3H-8
e.
Handrem
(parkeerrem).
Bij
normaal
gebruik zal
de
handrem
naar
behoren
lunctionneren,
Het
behoe{t
slechts
wein
ig
zorg,
offi de
ju
iste speling
tussen
de
remband
en
de
trommel
te
handhaven.
Nadat enige sliltage
is
opgetreden,
kan
het
nodig
zijn,
de
remband
in
horizontale
o{
verticale
richting
bij
te
stellen;
een derde
afstelling
bestaat
uit het
naar
elkaar
toe
brengen
van
de
rembandeinden.
1.
Horizontale verstelling
geschiedt
door het
naar links
o{
rechts
draaien
van
de
schroef,
die in het
rembandanker aangebracht
is
(afb.7),
Vervrijder
eerst
de
borgdraad
en
breng
naderhand
een nieuwe
aan.
Afb.
7.
Instelling
van de
remband
voor
de
parkeerrem
in
horizontale richting.
2.
De
rembandeinden
worden
naar
elkaar
toegebracht
door
de
moeren A
vast
te
draaien (a{b.
B).
3.
Indien als gevolg
van
de
vorige
handeling
een eind
eerder
tegen
de
trommel aanligt
dan het
andere, moeten
de
moeren
B
op
de kleine
bout
los-
of
vastgedraaid
worden.
Het
kan
nodig
zijn,
dat de
afstellingen
2
en
3
gecombineerd
en
herhaald
v.rorden,
voordat
de
rembandeinCen nauwkeurig ingesteld
ziin,