pomp met gelode brandstof past
niet in de tankvulopening van een
auto die alleen op ongelode brand-
stof rijdt. Gebruik van benzine met
een octaangetal van 95 garandeert
brandstofrendement.
Brandstof voor
dieselmotoren
Dieselmotoren mogen alleen op
commerciële dieseloliën lopen die
voldoen aan de specificaties van
DIN-EN 590. Gebruik geen
scheepsdiesel, stookoliën of diesel-
oliesoorten die geheel of gedeeltelijk
van plantaardige aard zijn, zoals
koolzaadolie of biodiesel, en gebruik
evenmin Aquazole en vergelijkbare
dieselwateremulsies. Bij lage
temperaturen zijn de vloei- en
filtreerbaarheid van dieseloliën
onvoldoende door uitvlokkende
paraffinen. Tijdens de winter-
maanden worden op de markt
daarom dieseloliën met verbeterde
eigenschappen op lage tempera-
turen aangeboden. Let erop dat u
ruim vóór aanvang van het winter-
seizoen speciale winterbrandstof
gebruikt. Bij gebruik van dieseloliën
die volgens de producent geschikt
zijn voor de wintermaanden zijn
geen additieven vereist.
Water in brandstof
Tap iedere keer dat u de motorolie
ververst ook eventueel water af uit
het dieselbrandstoffilter.
1. Plaats een opvangbak onder het
filterhuis.
2. Draai de aftapplug aan de
onderkant van het filterhuis
linksom met een passende
schroevendraaier en laat het
water aflopen. Het filter is
volledig afgetapt, wanneer er
dieselolie uit de opening
stroomt.
3. Draai de aftapplug rechtsom
dicht.
Rijden en bedienen
4. Draai, met de motor afgezet, de
contactsleutel naar ON, wacht
ca. vijf seconden en draai de
sleutel naar LOCK om brandstof
op te voeren. Doe dit minstens
driemaal achtereen met de
motor afgezet om te voorkomen
dat er lucht in de brandstoflei-
ding dringt.
Controleer het dieselbrandstoffilter
met kortere intervallen, als de auto
in extreme omstandigheden dienst-
doet zoals bij een hoge luchtvochtig-
heid (voornamelijk in kustgebieden),
extreem hoge of lage buitentempe-
raturen en grote schommelingen in
de temperatuur overdag en s
nachts. Er gaat een waarschuwings-
lampje voor water in brandstof op
het instrumentenpaneel branden,
als het dieselbrandstoffilter water
bevat. Laat het water meteen
aflopen.
8-47