C.Fn2: Exposure (Belichting)
Opnamemodi beperken
U kunt de opnamemodi die kunnen worden geselecteerd beperken met de
knop <W>. Selecteer een opnamemodus (a/s/f/d/BULB/w1/
w2/w3) die u selecteerbaar wilt maken en druk op <0> om deze te
markeren met een <X>.
De instellingen voor beperkte opnamemodus zijn niet toegewezen aan
C1, C2 of C3.
Ten minste één opnamemodus dient te zijn gemarkeerd met een <X>.
Meetmethoden beperken
U kunt de meetmethoden die kunnen worden geselecteerd beperken met
de knop <q>. Selecteer een meetmethode (q/w/r/e) die u
selecteerbaar wilt maken en druk op <0> om deze te markeren met
een <X>.
Ten minste één meetmethode dient te zijn geselecteerd met een <X>.
Meting bij handmatige belichting
U kunt de meetmethode instellen die u wilt gebruiken in de opnamemodus
<a>.
Xq Opgegeven meetmethode
De op dit moment ingestelde methode wordt gebruikt.
q Meervlaksmeting
w Deelmeting
r Spotmeting
e Centrum gewogen gemiddelde
Indien q/w/r/e is ingesteld, wordt de meetmethode niet geselecteerd
door op de knop <q> te drukken tijdens opname met handmatige belichting.
3 Persoonlijke voorkeuze-instellingen
327