Werking
Afb. 277 Inbouwplaats van de camera / detectiebereik achter de wagen
Lees en bekijk eerst
en
De camera voor het registreren van het gebied achter de wagen zit in de greep
van de achterklep
» afb.
277.
Bereik achter de wagen
» afb. 277
Registratiegebied van de camera
A
Vlakken buiten het registratiegebied van de camera
B
Het systeem kan de bestuurder tijdens het inparkeren en manoeuvreren onder
de volgende voorwaarden ondersteunen.
Het contact is ingeschakeld.
Het systeem is geactiveerd.
De achterklep is volledig gesloten.
De rijsnelheid is lager dan 15 km/h.
Het gebied achter de wagen is duidelijk zichtbaar.
Het gekozen inparkeer-/manoeuvregebied is goed overzichtelijk en vlak.
op bladzijde 236.
Activering/deactivering
Lees en bekijk eerst
en
Activering
Het systeem wordt geactiveerd bij het inschakelen van de achteruitversnelling
of door op de toets te drukken
Bij het activeren klinkt een akoestisch signaal en in de toets gaat het symbool
branden.
Op het display wordt de modus voor haaks inparkeren getoond.
Deactivering
Het systeem wordt door het indrukken van de toets , het uitschakelen van
het contact of bij een snelheid hoger dan 15 km/h gedeactiveerd (het symbool
in de toets gaat uit).
Afb. 278
Toets voor activering/deactive-
ring
op bladzijde 236.
» afb.
278.
Hulpsystemen
237