12
1.2.2 Vermogen en koppel
Het nominale vermogen van elektromotoren is gedefinieerd binnen een standaardbereik.
Deze standaardisatie stelt gebruikers in staat om voor specifieke toepassingen te
kiezen tussen verschillende motorfabrikanten. Het "standaard" vermogensbereik en de
incrementen verschillen van land tot land en van regio tot regio. We adviseren om uit
te zoeken wat fabrikanten in hun catalogi definiëren als standaard. Over het algemeen
kunnen motoren met een framegrootte tot 315 (ca. 200 kW) worden beschouwd als
standaardmotoren met standaardafmetingen.
Paardenkracht [pk] is de imperiale eenheid die wordt gebruikt voor motorvermogen.
Als deze eenheid in specificaties wordt gebruikt, kunt u deze als volgt converteren:
1 pk = 0,736 kW of 1 kW = 1,341 pk.
Tabel 1.1 toont het typische nominale uitgangsvermogen in [kW] en [pk] op basis van
de industriële standaard.
kW
0,18
0,25
pk
kW
15,0
18,5
pk
20,0
Tabel 1.1 Nominaal motorvermogen
Naast het vermogen is ook het koppel een belangrijk kenmerk van de motor. Het koppel
geeft de rotatiekracht van de motoras aan. Het vermogen is direct gerelateerd aan het
koppel en kan worden berekend wanneer koppel en toerental bekend zijn.
T x n
P =
9,550
P = Vermogen [kW]
T = Koppel [Nm]
n = Toerental [tpm]
De factor 9.550 die in de formule wordt gebruikt, komt voort uit de conversie van eenheden:
• Vermogen van de basiseenheid W (watt) naar de typeplaatje-eenheid kW (kilowatt)
• Toerental van de basiseenheid s
(toeren per minuut)
0,37
0,55
0,75
1,00
22,0
30,0
37,0
30,0
40,0
50,0
(toeren per seconde) naar de typeplaatje-eenheid min
-1
1,10
1,50
2,20
2,00
3,00
45,0
55,0
75,0
60,0
75,0
100
Elektromotoren
3,00
4,00
5,50
5,00
7,00 10,00 15,0
90,0 110,0 132,0 160,0 200,0
7,50
11,0
-1