8-22
Rijden en bedienen
Als u de motor probeert te starten
terwijl u de tank hebt leeggereden,
volg dan de stappen in Leegge-
reden tank op pagina 8‑48.
Laat een koude motor enkele
minuten stationair draaien, voordat
u wegrijdt. Zo wordt er voldoende
oliedruk opgebouwd. Een koude
motor produceert meer geluid.
Let op!: Als de motor oververhit
raakt terwijl u niet in de auto zit,
merkt u niet dat het lampje voor
oververhitting van de motor gaat
branden. De auto kan daardoor
beschadigd raken. Laat de motor
daarom niet lopen, wanneer er
niemand in de auto zit.
Koude start (dieselmotor)
De volgende tips zijn handig tijdens
een koude start.
Gebruik de aanbevolen motorolie,
wanneer de buitentemperatuur tot
onder het vriespunt daalt. Zie Motor-
olie op pagina 9‑10. Als de buiten-
temperatuur tot onder 18 °C (0 °F)
kan dalen, wordt koelvloeistofver-
warming geadviseerd.
Zie Brandstof voor dieselmotoren op
pagina 8‑47 voor informatie ten
aanzien van de te gebruiken brand-
stof bij koud weer.
Als een dieselmotor niet
aanslaat
Als u de tank hebt leeggereden, zie
dan Leeggereden tank op
pagina 8‑48.
Als de motor niet aanslaat, wanneer
er brandstof in de tank zit, handel
dan als volgt:
Draai de contactsleutel naar ON/
RUN (aan/rijden). Draai de contact-
sleutel meteen nadat het lampje
voor de voorverwarming is gedoofd,
naar START.
Wacht enkele seconden, als het
lampje niet dooft en ga na of de
motor daarna wel aanslaat. Bezoek
zo spoedig mogelijk uw dealer om
het startsysteem te laten nakijken.
Als de motor niet aanslaat, ondanks
dat het lampje oplicht en dooft
en zeker is dat de accu s zijn
opgeladen, is service aan de auto
vereist.
Als het lampje bij een koude motor
niet gaat branden, is service aan de
auto vereist.
Als de ladingstoestand van de
accu's onvoldoende is om de
motor te starten, zie dan Accu op
pagina 9‑27.
Let erop dat u de juiste oliesoort
voor de motor gebruikt en dat u de
olie op de gezette tijden ververst.
Als u de verkeerde olie gebruikt,
start de motor mogelijk moeilijker.
Let erop dat u de juiste brandstof
gebruikt gezien de weersomstandig-
heden. Zie Brandstof voor dieselmo-
toren op pagina 8‑47.
Als de motor aanslaat, enige tijd
loopt en vervolgens weer afslaat, is
service aan de auto vereist.