Problemen oplossen
ISO 100 kan niet worden ingesteld. De ISO-snelheid kan niet
worden verhoogd.
Als [z4: Lichte tonen prioriteit] is ingesteld op [Uitschakelen], kan
ISO 100/125/160 worden ingesteld (pag. 145).
Als [z4: Lichte tonen prioriteit] is ingesteld op [Inschakelen], is het
instelbereik voor de ISO-snelheid ISO 200-22800 (of maximaal ISO 6400
voor movie-opnamen). Zelfs als u het instelbereik voor de ISO-snelheid instelt
bij [ISO-snelh.bereik], kunt u geen verhoogde ISO-snelheden (H) instellen.
Auto Lighting Optimizer (Auto optimalisatie helderheid) kan
niet worden ingesteld.
Als [z4: Lichte tonen prioriteit] is ingesteld op [Inschakelen], kan Auto
Lighting Optimizer (Auto optimalisatie helderheid) niet worden ingesteld. Als [z4:
[Lichte tonen prioriteit] is ingesteld op [Uitschakelen], kan Auto Lighting
Optimizer (Auto optimalisatie helderheid) wel worden ingesteld (pag. 145).
Ik heb een kleinere belichtingscompensatie ingesteld, maar de
opname valt nog steeds te licht uit.
Stel [z3: Auto Lighting Optimizer/z3: Auto optimalisatie
helderheid] in op [Deactiveren]. Wanneer [Zwak], [Standaard] of
[Hoog] is ingesteld, kan de opname nog steeds licht uitvallen, zelfs
wanneer u een kleinere belichtingscompensatie of
flitsbelichtingscompensatie hebt ingesteld (pag. 140).
Meerdere opnamen worden gemaakt met opnamekwaliteit 1.
Wanneer de opnamekwaliteit is ingesteld op 41 of 61, worden
meerdere opnamen gemaakt met opnamekwaliteit in 1 (pag. 181).
Wanneer ik de modus <f> gebruik in combinatie met de
flitser, neemt de sluitertijd toe.
Als u avondopnamen maakt wanneer de achtergrond donker is, wordt de
sluitertijd automatisch langer (opname met trage synchronisatie) om
zowel het onderwerp als de achtergrond goed te kunnen belichten. Als u
een lange sluitertijd wilt voorkomen, stelt u in [z2: Flitsbesturing] de
optie [Flitssync.snelheid AV-modus] in op [1/250-1/60 sec. auto] of
[1/250 sec. (vast)] (pag. 196).
422