Als de actieve motorkap is geactiveerd, is de
achterzijde in de omgeving van de motorkap-
scharnieren circa 60 mm hoger gezet.
Voordat naar de servicewerkplaats wordt
gereden de geactiveerde actieve motorkap
zelf terugzetten. Bij geactiveerde actieve
motorkap kan de voetgangersbescherming
beperkt zijn.
Terugzetten
G
WAARSCHUWING
Bepaalde onderdelen in de motorruimte kun-
nen zeer heet zijn, bijvoorbeeld de motor,
radiateur en onderdelen van het uitlaatsys-
teem. Bij werkzaamheden in de motorruimte
is het gevaar voor letsel aanwezig!
Indien mogelijk de motor laten afkoelen en
alleen de hierna beschreven onderdelen aan-
raken.
De actieve motorkap : in de omgeving
X
van de scharnieren aan beide zijden (pijlen)
met de vlakke hand omlaagdrukken, tot
deze hoorbaar vergrendelt.
Als de actieve motorkap achter in de omge-
ving van de motorkapscharnieren iets
omhoog kan worden gebracht, is deze niet
correct vergrendelt. De procedure herhalen.
Als de motorkap vervolgens nog steeds kan
worden opgetild, direct naar een gekwalifi-
ceerde werkplaats rijden. Daarbij niet sneller
dan 100 km/h rijden.
Motorkap openen
G
WAARSCHUWING
Bepaalde onderdelen in de motorruimte kun-
nen zeer heet zijn, bijvoorbeeld de motor,
radiateur en onderdelen van het uitlaatsys-
teem. Bij werkzaamheden in de motorruimte
is het gevaar voor letsel aanwezig!
Indien mogelijk de motor laten afkoelen en
alleen de hierna beschreven onderdelen aan-
raken.
G
WAARSCHUWING
Als de ruitenwissers zich in beweging zetten
als de motorkap geopend is, kunt u bekneld
raken in het mechanisme. Er bestaat gevaar
voor letsel!
Altijd de ruitenwissers en het contact uitscha-
kelen, voordat de motorkap wordt geopend.
! De ruitenwissers moeten niet omhoogge-
zet zijn. Anders kunnen de ruitenwissers of
de motorkap beschadigen.
De ruitenwissers moeten uitgeschakeld
X
zijn.
Aan ontgrendelingshendel : van de
X
motorkap trekken.
De motorkap is ontgrendeld.
Motorruimte
301
Z