Grootlicht inschakelen (tegen de veerdruk in)
Grootlicht uitschakelen / grootlichtsignaal inschakelen (tegen de veer-
druk in)
Het grootlicht kan bij ingeschakeld dimlicht worden ingeschakeld.
Het grootlichtsignaal kan ook bij uitgeschakeld contact worden ingeschakeld.
Het knipperlicht schakelt afhankelijk van de stuurinslag na het afslaan automa-
tisch uit.
Met de bedieningshendel kan de grootlichtassistent worden in- en uitgescha-
keld
» pag.
71.
Comfortknipperen
Als de bedieningshendel licht omhoog of omlaag wordt gedrukt, knipperen de
betreffende knipperlichten driemaal.
Wordt tijdens het comfortknipperen de bedieningshendel in de tegengestelde
richting gedrukt, dan wordt het knipperen in de oorspronkelijke richting beëin-
digd.
Het comfortknipperen kan in het infotainment in het menu
worden geactiveerd/gedeactiveerd.
ATTENTIE
Het grootlicht resp. grootlichtsignaal alleen gebruiken als de andere ver-
keersdeelnemers daardoor niet worden verblind.
Let op
De individuele instelling (activering/deactivering) van het comfortknipperen
wordt (afhankelijk van het infotainmenttype) in het actieve gebruikersaccount
voor de personalisering opgeslagen
70
Bediening
→ → Licht
» pag.
52.
Automatische aansturing rijverlichting
Lees en bekijk eerst
op bladzijde 68.
Staat de lichtschakelaar in de stand
uitrusting automatisch het in-/uitschakelen van de verlichting overeenkomstig
de momentele licht- resp. weersomstandigheden (regen).
Staat de lichtschakelaar in de stand , dan brandt de tekst
lichtschakelaar. Als het licht automatisch wordt ingeschakeld, brandt ook het
symbool
naast de lichtschakelaar.
Automatische aansturing rijverlichting bij regen (hierna functie)
Het dimlicht wordt automatisch ingeschakeld als aan de volgende voorwaar-
den wordt voldaan.
De functie is geactiveerd.
De lichtschakelaar staat in stand .
De voorruitwissers zijn langer dan 30 seconden ingeschakeld.
Het licht wordt circa 4 minuten na het uitschakelen van de ruitenwissers auto-
matisch uitgeschakeld.
Instelling, activering/deactivering
De volgende functies kunnen in het infotainment in het menu
worden ingesteld resp. worden geactiveerd/gedeactiveerd.
▶
Instelling gevoeligheid van de sensor voor bepaling van de lichtomstandighe-
den voor de automatische aansturing rijverlichting
▶
Automatische aansturing rijverlichting bij regen
Afb. 54
Lichtschakelaar: Stand AUTO
» afb.
54, dan volgt afhankelijk van de
naast de
→ → Licht