9-34
Verzorging van de auto
6. Plaats voor de lamp aan
bestuurderszijde de vulkraag
voor het sproeiervloeistofreser-
voir terug door deze stevig en
recht omlaag in het reservoir te
steken. Zorg ervoor dat de klem
van de vulkraag in de borging
grijpt van de relais- en zekerin-
genhouder in de motorruimte.
Mistlampen
Om de mistlamp voor te vervangen:
1. Verwijder de zes bevestigingen
van het toegangsluikje onder het
voorpaneel.
2. Koppel de stekker los van de
mistlampeenheid.
3. Verwijder de lamp door deze
linksom te draaien en recht uit
de eenheid te trekken.
4. Monteer de nieuwe lamp door
deze rechtsom in de eenheid te
draaien.
5. Herhaal de stappen 1 en 2 bij
het terugplaatsen.
Achterlichten, richting-
aanwijzers, remlichten en
achteruitrijlichten
A. Achteruitrijlicht
B. Achterlicht
Zijdelings achterlicht en achteruit-
rijlicht
1. Open de kofferbak. Zie
Kofferbak op pagina 1‑12.
2. Verwijder de pennen en trek de
kofferbakbekleding naar
achteren.
3. Verwijder de lampfitting door
deze linksom te draaien en recht
naar buiten te trekken.
4. Verwijder de lamp uit de fitting.
5. Plaats de nieuwe lamp in de
lampfitting.
6. Monteer de lampfitting door deze
rechtsom te draaien
7. Monteer de kofferbakbekleding.
A. Remlicht/achterlicht
B. Richtingaanwijzer