STORINGEN
(6/9)
Tijdens het rijden
Trillingen.
Witte rook uit de uitlaat.
Rook onder de motorkap.
Het waarschuwingslampje voor de olie-
druk gaat branden:
in een bocht of tijdens het remmen
dooft langzaam of blijft branden bij gas
geven
5.56
MOGELIJKE OORZAKEN
Banden te zacht, beschadigd of uit balans.
Bij een dieselmotor hoeft dit geen storing
te zijn, de rook kan ontstaan door de rege-
neratie van het roetfilter.
Bij een benzinemotor is dit is meestal
geen storing. Afhankelijk van de weersom-
standigheden (koud, vochtig enz.), kan er
bij sterk accelereren rook ontstaan.
Kortsluiting of lekkage van het koelcircuit.
Het peil is te laag.
Te lage oliedruk.
WAT TE DOEN
Controleer de bandenspanning, als deze goed
is, laat dan de banden door een merkdealer na-
kijken.
Raadpleeg de paragraaf "Bijzonderheid van de
dieselmotor" in hoofdstuk 2.
Laat het toerental zakken en vermijd plots acce-
lereren, zodat de rook geleidelijk verdwijnt. Zo
niet dan is er mogelijk een andere oorzaak. Ga
naar een merkdealer.
Stop, zet het contact uit, ga bij de auto vandaan
en roep de hulp in van een merkdealer.
Voeg motorolie toe (raadpleeg de paragraaf
"Oliepeil van de motor (bij)vullen" in hoofd-
stuk 4).
Stop en roep de hulp in van een merkdealer.