BEDIENING
moet worden gedrukt om de nieuwe snelheid
over te nemen.
▷
LIMIT ASSIST met voorgestelde snelheids‐
waarde, inclusief ingestelde snelheidsaanpas‐
sing, zie pagina 176.
▷
Symbool voor de herkende snelheidslimiet.
Om de nieuwe snelheidslimiet over te nemen, de
linker tuimelschakelaar aan het stuurwiel kort,
overeenkomstig de richting van de groene pijl,
omhoog- of omlaagdrukken. De nieuwe snelheid
wordt overgenomen.
Snelheidsaanpassing
Er kan worden ingesteld of de snelheidsbegren‐
zing exact overgenomen wordt, of met een tole‐
rantie van –10 km/h tot +10 km/h.
Instellen
Via iDrive:
1.
"Mijn auto"
2.
"Auto instellingen"
3.
"Speed Limit Assist"
4.
"Voorstel aanpassen:"
5.
Gewenste instelling doen.
Grenzen van het systeem
Speed Limit Assist is gebaseerd op het systeem
Speed Limit Info, daarom ook de systeemgren‐
zen van Speed Limit Info in acht nemen.
Dynamische remlichten
Principe
Achteropkomende verkeersdeelnemers worden
door het knipperen van de remlichten voor een
noodremsituatie gewaarschuwd.
176
Veiligheid
Online Edition for Part no. 01405A47C81 - X/21
Algemeen
▷
Normaal remmen: remlichten branden.
▷
Hard remmen: remlichten knipperen.
Kort voor de stilstand wordt de alarmlichtinstalla‐
tie geactiveerd.
Alarmlichtinstallatie deactiveren:
▷
Accelereren.
▷
Toets alarmlichtinstallatie indrukken.
Waakzaamheidshulp
Principe
Het systeem kan toenemende onoplettendheid
of vermoeidheid van de bestuurder bij lange een‐
tonige ritten, bijvoorbeeld op snelwegen, herken‐
nen. In deze situatie wordt aanbevolen om een
pauze in te lassen.
Veiligheidsaanwijzing
WAARSCHUWING
Het systeem ontlast u niet van de persoonlijke
verantwoordelijkheid om uw lichamelijke ge‐
steldheid juist in te schatten. Toenemende on‐
oplettendheid of vermoeidheid worden moge‐
lijk niet of niet op tijd herkend. Er bestaat
gevaar voor ongevallen. Erop letten dat de be‐
stuurder uitgerust en oplettend is. Rijstijl aan de
verkeerssituatie aanpassen.