Noodoproepen
Met deze functie kunt u een alarm laten afgaan op de console
wanneer een gebruiker van een toestel een noodoproep plaatst. Het
toestel dat het gesprek heeft geplaatst, wordt geïdentificeerd. Met
deze informatie kunt u hulpdiensten (bijvoorbeeld politie of
ambulancepersoneel) naar de plaats schakelen waarvandaan het
gesprek is geplaatst.
Wanneer er een noodoproep wordt geplaatst, klinkt er een signaal op
de console en wordt de waarschuwing NOODOPROEP
weergegeven. Deze noodoproep wordt direct doorverbonden naar
de hulpdiensten. De telefonist kan dus niet verbaal communiceren
met de persoon die de noodoproep heeft geplaatst.
Een noodoproep lezen
1. Klik op
op de werkbalk.
- of -
Klik op Extra en vervolgens op Logboek noodoproepen.
Het venster Logboek noodoproepen verschijnt:
Wanneer er eerder noodoproepen zijn gewist, verschijnen deze
in het Logboek noodoproepen. Het meest recente gesprek
staat bovenaan.
2. Klik op Wissen om aan te geven dat u het gesprek hebt gezien.
De tekst NOODOPROEP verdwijnt als de laatste openstaande
noodoproep is gewist.
Opmerking: een noodoproep kan slechts door één persoon tegelijk
worden bekeken.
Een noodoproep verwijderen
1. Selecteer in het logboek noodoproepen de gewiste
noodoproep dat u wilt verwijderen.
2. Klik op Verwijderen.
Opmerking: alleen gewiste logboeken kunnen worden verwijderd.
Op de 3300 ICP blijven alle logboeken noodoproepen behouden.
Het logboek noodoproepen sluiten
•
Klik op Afsluiten.
Opmerking: als u de 5550 IP Console afsluit, worden alle logboeken
verwijderd uit het Logboek noodoproepen. De logboeken kunnen
echter opnieuw worden opgevraagd via de 3300 ICP.
Geavanceerde functies
♦
41