Weergegeven diafragmawaarde
Hoe hoger het f-getal, hoe kleiner de diafragmaopening. De weergegeven
diafragma's kunnen variëren. Dit is afhankelijk van het objectief. Als er geen
objectief op de camera is bevestigd, wordt '00' als diafragmawaarde weergegeven.
ScherptedieptecontroleN
De diafragmaopening verandert alleen op het moment dat er een
opname wordt gemaakt. Voor de rest blijft het diafragma open staan.
Wanneer u via de zoeker of op het LCD-scherm naar het onderwerp
kijkt, ziet u daarom een kleine scherptediepte.
Bij een hoger f/getal vallen de voorgrond en achtergrond meer samen
binnen de acceptabele scherpstelling. Hierdoor lijkt het door de zoeker
echter donkerder.
Het scherptediepte-effect is duidelijk te zien op de Live view-opname als
u het diafragma wijzigt en op de knop voor scherptedieptecontrole
(pag. 216) drukt.
De belichting wordt vergrendeld (AE-vergrendeling) terwijl de knop voor
scherptedieptecontrole wordt ingedrukt.
Als de '30"'-sluitertijd knippert, is er sprake van
onderbelichting.
Draai aan het instelwiel <6> om een groter diafragma
(lager f/-getal) in te stellen totdat het knipperen van de
sluitertijd stopt, of stel een hogere ISO-snelheid in.
Wanneer de sluitertijd '8000' knippert, is er sprake van
overbelichting.
Draai aan het instelwiel <6> om een kleiner diafragma
(hoger f/getal) in te stellen totdat het knipperen van de
sluitertijd stopt, of stel een lagere ISO-snelheid in.
Druk op de knop voor
scherptedieptecontrole om de huidige
diafragma-instelling te selecteren voor
het objectief en de scherptediepte te
controleren (het bereik van een
acceptabele scherpstelling).
f: AE met diafragmavoorkeuze
163