1-6
Sleutels, portieren en ruiten
5. Verwijder de zender uit de
zenderhouder en druk op
Herhaal stap 3 tot en met 5 om
extra zenders te programmeren.
Als alle extra zenders zijn gepro-
grammeerd, houdt u het contact
10 seconden ingedrukt om de
programmeerfunctie af te sluiten.
Auto starten met een zender
met een lage batterijspanning
Als de batterij van de zender bijna
leeg is, kan het DIC NO REMOTE
DETECTED (geen afstandsbedie-
ning waargenomen) aangeven
wanneer u de auto probeert te
starten. Het bericht REPLACE
BATTERY IN REMOTE KEY
(batterij in afstandsbediening
vervangen) kan dan ook worden
weergegeven.
Om de motor te starten:
.
1. Open de opbergruimte in de
armsteun en plaats de zender in
de zenderhouder met de
knoppen naar de voorkant van
de auto gericht.
2. Bedien daarna het rempedaal
met de auto in P (parkeerstand)
of N (neutraalstand) en druk op
de contactknop. Zie Motor
starten op pagina 8‑20
Vervang de batterij van de
zender zo spoedig mogelijk.
Batterijen vervangen
Vervang de batterij als de tekst
REPLACE BATTERY IN REMOTE
KEY (batterij in handzender
vervangen) op het DIC verschijnt.
Zie "BATTERIJ IN HANDZENDER
VERVANGEN" onder Teksten over
sleutel en vergrendeling op
pagina 4‑40.
{
WAARSCHUWING
Voer oude batterijen volgens de
betreffende milieuwetgeving af
om het milieu en uw gezondheid
te beschermen.
De batterij is niet oplaadbaar. Om
de batterij te vervangen:
1. Druk op de knop op de zender
om het sleutelblad uit te
klappen.