RIJHULP
Snelheidsfuncties voor de
snelheidsbegrenzer
De snelheidsbegrenzer (Speed Limiter - SL) kan
worden ingesteld op verschillende snelheden.
Knoppen en symbolen voor desbetreffende functies.
–
U wijzigt de opgeslagen maximumsnelheid
door kort of lang op de stuurknop
- (3) te drukken:
•
Om met +/- 5 km/h aan te passen: druk
kort - elke druk levert +/- 5 km/h op.
•
Om met +/- 1 km/h aan te passen: houd
de knop ingedrukt en laat deze los als de
markering op het bestuurdersdisplay (4)
bij de gewenste maximumsnelheid is.
> De laatst verrichte aanpassing wordt in
het geheugen opgeslagen.
272
Gerelateerde informatie
•
Snelheidsbegrenzer* (p. 270)
•
Snelheidsbegrenzer activeren en starten
(p. 271)
•
Snelheidsbegrenzer deactiveren/heractive-
ren (p. 272)
•
Snelheidsbegrenzer uitschakelen (p. 273)
(1) of
Snelheidsbegrenzer deactiveren/
heractiveren
De snelheidsbegrenzer (Speed Limiter - SL) kan
tijdelijk worden gedeactiveerd en stand-by wor-
den gezet en vervolgens weer worden geacti-
veerd.
Knoppen en symbolen voor desbetreffende functies.
Snelheidsbegrenzer deactiveren en
stand-by zetten
Met de knoppenset op het stuurwiel
–
Druk op de stuurknop
(2).
> De snelheidsbegrenzermarkeringen en -
symbolen op het bestuurdersdisplay ver-
kleuren van WIT naar GRIJS. De snel-
heidsbegrenzer is daarmee tijdelijk
gedeactiveerd, zodat u de ingestelde
maximumsnelheid tijdelijk kunt overschrij-
den.
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.