Houd om concentratieverlies tegen
te gaan uw ogen altijd op de weg
vóór u, uw handen aan het stuur en
uw gedachten erbij.
.
Bel niet in veeleisende rijsitua-
ties. Gebruik een handsfreekit
om te bellen.
.
Houd de weg in de gaten. Lees
niet, maak geen aantekeningen
en gebruik geen telefoons of
andere elektronische apparaten
om informatie te zoeken.
.
Vraag een eventuele voorpassa-
gier om u bij afleiding te helpen.
.
Raak, voordat u wegrijdt,
vertrouwd met de functies van
de auto zoals het instellen
van favoriete radiozenders,
aanpassen van de klimaatrege-
ling en het gebruik van de
stoelinstellingen. Programmeer
alvorens weg te rijden alle
vereiste gegevens in een
eventueel navigatiesysteem.
.
Wacht met het oppakken van
spullen die op de vloer zijn
beland, totdat de auto gepar-
keerd staat.
.
Breng de auto tot stilstand of
parkeer deze om kinderen te
verzorgen.
.
Gebruik een passend(e) kooi of
hek bij vervoer van huisdieren.
.
Vermijd te emotionele gespreken
met een eventuele passagier of
per telefoon tijdens het rijden.
{
WAARSCHUWING
Wanneer u uw blik te lang
achtereen of te vaak van de weg
haalt, is een botsing met letsel of
de dood tot gevolg niet uitge-
sloten. Houd uw aandacht bij
de rit.
Raadpleeg het hoofdstuk over het
Infotainmentsysteem voor meer
informatie over de bediening ervan
en het koppelen en gebruiken van
een mobiele telefoon.
Rijden en bedienen
Defensief rijden
Defensief rijden betekent "altijd het
onverwachte verwachten". De
eerste stap bij defensief rijden is het
omdoen van de veiligheidsgordel.
Zie Veiligheidsgordels op
pagina 2‑13.
.
Ga ervan uit dat andere wegge-
bruikers (voetgangers, fietsers
en andere autobestuurders)
onvoorzichtig zullen zijn en
fouten zullen maken. Loop
vooruit op wat zij zouden
kunnen doen, en wees hierop
voorbereid.
.
Houd voldoende afstand tussen
uzelf en uw voorligger.
.
Houd uw aandacht bij het rijden.
Controle over een auto
Remmen, sturen en accelereren zijn
belangrijke factoren om een auto
tijdens het rijden onder controle te
houden.
8-3