Download Print deze pagina

Skoda KODIAQ 2016 Instructieboekje pagina 266

En infotainment

Advertenties

Op het infotainmentbeeldscherm verschijnt een rijmodusmenu
De moduswisseling gebeurt door het herhaaldelijk indrukken van de toets 
of door het aantippen van de betreffende functietoets op het infotainment-
beeldscherm.
Indien een andere rijmodus dan Normal is geselecteerd, brandt in de toets het
symbool .
Was voor het afzetten van de motor de modus Sport of Individual (aandrijving -
Sport) gekozen, dan wisselt de aandrijving na de motorstart naar de modus
Normal. Om de aandrijving weer op Sport in te stellen, de modus Sport of Individual
kiezen resp. de keuzehendel van de automatische versnellingsbak in de stand S
zetten.
Instelling van de modus Individual resp. informatie voor het instellen van de
A
actueel gekozen modus.
Annuleren van het menu voor het selecteren van de rijmodus.
B
Modi (de toets van de gekozen modus is groen weergegeven).
C
Let op
De momenteel geselecteerde rijmodus wordt in de statusregel van het
hoofdmenu naast het symbool  weergegeven.
De gekozen rijmodus resp. de instelling van de modus Individual wordt in het
actieve gebruikersaccount voor de personalisering opgeslagen
Wordt het rijmodusmenu niet bediend, dan wordt er na enkele seconden om-
geschakeld naar het laatst gekozen menu resp. wordt het infotainment uitge-
schakeld.
Instellingen van de modus Individual
Lees en bekijk eerst
op bladzijde 262.
In de modus Individual kunnen de volgende menupunten worden ingesteld:
DCC: - Instelling van de schokdemperkarakteristiek
Stuurinrichting: - Instelling van de karakteristiek van de stuurbekrachtiging
Aandrijving: - Instellen van de aandrijvingskarakteristiek
ACC: - Instelling van de acceleratie bij ingeschakelde automatische afstands-
regeling
Dynam. bochtenverl.: - Instelling van de karakteristiek van de koplampen met
led-diodes
Klimatisering: - Instelling van de karakteristiek van de Climatronic
264
Rijden
» afb.
312.
Modus terugzetten - Instelling van alle menupunten in de modus Individual naar
Normal
Annuleren - Aanhouden van de momentele instelling
Terugzetten - Instelling van alle menupunten naar de modus Normal
Proactieve inzittendenbescherming (Crew Protect Assist)
Inleiding voor het onderwerp
De proactieve inzittendenbescherming (hierna systeem) verhoogt de veiligheid
van de inzittenden op de voorstoelen in situaties die tot een aanrijding of tot
het over de kop slaan kunnen leiden.
ATTENTIE
De algemene aanwijzingen m.b.t. het gebruik van de hulpsystemen dienen
in acht te worden genomen
werp.
Let op
De levensduur van de systeemcomponenten wordt elektronisch bewaakt.
Meer informatie
Bij buiten werking gestelde bijrijdersvoorairbag dient de gordelspannerfunc-
» pag.
52.
tie voor de bijrijdersstoel te worden uitgeschakeld.
Werking
Lees en bekijk eerst
In kritische rijsituaties (bijvoorbeeld bij een noodstop of een plotselinge veran-
dering van rijrichting) kunnen de volgende maatregelen afzonderlijk of tegelij-
kertijd plaatsvinden om het risico van ernstig letsel te verminderen.
De omgegespte veiligheidsgordels voor bijrijder en bestuurder worden auto-
matisch dicht over het lichaam gespannen.
Geopende ruiten in de voor- en achterportieren worden automatisch tot een
spleet van ongeveer 5 cm gesloten.
Het schuif-kanteldak wordt gesloten.
Zodra de kritische rijsituatie voorbij is, worden de veiligheidsgordels weer ont-
spannen.
Het systeem heeft twee beschermingsniveaus.
» pag. 224,
in alinea Inleiding voor het onder-
» pag.
38,
Veiligheidssystemen.
op bladzijde 264.

Advertenties

loading