Kleurruimte (pag. 166)
U kunt sRGB of Adobe RGB selecteren. Omdat het LCD-scherm
van de camera niet compatibel is met Adobe RGB, zal de opname er
niet heel anders uitzien, ongeacht de kleurruimte die is ingesteld.
Correctie helderheid randen (pag. 155)
Indien [Inschakelen] is ingesteld, wordt het gecorrigeerde beeld
weergegeven. Als het effect niet goed te zien is, drukt u op de knop
<u> om het beeld te vergroten en bekijkt u de hoeken van het
beeld. (Druk nogmaals op de knop <u> om terug te keren naar de
normale weergave.) De gecorrigeerde helderheid van de randen die
met de camera wordt uitgevoerd, is minder uitgesproken dan de
correctie die met Digital Photo Professional (meegeleverde
software) wordt uitgevoerd en is mogelijk ook minder goed
zichtbaar. Gebruik in dat geval Digital Photo Professional om de
gecorrigeerde helderheid uit te voeren.
Vervormings correctie
Wanneer deze optie is ingesteld op [Inschakelen], wordt
beeldvervorming gecorrigeerd die wordt veroorzaakt door fysieke
eigenschappen van de lens. Indien [Inschakelen] is ingesteld, wordt
het gecorrigeerde beeld weergegeven. De randen van het beeld zijn
bijgesneden in het gecorrigeerde beeld vanwege beeldverwerking.
Omdat de beeldresolutie iets kan afnemen, kunt u bij Beeldstijl de
parameter Scherpte gebruiken om eventueel noodzakelijke
aanpassingen aan te brengen.
Als u opnamen verwerkt terwijl [Vervormings correctie] is ingesteld op
[Inschakelen], worden geen gegevens over de AF-puntweergave (pag. 253)
en geen stofwisgegevens (pag. 299) aan de opname toegevoegd.
R RAW-opnamen met de camera verwerken
293