Lane Assist (rijstrookassistent) - Instelling van de rijstrookassistent
■
Ingeschakeld - Activering/deactivering van de assistent
■
Adaptieve rijstrookgeleiding - Activering/deactivering van de adaptieve rijst-
■
rookgeleiding
Werking
Afb. 314 Monochroom display van het instrumentenpaneel: Voorbeelden
van systeemweergaven
Afb. 315 Kleuren display van het instrumentenpaneel: Voorbeelden van
systeemweergaven
1)
Geldt niet voor wagens met filehulp
» pag.
266
Rijden
267.
Lees en bekijk eerst
en
Systeemweergaven» afb. 314
en
Het systeem is geactiveerd, maar niet gereed voor een ingreep.
Het systeem is geactiveerd en gereed voor een ingreep.
Het systeem grijpt in - bij het naderen van de rechter begrenzingslijn.
De adaptieve rijstrookgeleiding wordt uitgevoerd.
Het systeem kan ingrijpen als aan de volgende basisvoorwaarden wordt
voldaan.
Het systeem is geactiveerd.
De rijsnelheid is hoger dan ca. 65 km/h
De begrenzingslijn aan minimaal een zijde van de rijstrook wordt herkend.
De handen van de bestuurder rusten op het stuurwiel.
De rijstrook is breder dan circa 2,5 m.
Indien het knipperlicht wordt ingeschakeld (bv. bij het afslaan), vindt bij het na-
deren van de begrenzingslijn geen stuuringreep plaats. Het systeem beoor-
deelt de situatie als een bedoelde verandering van rijstrook.
Controlelampjes in het instrumentenpaneel
Het systeem is geactiveerd, maar niet gereed voor een ingreep.
Het systeem is geactiveerd en gereed voor een ingreep of grijpt mo-
menteel in.
Adaptieve rijstrookgeleiding
De adaptieve rijstrookgeleiding helpt met behulp van stuuringrepen de door de
bestuurder gekozen positie tussen de herkende begrenzingslijnen vast te hou-
den.
Indien de positie op de rijstrook wordt gewijzigd, past het systeem zich binnen
zeer korte tijd aan en houdt de nieuw gekozen positie vast.
op bladzijde 265.
» afb. 315
.
1)