108
INSTRUMENTEN EN KNOPPEN
Hieronder worden vier zaken toege-
licht waarover soms vragen worden
gesteld. Geen van deze zaken duidt op
een probleem met de brandstofmeter:
In het tankstation stopt de brand-
stofpomp voordat de meter op vol
staat.
Er moet iets meer of minder brand-
stof worden bijgevuld dan de meter
aangaf. Bijvoorbeeld geeft de meter
aan dat de tank halfvol was, maar
voor voltanken was iets meer of
minder dan de tankinhoud nodig.
De meter beweegt een stukje bij het
nemen van een bocht en accele-
reren.
Het duurt enkele seconden voordat
de meter zich heeft gestabiliseerd
nadat het contact is aangezet, en
geeft weer leeg aan wanneer het
contact is afgezet.
Motorkoelvloeistofthermo-
meter
Deze meter meet de temperatuur van
de automotor.
Als de rode LED oplicht terwijl u
onder normale omstandigheden rijdt,
is de motor te warm. Verlaat de weg
zo spoedig mogelijk om de auto tot
stilstand te brengen en de motor af te
zetten.
Veiligheidsgordelver-
klikkers
Waarschuwingslampje veilig-
heidsgordel bestuurder
De instrumentengroep bevat een
herinneringslampje voor de veilig-
heidsgordel van de bestuurder.
Wanneer de auto wordt gestart,
knippert dit lampje en kan er een
geluidssignaal klinken om de
bestuurder eraan te herinneren zijn
veiligheidsgordel te dragen.
Het lampje blijft vervolgens branden
totdat de gordel is omgedaan. Deze
cyclus wordt herhaald als de
bestuurder de gordel niet omdoet of
deze afdoet terwijl de auto in
beweging is.