Inhoudsopgave
Advertenties
7-6
Klimaatregeling
Automatische dual-zone klimaatregeling
De verwarming, koeling en ventilatie voor de auto kunnen met dit systeem
worden geregeld.
A. Temperatuurregeling aan
bestuurders- en passagierszijde
B. Airconditioning
C. Luchtverdelingsstanden
D. Ontdooien
E. AUTO (automatische bediening)
F.
Stoelverwarming
G. Recirculatie
H. Ventilatorregeling
I.
Achterruitverwarming
J.
SYNC
Automatische bediening
Het systeem regelt automatisch de
ventilatorsnelheid, luchtverdeling,
airconditioning en recirculatie om de
auto tot de gewenste temperatuur te
verwarmen of koelen.
Wanneer het controlelampje brandt,
werkt het systeem volledig automa-
tisch. Als de luchtverdeling of venti-
latorsnelheid handmatig wordt
versteld, dooft het controlelampje en
worden de gekozen instellingen op
het display weergegeven.
Zo zet u het systeem in de automati-
sche stand:
1. Druk op AUTO.
2. Stel de temperatuur in. Geeft het
systeem de tijd om zich aan te
passen. Pas vervolgens naar
wens de temperatuur aan voor
een optimaal comfort.
Handmatige bediening
Temperatuurregeling aan bestuur-
ders- en passagierszijde: De
temperatuur kan apart voor de
bestuurder en de passagier worden
geregeld.
Draai de knop rechts- of linksom
om de temperatuurinstelling aan
bestuurders- of passagierszijde te
verhogen of verlagen.
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
