De lees-/schrijfindicator blijft knipperen, zelfs wanneer
de aan-uitschakelaar op <2> staat.
Als het apparaat wordt uitgeschakeld wanneer er een opname op de
kaart wordt opgeslagen, blijft de lees-/schrijfindicator aan of blijft deze
een paar seconden knipperen. Wanneer de opname is voltooid, wordt
de camera automatisch uitgeschakeld.
De batterij raakt snel leeg.
Gebruik een volledig opgeladen accu (pag. 28).
Mogelijk presteert de batterij niet meer helemaal naar behoren. Zie
[54: Accu-info] om de oplaadprestaties van de batterij te controleren
(pag. 396). Als de prestaties van de batterij slecht zijn, vervangt u de
accu door een nieuwe.
Het aantal mogelijke opnamen neemt af bij een van de volgende
bewerkingen:
• Wanneer de ontspanknop voor langere tijd half wordt ingedrukt.
• Wanneer AF vaak wordt geactiveerd zonder dat er een opname
wordt gemaakt.
• Wanneer Image Stabilizer (beeldstabilisatie) van het objectief wordt
gebruikt.
• Wanneer het LCD-scherm vaak wordt gebruikt.
• Wanneer gedurende een langere tijd doorlopend Live view-opnamen
of movie-opnamen worden gemaakt.
• De overdrachtfunctie van de Eye-Fi-kaart is ingeschakeld.
De camera schakelt zichzelf uit.
De functie voor automatisch uitschakelen is geactiveerd. Als u niet wilt
dat de camera zichzelf uitschakelt, stelt u [52: Uitschakelen] in op
[Deactiveren] (pag. 59).
Zelfs als [52: Uitschakelen] is ingesteld op [Deactiveren], wordt het
LCD-scherm uitgeschakeld als de camera gedurende 30 minuten niet
wordt gebruikt. (De camera zelf wordt niet uitgeschakeld.)
Problemen oplossen
419