324
VERZORGING VAN DE AUTO
Als geen stoom wordt waargenomen,
laat u de motor gedurende drie
minuten stationair draaien. Indien de
waarschuwing aanwezig blijft, moet u
de motor uitschakelen en wachten
totdat deze is afgekoeld.
Sproeiervloeistof
Te gebruiken middelen
Lees vóór gebruik de aanwijzingen van
de fabrikant wanneer er sproeiervloei-
stof moet worden toegevoegd. Als u
uw auto gebruikt in gebieden waar de
temperatuur tot onder het vriespunt
kan dalen, gebruik dan een vloeistof
die voldoende bescherming tegen
bevriezing biedt.
Sproeiervloeistof bijvullen
Het bijbehorende bericht verschijnt op
het Driver Information Center (DIC)
als het vloeistofpeil laag staat.
Open de dop met het sproeiersymbool.
Voeg sproeiervloeistof toe totdat het
reservoir vol is. Zie Overzicht motor-
ruimte 0 310 voor de locatie van het
reservoir.
Voorzichtig
Gebruik geen sproeiervloeistof
met een toevoeging die voor een
waterafstotende laag zorgt.
Anders kunnen de wisserbladen
gaan klapperen of overspringen.
Gebruik geen koelvloeistof
(antivries) voor de voorruits-
proeier. Hierdoor kunnen het
sproeiersysteem en de lak
beschadigd raken.
Voeg geen water toe aan
kant-en-klare sproeiervloeistof.
Door het water kan de oplossing
bevriezen, waardoor het sproeier-
vloeistofreservoir en andere
onderdelen van het sproeiersys-
teem beschadigd kunnen raken.
Voorzichtig
(Vervolg)
Volg bij gebruik van geconcen-
treerde sproeiervloeistof de
aanwijzingen van de fabrikant
voor het toevoegen van water.
Vul het sproeiervloeistofreservoir
slechts tot driekwart als het erg
koud is. Hierdoor kan de vloeistof
uitzetten als deze bevriest,
anders zou het reservoir bescha-
digen als het helemaal vol zat.
Remsysteem
De remblokken hebben ingebouwde
slijtage-indicatoren die een hoge
waarschuwingstoon afgeven als de
remblokken zijn versleten en moeten
worden vervangen. Dit geluid kan
opkomen en verdwijnen of kan tijdens
het rijden voortdurend klinken, tenzij
het rempedaal stevig wordt ingetrapt.