Beladingslimieten en -richtlijnen
Beladingslimieten en -richtlijnen
Uw motorfiets is ontworpen om door één persoon
bereden te worden. Neem op deze motorfiets geen
passagier mee en ook geen bagage. Een passagier
of een stuk bagage kan de balans van deze
motorfiets gemakkelijk verstoren en u hinderen in
de besturing van de motorfiets.
Daarnaast kan het overschrijden van het maximale
gewicht of het meenemen van een onevenwichtig
stuk bagage de bestuurbaarheid, de remwerking en
de stabiliteit van de motorfiets nadelig
beïnvloeden. Het aanbrengen van accessoires of
het maken van aanpassingen die het ontwerp en de
prestaties van de motorfiets veranderen, kunnen
ook de veiligheid in het gedrang brengen.
Bovendien zal het gewicht van extra accessoires
het praktisch beschikbare draagvermogen van de
motorfiets verminderen.
Meer specifieke informatie over
beladingslimieten, accessoires en aanpassingen
volgt nog.
Beladen
Hoeveel gewicht u op de motorfiets laadt en hoe
deze lading wordt verdeeld heeft belangrijke
consequenties voor uw veiligheid. Als u besluit
bagage mee te nemen, dient u rekening te houden
met de volgende informatie.
WAARSCHUWING
Overbelasting of verkeerd beladen kan
een ongeval veroorzaken waarbij u
ernstig of dodelijk letsel kunt oplopen.
Volg alle beladingsrichtlijnen in deze
handleiding.
24
Voordat u gaat rijden
Maximale belading
Hier volgen de richtlijnen voor maximale belading
van uw motorfiets:
Maximaal draagvermogen
100 kg
inclusief het gewicht van de bestuurder en
eventuele accessoires.
Beladingsrichtlijnen
Zoals reeds vermeld op deze pagina, raden wij aan
om op deze motorfiets geen bagage mee te nemen.
Als u echter bagage moet vervoeren, rijd dan in elk
geval wat minder snel dan gewoonlijk en volg deze
algemene voorzorgsmaatregelen:
• Houd uw bagage zo klein en licht mogelijk.
Zorg dat er niets uitsteekt dat aan takken e.d.
kan blijven haken en dat niets uw
bewegingsvrijheid belemmert om balans en
stabiliteit te handhaven.
• Plaats het gewicht zo dicht mogelijk bij het
midden van de motorfiets.
• Bevestig geen grote of zware voorwerpen
(zoals een slaapzak of een tent) aan het stuur,
de voorvork of het voorspatbord.
• Zorg dat alle bagage stevig is vastgesjord.
• Overschrijd nooit de maximale gewichtslimiet.
• Controleer of beide banden de correcte
bandspanning hebben (pagina 127).
• Plaats geen bagage dicht bij de lampen of de
geluiddemper.
• Als u de normale belading wijzigt, moet u
eventueel de voorwielvering (pagina 145) en
de achterwielvering (pagina 146) bijstellen.
• Verdeel het gewicht van de bagage gelijkmatig
over beide zijden.