5. Zet het contact in de stand ON/
RUN terwijl de motor uitgescha-
keld is. Schakel de tussenbak
vanuit N (Neutraal) naar 2 . Zie
"N (Neutraal) uitschakelen" onder
Vierwielaandrijving 0 234. Neem
contact op met uw dealer als u N
(neutraal) op de tussenbak niet
kunt uitschakelen.
6. Controleer of de auto in 2 door
de motor te starten en door R
(achteruit) en dan D (rijden) in te
schakelen. Tijdens het schakelen
moet de auto niet bewegen.
7. Schakel P (parkeren) in en
schakel het contact uit.
8. Koppel de auto los van het sleep-
voertuig.
9. Geef de handrem vrij.
10. Zet eventueel verloren gegane
instellingen vooraf terug.
Het buitentemperatuurdisplay
gaat standaard naar 0 °C (32 °F),
maar wordt bij gewoon gebruik
teruggezet.
Slepen met een dolly - vooraan
slepen (voorwielen van de
grond)
Voorzichtig
Wanneer een tweewielaangedreven
auto met de achterwielen op de
grond wordt getrokken/gesleept, kan
de transmissie worden beschadigd.
De reparatiekosten zullen niet
worden gedekt door de autoga-
rantie. Trek/Sleep de auto nooit met
de achterwielen op de grond.
VERZORGING VAN DE AUTO
Voorzichtig
Een auto met vierwielaandrijving
met alle vier wielen op de grond
slepen/trekken, of zelfs met maar
twee wielen op de grond zal schade
veroorzaken aan de aandrijflijnon-
derdelen. Een auto met vierwielaan-
drijving mag niet met zijn wiel(en)
op de grond worden gesleept/
getrokken.
Deze auto mag niet met de achter-
wielen op de grond worden gesleept.
363