Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Woordenlijst

Aangepaste toetsen
Toetsen op de console die kunnen worden geprogrammeerd voor
toegang tot consolefuncties en systeemservices.
Accountcode
Een code die u moet kiezen om toegang te krijgen tot bepaalde
systeemfuncties, om uw serviceklasse (COS) aan een ander toestel
toe te kennen, of om een beller om administratieve redenen aan een
SMDR-record te koppelen.
Achterschakelen
Een functie waarmee gesprekken die binnenkomen op een bezette
lijn, in de wacht kunnen worden geplaatst om automatisch te worden
doorverbonden zodra het toestel vrij is. De gebruiker van de bezet
toestel hoort de opschakeltoon zodat hij of zij weet dat er een gesprek
wacht. De wachtende beller is in de wacht geplaatst en krijgt
eventueel muziek te horen.
ARS - Automatic Route Selection (automatische routeselectie)
Een applicatie voor het automatisch routeren van buitenlandse
gesprekken.
Beperkingsklasse
Beperking van de toegang van een station of trunk tot trunkcircuits.
Voor een station kunnen maximaal drie verschillende
beperkingsklassen worden ingesteld: Dagdienst, Nachtstand 1 of
Nachtstand 2.
Consultatie
Een optie om een gesprek even in de wacht te plaatsen om de
gebruiker van het toestel of de console de gelegenheid te geven een
functie te activeren of een telefoontje te plegen.
Dienstklasse (COS)
Een dienstniveau dat behoort bij een bepaalde reeks functies en
waarmee de toegang van een toestel tot die functies wordt geregeld.
Voor een station kunnen maximaal drie verschillende serviceklassen
worden ingesteld: Dagdienst, Nachtstand 1 of Nachtstand 2.
Direct Dial Inward (DDI)
Met deze functie kunnen buitentrunks voorgeprogrammeerde
toestellen rechtstreeks bereiken zonder omweg via de
telefonistconsole.
Direct Inward System Access (DISA)
Met deze functie kunnen bellers rechtstreeks op het telefoonsysteem
inbellen en functies en faciliteiten activeren.
Huntgroep
Tot groep gekoppelde toestellen die naast hun eigen toestelnummer
ook een gezamenlijk telefoonnummer hebben, het
huntgroepnummer. U hebt op uw telefoonsysteem de beschikking
over twee soorten huntgroepen: de circulaire huntgroep en de
huntgroep die naar boven doorschakelt (terminal).
Circulaire huntgroep: zodra deze huntgroep wordt gebeld, wordt het
gesprek doorgeschakeld naar het eerste beschikbare toestel in de
groep. Hierdoor worden de gesprekken gelijkelijk onder alle toestellen
verdeeld.
Terminal-huntgroep: gesprekken worden verdeeld in de volgorde
waarin de toestellen in de huntgroep zijn geprogrammeerd. Het
eerste toestel op de lijst komt altijd het eerst terwijl het volgende
gesprek naar het eerste beschikbare toestel gaat.
Invoer klantgegevens (CDE)
Het invoeren van geprogrammeerde gegevens, speciaal voor een
bepaalde klant. Onder klantgegevens vallen zaken als persoonlijke
gegevens, geldende dienst- en beperkingsklasse en trunkgegevens.
Ter referentie
67

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave