevaarlijk zijn. Volg de minimale bodemvrijheid kleiner instructies in dit hoofdstuk bij wordt als u het originele wiel het verwisselen van een band vervangen...
Pagina 623
Aanwijzingen voor krikken Verwijderen en opbergen van het reservewiel De krik is uitsluitend bedoeld voor het verwisselen van een wiel. Berg de krik zorgvuldig op om te voorkomen dat hij tijdens het rijden gaan rammelen. Neem onderstaande aanwijzingen in acht om letsel te voorkomen.
Pagina 624
Wat te doen in een noodgeval 6. Trek de geleiderhouder (1) en de OPMERKING ketting (2) door het middelste gat van het reservewiel naar buiten. Zorg reservewielgeleiderhouder en Opbergen van het reservewiel: het midden van het reservewiel goed uitgelijnd zijn om te 1.
Pagina 625
Wielen verwisseln • Plaats de krik ALTIJD onder de speciale kriksteunpunten WAARSCHUWING en NOOIT onder de bumpers of andere onderdelen bij het De auto kan van de krik opkrikken van de auto. afglijden of rollen, waardoor u • Start de motor niet en laat of omstanders ernstig letsel hem niet draaien zolang de zouden kunnen oplopen.
Pagina 626
Wat te doen in een noodgeval OPMERKING Wielen verwisselen • Trek de parkeerrem altijd volledig aan en blokkeer het wiel zich diagonaal tegenover het te verwisselen wiel bevindt om te voorkomen auto tijdens verwisselen van een wiel beweegt. OTM068027L OTM068028L •...
Pagina 627
9. Draai de wielmoeren verder los en WAARSCHUWING verwijder ze. Schuif het wiel van de wielbouten af en leg het wiel Velgen kunnen scherpe randen plat neer, zodat het niet kan hebben. wegrollen. Pak het reservewiel op, voorkomen dat u zich bezeert, breng gaten voor...
Pagina 628
Berg het wiel met de lekke band op wisselen van wielen adviseren we u de juiste plaats op en berg ook de het systeem te laten controleren krik en het gereedschap op hun door een officiële HYUNDAI-dealer. oorspronkelijke plaats op. 6-22...
Pagina 629
Zorg er bij het Breng de band op de juiste nemen officiële verwisselen van een wiel voor spanning. HYUNDAI-dealer. dat dezelfde moeren gebruikt • Wanneer banden zijn worden voor het plaatsen - of vervangen,...
Pagina 630
Wat te doen in een noodgeval Gebruik van compact reservewiel Plaats de krik, de krikslinger, de WAARSCHUWING wielmoersleutel (indien van toepassing) gereedschapsetui zorgvuldig om te Een compact reservewiel is alleen Voorkom het defect raken van voorkomen dat ze tijdens het rijden bedoeld voor gebruik...
Pagina 631
Bij het rijden met een op de auto AANWIJZING OPMERKING gemonteerd compact reservewiel: Als de originele band en velg • Controleer de bandenspanning beschadiging gerepareerd zijn en weer onder de nadat het compacte reservewiel compacte reservewiel en uw auto gemonteerd zijn, moeten de gemonteerd juiste auto te voorkomen:...
Pagina 632
Wat te doen in een noodgeval Kriklabel ■ Voorbeeld OOS067043 ❈ Het werkelijke label op de krik in de auto kan afwijken van de afbeelding. Meer informatie vindt u op het label op de krik. 1.Modelnaam 8.Zet auto's handgeschakelde transmissie de 2.Maximaal toegestane belasting versnellingspook in de achteruit of 3.Activeer de parkeerrem wanneer u...
Pagina 633
EG-conformiteitsverklaring voor krik JACKDOC14S 6-27...
Pagina 634
We raden u aan het systeem te laten WAARSCHUWING gebeuren dat het lek niet afdoende controleren door officiële gedicht kan worden. HYUNDAI-dealer. Laat de band zo snel mogelijk Een te lage bandenspanning heeft repareren. De bandenspanning een negatieve invloed op de prestaties kan, nadat band van de band.
Pagina 635
HYUNDAI-dealer als de band niet passerende verkeer. kunt repareren. Lees het hoofdstuk gerepareerd kan worden met de • Activeer de parkeerrem, ook als de 'Aanwijzingen voor een veilig gebruik Tire Mobility Kit.
Pagina 636
Wat te doen in een noodgeval • Laat de compressor niet langer Componenten van het Tire Mobility Kit (TMK) dan 10 minuten achter elkaar draaien, omdat anders oververhit kan raken. • Gebruik de Tire Mobility Kit niet bij een buitentemperatuur lager dan -30°C.
Pagina 637
9. Slang om de compressor aan te Gebruik van de Tire Mobility Kit WAARSCHUWING sluiten op de fles dichtmiddel of de compressor aan te sluiten op de OPMERKING Afdichtingsmiddel band • Buiten bereik kinderen houden. De stekkers, kabel en vulslang •...
Pagina 638
Wat te doen in een noodgeval OIG066022 OTM068007 OTM068008 2. Schroef de vulslang (9) op de 4. Schroef de ventieldop van de 5. Plaats de fles afdichtingsmiddel aansluiting fles defecte band los en schroef de (4) rechtop in de behuizing van de bandenreparatievloeistof.
Pagina 639
8. Zet de startknop of het contact OPMERKING aan, zet de compressor aan en laat de compressor gedurende 5 - • Het aansluiten van een TMK- 7 minuten lopen, zodat de band kabel kan gevaarlijk zijn als juiste spanning dit niet op de juiste manier afdichtingsmiddel wordt gevuld.
Pagina 640
Wat te doen in een noodgeval 9. Schakel de compressor uit. Rijd niet harder dan 80 km/h. Rijd indien mogelijk niet langzamer dan 10. Verwijder de vulslang van de fles 20 km/h. dichtmiddel en het ventiel van de band. Als u tijdens het rijden ongewone trillingen opmerkt, een abnormaal Plaats het TMK terug in het rijgedrag ervaart of bijgeluiden hoort,...
Pagina 641
Controleren van de - De bandenspanning verhogen: AANWIJZING schakelaar bandenspanning Gebruik compressor niet compressor in stand I. Schakel langer dan 10 minuten, omdat het de compressor even uit om de apparaat anders oververhit raakt huidige bandenspanning- en beschadigd kan raken. sinstelling te controleren.
Pagina 642
We adviseren u contact op te een officiële HYUNDAI-dealer nemen officiële worden gecontroleerd. HYUNDAI-dealer als de band niet gerepareerd kan worden Informatie met de Tire Mobility Kit. Draai bij het plaatsen van de gerepareerde band met velg op de...
Pagina 643
[A] : Dollies voorwielen. Laat de auto bij voorkeur wegslepen Als er geen dolly's worden gebruikt, door officiële HYUNDAI moet de auto worden gesleept met Erkend Reparateur of een erkend de voorwielen van de grond. bergingsbedrijf. De juiste procedures voor het slepen...
Pagina 644
Wat te doen in een noodgeval Slepen in noodgevallen zonder Afneembare trekhaak WAARSCHUWING dollies: 1. Zet het contact in stand ACC. Zet het contact in de stand OFF 2. Zet de selectiehendel in stand N wanneer auto (neutraal). gesleept wordt als de auto voorzien is van zij- en gordijnai 3.
Pagina 645
■ 3. Plaats het sleepoog door het Slepen in een noodgeval Voor rechtsom te draaien totdat het ■ Voor volledig vastzit. 4. Verwijder het sleepoog na gebruik en plaats het afdekkapje. OTM068016 ■ Achter OTM068018 ■ Achter OTM068017 2. Verwijder het afdekkapje in de OTM068019 bumper door op het onderste deel Als er nauwelijks beweging in de...
Pagina 646
Wat te doen in een noodgeval We raden u aan contact op te nemen Volg altijd onderstaande met een officiële HYUNDAI-dealer of voorzorgsmaatregelen bij slepen in een deskundig bergingsbedrijf voor een noodgeval: hulp. • Zet het contact in stand ACC,...
Pagina 647
• Controleer, voordat auto OPMERKING gesleept wordt, onder de auto of deze geen Automatische- Om schade aan uw auto en transmissie-vloeistof lekt. Als de onderdelen ervan te voorkomen auto Automatische transmissie lekt bij het slepen: moet de auto op een auto- •...
Pagina 648
Wat te doen in een noodgeval NOODUITRUSTING (INDIEN VAN TOEPASSING) Uw auto is uitgerust met een Eerstehulpset Neem de volgende stappen om de nooduitrusting waarmee u kunt bandenspanning te controleren: De EHBO-set bevat spullen voor het inspelen op noodsituaties. 1. Draai de ventieldop, die zich op de verlenen van eerste hulp, zoals een velg van de band bevindt, los.
Pagina 649
Onderhoud Motorruimte............7-3 Ruitensproeiervloeistof........7-20 Ruitensproeiervloeistofniveau controleren ....7-20 Onderhoudswerkzaamheden ........7-6 Parkeerrem ............7-21 Verantwoordelijkheid van de eigenaar ......7-6 Voorzorgsmaatregelen voor onderhoud Controleer de parkeerrem ..........7-21 uitgevoerd door eigenaar..........7-6 Brandstoffilter (diesel) ........7-22 Door de eigenaar uit te voeren Water uit het brandstoffilter aftappen .....7-22 onderhoudswerkzaamheden ........7-7 Brandstoffilterelement vervangen......7-22 Schema voor door de eigenaar uit te...
Pagina 650
Banden en velgen ..........7-33 Lamp richtingaanwijzer opzij vervangen ....7-73 Vervangen van lamp achterlicht........7-73 Aandacht voor de banden ..........7-34 Gloeilamp derde remlicht vervangen......7-75 Aanbevolen bandenspanning bij koude banden ..7-34 Vervangen van gloeilamp Bandenspanning controleren ........7-35 kentekenplaatverlichting ..........7-76 Wielen verwisselen ............7-36 Gloeilamp interieurverlichting vervangen ....7-76 Wielen uitlijnen en balanceren ........7-37 Banden vervangen ............7-37 Onderhoud exterieur ...........7-78...
Pagina 651
MOTORRUIMTE ■ Benzinemotor (Theta 2,4 MPI) 1. Koelvloeistofreservoir 2. Motorkoelvloeistofreservoirdop 3. Rem-/koppelingsvloeistofreservoir 4. Luchtfilter 5. Vuldop motorolie 6. Peilstok motorolie ■ Benzinemotor (Theta 2,4 GDI) 7. Ruitensproeiervloeistofreservoir 8. Zekeringkast 9. Accupool [+] 10. Accupool [-] De werkelijke motorruimte van de auto kan afwijken van de afbeelding.
Pagina 652
Onderhoud ■ Benzinemotor (Lambda 3,5 MPI) 1. Koelvloeistofreservoir 2. Vuldop motorolie 3. Rem-/koppelingsvloeistofreservoir 4. Luchtfilter 5. Zekeringkast 6. Accupool [+] 7. Accupool [-] 8. Motorkoelvloeistofreservoirdop 9. Peilstok motorolie 10. Ruitensproeiervloeistofreservoir De werkelijke motorruimte van de auto kan afwijken van de afbeelding. OTM078001L...
Pagina 653
■ Diselmotor (R 2,0/2,2) 1. Koelvloeistofreservoir 2. Ruitensproeiervloeistofreservoir 3. Motorkoelvloeistofreservoirdop 4. Zekeringkast 5. Peilstok motorolie 6. Vuldop motorolie 7. Rem-/koppelingsvloeistofreservoir 8. Luchtfilter 9. Accupool [+] 10. Accupool [-] De werkelijke motorruimte van de auto kan afwijken van de afbeelding. OTM078020...
Pagina 654
HYUNDAI krijgt technische De garantievoorwaarden vindt u in kunnen de prestaties, veiligheid of ondersteuning van HYUNDAI om het onderhoudsboekje. levensduur van uw auto in negatieve ervoor te zorgen dat u tevreden bent Reparaties en afstellingen die nodig zin eïnvloeden en kunnen daarnaast met de service.
Pagina 655
DOOR DE EIGENAAR UIT TE VOEREN ONDERHOUDSWERKZAAMHEDEN De eigenaar of officiële HYUNDAI- • Leg blokken voor de wielen WAARSCHUWING dealer moet onderstaande controles (voor en achter) om te voor- volgens het aangegeven interval komen dat de auto gaat Het uitvoeren van onderhouds-...
Pagina 656
Onderhoud Tijdens het rijden: Schema voor door de eigenaar WAARSCHUWING uit te voerenonderhoudswerk- • Let op veranderingen in het zaamheden uitlaatgeluid en let erop dat u in het Dieselmotor interieur geen uitlaatgassen ruikt. Bij het tanken: Werk draaiende • Controleer op trillingen in het •...
Pagina 657
Twee keer per jaar: Ten minste eenmaal per jaar: • Controleer onder uw auto op lekkage (tijdens of na het gebruik (in het voorjaar en in het najaar) • Reinig de afvoeropeningen aan de van de airconditioning kan er een onderzijde van de portieren en de •...
Pagina 658
HYUNDAI-dealer. Vacuüm- en carterventilatieslangen Aandrijfriemen (indien van toepassing) Brandstoffilter(element) Controleer alle aandrijfriemen op...
Pagina 659
Onder normale gebruiksomstandig- onmiddellijk als er sporen van te laten onderhouden door een heden hoeft automatische- veroudering beschadigingen officiële HYUNDAI-dealer. transmissievloeistof niet gevonden worden. gecontroleerd te worden. We raden u aan de automatische- Koelsysteem Luchtfilter transmissievloeistof...
Pagina 660
8.) op slingering en slijtage en de scheurtjes beschadigingen. remklauwen op vloeistoflekkage. Vervang beschadigde onderdelen. Remleidingen en -slangen Zie de website van HYUNDAI voor meer informatie over het controleren Controleer visueel juiste Aandrijfassen en remblokken bevestiging,...
Pagina 661
MOTOROLIE Motoroliepeil controleren 2. Start de motor en laat deze op de AANWIJZING normale bedrijfstemperatuur (benzinemotor) • Vul niet te veel motorolie bij. komen. ■ 2,4 motor Hierdoor motor 3. Zet de motor uit en wacht beschadigd raken. ongeveer 5 minuten zodat de olie naar het carter terug kan lopen.
Pagina 662
6. Het peil moet zich bevinden in de Zone (A) nemen met een officiële zone C. Als het peil zich bevindt in Hyundai-dealer. zone D, vul dan voldoende olie bij om het peil in zone C te brengen. Zone (B) Vul geen motorolie bij.
Pagina 663
F. Vul niet te veel olie bij. We adviseren u de motorolie en het oliefilter te laten vervangen door een Gebruik alleen de voorgeschreven officiële HYUNDAI-dealer. motorolie. (Zie "Aanbevolen smeermiddelen en hoeveelheden" in hoofdstuk 8.) WAARSCHUWING Radiateurslang...
Pagina 664
HYUNDAI-dealer. tegen bevriezing. Het reservoir is in de fabriek gevuld. Controleer de vorstbescherming en het koelvloeistofpeil ten minste één...
Pagina 665
Aanbevolen koelvloeistof WAARSCHUWING WAARSCHUWING • Vul het koelsysteem alleen bij met gedestilleerd water en vul het De elektromotor voor Verwijder koel- koelsysteem niet bij met gewoon de koelventilator blijft vloeistofreser voir- kraanwater. onjuist mogelijk draaien of dop/ radiateurdop of koelvloeistofmengsel wordt mogelijk de aftapplug NOOIT...
Pagina 666
Vervangen van de mengverhouding. koelvloeistof We adviseren u de koelvloeistof te Mengverhouding laten verversen door een officiële Buiten (hoeveelheid) temperatuur Hyundai-dealer. Antivries Water -15°C (5°F) AANWIJZING -25°C (-13°F) Leg, om schade aan onderdelen -35°C (-31°F) van de motor te voorkomen, een -45°C (-49°F)
Pagina 667
/koppelingssysteem. Laat de een officiële HYUNDAI-dealer. auto controleren door officiële Hyundai-dealer. Informatie Gebruik alleen de voorgeschreven WAARSCHUWING remvloeistof.
Pagina 668
Onderhoud RUITENSPROEIERVLOEISTOF Ruitensproeiervloeistofniveau AANWIJZING • Gebruik geen koelvloeistof of controleren antivries in het ruitensproeier- • Zorg ervoor dat rem-/koppelings- vloeistofreservoir. Koelvloei- vloeistof niet in contact komt met stof kan het zicht ernstig het lakwerk van de auto. De lak belemmeren wanneer dit op kan hierdoor beschadigd raken.
Pagina 669
HYUNDAI-dealer. u het systeem te laten repareren door een officiële HYUNDAI-dealer. Slag: 5~7 klikjes bij een kracht van 20 kg (44 lbs, 196 N). Vrije slag : 8-9 tarden...
Pagina 670
Hyundai-dealer overeenkomstig het aan de onderzijde. in het begin van dit hoofdstuk beschreven onderhoudsschema. Als een vooraf bepaalde hoeveelheid water brandstoffilter verzameld...
Pagina 671
• Gebruik originele HYUNDAI- onderdelen, door het gebruik van niet-originele HYUNDAI- onderdelen luchtmassameter beschadigd raken. OTM078030 2. Veeg de binnenzijde van het luchtfilter schoon. 3. Trek de hendel naar beneden in de stand ONTGRENDELD.
Pagina 672
Onderhoud INTERIEURFILTER Controle filter Als er veelvuldig met de auto gereden wordt in druk stadsverkeer of een stoffige omgeving, moet het filter vaker worden gecontroleerd en indien nodig worden vervangen. Als u als eigenaar het filter zelf wilt vervangen, volg dan onderstaande procedure en let erop geen andere onderdelen te beschadigen.
Pagina 673
RUITENWISSERBLADEN Controle bladen AANWIJZING Informatie Verontreiniging van de voorruit of de Probeer de ruitenwissers nooit In de handel verkrijgbare hot wax ruitenwisserbladen door bepaalde met de hand te bewegen om zoals gebruikt wasstraten substanties kan het effect van de beschadiging bemoeilijkt het reinigen van de uitenwissers verminderen.
Pagina 674
Onderhoud Onderhoudspositie Type A 2. Op dat moment kunt u de ruitenwissers wegklappen van de ruitenwissers voor voorruit. 3. Plaats ruitenwissers voorzichtig terug op de voorruit. 4. Zet de ruitenwisserschakelaar in een van de standen AAN om de ruitenwissers in hun onderste ruststand te zetten.
Pagina 675
Type B 2. Druk de vergrendeling in (1) en trek tegelijkertijd ruitenwisserblad omlaag (2). OLF074019 3. Plaats nieuwe OLF074017 ruitenwisserblad 1. Trek de ruitenwisserarm omhoog. omgekeerde volgorde van het OGSR076068 verwijderen. 4. Plaats de ruitenwisserarm terug 3. Verwijder het ruitenwisserblad van op de voorruit.
Pagina 676
3. Controleer of het ruitenwisserblad goed vastzit door er lichtjes aan te trekken. Laat ruitenwisserbladen vervangen door officiële HYUNDAI-dealer om schade aan de ruitenwisserarmen andere onderdelen te voorkomen. 7-28...
Pagina 677
ACCU • Accu’s bevatten Het ontstekingssysteem werkt WAARSCHUWING zwavelzuur dat uitermate met hoogspanning. Raak deze corrosief Laat onderdelen NOOIT aan als de Volg altijd onderstaande accuzuur niet in contact motor draait of als het contact voorzorgsmaatregelen bij het komen met uw ogen, in stand ON staat.
Pagina 678
Dat kan corrosie van de accu of van andere onderdelen veroorzaken. Zet tot slot de doppen van de cellen stevig vast. We adviseren u echter voor optimaal accuonderhoud contact op te nemen met een officiële Hyundai- dealer. OTM078034 OHYK077011 • Zorg ervoor dat de accu altijd goed Indien uw auto is uitgerust met een vastzit.
Pagina 679
2 uur afwijken van de afbeelding. rokende materialen uit de met een stroomsterkte van 20 - 30 1. CMF60L-BCI : De door HYUNDAI buurt van de accu. A opgeladen worden. gebruikte naam van de accu •...
Pagina 680
AGM-accu milieu voor vervangende onderdelen te (3) Neem de klem los van de gezondheid. gebruiken die geleverd zijn pluspool. door een officiële Hyundai- Voer de batterij volgens de wettelijke • Gebruik voor het vervangen dealer. voorschriften af. altijd originele, door •...
Pagina 681
BANDEN EN VELGEN Te resetten onderdelen • Controleer bij het controleren WAARSCHUWING De volgende onderdelen moeten van de bandenspanning ook nadat de accu is ontladen of na het altijd die van het reservewiel. Door bandproblemen kunt u de weer aansluiten van de accukabels controle over de auto verliezen, •...
Pagina 682
Onderhoud Aandacht voor de banden Aanbevolen bandenspanning WAARSCHUWING bij koude banden spanning banden Voor optimale rijeigenschappen, (inclusief die van het reservewiel) een optimale handling en een zo dient koude banden laag mogelijke bandenslijtage gecontroleerd te worden. 'Koude dient u de banden op de banden' wil zeggen dat er de laatste aanbevolen spanning te houden.
Pagina 683
Zonder het ventieldopje lijken mogelijk ook op de juiste controleren door een officiële kan er vuil en vocht in het ventiel spanning zijn HYUNDAI-dealer. komen, waardoor lucht bandenspanning te laag is. • Een te hoge bandenspanning ontsnappen. Zorg bij verlies van een Verwijder de ventieldop.
Pagina 684
Om de banden zo gelijkmatig mogelijk laten slijten raadt • Gebruik het reservewiel niet HYUNDAI aan de wielen iedere voor het verwisselen van de 12.000 km of eerder, indien het wielen. slijtagepatroon daartoe aanleiding • Gebruik nooit diagonaal- en geeft, te verwisselen.
Pagina 685
Wielen uitlijnen en balanceren Banden vervangen WAARSCHUWING De wielen van uw auto zijn af fabriek zorgvuldig uitgelijnd Slijtage-indicator Om de kans op ERNSTIG gebalanceerd voor lange LETSEL te beperken: levensduur van de banden en • Vervang banden optimale prestaties. (ongelijkmatig) versleten of Normaal gesproken is het niet nodig beschadigd zijn.
Pagina 686
De niet worden gebruikt. band voor het compacte reservewiel HYUNDAI adviseert is niet ontworpen voor normale banden bij normaal gebruik velgen, en de velg van het compacte over het algemeen na zes (6)
Pagina 687
Velgen vervangen Onderhoud van banden WAARSCHUWING Als u om de een of andere reden de Naast een juiste bandenspanning, velgen wilt vervangen, dient u erop draagt een juiste wieluitlijning bij tot Repareer vervang te letten dat de nieuwe velgen het beperken van de bandenslijtage. originele band spoedig...
Pagina 688
Onderhoud 2. Aanduiding bandenmaat H - Snelheidsclassificatie. Zie het overzicht in dit hoofdstuk voor De bandenmaat staat aangegeven meer informatie. op de wang van een band. Deze informatie zal nodig zijn bij de aanschaf van nieuwe banden voor Aanduiding velgmaat uw auto.
Pagina 689
3. Controleren van de leeftijd 4. Structuur en materiaal Snelheidsclassificatie banden van de banden (TIN: Tire van de band In het onderstaande overzicht staan Identification Number, meest gebruikte snelheids- Het aantal lagen rubber van de band. bandenidentificatienummer) classificaties voor autobanden Bandenfabrikanten moeten weergegeven.
Pagina 690
Onderhoud 7. Universele De levensduur van de banden zal WAARSCHUWING echter in belangrijke mate afhankelijk kwaliteitsclassificatie banden zijn gebruiksomstan- Kwaliteitsgradaties vindt u, indien De gripclassificatie voor deze digheden, aanzienlijk van toepassing, op de zijkant van de band is gebaseerd op griptests afwijken van de norm door de rijstijl band tussen de schouder van het waarbij rechtuitrijdend wordt...
Pagina 691
Temperatuur - A, B en C Banden met een kleine WAARSCHUWING hoogte-/breedteverhouding Er zijn drie temperatuurclassificaties mogelijk: A (de hoogste), B en C. Er zijn banden toegepast met een De temperatuurclassificatie van Deze classificaties geven aan in kleine hoogte-/breedteverhouding, deze band geldt voor een band hoeverre de band hittebestendig is kleiner dan 50, voor een sportieve die de juiste spanning heeft en...
Pagina 692
• Informatie over de band staat velgen beschadigd raken. op de wang van de band. • Als een band ergens tegenaan stoot, controleer dan de staat van de band. Of neem contact op met een officiële HYUNDAI- dealer. 7-44...
Pagina 693
Als de vervangende zekering ook doorbrandt, duidt elektrische storing. Probeer het betreffende systeem niet gebruiken en neem onmiddellijk Normaal Doorgebrand contact officiële OLF074075 HYUNDAI-dealer. 7-45...
Pagina 694
Onderhoud Vervangen zekering zijpaneel AANWIJZING Verwijder een zekering niet met een schroevendraaier of een ander metalen voorwerp omdat hierdoor kortsluiting ontstaan, waardoor schade aan elektrisch systeem worden veroorzaakt. OTM078037 5. Trek de verdachte zekering recht OTM078036 naar buiten. Gebruik 1. Zet de auto uit. demontagegereedschap dat zich zekeringkast 2.
Pagina 695
■ Steekzekering klemmen zit. Neem contact op met trekken. een officiële HYUNDAI-dealer als 4. Controleer verwijderde de zekering niet goed vastzit. zekering; vervang hem indien hij is doorgebrand.
Pagina 696
HYUNDAI-dealer. OTM078041 Vervang doorgebrande multizekering als volgt: 1. Zet de auto uit. 2. Neem de minkabel van de accu los. 3. Verwijder het deksel van de...
Pagina 697
Zekering-/relaiskast Zekeringkast bestuurderszijde OTM078044 Aan de binnenzijde van het deksel van de zekering-/relaiskast vindt u een label met daarop de naam van de zekeringen en relais en de capaciteit. Informatie Mogelijk zijn niet alle beschrijvingen van de zekeringkast van toepassing op uw auto.
Pagina 698
Onderhoud Zekeringkast bestuurderszijde Naam zekering Symbool Stroomsterkte zekering Beschermd circuit MODULE 4 7.5A Remlicht, Low Beam Assist-Dynamic, bestuurdersportiermodule MODULE AIR BAG 1 Airbagmodule BRAKE BRAKE 7.5A IBU, Remlichtschakelaar SWITCH SWITCH Audiosysteem, hoofdunit audio-, video- en navigatiesysteem, instrumentenpaneel, DC-DC-laagspanningsconverter (audiosysteem/AMP), module klimaatregeling, head-up display, automatische verlichting en lichtsensor, regensensor, MODULE 9 MODULE...
Pagina 699
Zekeringkast bestuurderszijde Naam zekering Symbool Stroomsterkte zekering Beschermd circuit IBU 1 7.5A Surround View Monitor, uitstroomopening AC-inverter, AC-inverter, MODULE 2 7.5A stoelverwarming links/rechts achter, stoelventilatiemodule voor, MODULE module stoelverwarming voor MODULE 8 7.5A Schakelaar alarmknipperlichten, sleutelsolenoid MODULE S/HEATER FRT Stoelventilatiemodule voor, module stoelverwarming voor AIR BAG 2 Airbagmodule Stuurhoeksensor, Lane Departure Warning-unit, stuurkussenschakelaar, IBU,...
Pagina 701
Zekeringkast bestuurderszijde Naam zekering Symbool Stroomsterkte zekering Beschermd circuit MODULE 3 7.5A MODULE Audiosysteem, hoofdunit audio-, video- en navigatiesysteem, module klimaatregeling, MTS E-Call-module, DC-DC-laagspanningsconverter (audiosysteem/AMP), MODULE 6 7.5A elektrochromatische binnenspiegel, schakelaar middenconsole onder, IMS-module MODULE bestuurder, stoelverwarming links/rechts achter, stoelventilatiemodule voor AMP, module stoelverwarming voor WASHER Multifunctionele schakelaar...
Pagina 702
Onderhoud Zekeringkast motorruimte OTM078039 Aan de binnenzijde van het deksel van de zekering-/relaiskast vindt u een label met daarop de naam van de zekeringen en relais en de capaciteit. Informatie Mogelijk zijn niet alle beschrijvingen van de zekeringkast van toepassing op OTM078049L uw auto.
Pagina 703
Zekeringkast motorruimte Type Naam zekering Symbool Stroomsterkte zekering Beschermd circuit C : 80A MDPS MDPS-unit R : 100A C/FAN 1 [D4HA/D4HB/G4KJ] Regeleenheid koelventilator ESP-module ICU-verbindingsblok (zekering - F16/F17/F27/F36/F46) ICU-verbindingsblok (zekering - F29/F39/F48/F49) MULTIZEKE RING (10P) ICU-verbindingsblok (IPS 8/IPS 10/IPS 11/IPS 12/IPS 13/IPS 14/IPS 15) RR HTD Relais 1 (relais RR HTD) ABS 1...
Pagina 711
De koplamp moet na een ongeval of na verlichting contact op met een lamp vervangen wordt door een opnieuw monteren worden officiële Hyundai-dealer. Het zelf met dezelfde wattage. Anders kan afgesteld door officiële vervangen van gloeilampen kan de zekering of het elektrische HYUNDAI-dealer.
Pagina 712
Als het lang duurt tot de condens in de OLMB073042L koplampen is verdwenen, neem dan • Behandel halogeenlampen contact officiële voorzichtig. Halogeenlampen HYUNDAI-dealer. bevatten gas onder druk, zodat er kleine glasdeeltjes vrijkomen die letsel kunnen OTM078087L veroorzaken lamp breekt. (1) Dagrijverlichting •...
Pagina 713
• Behandel halogeenlampen altijd ■ Koplamp (dimlicht) 3. Verwijder de afdekkap van de voorzichtig krassen gloeilamp door de kap linksom te voorkomen. Voorkom contact met draaien. vloeistoffen wanneer de lampen 4. Neem stekker branden. lampfitting los. (dimlicht • Raak het glas nooit met de vingers grootlicht) aan.
Pagina 714
6. Plaats de fitting met stekker. onder de voorbumper: 3 stuks). (6) Mistlampen voor (indien van toepassing) 7. Plaats de wielkuipbescherming in omgekeerde volgorde verwijderen. Dagrijverlichting/Parkeerlicht We adviseren u, als de LED- verlichting niet werkt, de auto te laten controleren door officiële Hyundai-dealer. 7-66...
Pagina 715
• Draag bij het vervangen van 3. Neem de voedingsstekker los van Hyundai-dealer. een lamp een veiligheidsbril. de aansluiting. Laat de lamp alvorens hem te 4. Verwijder de fitting uit het huis vervangen afkoelen. door deze linksom te draaien tot...
Pagina 716
Onderhoud 5. Plaats een nieuwe fitting in de Afstellen van koplamp en 3. Trek verticale lijnen (lijnen die door behuizing door de nokjes op de hart gaan mistlamp voor fitting in lijn te brengen met de respectievelijke koplamp) en een Afstellen van koplamp uitsparingen in de behuizing.
Pagina 717
Afstellen mistlampen vóór OTM078067L Het afstellen van de mistlampen vóór gaat op dezelfde wijze als bij de koplampen. Controleer of de accu voldoende geladen is, schakel de mistlampen vóór in en stel de mistlampen Verdraai schroevendraaier rechtsom linksom om de lichtbundel omhoog of omlaag te verstellen.
Pagina 718
Onderhoud Richtpunt ■ Halogeenlamp ■ LED-lamp H1: Hoogte tussen hart gloeilamp en grond (dimlicht) H2: Hoogte tussen hart gloeilamp en grond (grootlicht) H3: Hoogte tussen hart gloeilamp en grond W1: Afstand tussen het hart van beide gloeilampen (dimlicht) W2: Afstand tussen het hart van beide gloeilampen (grootlicht) W3: Afstand tussen het hart van beide gloeilampen OTM078069L/OTM078070L Conditie auto...
Pagina 719
Dimlicht (links) Verticale lijn door hart gloeilamp Hartlijn auto linker koplamp Verticale lijn door hart gloeilamp rechter koplamp Horizontale lijn door hart gloeilamp koplamp Begrenzingslijn H1 (dimlicht) W1 (dimlicht) Grond ODMEMC2025 1. Stel het dimlicht af terwijl de bestuurder in de auto zit. 2.
Pagina 720
Onderhoud Mistlamp vóór Hartlijn auto Verticale lijn door hart gloeilamp linker Vertical line of the left fog lamp bulb center mistlamp Verticale lijn door hart gloeilamp rechter Vertical line of the right fog lamp bulb center mistlamp Horizontale lijn door hart gloeilamp mistlamp Upper limit Bovenste limiet Horizontal line of fog lamp bulb center...
Pagina 721
■ Type A Vervangen van lamp achterlicht Lamp richtingaanwijzer opzij vervangen (1) Achterlicht/remlicht (2) Achterlicht ■ Type A (Standard) (3) Richtingaanwijzer (4) Achteruitrijlicht (5) Mistachterlicht (indien van toepassing) ■ Type B (1) Achterlicht (2) Remlicht (3) Richtingaanwijzer OTM078010R OTM078004L (4) Achteruitrijlicht ■...
Pagina 722
Onderhoud OTM078052 OTM078009 OTM078008 6. Verwijder de lamp uit de fitting Remlicht/achterlicht (Type A) Achterlicht (Type A) door de lamp in te drukken en 1. Zet de motor uit. 1. Zet de motor uit. deze linksom te draaien tot de 2.
Pagina 723
HYUNDAI-dealer. Trek de lamp uit de fitting. 6. Plaats een nieuwe lamp in de fitting en draai de lamp tot hij vastzit.
Pagina 724
1. Wrik het afdekkapje van de lens Als de lamp (1) niet brandt, raden u aan het systeem door een officiële met een platte schroevendraaier Hyundai-dealer na te laten kijken. voorzichtig los van het huis van de verlichting. 2. Trek de lamp recht naar buiten.
Pagina 725
Leeslampje, interieurverlichting, lampje make-upspiegel en bagageruimteverlichting ■ Lamp dashboardkastje ■ Leeslampje ■ Lampje make-upspiegel OTM078015 OOS077046 OTM078018 ■ Interieurverlichting ■ Bagageruimteverlichting 1. Wrik de lens met een platte schroevendraaier voorzichtig l huis interieurverlichting. 2. Trek de lamp naar buiten. 3. Steek een nieuwe lamp in de fitting.
Pagina 726
Onderhoud ONDERHOUD EXTERIEUR • Reinig kunststof onderdelen en Exterieur, onderhoud Insecten, teer, sap van bomen, uitwerpselen van vogels, industrieel lichting niet met chemische Onderhoud exterieur - vuil en dergelijke kunnen de lak van oplosmiddelen sterke Algemeen uw auto aantasten als ze niet direct reinigingsmiddelen, Het is van groot belang bij gebruik beschadiging...
Pagina 727
Wassen met een hogedrukreiniger In de was zetten • Houd bij het gebruik van een Een goede waslaag vormt een hogedrukreiniger voldoende barrière tussen afstand tot de auto. Wanneer u verontreinigingen. Het behoud van onvoldoende afstand houdt of de een goede waslaag draagt bij tot de druk hoog kunnen...
Pagina 728
Onderhoud Onderhoud van de onderzijde AANWIJZING AANWIJZING Zand en pekel kunnen zich ophopen • Als u stof of vuil met een droge Wanneer uw auto beschadigd is onderzijde doek wegveegt, komen en reparatie of vervanging van carrosserie. Als deze middelen niet krassen op de lak.
Pagina 729
Bescherming tegen roest AANWIJZING WAARSCHUWING Bescherming van uw auto • Gebruik voor het reinigen van tegen roest Test na het wassen bij lage lichtmetalen velgen geen behulp meest snelheid de remmen van uw schuur- polijstmiddelen, geavanceerde technologie auto om te controleren of de oplosmiddelen ontwerp constructie...
Pagina 730
Onderhoud Meest voorkomende oorzaken Vocht werkt roest in de hand Voorkomen van roest van roest Vocht creëert omstandigheden U kunt een bijdrage leveren aan het De meest voorkomende oorzaken waaronder roestvorming gemakkelijk voorkomen van roest door in eerste van roest aan de auto zijn: optreedt.
Pagina 731
Houd uw garage vochtvrij • Besteed bij het reinigen van de Uitwerpselen vogels onderkant extra aandacht aan de Uitwerpselen van vogels bevorderen Parkeer uw auto niet in een vochtige, delen onder de spatschermen en roestvorming in hoge mate en slecht geventileerde garage. Dit andere delen die zich uit het zicht beschadigen gelakte oppervlakken in is de perfecte omgeving voor...
Pagina 732
Onderhoud Onderhoud interieur Stoffen (indien van toepassing) AANWIJZING Verwijder stof en los vuil van de Onderhoud interieur - Algemeen Gebruik voor het reinigen van stoffen bekleding met een plumeau Voorkom chemicaliën lederen onderdelen (stuurwiel, of een stofzuiger. Reinig met een parfum, cosmetische oliën,...
Pagina 733
Leder (indien van toepassing) • Verzorgen lederen OPMERKING stoelbekleding • Kenmerken van leder - Reinig de stoel regelmatig met een - Leder wordt vervaardigd van de • Plooien of slijtplekken die stofzuiger om stof en zand van de opperhuid van een dier, die via duidelijk het gevolg zijn van het stoel te verwijderen.
Pagina 734
Onderhoud Veiligheidsgordels reinigen • Reinigen van lederen bekleding - Verwijder alle verontreinigingen Reinig de gordels met een zachte direct. onderstaande zeepoplossing die speciaal geschikt aanwijzingen voor is voor het reinigen van bekleding en verwijderen elke soort tapijt. Volg de aanwijzingen op het verontreiniging.
Pagina 735
HYUNDAI Erkend de koelvloeistoftemperatuur laag is in de atmosfeer terechtkomen. Bij dit Reparateur te laten controleren en bij stationair draaien, is de PCSV...
Pagina 736
Onderhoud 3. Emissieregelsysteem • Laat de motor in een afgesloten WAARSCHUWING ruimte (bijvoorbeeld een garage) Het emissieregelsysteem is een niet langer draaien dan nodig is om uiterst effectief systeem dat de Uitlaatgassen bevatten het gas de auto naar binnen of naar buiten uitstoot van schadelijke stoffen tot koolmonoxide (CO).
Pagina 737
• Een heet uitlaatsysteem kan omstandigheden controleren door een officiële brandbare materialen in brand brandgevaar ontstaan. HYUNDAI-dealer. doen vliegen. Vermijd contact tussen de auto en brandbare • Voorkom rijden met een extreem materialen zoals gras, laag brandstof-niveau.
Pagina 738
Hyundai-dealer. Als de auto echter gedurende roetfiltersysteem en kan er witte Als er gedurende langere tijd met de langere tijd herhaaldelijk korte rook uit de uitlaat komen.
Pagina 739
Hyundai- benzineroetfiltersysteem normale hogere snelheden kunnen er emissieproblemen dealer. automatisch verwijderd. ontstaan. Als er gedurende langere tijd met de...
Pagina 740
Onderhoud Selective Catalytic Reduction Ureummeter Waarschuwingsmelding laag (indien van toepassing) (indien van toepassing) ureumniveau (indien van toepassing) Het Selective Catalytic Reduction- systeem (SCR) katalytisch om in waterstof en water gebruikt daarbij ureumoplossing als reductiemiddel. OTM048163L De ureummeter geeft de geschatte resterende hoeveelheid ureumoplossing...
Pagina 741
De waarschuwingsmeldingen voor Wanneer de resterende hoeveelheid Wanneer de melding "Low Urea laag ureumniveau worden ureum reservoir [Ureum laag]" of "Refill Urea [Vul weergegeven als het ureumreservoir minimumniveau nadert, wordt de ureum]" wordt weergegeven, moet minder dan 5,4 liter ureumoplossing waarschuwingsmelding "Refill Urea minimaal 4 liter ureum worden bevat.
Pagina 742
"xxx km" komt overeen met de resterende afstand die mag worden afgelegd. Rijd niet door tot deze limiet is bereikt zonder de oorzaak van de storing te achterhalen. Anders kunt u de motor niet meer starten nadat u het contact hebt afgezet. Laat in dit geval het systeem controleren door een officiële Hyundai-dealer. 7-94...
Pagina 743
Als ongeacht het ureumniveau de motor niet start, laat Ongeschikt ureum gedetecteerd dan het systeem controleren door (= abnormaal ureum) een officiële Hyundai-dealer. Abnormaal ureumverbruik (= storing nabehandelingssysteem) 7-95...
Pagina 744
Onderhoud ❈ Wanneer de melding "Refill Urea Ureumoplossing bijvullen met Ureumoplossing bijvullen tank or vehicle will not start [Vul de vulfles Ureumoplossing bijvullen met ureumtank of auto zal niet 1. Zet het contact in stand OFF. de vulslang starten]" wordt weergegeven, 2.
Pagina 745
❈ Meng de ureumoplossing nooit Ureumoplossing bijvullen: ongeveer • Vermijd contact met het water additieven water. elke 6000 km (het verbruik van de dat uit de uitlaatpijp loopt. Dit Hierdoor kan het ureumreservoir ureumoplossing is afhankelijk van water licht zuur vervuild raken.
Pagina 746
Onderhoud • ureumsysteem • Als de ogen of de huid in • Spoel gemorste ( u r e u m v e r s t u i v e r , contact zijn gekomen met de ureumoplossing met water ureumpomp en DCU) blijft ureumoplossing, moeten ze weg of veeg de oplossing op gedurende...
Pagina 747
Cr-Ni-staal, Mo-Cr- goedgekeurde ureumoplossing, Ni-staal, polypropyleen neem dan contact op met een polyethyleen) officiële Hyundai-dealer. • Als er verontreinigingen in het ureumreservoir terechtkomen, kunnen de volgende problemen ontstaan. - Toename van de uitstoot van schadelijke stoffen - Storing in het roetfiltersysteem...
Pagina 748
Onderhoud Vul het reservoir nooit met een • WAARSCHUWING Als u de ureumoplossing gebruikte ureumoplossing die uit het hanteert in een afgesloten reservoir is afgetapt (bijvoorbeeld ruimte, zorg voor • tijdens onderhoudswerkzaamheden voldoende ventilatie. Als de ureumreservoir hoge aan de auto). De zuiverheid ervan fles van de ureumoplossing is buitentemperaturen wordt...
Pagina 749
• • Als de auto langere tijd heeft De tijd die nodig is om de CAUTION stilgestaan zeer lage ureumoplossing te ontdooien buitentemperaturen (onder - afhankelijk • Als een ongeschikte of niet- 11°C), is de ureumoplossing rijomstandigheden aanbevolen ureumoplossing ureumreservoir buitentemperatuur.
Pagina 750
Specificaties & Consumenteninformatie Afmetingen .............8-2 Motor ...............8-2 Wattage lampen............8-3 Banden en wielen ..........8-4 Belastingsindex en snelheidsindex banden ..8-5 Airconditioningssysteem ........8-5 Voertuiggewicht en inhoud bagageruimte ..8-6 Inhoud bagageruimte............8-6 Aanbevolen smeermiddelen en hoeveelheden..8-7 Aanbevolen motorolie (Europa)........8-9 Aanbevolen SAE-viscositeitsindex........8-9 Voertuig-identificatienummer (VIN) ....8-12 Voertuigcertificatielabel ........8-12 Bandenspanningslabe..........8-13 Motornummer ............8-13 Label aircocompressor ........8-14...
Pagina 751
Specificaties & Consumenteninformatie AFMETINGEN Onderwerpen Totale lengte 4770 Totale breedte 1890 Totale hoogte 1680 / 1705* 235/65 R17 1643 Spoorbreedte voor 235/60 R18 1638 235/55 R19 1635 235/65 R17 1652 Spoorbreedte achter 235/60 R18 1647 235/55 R19 1644 Wielbasis 2765 : met roof rack MOTOR Benzine...
Pagina 752
WATTAGE LAMPEN Gloeilamp Type lamp Wattage Dimlicht (Type A) Grootlicht (Type A) Koplamp Dimlicht (Type B) Grootlicht (Type B) Voor Richtingaanwijzer PY21W Richtingaanwijzer (buitenspiegel) Dagrijverlichting/parkeerlicht Mistlamp (Type A) Mistlamp (Type B) Remlicht/achterlicht (Type A) P21/5W 21/5 Achterlicht (Type A) Remlicht/achterlicht (Type B) Achterlichtunit Achterlicht (Type B) Achter...
Pagina 753
Specificaties & Consumenteninformatie BANDEN EN WIELEN Bandenspanning, bar (kPa, psi) Wielmoer Onderwerp Bandenmaat Velgmaat Normale belasting Maximum belasting Koppel kgm (lb.ft, Nm) Voor Achter Voor Achter 235/65 R17 7,0J x 17 Standaardband 235/60 R18 7,5J x 18 2,4 (240.35) 2,4 (240.35) 11~13 235/55 R19 8,0J x 19...
Pagina 754
625 (22,05) ± 25 (0,88) Koudemiddel R-1234yf (EUROPA) Voor + achter 800 (28,22) ± 25 (0,88) Voor 120 (4,23) ± 10 (0,35) Compressorolie Voor + achter 210 (7,4) ± 10 (0,35) Neem voor meer informatie contact op met een officiële Hyundai-dealer.
Pagina 755
Specificaties & Consumenteninformatie VOERTUIGGEWICHT EN INHOUD BAGAGERUIMTE ■ Voor Europa (Euro 6d) Theta II 2.4 R2.0 (Diesel) R2.2 (Diesel) Onderwerp A/T 4WD M/T 2WD M/T 4WD A/T 4WD M/T 2WD M/T 4WD A/T 2WD A/T 4WD 5-zitter [kg] 2,264 2,341 2,399 2,402 2,341...
Pagina 756
AANBEVOLEN SMEERMIDDELEN EN HOEVEELHEDEN Gebruik voor een optimale werking en een lange levensduur van motor en aandrijflijn uitsluitend smeermiddelen van de juiste kwaliteit. Het gebruik van de juiste smeermiddelen helpt ook het motorrendement verhogen, wat een gunstiger brandstofverbruik oplevert. Deze smeermiddelen en vloeistoffen worden aanbevolen voor gebruik in uw auto. Smeermiddel/vloeistof Inhoud Classificatie...
Pagina 757
Lambda 3,5 MPI 7,0 l (7,4 US qt.) transmissievloeistof NOCA ATF SP-IV, R2,0 7,0 l (7,4 US qt.) HYUNDAI genuine ATF SP-IV Diesel motor R2,2 7,1 l (7,50 US qt.) MT : 7,9 l (8,34 US qt.) Theta II 2,4 MPI AT : 8,2 l (8,66 US qt.)
Pagina 758
Aanbevolen motorolie Leverancier Product Helix Ultra AH 5W30 Benzinemotor Helix Ultra A5/B5 0W30 Shell Helix Ultra ECT AH 5W30 Dieselmotor Helix Ultra ECT C2/C3 0W30 Aanbevolen SAE-viscositeitsindex OPMERKING Zorg ervoor dat u de omgeving rond vuldoppen, aftappluggen en de peilstok altijd goed reinigt alvorens het peil te controleren of de vloeistof af te tappen.
Pagina 759
Specificaties & Consumenteninformatie Houd bij de keuze van een olie rekening met de te verwachten buitentemperaturen tot aan de volgende olieverversing. Kies dan aan de hand van de tabel de aanbevolen olieviscositeit : Voor een lager brandstofverbruik Temperatuurbereik SAE-viscositeitsindex wordt aangeraden om motorolie met °C Temperatuur viscositeit...
Pagina 760
: Voor een lager brandstofverbruik Temperatuurbereik SAE-viscositeitsindex wordt aangeraden om motorolie met °C Temperatuur viscositeit SAE 5W-30 (ACEA A5) te (°F) gebruiken. Als deze motorolie echter 20W-50 niet in uw land verkrijgbaar is, kies dan een geschikte motorolie aan de 15W-40 Motorolie benzinemotor hand van de viscositeitstabel.
Pagina 761
Specificaties & Consumenteninformatie VOERTUIG-IDENTIFICATIENUMMER (VIN) VOERTUIGCERTIFICATIE LABEL ■ Framenumber ■ VIN label (Indien van toepassing) OTM088003 OTM088008L voertuig-identificatienummer Het VIN staat ook op het plaatje dat OTM088001 (VIN) is het nummer dat gebruikt op de linker bovenzijde van het Op het voertuigcertificatielabel op wordt bij de registratie van uw auto dashboard is bevestigd.
Pagina 762
BANDENSPANNINGSLABE MOTORNUMMER ■ Benzinemotor (Theta 2,4 MPI) ■ Benzinemotor (Lambda 3,5 MPI) OTM078063L OTM088006L OTM088007L ■ Benzinemotor (Theta 2,4 GDI) ■ Diselmotor De banden waarmee uw nieuwe auto is uitgerust zijn zorgvuldig geselecteerd voor beste prestaties onder normale rijomstandigheden. Op het bandenspanningslabel op de middenstijl aan bestuurderszijde staan de bandenspanningen voor de verschillende...
Pagina 763
Het label bevindt zich aan de relevante bepalingen van richtlijn productienummer, koudemiddel (1) onderzijde van de motorkap. 1995/5/EG. en smeermiddel (2). Meer informatie, waaronder de conformiteitsverklaring fabrikant, kunt u vinden op deze website van HYUNDAI: http://service.hyundai-motor.com 8-14...