Download Print deze pagina

Skoda KODIAQ 2016 Instructieboekje pagina 23

En infotainment

Advertenties

Bij ernstige aanrijdingen van opzij worden de volgende airbags aan de
ongevalszijde geactiveerd.
Zij-airbag voorin.
Zij-airbag achterin.
Hoofdairbag.
Bij een airbagactivering gebeurt het volgende.
De alarmlichten worden ingeschakeld.
Alle portieren worden ontgrendeld.
De brandstoftoevoer naar de motor wordt onderbroken.
De binnenverlichting gaat branden (als de automatische bediening van de
binnenverlichting is ingeschakeld - schakelaar ).
Wanneer wordt de airbag niet geactiveerd?
Bij lichte aanrijdingen van voren, opzij en achteren, omvallen van de wagen of
het over de kop slaan van de wagen worden de airbags niet geactiveerd.
Veiligheidsaanwijzingen
ATTENTIE
Algemene aanwijzingen
De hoogst mogelijke beschermende werking van de veiligheidsgordels
en het airbagsysteem kan alleen in de juiste zitpositie worden bereikt
» pag.
12.
Bij de activering van de airbag treden grote krachten op, zodat bij een ver-
keerde stoelinstelling of zitpositie ernstig of zelfs dodelijk letsel kan optre-
den. Dit geldt met name voor kinderen die niet in een geschikt kinderzitje
worden vervoerd
» pag.
26.
Afb. 11
Veilige afstand tot het stuurwiel
en het dashboard
ATTENTIE (vervolg)
Als zich een storing voordoet, het airbagsysteem direct door een erkend
reparateur laten controleren. Anders bestaat het gevaar dat de airbags bij
een ongeval niet worden geactiveerd.
Als de airbag is geactiveerd, moet het airbagsysteem worden vervangen.
Het oppervlak van het stuurwiel evenals het dashboard in het bereik van
de voorairbags en de knie-airbag alleen met een droge of vochtige doek
reinigen.
ATTENTIE
Aanwijzingen voor de voorairbags
Het is belangrijk dat de bestuurder en bijrijder een afstand van minstens
25 cm tot het stuurwiel resp. het dashboard aanhouden
deze afstand niet wordt aangehouden, kan het airbagsysteem u niet be-
schermen - levensgevaar! Bovendien moeten de voorstoelen en de hoofd-
steunen altijd in overeenstemming met de lichaamsgrootte zijn ingesteld.
Bij gebruik van een naar achteren gericht kinderzitje op de bijrijdersstoel,
moet de bijrijdersvoorairbag beslist buiten werking worden gesteld
22, Airbags buiten werking stellen. Als dat niet gebeurt, kan het kind door
de geactiveerde bijrijdersvoorairbag zwaar gewond raken of zelfs worden
gedood.
In het werkingsgebied van de voorairbags mogen zich voor de inzittenden
op de voorstoelen geen andere personen, dieren of voorwerpen bevinden.
Het stuurwiel en het oppervlak van het dashboard aan bijrijderszijde niet
beplakken, bekleden of op andere wijze bewerken. In de buurt van de airba-
ginbouwplaatsen noch in het werkingsgebied van de airbags mogen voor-
werpen (bv. bekerhouders, telefoonhouders, enz.) worden gemonteerd.
Nooit voorwerpen op het oppervlak van het dashboard aan bijrijderszijde
leggen.
ATTENTIE
Aanwijzingen voor de knie-airbag
De bestuurdersstoel in lengterichting zo instellen dat de afstand van de
benen tot het dashboard op kniehoogte ten minste 10 cm bedraagt
-
. Indien het in verband met de lichaamsgrootte niet mogelijk blijkt aan
B
deze voorwaarde te voldoen, contact opnemen met een specialist.
» afb. 11
-
. Als
A
» pag.
» afb. 11
21
Airbagsysteem

Advertenties

loading