RUITENWISSER, SPROEIER
storingen
Bij een storing van het automatisch wissen,
schakelt de ruitenwisser over op wissen met
intervallen. Roep de hulp in van een merk-
dealer.
De werking van de regensensor kan worden
verstoord bij:
– beschadigde ruitenwissers; een wa-
terlaagje of watersporen achterla-
ten in de detectiezone van de sensor
kunnen de reactiesnelheid van het
automatisch wissen vergroten of de
frequentie van het wissen verhogen;
– een voorruit met een chip of barst ter
hoogte van de sensor, of een voorruit
die is bedekt met stof, vuil, insecten,
ijs, het gebruik van was en wateraf-
stotend stoffen; de ruitenwisser zal
minder gevoelig zijn of reageert mo-
gelijke helemaal niet.
1.106
(3/4)
D langzaam continu wissen
E snel continu wissen
Bijzonderheid
Tijdens het rijden gaat de wisser lang-
zamer werken als de auto stopt. Van snel
continu wissen naar langzaam continu
A
wissen. Zodra de auto weer gaat rijden, be-
ginnen de wissers weer met de oorspronke-
1
lijk ingestelde snelheid te werken.
B
Als u de schakelaar 1 in een andere stand
zet, schakelt u hiermee bovengenoemd au-
C
tomatisme uit.
D
Voorzorgsmaatregelen
– Controleer bij vorst voordat u de rui-
E
tenwisser inschakelt of de ruitenwisser-
bladen niet zijn vastgevroren. Als u de
ruitenwisser inschakelt terwijl de bladen
zijn vastgevroren, kunt u zowel de bladen
als de motor van de ruitenwisser bescha-
digen.
– Activeer de ruitenwissers niet op een
droge ruit. Dit kan leiden tot vroegtijdige
slijtage of beschadiging van de wisser-
bladen.
Verwarmende sproeiers
(afhankelijk van de auto)
De sproeiers worden verwarmd wanneer u
de ontwaseming van de voorruit activeert.