Pagina 2
Deze publicatie bevat de meest recente productinformatie die beschikbaar was voor het ter perse gaan. Honda Motor Co., Ltd. behoudt zich het recht voor om te allen tijde wijzigingen aan te brengen zonder voorafgaande kennisgeving en zonder het aangaan van enige verplichting.
Pagina 3
Met het oog op uw veiligheid en rijplezier: uw nieuwe Honda-motorfiets. Door te kiezen Lees dit instructieboekje aandachtig door. ● voor een Honda maakt u deel uit van een Volg alle aanbevelingen op en voer alle ● wereldwijde familie van tevreden klanten die...
Pagina 4
Landcodes CRF1000D Code Land Directe verkoop CRF1000A ED, II ED, III ED Europa, Frankrijk, Directe verkoop Zuid-Afrika, Turkije ED, II ED, III ED Europa, Frankrijk, Australië, U, II U, III U Zuid-Afrika, Turkije Nieuw-Zeeland Australië, II KO, III KO Korea U, II U, III U Nieuw-Zeeland CRF1000D II...
Pagina 5
Enkele opmerkingen over veiligheid Uw veiligheid en de veiligheid van anderen zijn GEVAAR zeer belangrijk. Het veilig rijden op deze mo- U ZULT DODELIJK of ERNSTIG LETSEL torfiets is een belangrijke verantwoordelijkheid. OPLOPEN als u de instructies niet Om u te helpen goed geïnformeerde veiligheids- opvolgt.
Pagina 7
Inhoudsopgave Veiligheid bij het motorrijden BLZ. 2 Bedieningshandleiding BLZ. 22 Onderhoud BLZ. 91 Verhelpen van storingen BLZ. 149 Informatie BLZ. 175 Specificaties BLZ. 189 Index BLZ. 194...
Pagina 8
Veiligheid bij het motorrijden Dit gedeelte bevat belangrijke informatie voor het veilig rijden met uw motorfiets. Lees dit gedeelte aandachtig door. BLZ. 3 Veiligheidsrichtlijnen ........... BLZ. 7 Waarschuwingslabels .......... BLZ. 13 Veiligheidsmaatregelen........BLZ. 14 Voorzorgsmaatregelen voor het rijden ..BLZ. 19 Accessoires &...
Pagina 9
Veiligheidsrichtlijnen Veiligheidsrichtlijnen fietshelm en beschermende kleding dragen. Draag duopassagiers op om zich aan de handgreep of aan uw middel vast te houden, met u mee te leunen tij- Volg deze richtlijnen met het oog op uw veiligheid: dens het schuinleggen van de motorfiets in bochten Voer alle routine- en periodieke inspecties uit ●...
Pagina 10
Rijd niet onder de invloed van alco- hol en laat uw vrienden ook niet drinken en rijden. Wees op uw hoede voor gevaar bij Houd uw Honda in veilige staat terreinrijden Het is belangrijk voor uw veiligheid en uw rijplezier Bij het terreinrijden kan de bodemgesteldheid e.d.
Pagina 11
Veiligheidsrichtlijnen Betrokken zijn bij ongevallen Lithium-ionaccu (Li-ion) Persoonlijke veiligheid is uw eerste prioriteit. Als u Als u een ongewone geur ruikt die afkomstig is van of iemand anders letsel heeft opgelopen, neem de lithium-ion (li-ion) accu, parkeer uw motorfiets dan de tijd om de ernst van het letsel te beoorde- dan op een veilige plaats buiten en uit de buurt van len en te bepalen of het veilig is om door te rijden.
Pagina 12
Veiligheidsrichtlijnen WAARSCHUWING Gevaar voor koolstofmonoxide Uitlaatgassen bevatten giftig koolstofmonoxide, Het laten draaien van de motor van uw een kleurloos, reukloos gas. Het inademen van motorfiets in een afgesloten of zelfs in koolstofmonoxide kan bewusteloosheid veroorza- een gedeeltelijk afgesloten ruimte, kan ken en tot uw dood leiden.
Pagina 13
Waarschuwingslabels Waarschuwingslabels Op de volgende pagina's wordt de betekenis Lees de instructies in het instructieboekje van de labels beschreven. Sommige labels aandachtig door. waarschuwen u voor potentiële gevaren die ernstig letsel kunnen veroorzaken. Andere Lees de instructies in de werkplaatshandleiding bieden belangrijke veiligheidsinformatie.
Pagina 14
Waarschuwingslabels ACCULABEL GEVAAR • Demonteer, wijzig of soldeer de hoofdeenheid en de accupolen niet. Dit kan leiden tot lekkage, warmte-opwekking, explosie, brand of het verlies van gezichtsvermogen als gevolg van gelekte elektrolyt. Als er elektrolyt in uw ogen komt, spoelt u direct de ogen met overvloedig water en laat u zich zo spoedig mogelijk behandelen door een oogarts (oftalmoloog).
Pagina 15
Waarschuwingslabels WAARSCHUWINGSLABEL ACCESSOIRES EN BELADING WAARSCHUWING Uitsluitend type ED, II ED, III ED, IV ED ACCESSOIRES EN BELADING CRF1000A/D • De veiligheid, stabiliteit en het weggedrag van deze motorfiets kunnen nade- lig worden beïnvloed door de toevoeging van accessoires en bagage. •...
Pagina 16
Waarschuwingslabels LABEL ACHTERSCHOKDEMPER Uitsluitend type ED, II ED, III ED, IV ED, U, II U, III U, IV U GEVULD MET GAS Niet openen. Niet verwarmen. BANDENLABEL WAARSCHUWING Uitsluitend type ED, II ED, III ED, IV ED Als er M+S banden zijn gemonteerd, dient u de maximumsnelheid onder 160 km/h te houden.
Pagina 17
Waarschuwingslabels LABEL BANDENINFORMATIE & AANDRIJFKETTING Uitsluitend type ED, II ED, III ED, IV ED, U, II U, III U, IV U Bandenspanning in koude toestand: [Alleen bestuurder] CRF1000A/D Voor CRF1000A/D 200 kPa (2,00 kgf/cm CRF1000A II/D II 225 kPa (2,25 kgf/cm Achter CRF1000A/D 250 kPa (2,50 kgf/cm...
Pagina 18
Waarschuwingslabels VEILIGHEIDSLABEL Uitsluitend type ED, II ED, III ED, IV ED, U, II U, III U, IV U Draag altijd een helm en beschermende kleding met het oog op uw veiligheid. BRANDSTOFLABEL Uitsluitend loodvrije benzine ETHANOL tot 10 volumeprocent LABEL BELADINGSLIMIET Uitsluitend type IV ED, IV U Maximaal 0,5 kg.
Pagina 19
Veiligheidsmaatregelen Veiligheidsmaatregelen Vizier met een onbelemmerd gezichtsveld of ● andere goedgekeurde oogbescherming Rijd voorzichtig met uw beide handen aan het ● WAARSCHUWING stuur en uw voeten op de voetsteunen. Het niet dragen van een helm verhoogt Passagiers moeten zich aan de handgreep of ●...
Pagina 20
Voorzorgsmaatregelen voor het rijden Voorzorgsmaatregelen Motorjas en -broek voor het rijden Beschermende, duidelijk zichtbare motorjas met lange mouwen en duurzame broek voor het rijden (of een beschermend motorpak) Inrijperiode Speciale uitrusting voor terreinrijden Volg deze richtlijnen tijdens de eerste 500 km om Uitrusting voor rijden op de weg is mogelijk ook de toekomstige betrouwbaarheid en prestaties van geschikt voor terreinrijden.
Pagina 21
Voorzorgsmaatregelen voor het rijden Remmen Antiblokkeersysteem (ABS) Dit model is uitgerust met een antiblokkeersysteem Neem de volgende richtlijnen in acht: (ABS) dat is ontwikkeld om te voorkomen dat de Vermijd bijzonder sterk afremmen en terug- ● remmen blokkeren tijdens abrupt remmen. schakelen.
Pagina 22
Voorzorgsmaatregelen voor het rijden Remmen op de motor Parkeren Remmen op de motor helpt om de snelheid van Parkeer op een stevige, horizontale ondergrond. ● uw motorfiets te verminderen wanneer u gas Als u op een lichte helling of onverhard terrein ●...
Pagina 23
Voorzorgsmaatregelen voor het rijden Parkeren op de zijstandaard Richtlijnen voor tanken en brandstof Zet de motor uit. Volg deze richtlijnen om de motor, het brandstof- Klap de zijstandaard omlaag. systeem en de katalysator te beschermen: Laat de motorfiets langzaam naar links leunen Gebruik uitsluitend loodvrije benzine.
Pagina 24
Torque Control biedt mogelijk geen compensatie Honda Selectable Torque Control voor een ruw wegdek of snelle bediening van de Als de Honda Selectable Torque Control wielspin gashendel. Houd altijd rekening met de weg- en van het achterwiel detecteert tijdens acceleratie,...
Pagina 25
Wij raden u ten sterkste aan om geen accessoires waarbij u ernstig of dodelijk letsel kunt te monteren die niet specifiek door Honda voor uw oplopen. motorfiets zijn ontworpen en geen modificaties aan het oorspronkelijke ontwerp van uw motorfiets Volg alle aanwijzingen in dit instructie- aan te brengen.
Pagina 26
Veiligheid bij terreinrijden Veiligheid bij terreinrijden Rijd nooit harder dan u aankunt of wilt of ● sneller dan de verkeersomstandigheden toestaan. Leer te rijden op een rustige weg zonder obstakels Rijd voorzichtig als u niet bekend bent met het alvorens u op onbekend terrein te begeven. ●...
Pagina 27
Beladen Beladen Volg deze richtlijnen wanneer u op ruig terrein rijdt: Neem geen passagier achterop. Het vervoeren van extra gewicht heeft invloed ● ● Houd uw bagage zo klein en licht mogelijk. op het rijgedrag, het remgedrag en de stabili- ●...
Pagina 28
Locatie van onderdelen CRF1000A/A II Zijvak rechts CRF1000A II (BLZ.90) Documentzakje/inbussleutel (BLZ.88) Remvloeistofreservoir van achterrem (BLZ.126) Remvloeistofreservoir van voorrem (BLZ.126) Voorremhendel (BLZ.142) Gashendel (BLZ.139) Afstelmechanisme voor compressiedem- ping van achtervering (BLZ.148) Carterontluchting (BLZ.140) Hoofdzekering en ABS-hoofdzekering (BLZ.172) FI-zekering en ABS FSR-zekering (BLZ.173) Motoroliefilter (BLZ.120)
Pagina 29
Koppelingshendel (BLZ.136) Stopcontact voor accessoires CRF1000A II (BLZ.86) Stelbouten voor veervoorspanning/uitgaande demping van voorvering (BLZ.143) (BLZ.144) Brandstofvuldop (BLZ.85) Gereedschapsset/gereedschapsbox (BLZ.89) (BLZ.117) Enkel zadel (BLZ.112) Zekeringkasten (BLZ.170) Accu (BLZ.109) Motorolievuldop (BLZ.118) Stelbout veervoorspanning van achtervering (BLZ.146) Schakelhendel (BLZ.76) Afstelmechanisme voor uitgaande dem- ping van achtervering (BLZ.147) Aandrijfketting...
Pagina 30
Locatie van onderdelen (Vervolg) CRF1000D/D II Zijvak rechts CRF1000D II (BLZ.90) Documentzakje/inbussleutel (BLZ.88) Remvloeistofreservoir van achterrem (BLZ.126) Gashendel (BLZ.139) Remvloeistofreservoir van voorrem (BLZ.126) Voorremhendel (BLZ.142) Afstelmechanisme voor compressie- demping van achtervering (BLZ.148) Carterontluchting (BLZ.140) Hoofdzekering en ABS-hoofdzekering (BLZ.172) FI-zekering & ABS FSR-zekering & DCT-hoofdzekering (BLZ.174) Motoroliefilter...
Pagina 31
Parkeerremhendel (BLZ.128) Stopcontact voor accessoires CRF1000D II (BLZ.86) Stelbouten voor veervoorspanning/uitgaande demping van voorvering (BLZ.143) (BLZ.144) Brandstofvuldop (BLZ.85) Gereedschapsset/gereedschapsbox (BLZ.89) (BLZ.117) Enkel zadel (BLZ.112) Zekeringkasten (BLZ.170) Accu (BLZ.109) Motorolievuldop (BLZ.118) Stelbout veervoorspanning van achtervering (BLZ.146) Afstelmechanisme voor uitgaande dem- ping van achtervering (BLZ.147) Aandrijfketting (BLZ.130)
Pagina 32
Instrumenten (omhoog)-toets -toets MODE (omlaag)-toets Displaycontrole Wanneer de contactschakelaar in de stand (On) wordt gezet, worden alle modus- en digitale segmenten weergegeven. Als een deel van deze displays niet wordt weergegeven zoals het hoort, laat uw dealer dan controleren op problemen.
Pagina 33
Toerenteller LET OP Laat de motor niet draaien met de toerenteller in de rode zone. Een te hoog motortoerental kan de levensduur van de motor nadelig beïnvloeden. Rode zone toerenteller (te hoog motortoerentalbereik) Brandstofniveaumeter Resterende brandstof wanneer alleen het 1e (E) segment gaat knipperen: ongeveer 4,2 L Als het controlelampje van de brandstofniveaumeter knippert of...
Pagina 34
Instrumenten (Vervolg) Koelvloeistoftemperatuurmeter Wanneer de koelvloeistof de gespecifi- ceerde temperatuur overschrijdt, knip- pert het 6e segment (H) en gaat het controlelampje hoge koelvloeistoftem- peratuur branden. (BLZ.50) Als het controlelampje van de koelvloeistoftemperatuurmeter knippert: (BLZ.151) Controlelampje D CRF1000D/D II Gaat branden wanneer de D-modus wordt geselecteerd in de AT MODE.
Pagina 35
Klok (12-uur of 24-uur weergave) Klok instellen: (BLZ.43) (BLZ.44) Versnellingsstandindicator CRF1000A/A II De schakelstand wordt weergegeven door de versnellingsstandindicator. "-" verschijnt wanneer niet goed in een versnelling is geschakeld. CRF1000D/D II De schakelstand wordt weergegeven in de schakelstandindicator wanneer de D-, S- of MT-modus wordt geselecteerd.
Pagina 36
Instrumenten (Vervolg) Druk op de -toets om de cursor naar een gewenste weergave te bewegen. MODE Statuspictogram stuurgreepverwarming CRF1000A II/D II Het statuspictogram van de stuurgreepverwar- ming wordt getoond wanneer de stuurgreepver- warming aan staat. (BLZ.62) EB-niveau (BLZ.68) P-niveau (BLZ.68) Torque Control-niveau (BLZ.65) (BLZ.68)
Pagina 38
Instrumenten (Vervolg) Kilometerteller [TOTAL] en ritteller [TRIP A/B] en weergave rijmodus Met de toets (omhoog) of de (omlaag) selecteert u de kilometerteller, de ritteller A, ritteller B en de rijmodus wanneer deze weergave wordt geselecteerd. Kilometerteller Ritteller A Ritteller B Rijmodus Druk op de toets (omhoog)
Pagina 39
De ritteller, het gemiddelde brandstofverbruik, gemiddelde snelheid en beschikbare rijafstand resetten Om ritteller A, het gemiddelde brandstofverbruik, gemiddelde snelheid en beschikbare rijafstand (die zijn gebaseerd op ritteller A) samen te resetten, houdt u de toets ingedrukt terwijl ritteller A MODE of kilometerteller en het gemiddelde brandstofverbruik, gemiddelde snelheid, beschikbare rijafstand wordt weergegeven.
Pagina 40
Instrumenten (Vervolg) Om de ritteller B, het gemiddelde brandstofverbruik, de gemiddelde snelheid en beschikbare rijafstand (die zijn geba- seerd op ritteller B) samen te resetten, houdt u de toets ingedrukt terwijl ritteller B wordt weergegeven. MODE Gemiddeld brandstofverbruik Gemiddelde snelheid Beschikbare rijafstand Ritteller B Het display keert vervolgens terug naar de laatst geselecteerde weergave.
Pagina 41
Weergave huidig brandstofverbruik [CONS.]/gemiddeld brandstofverbruik [AVG. CONS.]/gemiddelde snelheid [AVG. SPD.]/aftrekking ritafstand [−TRIP]/beschikbare rijafstand [RANGE] Met de -toets (omhoog) of de -toets (omlaag) selecteert u het huidige brand- stofverbruik, het gemiddelde brandstofverbruik, de gemiddelde snelheid, de aftrekking ritaf- stand en de beschikbare rijafstand wanneer deze weergave wordt geselecteerd. Beschikbare Huidig brand- Gemiddeld...
Pagina 42
Instrumenten (Vervolg) Huidig brandstofverbruik Type II KO, III KO, IV KO Weergavebereik: 0,1 tot 300,0 km/L Toont het huidige of momentele brandstofver- Wanneer de rijsnelheid van de scooter lager bruik. ● is dan 6 km/h: "---.-" wordt weergegeven. Minder dan 0,1 km/l of meer dan 300,0 km/L: ●...
Pagina 43
Gemiddeld brandstofverbruik Type U, II U, III U, IV U Weergavebereik: 0,1 tot 300,0 L/100 km Toont het gemiddelde brandstofverbruik sinds Beginweergave: "---.-" wordt weergegeven. het terugstellen van de geselecteerde ritteller. ● Minder dan 0,1 L/100 km of meer dan 300,0 L/ ●...
Pagina 44
Instrumenten (Vervolg) Gemiddelde snelheid Aftrekking ritafstand Toont de gemiddelde snelheid sinds het De gereden afstand wordt afgetrokken van een terugstellen van de geselecteerde ritteller. vooraf ingesteld getal. De gemiddelde snelheid wordt berekend op basis van de waarde weergegeven op de Type ED, II ED, III ED, IV ED geselecteerde ritteller (A of B).
Pagina 45
Voor het resetten van de aftrekking ritafstand naar de ingestelde waarde, houdt u de -toets ingedrukt wanneer de aftrekking MODE ritstand wordt weergegeven. Als "----.-" wordt weergegeven tijdens het rijden, dient u voor onderhoud naar uw dealer te gaan. Voor het instellen van de aftrekking U, II U, III U, IV U, II KO, III KO, IV KO ritafstand: (BLZ.48)
Pagina 46
Instrumenten (Vervolg) Beschikbare rijafstand U, II U, III U, IV U, II KO, III KO, IV KO Weergavebereik: 999 tot 5 km Geeft de geschatte afstand weer die u kunt Boven 999 km: "999" wordt weergegeven afleggen met de resterende brandstof. ●...
Pagina 47
Luchttemperatuurmeter Weergave rittijd [ELAPSED]/luchttempe- ratuurmeter [AIR] Toont de omgevingstemperatuur. Met de -toets (omhoog) of de -toets (omlaag) kunt u de luchttempe- Type ED, II ED, III ED, IV ED ratuurmeter en de rittijd selecteren wanneer Weergavebereik: -10 °C (14 °F) tot 50 °C (122 °F) deze weergave is geselecteerd.
Pagina 48
Instrumenten (Vervolg) Display instellen Normale weergave U kunt de instellingen van het display aanpassen. Tijdsindeling instellen Tijdsindeling instellen ● Klok instellen ● Klok instellen Helderheid achtergrondverlichting instellen ● HISS-controlelampje instellen ● Helderheid achtergrondverlichting instellen Uitsluitend type ED, II ED, III ED, IV ED ●...
Pagina 49
Als de contactschakelaar in de stand (Off) 1 Tijdsindeling instellen: wordt gezet of er ongeveer 30 seconden niet U kunt de tijdsindeling omschakelen tussen op de toetsen (omhoog), 12-uurindeling en 24-uurindeling. MODE (omlaag) wordt gedrukt, wordt de Zet de contactschakelaar in de stand (On). bediening automatisch omgeschakeld van Houd de MODE...
Pagina 50
Instrumenten (Vervolg) 2 Klok instellen: Druk op de -toets (omhoog) of de -toets (omlaag) totdat de gewenste Druk op de -toets (omhoog) of de minuten worden weergegeven. -toets (omlaag) totdat het gewenste Houd de -toets (omhoog) of de uur wordt weergegeven. -toets (omlaag) ingedrukt om de Houd de -toets (omhoog) of de...
Pagina 51
3 Helderheid achtergrondverlichting instellen: U kunt een van de vijf helderheidsniveaus instellen. Druk op de -toets (omhoog) of de -toets (omlaag). De helderheid wordt omgeschakeld. Druk op de toets (omhoog) Druk op de toets (omlaag) Druk op de MODE -toets. De achtergrondver- lichting is ingesteld en de weergave schakelt over naar knipperen van het HISS-controle- lampje aan/uit.
Pagina 52
Instrumenten (Vervolg) 4 HISS-controlelampje instellen: 5 Eenheid van snelheid en afgelegde U kunt de knipperfunctie van het HISS-controle- afstand wijzigen: lampje aan- of uitzetten. Uitsluitend type ED, II ED, III ED, IV ED Druk op de -toets (omhoog) of de Druk op de -toets (omhoog) of de -toets (omlaag) om "...
Pagina 53
6 Eenheid van temperatuurmeter wijzigen: 7 Eenheid van brandstofverbruikmeter wijzigen: Uitsluitend type ED, II ED, III ED, IV ED Druk op de -toets (omhoog) of de Uitsluitend type ED, II ED, III ED, IV ED -toets (omlaag) om "°C" (Celcius) of Druk op de -toets (omhoog) of de "°F"...
Pagina 54
Instrumenten (Vervolg) 8 Aftrekking ritafstand instellen: Druk op de MODE -toets. Het tweede cijfer begint te knipperen. Het vooraf ingestelde getal wordt weergege- ven en het derde cijfer knippert. Herhaal de stappen voor het instellen van het tweede en eerste cijfer. Om het derde cijfer in te stellen, drukt u op de -toets (omhoog) of de -toets...
Pagina 55
Type ED, II ED, III ED, IV ED U, II U, III U, IV U, II KO, III KO, IV KO De ritafstand wordt niet teruggesteld wanneer u De ritafstand wordt niet teruggesteld wanneer u de instelling van de aftrekking ritafstand voltooit de instelling van de aftrekking ritafstand voltooit door alleen te drukken op de -toets of...
Pagina 56
Controlelampjes Als één van deze controlelampjes niet gaat branden terwijl dat zou moeten, laat uw dealer dan controleren op problemen. Controlelampje hoge koelvloeistoftemperatuur Gaat kort branden als de contactschakelaar in de stand (On) wordt gezet. Als het gaat branden tijdens het rijden: (BLZ.151) (BLZ.157) PGM-FI-storingslampje (elektronisch geregelde brandstofinspuiting) (MIL)
Pagina 57
Oliedrukcontrolelampje Gaat branden als de contactschakelaar in de stand (On) wordt gezet. ● Gaat uit na het starten van de motor. ● Als het controlelampje gaat branden terwijl de motor draait: (BLZ.152) Controlelampje laag brandstofniveau Gaat kort branden als de contactschakelaar in de stand (On) wordt gezet. ●...
Pagina 58
Controlelampjes (Vervolg) Torque Control-controlelampje Gaat branden als de contactschakelaar in de ● stand (On) wordt gezet. Gaat uit als uw motorfiets een snelheid van ongeveer 5 km/h bereikt om aan te geven dat Torque Control klaar is voor gebruik. Knippert als Torque Control in werking is. ●...
Pagina 59
Controlelampje ABS (antiblokkeersysteem) achter UIT Gaat kort branden als de contactschakelaar in de stand (On) wordt gezet. ● Gaat branden als ABS op het achterwiel is uitgeschakeld. ● Controlelampje ABS (antiblokkeersysteem) Gaat kort branden als de contactschakelaar in de stand (On) wordt gezet. ●...
Pagina 60
Schakelaars CRF1000A/A II Schakelaar dimlicht/passeerlicht Claxonknop • : Grootlicht • : Dimlicht • : Knipperen met het grootlicht. Torque Control-schakelaar Instelling van Torque Control- niveau en Torque Control aan/uit. (BLZ.65) Schakelaar stuur- greepverwarming Richtingaanwijzerschakelaar CRF1000A II De richtingaanwijzer stopt automatisch wanneer u de bocht hebt Wijzig het niveau van de genomen.
Pagina 61
Alarmknipperlichtschakelaar Kan op uit of aan worden gezet wanneer de contactschakelaar in de stand (On) wordt gezet. Kan uit worden gezet ongeacht de stand van de contactschakelaar. De symbolen blijven knipperen wanneer de contactschakelaar op (Off) of (Lock) staat nadat de alarmknipperlichtschakelaar aan werd gezet.
Pagina 62
Schakelaars (Vervolg) CRF1000D/D II Torque Control-schakelaar Schakelaar dimlicht/passeerlicht Instelling van Torque Control-niveau en • : Grootlicht Torque Control aan/uit. (BLZ.65) • : Dimlicht • : Knipperen met het grootlicht. Opschakelknop (+) Om de versnelling op te schakelen. (BLZ.82) Schakelaar stuurgreepverwarming CRF1000D II Wijzig het niveau van de stuur- greepverwarming of zet de stuur-...
Pagina 63
Contactschakelaar (On) Schakelt het elektrische systeem aan/uit, vergrendelt het stuur. Schakelt het elektrische De sleutel kan in de stand (Off) of (Lock) worden systeem in voor het verwijderd. starten/rijden. Stuurslot: (BLZ.58) (Off) Schakelaar ABS achter Schakelt de motor uit. Schakelt de ABS-functie op het achterwiel in/uit. (Lock) (BLZ.59) Vergrendelt het stuur.
Pagina 64
Schakelaars (Vervolg) Stuurslot Vergrendelen Vergrendel het stuur wanneer u parkeert om Draai het stuur volledig naar links of rechts. diefstal te voorkomen. Duw de sleutel naar beneden en zet de Een U-vormig wielslot of iets vergelijkbaars contactschakelaar in de stand (Lock).
Pagina 65
ABS-functie op het achterwiel De ABS-functie op het achterwiel kan als optie De ABS-functie op beide wielen inschakelen worden uitgeschakeld voor off-road rijden. Stop de motorfiets. Telkens wanneer de contactschakelaar in de Houd de schakelaar voor ABS achter ingedrukt stand (On) wordt gezet, wordt de ABS-functie totdat het controlelampje ABS achter UIT is op beide wielen automatisch ingeschakeld.
Pagina 66
G-schakelaar CRF1000D/D II Met de G-schakelaar kunt u de motorkarakteris- tiek van uw motorfiets aanpassen ter verbete- ring van de tractie en de machineregeling voor offroad rijden door de hoeveelheid slip van de G-schakelaar uit G-schakelaar aan koppeling tijdens gasgeven te verminderen. Telkens wanneer de contactschakelaar in de stand (On) wordt gezet, wordt de G-schake- G-schakelaar...
Pagina 67
Parkeerrem Sleuf CRF1000D/D II Vergrendelingshendel Parkeerremhendel Zorg ervoor dat de motorfiets op de parkeer- rem staat tijdens het parkeren en het warm- draaien van de motor. Controleer of de parkeerremhendel is vrijgezet voordat u gaat rijden. De parkeerrem aantrekken Parkeerremhendel Knijp de parkeerremhendel (a) volledig in en De parkeerrem loszetten draai de vergrendelingshendel (b) rechtsom...
Pagina 68
Stuurgreepverwarming Controlelampje stuurgreepverwarming: CRF1000A II/D II Deze motorfiets is uitgerust met een stuur- Brandt wanneer de stuurgreepverwarming aan greepverwarming die uw handen verwarmt tij- staat. dens het rijden. Het geselecteerde verwarmingsniveau wordt Draag handschoenen om uw handen te be- aangegeven door het aantal keer dat het con- schermen tegen de verwarmde stuurgrepen.
Pagina 69
De stuurgreepverwarming inschakelen De stuurgreepverwarming uitschakelen Start de motor. (BLZ.74) Druk op de schakelaar van de stuurgreepver- Druk op de schakelaar van de stuurgreepver- warming of houd de schakelaar ingedrukt tot warming. De stuurgreepverwarming staat aan. Het statuspictogram wordt op het display het controlelampje stuurgreepverwarming uit- getoond wanneer de stuurgreepverwar- gaat.
Pagina 70
Stuurgreepverwarming (Vervolg) Het verwarmingsniveau wordt niet gewijzigd Geen weergave als de contactschakelaar in de stand (Off) (uit) wordt gezet binnen 5 seconden nadat het verwarmingsniveau is gewijzigd. Niveau 5 hoogste temperatuur Niveau 4 Niveau 3 Niveau 2 Niveau 1 laagste temperatuur Druk op de schakelaar van de stuurgreepverwarming Houd de schakelaar van de stuur- greepverwarming ingedrukt...
Pagina 71
Honda Selectable Torque Control Het Torque Control-niveau (regeling van Andere dan USER-modus Wanneer u Torque Control van de stand uit motorvermogen) kan worden geselecteerd of naar de stand aan zet, wordt het systeem het systeem kan worden in-/uitgeschakeld. automatisch ingesteld op niveau 6.
Pagina 72
Honda Selectable Torque Control (Vervolg) Torque Control aan en uit U kunt Torque Control in- en uitschakelen door de Torque Control-schakelaar ingedrukt te houden. Telkens wanneer het contact wordt aangezet, wordt de Torque Control automatisch ingeschakeld. Torque Control-schakelaar...
Pagina 73
Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 4 Niveau 7 Niveau 6 Niveau 5 Druk op de Torque Control-schakelaar Houd de Torque Control-schakelaar ingedrukt...
Pagina 74
Rijmodus U kunt de rijmodus wijzigen. Rijmodus heeft vier modi. De rijmodus bestaat uit de volgende parameters. Beschikbare rijmodi: TOUR, URBAN, GRAVEL en USER. P: Niveau motorvermogen TOUR,URBAN en GRAVEL EB: Niveau motorvermogen TOUR: Zorgt voor een soepele acceleratie zelfs tijdens het rijden met een passagier of een : Torque Control-niveau volle lading bagage.
Pagina 75
Oorspronkelijke instelling Rijmodi P-waarde EB-waarde Torque Control-niveau TOUR URBAN GRAVEL USER *1, 2 Opmerkingen: *1: waarde kan worden gewijzigd. *2: als niveau 0 (uit) wordt geselecteerd, verandert de waarde in niveau 1 de volgende keer dat het contact wordt ingeschakeld. P-waarde (motorvermogensniveau) P-waarde heeft drie instelniveaus.
Pagina 76
Rijmodus (Vervolg) Torque Control-niveau: Torque Control-niveau heeft acht instelniveaus. Beschikbaar instelbereik: 0 tot 7 Niveau 1 is het minimale Torque Control-niveau. Niveau 7 is het maximale Torque Control-niveau. Level 0 schakelt Torque Control uit.
Pagina 77
Rijmodus selecteren Stop de motorfiets. Selecteer de rijmodusweergave. (BLZ.30) Druk op de -toets (omhoog) of de -toets (omlaag). Torque Control-schakelaar Toets (omhoog) Druk op de toets (omhoog) Druk op de toets (omlaag) Toets (omlaag) -toets MODE Vervolg...
Pagina 78
Rijmodus (Vervolg) Rijmodus instellen Druk op de -toets (omhoog) of U kunt de P- en EB-waarden en het Torque -toets (omlaag) totdat de gewenste Control-niveau instellen in de USER van de waarde wordt weergegeven. T-waarde kan worden gewijzigd naar rijmodus. niveau 0 door de toets (omlaag) ingedrukt te houden bij niveau 1 of door de...
Pagina 79
Houd de -toets ingedrukt MODE Druk op de -toets MODE Druk op de toets (omhoog) Druk op de toets (omlaag) Houd de toets (omlaag) ingedrukt Houd de Torque Control-schakelaar ingedrukt...
Pagina 80
Motor starten CRF1000A/A II Zorg ervoor dat de motorstopschakelaar in de Start de motor volgens de volgende procedure, stand (Run) staat. ongeacht of de motor koud of warm is. Zet de contactschakelaar in de stand (On). Zet de versnellingsbak in de neutraalstand ( controlelampje gaat branden).
Pagina 81
Zorg ervoor dat de motorstopschakelaar in de CRF1000D/D II Start de motor volgens de volgende procedure, stand (Run) staat. ongeacht of de motor koud of warm is. Zet de contactschakelaar in de stand (On). Controleer de versnelling in neutraalstand -controlelampje gaat branden). START Druk op de -knop met een volledig...
Pagina 82
Schakelen CRF1000A/A II CRF1000D/D II De versnellingsbak van uw motorfiets is Uw motorfiets is uitgerust met een automati- uitgerust met 6 vooruitversnellingen in een sche 6-traps versnellingsbak. Deze kan automa- schakelpatroon van één terugschakelen, tisch (via de AT-modus) of handmatig (via de vijf opschakelen.
Pagina 83
Versnellingsbak met dubbele koppeling lang " " wordt weergegeven, kunt u niet in ver- snelling schakelen. CRF1000D/D II Om te beantwoorden aan de behoeften van berijders in een uitgebreide reeks situaties, is de N-D-schakelaar versnellingsbak uitgerust met drie bedienings- -schakelaar modi: AT-modus (met D-modus voor gewone bediening en drie niveaus van S-modus voor sportief rijden) en MT-modus (MT-modus voor...
Pagina 84
Schakelen (Vervolg) Neutraalstand (N): De neutraalstand wordt Wanneer u kunt schakelen tussen N en D automatisch geselecteerd wanneer u de con- Motorfiets is gestopt en motor draait stationair. Gashendel is volledig gesloten. Schakelen van tactschakelaar in de stand (On) zet. neutraalstand naar D-modus is niet mogelijk Als de neutraalstand niet wordt geselec- terwijl de gashendel wordt bediend.
Pagina 85
AT-MODUS: in deze modus worden de ver- S-modus (AT): Selecteer deze modus terwijl u snellingen automatisch geschakeld in overeen- in de AT-MODUS rijdt wanneer u meer stemming met de rijomstandigheden. vermogen nodig heeft, bijvoorbeeld bij het Ook kunt u met de opschakelschakelaar (+) of inhalen, heuvels oprijden of optrekken.
Pagina 86
Schakelen (Vervolg) Schakelen tussen neutraal en AT- Schakelen tussen AT-MODUS en MT- MODUS/MT-MODUS MODUS Druk op de -schakelaar (e). Schakelen van neutraal (N) naar AT- Het S- of D-controlelampje gaat uit terwijl de MODUS MT-MODUS is geselecteerd (f). Druk op de -zijde van de N-D-schakelaar (a).
Pagina 87
S-modusniveau selecteren in AT-MODUS N-D-schakelaar Houd in de S-modus de -zijde van de N-D (a)-schakelaar ingedrukt. Sluit de gashendel volledig. Selecteer vervol- gens het gewenste niveau van de S-modus. Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Houd de -zijde van de N-D- Er kan een hoger motortoerental worden...
Pagina 88
Schakelen (Vervolg) Rijden in MT-MODUS Schakelbediening Op- en terugschakelen met de opschakelknop Opschakelen: (+) en terugschakelknop (−). Druk op de opschakelschakelaar (+) (g). De geselecteerde versnelling wordt getoond op Terugschakelen: de schakelstandindicator. Druk op de terugschakelschakelaar (−) (h). Als de MT-MODUS is geselecteerd, wordt de U kunt niet blijven schakelen door de schakel- versnellingsbak niet automatisch opgeschakeld.
Pagina 89
Noodstopsignaal Het noodstopsignaal stopt wanneer: Uitsluitend type ED, II ED, III ED, IV ED, U, II U, III U, IV U U de remhendel en het rempedaal loslaat. ● Noodstopsignaal wordt ingeschakeld wanneer u Het ABS wordt uitgeschakeld. ● hard remt bij een snelheid van 50 km/h of hoger Het afremmen van uw motorfiets wordt ●...
Pagina 90
Noodstopsignaal (Vervolg) Het noodstopsignaal is geen systeem dat een mogelijke botsing van achteren kan voorko- men door te hard remmen. Het is altijd raad- zaam hard remmen te voorkomen, tenzij dit absoluut noodzakelijk is. Het noodstopsignaal werkt niet wanneer de schakelaar voor alarmknipperlichten is ingedrukt.
Pagina 91
Tanken Contactsleutel Afdekkap van slot Brandstofvuldop openen Open de afdekkap van het slot, steek de contactsleutel in het slot en draai deze naar rechts om de brandstofvuldop te openen. Brandstofvuldop sluiten Sluit de brandstofvuldop na het tanken en draai deze totdat de dop vastklikt. Verwijder de sleutel en sluit de afdekkap van Niveauplaatje het slot.
Pagina 92
Zet de koplamp op dimlicht terwijl u het stop- Het gebruik van accessoires is op eigen risico. Honda contact gebruikt. De accu kan leeglopen of het kan in geen geval aansprakelijk worden gesteld voor stopcontact beschadigen.
Pagina 93
Opberguitrusting Helmhouder Gebruik de helmhouder uitsluitend bij het De helmhouder bevindt zich onder het bestuur- parkeren. derszadel. Het bestuurderszadel verwijderen De helmbevestigingskabel is vastgezet op het achter- spatbord onder het bestuurderszadel. (BLZ.88) (BLZ.112) WAARSCHUWING Helmbevestigingskabel Rijden met een helm die aan de houder is bevestigd, kan invloed hebben op het veilige gebruik van uw motorfiets en een botsing veroorzaken waarbij u...
Pagina 94
Opberguitrusting (Vervolg) Helmbevestigingskabel Documentzakje/Inbussleutel De helmbevestigingskabel is vastgezet op het Het documentzakje en de inbussleutel bevinden achterspatbord onder het bestuurderszadel met zich aan de onderkant van het bestuurderszadel. een rubberen band. Helmbevestigingskabel Inbussleutel Documentzakje Rubberen band Het bestuurderszadel verwijderen Het bestuurderszadel verwijderen (BLZ.112) (BLZ.112)
Pagina 95
Gereedschapsset Achterdrager De gereedschapsset bevindt zich in de gereed- Overschrijd nooit de maximale gewichtslimiet. schapsbox. Maximumgewicht: 10 kg Gereedschapsbox CRF1000A/D CRF1000A II/D II Gereedschapsset Achterdrager Achterdrager Gereedschapsbox verwijderen (BLZ.117) Vervolg...
Pagina 96
Opberguitrusting (Vervolg) Zijvak rechts CRF1000A II/D II Overschrijd nooit de maximale gewichtslimiet. Maximumgewicht: 0,5 kg Zijvak rechts Klep rechts verwijderen. (BLZ.114)
Pagina 97
Onderhoud Lees "Het belang van onderhoud" en "Standaardonderhoud" aandachtig door voordat u onderhoudswerkzaamheden uitvoert. Raadpleeg “Specificaties” voor servicegegevens. BLZ. 92 BLZ. 124 Het belang van onderhoud ......Koelvloeistof ............. BLZ. 93 BLZ. 126 Onderhoudsschema .......... Remmen ............. BLZ. 96 BLZ. 129 Standaardonderhoud ........
Pagina 98
Het belang van onderhoud Belang van onderhoud Onderhoudsveiligheid Het goed onderhouden van uw motorfiets is abso- Lees altijd de onderhoudsvoorschriften voordat u luut essentieel voor uw veiligheid en het bescher- onderhoud uitvoert en zorg ervoor dat u over de men van uw investering, optimale prestaties, het benodigde gereedschappen, onderdelen en vak- voorkomen van pech en het reduceren van lucht- kundigheid beschikt.
Pagina 99
De onderhoudswerkzaamheden moeten worden uitgevoerd overeenkomstig de nor- Honda raadt aan om uw dealer een proefrit met men en specificaties van Honda door ge- uw motorfiets te laten maken na het uitvoeren van schoolde en bevoegde monteurs. Uw dealer het periodieke onderhoud.
Pagina 100
Smeren De procedures zijn vermeld in een officiële werk- Vervangen plaatshandleiding van Honda. Reinigen : Technisch. Met het oog op uw veiligheid raden wij aan om de motorfiets voor een servicebeurt naar uw dealer te brengen.
Pagina 101
Onderhoudsschema Frequentie Inspectie Jaar- Perio- voor het lijkse diek Items × 1000 km rijden con- vervan- pagina BLZ. 96 trole × 1000 mijl Glijblok aandrijfketting Remvloeistof 2 jaar Remblokslijtage Remsysteem Remlichtschakelaar Remvergrendeling Koplamphoogte Lichten/claxon – Motorstopschakelaar – Koppelingssysteem Zijstandaard Vering –...
Pagina 102
Standaardonderhoud Aandrijfketting - Staat en speling controleren, Inspectie voor het rijden ● indien nodig afstellen en smeren. BLZ. 130 Met het oog op de veiligheid bent u verantwoor- Remmen − Werkingscontrole; ● delijk om een controle voor het rijden uit te voeren Voor en achter: controleer het remvloeistofpeil en alle vastgestelde problemen te corrigeren.
Pagina 103
Kleurenlabel vastgezet. WAARSCHUWING Onderdelen vervangen Het monteren van andere onderdelen Gebruik altijd originele Honda-onderdelen of ge- dan Honda-onderdelen kan uw motor- lijkwaardige onderdelen om betrouwbaarheid en fiets onveilig maken en een botsing veiligheid te waarborgen. veroorzaken waarbij u ernstig of dode- Vermeld de modelnaam, kleur en code vermeld op lijk letsel kunt oplopen.
Pagina 104
Standaardonderhoud Elektrolyt spat in de mond Lithium-ionaccu (Li-ion) ● Spoel uw mond grondig met water en slik Uw motorfiets is uitgerust met een lithium-ion (li-ion)-accu. niet door. Reinig de accupolen als ze vuil zijn geworden of verroest zijn. WAARSCHUWING Dit symbool op de accu duidt aan dat het product niet met het huishoudelijk De accu bevat brandbare organische afval mag worden afgevoerd.
Pagina 105
Het monteren van elektrische accessoires van ande- Als de polen door corrosie zijn aangetast en met re fabrikanten dan Honda kan het elektrische sys- een witte aanslag zijn bedekt, moeten ze met teem overbelasten, de accu doen ontladen en mo- gelijk het systeem beschadigen.
Pagina 106
Motorolie kiezen Zie "Specificaties" voor de aanbevolen motorolie. BLZ. 192 Als u motorolie van andere fabrikanten dan Honda gebruikt, controleer dan op het label of de olie aan de volgende normen voldoet: JASO T 903-norm : MA ●...
Pagina 107
Gebruik SG of hogere beschadigen. olie, met uitzondering van olie aangeduid als Verwijder gemorste remvloeistof onmiddellijk en "Energiebesparend" of "Hulpbronbesparend" op reinig het oppervlak grondig. het ronde API-servicesymbool. Aanbevolen remvloeistof: Honda DOT 4-remvloeistof of gelijkwaardig Niet aanbevolen Aanbevolen...
Pagina 108
Standaardonderhoud Aandrijfketting LET OP Het gebruik van een nieuwe ketting met versleten De aandrijfketting moet regelmatig worden gecon- kettingwielen veroorzaakt snelle slijtage van de troleerd en gesmeerd. Controleer de aandrijfket- ketting. ting vaker als u vaak op slechte wegdekken rijdt, of met een hoge snelheid rijdt, of herhaaldelijk snel Reiniging en smering accelereert.
Pagina 109
Standaardonderhoud Aanbevolen koelvloeistof Pro Honda HP-koelvloeistof is een voorgemengde oplossing van antivriesmiddel en gedistilleerd water. Concentratie: 50% antivriesmiddel en 50% gedistilleerd water Een concentratie van antivriesmiddel van minder Gebruik geen stoomreiniger, hogedrukreiniger, dan 40% biedt onvoldoende bescherming tegen staalborstel, vluchtig oplosmiddel zoals benzine en roestvorming en koude temperaturen.
Pagina 110
Standaardonderhoud Controleren op beschadiging Carterontluchting Controleer de banden Voer vaker servicebeurten uit wanneer u in de op sneden, scheuren of regen rijdt, met vol gas rijdt of na het wassen of barsten die de koordlaag vallen van de motorfiets. Voer een servicebeurt uit van de band zichtbaar als het aanslagniveau in het transparante gedeelte maken of spijkers of an-...
Pagina 111
Standaardonderhoud Profieldiepte controleren Velgen en ventielen controleren Controleer de bandslijtage-indicatoren. Vervang Controleer de velgen op schade en losse spaken. de banden onmiddellijk zodra deze zichtbaar Controleer ook de positie van de ventielen. worden. Een scheef ventiel wijst erop dat de binnenband in Om veilig te kunnen rijden moet u de banden de buitenband glijdt of dat de band over de velg vervangen wanneer de minimale profieldiepte is...
Pagina 112
Laat het wiel, na montage van de band, balan- ● type en formaat, zoals aanbevolen in dit ceren met originele wielbalanceergewichten instructieboekje. van Honda of gelijkwaardig. Zorg bij het vervangen van een buitenband al- ● tijd voor een nieuwe binnenband. De oude binnenband zal waarschijnlijk zodanig uitgerekt zijn, dat hij bij gebruik in een nieuwe buiten- band al gauw lek kan raken.
Pagina 113
Standaardonderhoud Luchtfilter Deze motorfiets is uitgerust met een viskeus luchtfilterelement. Persluchtreiniging of andere reiniging kan de pres- tatie van het viskeuze filterelement verslechteren en het binnendringen van stof veroorzaken. Voer geen onderhoud uit. Onderhoud moet worden uitgevoerd door uw dealer.
Pagina 114
Gereedschap De gereedschapsset wordt opgeborgen in de De helmbevestigingskabel is vastgezet op het gereedschapsbox. BLZ. 89 achterspatbord onder het bestuurderszadel. BLZ. 88 U kunt enkele reparaties onderweg uitvoeren, klei- Helmbevestigingskabel ● ne afstellingen maken en onderdelen vervangen met het meegeleverde gereedschap. De 5 mm inbussleutel bevindt zich aan de onder- zijde van het bestuurderszadel.
Pagina 115
Demontage en montage van onderdelen Accu Demontage Zorg ervoor dat de contactschakelaar in de stand (Off) staat. Pluspool Moeren van Verwijder de gereedschapsbox. BLZ. 117 accupool Koppel de minpool - los van de accu. Minpool Koppel de pluspool + los van de accu. Verwijder de clip.
Pagina 116
Demontage en montage van onderdelen Accudeksel Demontage Voor het naar behoren hanteren van de accu, zie "Standaardonderhoud". BLZ. 98 Verwijder de bouten met de meegelever- "De accu loopt leeg". BLZ. 167 de inbussleutel onder het bestuurdersza- del. BLZ. 88 Accudeksel Verwijder het accudeksel door de borg- clips los te maken uit de geleider.
Pagina 117
Demontage en montage van onderdelen Clip Clip Montage Plaats de clip in de uitsparing. Demontage Druk de pen naar binnen. Verwijder de pen met een kruiskop- schroevendraaier. Trek de clip uit de uitsparing.
Pagina 118
Demontage en montage van onderdelen Bestuurderszadel Bestuurderszadel Montage Bij het instellen van de hoge zadelstand: Demontage Steek de achterste zadelgaffel in de bo- venste sleuf achter op de achterdrager. Bestuurderszadel Achterste gaffel Hoge stand: Voorste gaffel onder Voorsteun Contactsleutel Zadelslot Steek de contactsleutel in het zadelslot en draai de sleutel naar rechts om het be- stuurderszadel te ontgrendelen.
Pagina 119
Demontage en montage van onderdelen Bestuurderszadel Bij het instellen van de hoge zadelstand: Bij het instellen van de lage zadelstand: Steek de achterste zadelgaffel in de onderste Steek de voorste onderste gaffel in de sleuf achter op de achterdrager. voorsteun. Bij het instellen van de lage zadelstand: Achterste gaffel Lage stand:...
Pagina 120
Demontage en montage van onderdelen Deksel rechts Deksel rechts Montage Plaats het deksel rechts terug. CRF1000A II/D II Plaats de onderlegringen op de bouten. Draai de bouten vast. Demontage Aanhaalmoment: 0,42 N·m (0,04 kgf·m). Verwijder de bouten en onderlegringen met de meegeleverde inbussleutel onder het bestuurderszadel.
Pagina 121
Demontage en montage van onderdelen Slipplaat Slipplaat Gaffel CRF1000A II/D II Gaffel Bevestigingsrubber CRF1000A/D Bouten Slipplaat Bevestigingsrubber Slipplaat Onderlegringen Onderlegringen Bouten Onderlegringen Bouten Vervolg...
Pagina 122
Demontage en montage van onderdelen Slipplaat Demontage Montage Verwijder de bouten en onderlegringen. Monteer de slipplaat in de omgekeerde Verwijder de bus. volgorde van de demontage. Verwijder de slipplaat door het bevesti- Plaats de bus. gingsrubber los te maken van de gaffel. Plaats de onderlegringen op de bouten.
Pagina 123
Demontage en montage van onderdelen Gereedschapsbox Gereedschapsbox Demontage Verwijder de bouten met de meegelever- de inbussleutel onder het bestuurdersza- Gereedschapsbox del. BLZ. 88 Verwijder de gereedschapsbox. Montage Monteer de onderdelen in de omgekeerde volgorde van de demontage. Bouten...
Pagina 124
Motorolie Motorolie controleren Olievuldop Bovenste Zet uw motorfiets op de zijstandaard op niveau een stevige, vlakke ondergrond. Laat de motor 3 tot 5 minuten stationair draaien als de motor koud is. Zet de contactschakelaar in de stand (Off) en wacht 2 tot 3 minuten. Plaats uw motorfiets rechtop op een stevige en vlakke ondergrond.
Pagina 125
Motorolie Motorolie bijvullen Motorolie bijvullen LET OP Het te vol vullen met olie of het rijden met onvol- doende olie kan de motor beschadigen. Meng geen Als het motoroliepeil zich onder of dicht bij olie van verschillende merken en verschillende kwali- het onderste merkstreepje bevindt, moet u teit.
Pagina 126
Wij raden u aan om uw motorfiets voor een servicebeurt naar uw dealer te brengen. Gebruik een nieuw origineel oliefilter van Aftapbouten Honda of gelijkwaardig dat voor uw model is voorgeschreven. Verwijder de olievuldop, aftapbouten en LET OP afdichtringen om de olie af te tappen.
Pagina 127
Motorolie Motorolie verversen en motoroliefilter vervangen Vul het carter met de aanbevolen olie Rubberafdichting BLZ. 100, BLZ. 192) en monteer de olievuldop. Vereiste olie Verversen van olie en vervangen van motoroliefilter: CRF1000A/A II 4,0 L CRF1000D/D II Oliefilter 4,2 L Uitsluitend verversen van olie: Breng een dunne laag motorolie aan op de CRF1000A/A II...
Pagina 128
Motorolie Koppelingsoliefilter vervangen Koppelingsoliefilter vervangen "OUT‐SIDE"-merkteken Rubberafdichting CRF1000D/D II Gebruik een nieuw origineel koppelingsoliefilter van Honda of gelijkwaardig dat voor uw model is voorgeschreven. Bouten LET OP Het gebruik van het verkeerde koppelingsoliefilter kan ernstige beschadiging van de versnellingsbak veroorzaken.
Pagina 129
Motorolie Koppelingsoliefilter vervangen Monteer het nieuwe koppelingsoliefilter Monteer nieuwe afdichtringen op de met de rubberafdichting naar binnen, aftapbouten. Draai de aftapbouten vast. naar de motor toe gericht. U ziet het Aanhaalmoment: 30 N·m (3,1 kgf·m) "OUT-SIDE"-merkteken op het huis van Vul het carter met de aanbevolen olie het koppelingsoliefilter, aan de kant van BLZ.
Pagina 130
Koelvloeistof Koelvloeistof controleren Als het koelvloeistofniveau zichtbaar daalt of het expansiereservoir leeg is, is er waarschijn- lijk sprake van een ernstige lekkage. Laat uw Controleer het koelvloeistofniveau in het ex- motorfiets door uw dealer inspecteren. pansiereservoir terwijl de motor koud is. Plaats uw motorfiets op een stevige en Koelvloeistof toevoegen vlakke ondergrond.
Pagina 131
Koelvloeistof Koelvloeistof verversen Verwijder de dop van het expansiereser- Dop van expansiereservoir voir en voeg vloeistof toe terwijl u het koelvloeistofniveau controleert. Vul niet hoger dan het UPPER- merkstreepje. Zorg ervoor dat er geen vreemde voorwerpen in de opening van het expansiereservoir terechtkomen.
Pagina 132
Remmen Remvloeistof controleren zich tussen de LOWER- en UPPER- merkstreepjes bevindt. Inspecteer de remblokken op slijtage als het Plaats uw motorfiets rechtop op een ste- remvloeistofniveau in een reservoir zich on- vige en vlakke ondergrond. der het LOWER-merkstreepje bevindt of de Controleer of het remvloeistofreser- Voor speling van de remhendel en het rempedaal...
Pagina 133
Remmen Remblokken inspecteren Remblokken inspecteren Inspecteer de remblokken vanaf de Voor voorkant van de remklauw. Inspecteer altijd zowel de linker- als Controleer de staat van de remblokslijtage- indicatoren. rechterremklauw. De remblokken moeten worden ver- Voor Inspecteer de remblokken vanaf Achter vangen als een remblok tot aan de onder- de rechter achterzijde van de motorfiets.
Pagina 134
Remmen De parkeerrem inspecteren De parkeerrem inspecteren Remlichtschakelaar afstellen Controleer de werking van de remlichtschakelaar. CRF1000D/D II Houd de remlichtschakelaar vast en draai de Vergrende‐ stelmoer in richting A als de schakelaar te linsghendel laat in werking treedt of in richting B als de schakelaar te vroeg in werking treedt.
Pagina 135
Zijstandaard Zijstandaard controleren CRF1000A/A II Ga op de motorfiets zitten, zet de ver- snellingsbak in neutraal en klap de zijstan- daard omhoog. CRF1000D/D II Ga op de motorfiets zitten en klap de zijstandaard omhoog. CRF1000A/A II Start de motor, trek de koppelingshendel in en zet de versnellingsbak in de versnelling.
Pagina 136
Aandrijfketting Speling van aandrijfketting Controleer de speling in de onderste helft van de aandrijfketting halverwege tussen inspecteren de kettingwielen. Controleer de speling van de aandrijfketting op Speling van aandrijfketting: verschillende punten langs de ketting. Als de CRF1000A/D speling niet gelijk is op alle punten, kunnen 35 - 45 mm sommige schakels vervormd zijn en vastlopen.
Pagina 137
Aandrijfketting Speling van aandrijfketting afstellen Speling van aandrijfketting afstellen Het afstellen van de ketting vereist speciaal gereedschap. Laat de speling van de aandrijfketting afstel- len door uw dealer. Pas op dat u de wieltoerentalsensor en de impulsring niet beschadigt tijdens het afstel- len van de speling van de aandrijfketting.
Pagina 138
Aandrijfketting Speling van aandrijfketting afstellen Draai beide stelbouten een gelijk aantal Stelplaat Stelbout slagen totdat de aandrijfketting naar be- horen is gespannen. Draai de stelbouten linksom om de ketting strakker te span- nen. Draai de stelbouten rechtsom en duw het achterwiel naar voren om de ket- ting meer speling te geven.
Pagina 139
Aandrijfketting Speling van aandrijfketting afstellen Slijtage van aandrijfketting controleren Draai de moer van de achteras vast. Controleer het kettingslijtagelabel bij het af- Aanhaalmoment: 100 N·m (10,2 kgf·m) stellen van de aandrijfketting. Als de indica- Houd de stelbouten tegen en draai de torgroef van de stelplaat zich in de rode zo- ne van het label bevindt na het afstellen van borgmoeren vast.
Pagina 140
Aandrijfketting Geleider van aandrijfketting controleren Geleider van aandrijfketting Geleider aandrijfketting controleren Controleer de staat van de geleider van de aandrijfketting. Het glijblok van de aandrijfketting moet wor- den vervangen als de kettinggeleider tot de Slijtagegrens slijtagegrens is versleten. Laat de geleider van de aandrijfketting indien nodig door uw dealer vervangen.
Pagina 141
Voor een veilig gebruik van de motorfiets is slingering in de velg zit, vraag dan uw het van cruciaal belang om de wielen rond te Honda-dealer om nadere controle. houden en een goede spaakspanning te behouden. Te losse spaken kunnen leiden tot instabiliteit...
Pagina 142
Koppeling Koppeling controleren Controleer de koppelingskabel op knikken of tekenen van slijtage. Laat de kabel indien nodig door uw dealer vervangen. CRF1000A/A II Smeer de koppelingskabel met een in de Speling van koppelingshendel handel verkrijgbaar kabelsmeermiddel om controleren voortijdige slijtage en corrosie te voorkomen. Controleer de speling van de koppelingshendel.
Pagina 143
Koppeling Speling van koppelingshendel afstellen Speling van koppelingshendel Bovenste borgmoer afstellen CRF1000A/A II – Bovenste stelmoer Probeer de koppelingskabel eerst af te stellen met de bovenste stelmoer. Draai de bovenste borgmoer los. Draai aan de bovenste stelbout van de Bovenste stelbout van koppelingskabel koppelingskabel totdat de speling is afge- steld op 10 - 20 mm.
Pagina 144
Koppeling Speling van koppelingshendel afstellen Draai de bovenste borgmoer los en draai Onderste borgmoer de bovenste stelbout van de koppelings- kabel volledig in (voor een maximale spe- ling). Draai de bovenste borgmoer vast. Draai de onderste borgmoer los. Draai aan de onderste stelmoer van de kop- pelingskabel totdat de speling van de kop- pelingshendel is afgesteld op 10 - 20 mm.
Pagina 145
Gashendel Gashendel controleren Zet de motor uit en controleer of de gashen- del soepel draait van de volledig gesloten tot de volledig geopende stand. Laat de motor- fiets door uw dealer inspecteren als de gas- hendel niet soepel beweegt of automatisch dicht gaat.
Pagina 146
Carterontluchting Carterontluchting reinigen Links Zet een geschikte opvangbak onder de carterontluchtingsleidingen. Verwijder de pluggen van de carteront- luchtingsslang uit de slangen. Tap bezinksel af in een geschikte opvangbak. Breng de pluggen van de carterontluch- tingsslang aan. Pluggen carterontluchtingsslang Rechts Plug carterontluchtingsslang...
Pagina 147
Andere afstellingen Koplamphoogte afstellen U kunt de verticale hoogte van de koplamp afstellen voor een juiste uitlijning. Draai de knop naar binnen of buiten indien nodig. Houd u aan de lokale wetten en voorschriften. Verlagen Verhogen Knop...
Pagina 148
Andere afstellingen Remhendel afstellen Remhendel afstellen Versteller U kunt de afstand tussen het uiteinde van de remhendel en de stuurgreep afstellen. Afstelmethode Referentieteken Draai de stelbout tot de getallen zijn uitge- lijnd met het referentieteken terwijl u de hen- Naar voren del naar voren in de gewenste stand duwt.
Pagina 149
Andere afstellingen Voorvering afstellen Voorvering afstellen Veervoorspanning U kunt de veervoorspanning afstellen met behulp van de stelbout afhankelijk van de belading of het wegoppervlak. Draai de stelbout met de ringsleutel uit de gereedschapsset. BLZ. 108 Stelbout De stelbout van de veervoorspanning heeft 15 slagen.
Pagina 150
Andere afstellingen Voorvering afstellen Uitgaande demping Referentie‐ U kunt de uitgaande demping afstellen met stansstempel behulp van de stelbout afhankelijk van de belading of het wegoppervlak. De uitgaande- dempingversteller heeft minstens 3 slagen. Draai naar rechts om de uitgaande demping te verhogen (hard) of draai naar links om de uitgaande demping te verlagen (zacht).
Pagina 151
Andere afstellingen Voorvering afstellen Compressiedemping U kunt de compressiedemping afstellen met behulp van de stelbout afhankelijk van de belading of het wegoppervlak. De stelbout voor compressiedemping heeft 12 standen of meer. Draai naar rechts om de compressiedemping te verhogen (hard) of draai naar links om de compressiedemping te verlagen (zacht).
Pagina 152
Andere afstellingen Achtervering afstellen Achtervering afstellen Veervoorspanning U kunt de veervoorspanning afstellen met behulp van de stelknop afhankelijk van de belading of het wegoppervlak. De stelbout van de veervoorspanning heeft 35 of meer instelposities. Draai naar rechts om de veer- voorspanning te verhogen (hoog) of draai naar links om de veervoorspanning te verla- Stelknop...
Pagina 153
Andere afstellingen Achtervering afstellen Uitgaande demping U kunt de uitgaande demping afstellen met Referentie‐ behulp van de stelbout afhankelijk van de stansstempel belading of het wegoppervlak. Draai naar rechts om de uitgaande demping te verho- gen (hard) of draai naar links om de uitgaan- de demping te verlagen (zacht).
Pagina 154
Andere afstellingen Achtervering afstellen Compressiedemping Referentie‐ U kunt de compressiedemping afstellen met stansstempel behulp van de stelbout afhankelijk van de belading of het wegoppervlak. Draai naar rechts om de compressiedemping te verho- gen (hard) of draai naar links om de com- pressiedemping te verlagen (zacht).
Pagina 155
Verhelpen van storingen BLZ. 156 De motor start niet (HISS‐controlelampje blijft Andere waarschuwingsaanduidingen..BLZ. 150 branden)............Storingsaanduiding BLZ. 156 Oververhitting (controlelampje hoge brandstofniveaumeter........BLZ. 151 koelvloeistoftemperatuur brandt)..... Storingsaanduiding BLZ. 157 Waarschuwingslampjes branden of koelvloeistoftemperatuurmeter ....BLZ. 152 knipperen............Storingsaanduiding BLZ. 152 BLZ.
Pagina 156
De motor start niet (HISS‐controlelampje blijft branden) De startmotor werkt maar de Controleer of een andere HISS-sleutel (inclusief de reservesleutel) zich dicht motor start niet bij de contactschakelaar bevindt. Controleer of er geen metalen afdichtin- Controleer het volgende: gen of stickers op de sleutel aanwezig zijn. Laat uw motorfiets door uw dealer in- Controleer de juiste startvolgorde van de ●...
Pagina 157
Oververhitting (controlelampje hoge koelvloeistoftemperatuur brandt) De motor is oververhit wanneer zich het vol- Controleer of de koelluchtventilator werkt gende voordoet: en zet de contactschakelaar hierna in de Controlelampje hoge koelvloeistoftempe- stand (Off). ● ratuur gaat branden. Als de ventilator niet werkt: Het 6e segment (H) van de koelvloeistof- Ga uit van een defect.
Pagina 158
Waarschuwingslampjes branden of knipperen Oliedrukcontrolelampje Als het motoroliepeil snel daalt, kan dit duiden op een lekkage of ander serieus probleem met uw motorfiets. Laat uw Als het oliedrukcontrolelampje gaat branden, motorfiets door uw dealer inspecteren. rijd dan veilig naar de kant van de weg en zet de motor uit.
Pagina 159
Waarschuwingslampjes branden of knipperen ABS-controlelampje (antiblokkeersysteem) ABS-controlelampje Als het ABS-controlelampje blijft branden, werken uw remmen als een standaardsys- (antiblokkeersysteem) teem maar zonder de antiblokkeerfunctie. Als het controlelampje op een van de vol- Het ABS-controlelampje kan gaan knipperen gende manieren werkt, is er mogelijk een wanneer u het achterwiel draait terwijl het ernstig defect in het ABS.
Pagina 160
Waarschuwingslampjes branden of knipperen Torque Control-controlelampje Torque Control-controlelampje Zelfs wanneer het Torque Control-controle- lampje brandt, is het rijvermogen van uw motorfiets normaal maar zonder de Torque Als het controlelampje op een van de vol- Control-functie. gende manieren werkt, is er mogelijk een Als het controlelampje gaat branden ernstig defect in het Torque Control-systeem.
Pagina 161
Als de “–” indicator knippert in het schakelstandvenster tijdens het rijden CRF1000D/D II Als u de motor nog steeds niet kunt starten: Als de "–" indicator knippert tijdens het rij- Start de motor terwijl u de remhendel inknijpt den, dan kan het systeem van de transmissie of het rempedaal indrukt.
Pagina 162
Andere waarschuwingsaanduidingen Storingsaanduiding brandstofniveaumeter In geval van een defect van het brandstofsys- teem zien de controlelampjes van de brand- stofniveaumeter eruit zoals getoond in de af- beeldingen. Ga in deze gevallen zo snel mogelijk naar uw dealer.
Pagina 163
Andere waarschuwingsaanduidingen Storingsaanduiding koelvloeistoftemperatuurmeter Storingsaanduiding koelvloei- Storingsaanduiding stoftemperatuurmeter stuurgreepverwarming In geval van een defect van het koelsysteem CRF1000A II/D II gaan alle segmenten knipperen zoals ge- Als er een defect is in het stuurgreepverwar- toond in de afbeelding. mingssysteem, knippert het statuspictogram Ga zo snel mogelijk naar uw dealer als dit van de stuurgreepverwarming.
Pagina 164
Lekke band Het repareren van een lekke band of het de- Bij vervanging van een binnenband moet te- monteren van een wiel vereist speciaal ge- vens altijd de buitenband grondig gecontro- reedschap en technische expertise. Wij raden leerd worden zoals beschreven. u aan om deze servicebeurt door uw dealer WAARSCHUWING te laten uitvoeren.
Pagina 165
Lekke band Wielen demonteren Pas op dat u de wieltoerentalsensor en de Plaats uw motorfiets op een stevige en impulsring niet beschadigt tijdens het vlakke ondergrond. demonteren en monteren van het wiel. Dek beide zijden van het voorwiel en de remklauw ter bescherming af met tape of Voorwiel doek.
Pagina 166
Lekke band Wielen demonteren Draai de rechterklembouten van de as los. Uitsluitend type ED, II ED, III ED, IV ED, Maak de vooras los aan de rechterzijde II KO, III KO, IV KO Verwijder de moerdop van de vooras. en verwijder de steekas, de afstandsbus- Verwijder de moer van de vooras.
Pagina 167
Lekke band Wielen demonteren Montage Draai de rechterklembouten van de as Monteer de afstandsbussen op het wiel. vast om de as vast te zetten. Plaats het wiel aan de rechterzijde tussen Draai de asmoer vast. de vorkpoten en duw de licht gesmeerde Aanhaalmoment: 60 N·m (6,1 kgf·m).
Pagina 168
Lekke band Wielen demonteren Monteer de rechterremklauw en draai de Draai de rechterklembouten van de as nieuwe montagebouten vast. opnieuw vast. Aanhaalmoment: 45 N·m (4,6 kgf·m). Aanhaalmoment: 22 N·m (2,2 kgf·m). Monteer de linkerremklauw en draai de Til het voorwiel opnieuw van de grond en nieuwe montagebouten vast.
Pagina 169
Lekke band Wielen demonteren Achterwiel Tape of doek Demontage Ondersteun uw motorfiets goed en til het achterwiel van de grond met behulp van een onderhoudsbok of takelinrichting. CRF1000D/D II Zet de parkeerrem los. CRF1000A/A II Dek beide zijden van het achterwiel en de remklauw ter bescherming af met tape of doek.
Pagina 170
Lekke band Wielen demonteren Verwijder de bouten met de meegelever- Verwijder de aandrijfketting van het de inbussleutel onder het bestuurdersza- achterste kettingwiel door het achterwiel del. BLZ. 112 naar voren te duwen. Verwijder de kettingafdekking. Verwijder de achteras en stelplaten. Bouten Stelplaat Stelbout...
Pagina 171
Lekke band Wielen demonteren Borgmoer Montage Stelbout Voer de demontageprocedure in de omgekeerde volgorde uit om het achterwiel te monteren. Pas op dat de remklauw geen krassen aanbrengt op het wiel tijdens montage. LET OP Bij het aanbrengen van het wiel of de remklauw Aandrijfketting moet de remschijf voorzichtig tussen de remblokken Achteras...
Pagina 172
Lekke band Wielen demonteren Zorg ervoor dat de sleuf van de remklauw- Breng de ketting aan en draai de bouten steun op de nok van de swingarm zit. vast. Trap meerdere keren op het rempedaal Remklauwsteun na het monteren van het wiel en contro- leer of het wiel ongehinderd draait.
Pagina 173
Elektrische problemen De accu loopt leeg Doorgebrande lamp De accu moet worden opgeladen. Volg de onderstaande procedure om een Voor het opladen van de accu hebt u een doorgebrande lamp te vervangen. acculader nodig die wordt aanbevolen door Zet de contactschakelaar op (Off) of de fabrikant van uw lithium-ion (li-ion)-accu.
Pagina 174
Elektrische problemen Doorgebrande lamp Koplamp Markeringslicht Koplampen Markeringslichten De koplampen gebruiken meerdere LED's. De markeringslichten gebruiken meerdere Als een LED niet oplicht, neem dan contact LED's. op met uw dealer voor onderhoud. Als een LED niet oplicht, neem dan contact op met uw dealer voor onderhoud.
Pagina 175
Elektrische problemen Doorgebrande lamp Remlicht/achterlicht Richtingaanwijzer voor/achter Remlicht/achterlicht Richtingaanwijzer De richtingaanwijzers voor en achter gebrui- Het rem- en achterlicht gebruikt meerdere ken meerdere LED's. LED's. Als een LED niet oplicht, neem dan contact Als een LED niet oplicht, neem dan contact op met uw dealer voor onderhoud.
Pagina 176
Elektrische problemen Doorgebrande zekering Doorgebrande zekering Lamp van kentekenplaatverlichting Verwijder de schroeven. Zie "Controleren en vervangen van zekerin- Verwijder de afdekking van de kenteken- gen" voor het hanteren van de zekeringen. plaatverlichting en de pakking van de af- BLZ. 99 dekking van de kentekenplaatverlichting.
Pagina 177
Elektrische problemen Doorgebrande zekering CRF1000A/A II CRF1000D/D II Afdekkappen zekeringkast Afdekkap zekeringkast Reserveze‐ Reservezekering keringen Afdekkap Afdekkap zekeringkast zekeringkast Reservezekering Reservezekeringen Vervolg...
Pagina 178
Elektrische problemen Doorgebrande zekering Hoofdzekering & ABS- Verwijder het accudeksel. BLZ. 110 hoofdzekering Trek de magnetische schakelaar van de startmotor naar buiten. Verwijder de afdekkap van de magneti- Afdekkap magnetische sche schakelaar van de startmotor. schakelaar startmotor Trek de hoofdzekering en ABS-hoofdze- ABS‐hoofdzekering kering een voor een uit met de zekering- trekker in de gereedschapset en contro-...
Pagina 179
Elektrische problemen Doorgebrande zekering FI-zekering en ABS FSR-zekering Verwijder het accudeksel. BLZ. 110 Trek de ophanging van de ABS FSR- CRF1000A/A II zekering/FI-zekeringkast eruit. ABS FSR‐zekering/ophan‐ Open de afdekkap van de zekeringkast. Afdekkap ging FI‐zekeringkast Trek de ABS FSR-zekering en FI-zekering zekeringkast uit met behulp van de zekeringtrekker in de gereedschapset en controleer op...
Pagina 180
Elektrische problemen Doorgebrande zekering FI-zekering & ABS FSR-zekering & Verwijder het accudeksel. BLZ. 110 Trek de ophanging van de ABS FSR-zeke- DCT-hoofdzekering ring/FI-zekeringkast en DCT-hoofdzeke- CRF1000D/D II ringkast eruit. Open de afdekkappen van de zekeringkast. Afdekkappen zekeringkast Ophanging ABS FSR‐zeke‐ Trek de ABS FSR-zekering, FI-zekering en ring/FI‐zekeringkast en DCT-hoofdzekeringkast...
Pagina 181
Informatie BLZ. 176 Sleutels ............... Instrumenten, bedieningselementen en andere BLZ. 177 functies............. BLZ. 180 Onderhoud van uw motorfiets..... BLZ. 184 Stallen van uw motorfiets......BLZ. 184 Vervoer van uw motorfiets......BLZ. 185 U en het milieu ..........BLZ. 186 Serienummers........... BLZ.
Pagina 182
Sleutels Sleutels Laat onmiddellijk een andere reservesleutel maken zodra u een sleutel bent verloren. Contactsleutel Om een reservesleutel te laten maken en deze in Deze motorfiets heeft twee contactsleutels en een uw HISS-systeem te registreren, moet u de reser- sleutelplaatje met een sleutelnummer en een vesleutel, het sleutelplaatje en de motorfiets naar streepjescode.
Pagina 183
99.999,9. HISS Contactschakelaar Het Honda startblokkeringssysteem (HISS) blok- Als u de contactschakelaar in de stand (On) laat keert het ontstekingssysteem van de motor als een staan terwijl de motor is uitgeschakeld, zal de accu verkeerd gecodeerde sleutel wordt gebruikt om de leeglopen.
Pagina 184
Instrumenten, bedieningselementen en andere functies Het HISS-controlelampje knippert elke 2 seconden Alleen Marokko gedurende 24 uur nadat de contactschakelaar in de stand (Off) is gezet. U kunt deze functie in- of uitschakelen. BLZ. 46 EU-richtlijn Dit startblokkeringssysteem voldoet aan de richtlijn radioapparatuur (2014/53/EU).
Pagina 185
Instrumenten, bedieningselementen en andere functies Documentzakje Assist Slipper-koppelingssysteem Het instructieboekje, het registratiebewijs en het CRF1000A/A II verzekeringsbewijs kunnen in het plastic docu- Het Assist Slipper-koppelingssysteem helpt voor- mentzakje onder het bestuurderszadel worden komen dat het achterwiel blokkeert wanneer de opgeborgen. BLZ.
Pagina 186
Het frequent reinigen en oppoetsen is belangrijk Spoel uw motorfiets grondig af met een tuinslang om de lange levensduur van uw Honda te garan- onder lage druk om los vuil te verwijderen. deren. Potentiële problemen zijn gemakkelijker Gebruik indien nodig een spons of zachte doek vast te stellen op een schone motorfiets.
Pagina 187
Onderhoud van uw motorfiets Smeer alle bewegende delen na het drogen Voorzorgsmaatregelen voor het wassen van de motorfiets. Volg deze richtlijnen voor het wassen: Zorg ervoor dat u geen smeermiddel op Gebruik geen hogedrukreinigers: ● de remmen of banden morst. Remschij- Hogedrukreinigers kunnen bewegende de- ven, -blokken, -trommel of -schoenen die len en elektrische onderdelen beschadigen...
Pagina 188
Onderhoud van uw motorfiets Richt geen waterstraal op het luchtfilter: Aluminium onderdelen ● Water in het luchtfilter kan het starten van Aluminium wordt aangetast door corrosie na de motor verhinderen. contact met vuil, modder of wegenzout. Reinig Richt geen waterstraal op de koplamp: ●...
Pagina 189
Onderhoud van uw motorfiets Windscherm Uitlaatpijp en geluiddemper De uitlaatpijp en uitlaatdemper zijn van roestvrij staal, Gebruik veel water en reinig het windscherm met maar kunnen door modder of stof bevlekt worden. een zachte doek of spons. (Gebruik geen reini- gingsmiddelen of chemische reinigers op het wind- Verwijder modder en stof bij voorkeur met een scherm.) Wrijf droog met een zachte, schone doek.
Pagina 190
Stallen van uw motorfiets Stallen van uw motorfiets Vervoer van uw motorfiets Als u uw motorfiets buiten stalt, overweeg dan het gebruik van een volledige motorfietshoes. Als uw motorfiets moet worden vervoerd, dient dit Volg deze richtlijnen als u van plan bent om gedu- te geschieden op een motorfietsaanhangwagen of rende een langere periode niet te rijden: een dieplader of aanhangwagen met een laadvloer...
Pagina 191
U en het milieu U en het milieu Bied gebruikte vloeistoffen aan voor recycling Het bezitten van en rijden op een motorfiets kan Deponeer olie en ander giftig afval in goedgekeur- aangenaam zijn, maar u moet een bijdrage leveren de containers en breng ze naar een recyclingcen- aan de bescherming van het milieu.
Pagina 192
Serienummers Serienummers De serienummers op het frame en de motor identificeren uw motorfiets en zijn vereist om uw motorfiets te registreren. Ze kunnen ook vereist zijn bij het bestellen van vervangingsonderdelen. U moet deze nummers noteren en op een veilige plaats bewaren.
Pagina 193
Alcoholhoudende brandstoffen Alcoholhoudende Het gebruik van benzine met meer dan 10% ethanol kan: brandstoffen De lak van de brandstoftank beschadigen. ● De rubberen slangen van de brandstofleiding ● Sommige traditionele brandstoffen gemengd met beschadigen. alcohol zijn verkrijgbaar in sommige landen om Roestvorming in de brandstoftank veroorzaken.
Pagina 194
Stop met rijden en zet de motor uit. Een defecte katalysator draagt bij aan luchtveront- reiniging en kan de prestatie van de motor nadelig beïnvloeden. Voor vervanging moet een origineel Honda-onderdeel of gelijkwaardig onderdeel wor- den gebruikt.
Pagina 195
Specificaties Voornaamste onderdelen ■ Type ED, II ED, III ED, II KO, III KO CRF1000A/D 230 kg CRF1000A 2.330 mm Totale lengte Type U, II U, III U CRF1000A II/D II 229 kg 2.340 mm Type ED, II ED, III Totale breedte 930 mm ED, II KO, III KO...
Pagina 196
Specificaties CRF1000A/D CRF1000A/A II 213 kg Maximaal draagvermogen 2,866 Type ED, II ED, III ED, IV ED CRF1000A II/D II 1,888 195 kg 1,480 CRF1000A/D 1,230 29 kg 1,100 Maximaal bagagegewicht CRF1000A II/D II 0,968 23 kg Overbrengingsverhoudingen CRF1000D/D II Zijvak rechts 0,5 kg 2,562...
Pagina 197
Specificaties Servicegegevens ■ Standaard Toegestaan 90/90-21M/C 54H Speciaal Niet toegestaan Type ED, II ED, III ED, IV ED Sneeuw Voor Gebruikscate- (M+S bij de gorie band aanduiding op Toegestaan 90/90-21M/C 54S Bandenmaat de zijkant van 150/70R18M/C 70H de band) Type ED, II ED, III ED, IV ED Achter Bromfiets Niet toegestaan...
Pagina 198
Stationair 1.250 ± 100 omw/min toerental Aanbevolen Pro Honda HP-koelvloeistof koelvloeistof Honda-olie voor 4-taktmotorfietsen API-ser- viceclassificatie SG of hoger, met uitzonde- Aanbevolen Smeermiddel voor aandrijfketting speciaal Aanbevolen ring van olie die wordt aangeduid als "Ener- smeermiddel ontworpen voor O-ringkettingen. Indien niet motorolie giebesparend"...
Pagina 199
Specificaties Lampen Specificaties aanhaalmoment ■ ■ Koplamp Bout van deksel rechts 0,42 N·m (0,04 kgf·m) CRF1000A II/D II Remlicht/achterlicht Bout van slipplaat 26 N·m (2,7 kgf·m) Richtingaanwijzer vóór Oliefilter 26 N·m (2,7 kgf·m) Richtingaanwijzer achter Aftapbout voor motorolie 30 N·m (3,1 kgf·m) Markeringslicht Bout van oliefilterdeksel Kentekenplaatverlichting...