Inhoudsopgave
Advertenties
8-44
Rijden en bedienen
Obstakeldetectiesys-
temen
Ultrasone parkeerhulp
Bij auto's met het ultrasone parkeer-
hulpsysteem (URPA), wordt de
bestuurder tijdens het rijden in de
achteruitversnelling R ondersteund
tijdens parkeren en het vermijden
van obstakels. URPA werkt bij
rijsnelheden lager dan 8 km/h
(5 mph). De sensoren op de achter-
bumper detecteren obstakels tot op
2,5 m (8 ft) achter de auto en op
minstens 20 cm (8 inch) vanaf de
grond.
{
WAARSCHUWING
Het parkeerhulpsysteem (URPA)
detecteert geen voetgangers,
fietsers, dieren of andere obsta-
kels die zich onder bumperhoogte
bevinden of die te dicht bij of te
ver van de auto bevinden. Om,
WAARSCHUWING (Vervolg)
ook met URPA, lichamelijk of
dodelijk letsel of autoschade
tegen te gaan, moet u altijd het
gebied rond de auto controleren
en in alle spiegels kijken, voordat
u achteruitrijdt.
Hoe werkt het systeem
URPA wordt automatisch aangezet,
wanneer u de schakelhendel in de
achteruitstand (R) zet. Er klinkt één
enkel geluid om aan te geven dat
het systeem werkt.
URPA werkt alleen bij lagere
snelheden dan 8 km/h (5 mph).
Een obstakel wordt aangegeven
met piepsignalen. De pieptonen
volgen elkaar sneller op naarmate
de afstand tot het obstakel
afneemt. Zodra de afstand korter
is dan 30 cm (12 inch), gaat de
onderbroken pieptoon over in
een continue pieptoon van vijf
(Vervolg)
seconden.
De obstakels moeten zich minstens
20 cm (8 inch) boven de grond en
onder het niveau van de kofferbak
bevinden om gedetecteerd te
kunnen worden. Obstakels moeten
zich ook binnen een afstand van
2,5 m (8 ft) van de achterbumper
bevinden. In warme of vochtige
weersomstandigheden worden
obstakels mogelijk al op kortere
afstand gedetecteerd.
Het systeem aan- en uitzetten
Het URPA-systeem kan worden
aan- en uitgezet met de parkeer-
hulpknop naast de schakelhendel.
Het controlelampje naast de
parkeerhulpknop gaat branden,
wanneer het systeem aanstaat en
gaat uit wanneer het systeem uitge-
schakeld is.
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
