8. Breng de linker plaat van de
cilinderkopophanging (13) en de rechter plaat
van de cilinderkopophanging (14) aan. Breng
vervolgens de bouten van de plaat van de
cilinderkopophanging (15) en de bouten van de
cilinderkopophanging (16) losjes aan.
Haal de bouten van de cilinderkopophanging
en de bouten van de plaat van de
cilinderkopophanging aan tot het
voorgeschreven aanhaalmoment:
bouten van cilinderkopophanging:
54 Nm (5,5 kgf·m)
bouten van plaat van cilinderkopophanging:
32 Nm (3,3 kgf·m)
Linkerzijde:
(13)
Rechterzijde:
(15)
(16)
(13) linkerplaat van cilinderkopophanging
(14) rechterplaat van cilinderkopophanging
(15) bouten van plaat van cilinderkopophanging
(16) bouten van cilinderkopophanging
9. Breng het gasklephuis (17) aan op de isolator
(18) door de lip van het gasklephuis uit te
lijnen met de groef op de isolator. Draai de
schroef (19) van de isolatorband zodanig aan
dat de speling tussen de uiteinden van de band
11,0 ± 1,0 mm bedraagt.
11,0 ± 1,0 mm
(15)
(17) gasklephuis
(18) isolator
(16)
10. Breng de onderste bevestigingsbout rechts van
de radiateur (20) met de onderlegring (21) aan
en draai deze goed vast.
(14)
(20) onderste bevestigingsbout rechts van radiateur
(21) onderlegring
(17)
(19)
Uitlijnen
(19)
(18)
(19) schroef van
isolatorband
(21)
(20)
Zuiger/zuigerveren/zuigerpen
11. Breng de nieuwe O-ringen (22) aan op de
paspen van de thermostaatbehuizing (23).
(22)
(23)
(22) O-ringen (nieuw)
(23) paspen
12. Breng de thermostaatbehuizing (24) aan op de
cilinderkop (25), breng vervolgens de
bevestigingsbouten (26) aan en draai deze vast
met het voorgeschreven aanhaalmoment:
10 Nm (1,0 kgf·m)
(24)
(25)
(26)
(24) thermostaatbehuizing
(25) cilinderkop
(26) bouten
Het onderhoud van uw Honda
(vervolg)
103