VERWISSELEN VAN EEN WIEL
1
4
Auto met krik en wielmoersleutel
Verwijder, indien nodig de wieldop, raad-
pleeg de paragraaf "Wieldoppen - Velgen"
van dit hoofdstuk. Draai de wielbouten iets
los met de wielmoersleutel 4. Plaats deze zo
dat u deze naar beneden moet drukken.
Om verwondingen of schade
aan de auto te voorkomen,
draai de krik uit tot het te ver-
vangen wiel zich op maximum
3 centimeter van de grond bevindt.
(1/2)
houd de krik 3 horizontaal, met de kop van
de krik verplicht bij de metalen versterkings-
2
plaat 1 die het dichtst bij het betreffende wiel
is, en is aangegeven met een pijl 2.
Draai de krik met de hand omhoog zodat u
de voet van de krik vlak op de grond kunt
zetten, iets binnen de rand van de carros-
serie.
Draai de zwengel een paar slagen tot het
wiel vrijkomt van de grond.
Verwijder de bouten.
Verwijder het wiel.
Plaats het reservewiel op de naaf en draai
het wiel rond tot de gaten voor de wielbouten
3
samenvallen.
Als u merkt dat een band lek is
moet u direct stoppen en het
reservewiel monteren.
Een lekke band moet zo snel
mogelijk worden gerepareerd en vóór
terugplaatsing door een deskundige
worden onderzocht.
Schakel de alarmknipperlich-
ten in.
Zet de auto stil op een horizon-
tale, stroeve en stevige onder-
grond op veilige afstand van het verkeer.
Zet de parkeerrem vast en schakel een
versnelling in (eerste of achteruit, of P bij
een automatische transmissie).
Laat alle inzittenden uitstappen en houd
hen op veilige afstand van het verkeer.
Als u de auto heeft stilgezet
in de berm van de weg, moet
u de andere weggebruikers
waarschuwen door middel van
de gevarendriehoek of op een andere,
in het land waar u bent, voorgeschreven
manier.
5.11